
31
Celene rende door het oerwoud, zweet vormde op haar voorhoofd, haar ademhaling steeg. Ze voelde zich leeg en wist dat ze terug naar Maia moest, nu meteen. Ze wist niet meer waarom ze district 4 had geholpen, ze snapte niet waarom ze die dingen tegen haar had gezegd. Wat had ze anders moeten zeggen: ''ik vermoord je niet omdat ik bang ben om je te vermoorden''?
Celene dacht terug aan de plannen van Maia. Het plan was geslaagd, Celene had ervoor veroorzaakt dat een van de belangrijkste beroeps stierf. Alleen wist ze niet als Maia geslaagd was? Ze wist niet als Maia nu op sterven lag, of op haar wachten bij de afgesproken plek. Ze wist wel dat toch Maia uit moest kijken voor de beroeps, ze zouden na hun val aardig verrast zijn en hun zelfvertrouwen zal ingedeukt zijn geweest. Ze zouden alles doen om het te repareren.
Nadat Maia en Celene de brandstapels hadden gemaakt van hout uit het loofbomenbos achter het regenwoud, ging Celene door het oerwoud naar de hoorn. Maia had de brandstapel aangestoken en had zich verstopt bij het loofbomenbos. Celene had zich verstopt in een boom toen ze de beroeps langs kwamen rennen en was nadat ze uit het zicht waren verdwenen naar de hoorn gerend, daar had ze gewacht tot de overgebleven beroeps—het waren dit keer drie. Uiteindelijk uit hun nest kwamen door de schreeuw van hun bondgenoten en Celene kon ze zo doodmaken, alleen had ze dat met district 1 gedaan, want het plan onder de beroeps liep anders.
Wat district 1 en district 4 niet wisten was dat hun mede beroeps nooit echt gewond waren geraakt, niet erg tenminste. Celene had vallen neergezet, hun voeten zouden alleen maar vast komen zitten en waarschijnlijk zouden ze wonden krijgen. Ze hadden ook hun slaapzaken boven de grond gespannen op drie meter hoogte aan de bomen, en via de vallen mechanisme hadden ze het ook als een val konden laten gebruiken. Door de schreeuw van een van de beroeps wist Celene dat hun vallen goed gewerkt hadden en doordat er geen kanon afging aan de andere kant van het oerwoud wist Celene dat Maia niet dood was.
Celene droeg haarzelf over het weiland, ze zag geen beroeps en de boog om haar schouder gaf haar meer zelfverzekerdheid dan normaal, wellicht durfden de beroeps haar wel helemaal niet aan te vallen. Het was zoals Haymitch zei, je moet ze vanbinnen breken, niet vanbuiten, want ze zouden daar altijd overeen komen, je moet ze van binnen breken. En dat hadden Maia en haar gedaan, ze hadden ze mentaal gebroken.
Celene kwam bij het loofbomenbos niet meteen uit bij de plek die zij en Maia hadden afgesproken, ze moest eerst door de helft van het loofbomenbos rennen om bij de plaats waar ze hadden afgesproken te komen. Ze renden naar links, de bomen flitsten voor haar gezicht en weer verbaasde Celene haarzelf dat ze zo hard kon rennen. Zo rende ze tien minuten, tot ze aan de overkant van de arena aankwam.
Ze stopte bij een boom waar een grote X was ingekerfd. Celene keek om haar heen, haar ogen zochten het bos door, ze keken naar de grote toppen van de bomen, ze keken naar de vlaktes voor haar. Maar ze zag geen Maia.. Celene hapte naar adem, haar lippen vormde hun fluittoon en ze vloot weer de vier tonen die ze naar district 4 had gefloten.
Er klonk geen reactie. Haar hart begon harder te kloppen. Wat als Maia op sterven lag, wat als de anderen beroeps haar wel iets hebben aangedaan. Wat als ze nu ergens lag dood te gaan. Celene klemde de boomstam vast, haar ademhaling ging omhoog, na een tijdje kon ze niet meer ademhalen. Het was alsof ze verdronk. Iemand pakte haar vast bij haar keel en trok haar pijp dicht. Ze probeerde adem te halen, haar ogen vulde met tranen, haar handen begonnen te zweten. Ze kon niets meer, ze viel bijna om toen ze de schreeuw hoorde.
''CELENE!''
Haar ademhaling stopte helemaal, maar haar borstkast ging wel nog op en neer. Celene kende de stem.. Het was Maia. Maia schreeuwde haar naam. Celene bewoog haarzelf uit haar paniekerige stand.. Ze rende zo hard ze kon naar het geschreeuw toe, ze hoorde Maia haar naam vaker roepen, meer paniekerig dan normaal.
''CELENE! HELP!'' Celene begon harder te rennen, haar voetstappen volgden het geluid, haar ademhaling bereikte zijn normale zelf, maar ze was nog wel buiten adem.
