Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

Hoofdstuk 72

Dood, een nooit eindigende cirkel aan dood. Stikkende, doodbloedende, vergiftigde, neergestoken of verdronken mensen.

Bloed, druppend, vloeiend en spattend. De geur van ijzer, de geur van warmte en de eindeloze vlekken in de jurken die ik direct zou kunnen weggooien.

Een hartslag, een ademhaling of een simpele beweging is alles als je omringt bent met de dood. Het is het enige teken van leven waaraan je je vastklampt tot iemand eindelijk zijn laatste adem uitblaast.

Het is een geruststelling en toch doet het elke keer meer pijn. Het is een naam die je afstreept maar tegelijkertijd een naam, een gezicht en een beeld die voor eeuwig in je hoofd blijft.

Nolin Verter

Elowen Stormrider

Thorne Darkwood

Seraphina Frostbane

Orion Shadowcaster

Lyra Silvermoon

Cedric Ironheart

Evangeline Starfall

Malachi Emberblade

Isolde Moonshadow

Rowan Frostfang

Het zijn maar elf van de namen die in mijn hoofd blijven rondgaan als een mantra waaraan ik me vastklamp. Elke naam heeft een gezicht, een laatste blik, een beeld en een geur.

Elysia Ravenshade

De aller laatste op de lijst.

Een vrouw, 56 jaar, een magiër die aan de rand van het Bloedgebergte woont om kinderen les te geven over magie. Een krachtige magiër die het eerste deel van haar leven heeft opgeofferd aan het leren over de oude gebruiken en het beheersen van witte magie.

Je zou zeggen dat het makkelijker wordt hoe vaker je het doet. Dat het een gewoonte zou worden, iets waar je geen emotie meer bij voelt.

Helaas is de realiteit anders.

Het moment dat ik het slot van het kleine huisje aan de rand van het gebergte open klik met mijn magie en de gezellig ingerichte kleine woonkamer in mijn zicht komt voel ik mijn hart weer zakken. Op mijn blote voeten schuifel ik over de houten vloer door de donkere ruimte.

Iets dat wel een gewoonte wordt is de mate waarin je je omgeving nog opneemt. Ik kijk niet naar de persoonlijke portretjes aan de muur, de kust die de vrouw waarschijnlijk met liefde van een lokale kunstenaar heeft gekocht of de speelgoed die hier en daar over de tafels ligt. Ik zie het maar neem het niet meer op.

Met de dolk in mijn rechterhand geklemd schuifel ik langs de nette spullen naar de slaapkamer waar de vrouw een uur geleden haar slaap vond.

Zo zacht mogelijk duw ik de houten deur open die tot mijn geluk maar een klein geluidje maakt.

De oudere vrouw ligt vredig te slapen in haar smalle bed. De grijze dekens met zo grijs als jaar haar dat netjes in een knot zit opgestoken. Haar armen vredig naast haar liggend onder de dikke dekens. De kamer bedwelmt met de warme geur van muskus en cederhout.

Sluipend beweeg ik me met een bonzend hart en een hoofd in totale stilte en leegte naar de linkerzijde van het bed. De plek waar ik de de lange wimpers van de vrouw tegen haar wang zie liggen.

'Sorry,' verlaat mijn mond voor ik de dolk hef en zonder twijfel in de nek van de vrouw steek. Haar mooie blauwe ogen schieten open en kijken me in totale paniek aan. De ogen, de blik, de pijn die ik altijd zal blijven linken aan deze naam.

Elysia Ravenshade

De vrouw grijpt haar haar bloedende nek terwijl haar ooit nette grijze dekens worden bedekt met een zee aan rood bloed. Happend haar adem, stikkend en gorgelend probeert de vrouw naar me te grijpen als ik twee stappen achteruit zet.

Ik zou weg kunnen gaan, niet kunnen kijken en het ontkennen maar dat wil ik niet.

Het licht verdwijnt uit het blauw, de bekende dofheid verschijnt. Haar nette nachtjapon wordt verder bedekt met bloed voordat haar laatste adem haar lichaam verlaat.

Met de intense pijn stromend door mijn
levenslijnen draai ik me om en loop het huis uit, niet achterom kijkend, de pijn niet willen voelen en het beeld van de vrouw haar ogen voor eeuwig in mijn hoofd.

Je zou zeggen dat het een opluchting is dat de lijst aan zijn einde is gekomen. Al die maanden, al die dode, al die pijn, al die moeilijkheden, het is voorbij. Of het lijkt voorbij.

De realiteit is dat het nooit voorbij zal gaan. Die lijst is afgewerkt maar de namen zijn niet weg. De magie glijdt door mijn aderen, brandend op het punt dat de viante enkel een kleine verlichting biedt.

De realiteit is dat ik de gezichten, ogen en de pijn zie het moment dat ik mijn vinger door het badwater laat glijden. De geur van lavendel geeft me niet de rust die Alisha had beloofd dat het zou geven. Het geeft me niet de vermoeidheid waarop ik al drie dagen wacht.

Hoe mooi het berghuis waarin we ook zitten is, hoe mooi het uitzicht op de eindeloze landschappen waarover we maanden hebben rondgezwerfd ook mag zijn of hoe lekker het ontbijt volgens Novak en Alisha ook is dat de gastvrouw ons elke ochtend brengt, ik hoor en zie enkel die honderd namen.

Langzaam laat ik de natte doek over mijn huid vol zwarte aderen glijden. De warmte die een deel van de pijn een beetje verlicht.

Novak, Alisha en Elien hoor ik praten vanuit de woonkamer maar moeite om te volgen wat er gezegd wordt die ik niet.

Het is pas als Novak zachtjes op de deur klopt en met het laatste beetje viante dat we hebben binnenloopt dat mijn razende gedachtes stiller worden.

Hij glimlacht, drukt een kus op mijn wang en knielt achter me neer bij de rand van het bad.

'Het kan pijn doen,' zegt hij zoals altijd voordat de naald in mijn brandende levenslijn verdwijnt. Bijtend op mijn kiezen blijf ik mijn handen door het water bewegen tot de naald uit mijn huid verdwijnt.

Voorzichtig pakt Novak me bij mijn rechterhand en helpt me het bad uit.

'Wil je naar bed?' Vraagt hij zacht terwijl hij me helpt mijn armen in de nachtjapon en avondmantel te krijgen.

'Nee.' Novak knikt en vraagt verder niet door. Het was zijn manier om me rust alleen aan te bieden maar als ik iets niet wil met mijn drukke hoofd is dat het.

Met Novak achter me loop ik langzaam de badkamer uit, de smalle gang door tot ik binnenloop in de eetkamer.

Elien heeft plaatsgenomen aan de kleine rode tafel met alle papieren die we de laatste maanden hebben nodig gehad. De lijst, de kaart, alle informatie, de zwarte ogen zijn erop gericht.

Alisha staat naast hem maar het moment dat ze me ziet glimlacht ze vriendelijk voor ze mijn richting inloopt.

'Ik neem het bad van je over,