''MAIA!'' schreeuwde Celene terug. Ze wist dat ze hierdoor voor aandacht trok, maar dit was de enige manier om Maia te kunnen vinden.. En ze had haar boog, ze kon zich verdedigen. Haar ogen vonden Maia.
Een zwart net bedekte Maia's lichaam, ze zat vast, ze probeerde zich los te maken, maar het ging niet, het net ging alleen maar vaster om haar lichaam zitten. Celene schonk geen aandacht aan hoe de zogenaamde val hier terecht gekomen was, was het door de beroeps geplaats of door iemand anders? Ze dacht alleen aan Maia en dat ze haar los moest maken.
Celene bukte naast Maia neer. ''Celene,'' zuchtte Maia, ze zag haar blijkbaar door het net.
''Het komt goed,'' suste Celene haar. ''Ik ben hier.'' Ze pakte haar mes uit haar buidel, ze sneed het touw door waar het net aan vast zat aan de bomen. Ze trok het net van Maia af, ze hielp het kleine meisje overeind en sloeg haar armen beschermend om haar heen.
''Je bent ok,'' suste ze de huilende Maia. ''Het is goed.''
Maia liet langzaam los, Celene keek naar haar blauwe ogen. ''Wat is er gebeurd?'' vroeg ze. ''Waarom—''
Maar ze kreeg Maia's aandacht niet, ze hoorde het ook diep in haar hersenen. Iemand besloop hen. Celene draaide zich om, ze zag district 2, diegene met de bruine haren, ze gooide hun speer naar hen toe. Celene greep naar haar boog, binnen minder dan een seconde legde ze een pijl op de boog en schoot het naar district 2. De pijl raakte 2 in haar borst, het kanon ging meteen af.
Ze draaide zich om naar Maia, ze wilde kijken als alles goed was en als Maia niet gewond was. Maia keek Celene aan met grote ogen, haar vingers klemden zich om het ijzer van de speer die vast zat in haar middenrif. Maia haalde de speer eruit, en viel om. Celene ving haar op en legde haar rustig op de grond, terwijl haar hart raasde van angst en verdriet.
Maia zal dood gaan. Maia zal dood gaan. Maia zal dood gaan. Maia zal dood gaan. Haar enige bondgenoot zal dood gaan. Haar enige bondgenoot zal dood gaan. Het twaalfjarige meisje zal dood gaan. Ze gaat dood. Ze gaat dood. Ze gaat dood.
Maia hapte naar adem, ze hapte naar lucht, haar laatste lucht. Celene trok haar in haar armen, het bloed verspreidde zich over de kleren van Maia.
''Cele-Celene,'' fluisterde Maia, haar ogen keken haar aan, de tranen van Maia waren voorbij, maar nog steeds keek ze glazig voor haar uit. ''Is het gelukt—ons plan?''
''Ja,'' fluisterde Celene. ''Ik heb gedaan wat moest.''
''Goed.''
Celene lachte zachtjes door de spanning in de situatie, Maia kon niet dood gaan, niet zo. Niet door dit. Maar de tijd kwam en ze wist dat Maia ooit dood ging, ze wist dat zij zelf ook ooit dood zal gaan.
De woorden die uit Maia's mond kwamen waren onverwachts. Celene snapte eerst niet wat ze zei, maar de zin werd verwerkt in haar hoofd meteen erna. ''Belo-of me, dat je win-nt,'' haperde Maia zachtjes. ''Beloof me.'' Celene dacht eerst aan de woorden van 12, die woorden hadden haar niet gegrepen, maar deze wel.
''Ik beloof het,'' antwoordde Celene.
''Dankjewel,'' mompelde Maia, ze glimlachte zachtjes. Het kanon ging af. Celene voelde haar hart afsterven, tranen gleden over haar wangen, ze waren eerst stil, maar daarna begon haar borstkas harder op en neer te bewegen, uit haar mond kwamen kleine janken. Uiteindelijk sloot ze Maia's ogen.
Ze stond op en zocht door het bos naar bloemen, ze vond uiteindelijk sleutelbloem planten, ze plukte ze en lette op of de hovercraft nog niet Maia's lichaam op kwam halen. Ze liep terug naar Maia en bukte naast haar neer. Ze maakte een bloemen bed rond Maia's dode lichaam, het was het beste dat ze voor haar mede tribuut kon doen.
Ze legde Maia's vingers bij elkaar, zoals ze bij 12 had gedaan. Ze maakte een boeketje bloemen en legde dat tussen Maia's vingers. Uiteindelijk kuste ze Maia's voorhoofd en zei vaarwel tegen haar. Toen ze weg liep, weg van Maia's lichaam, voelde ze de wind van de hovercraft tegen haar rug vliegen.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro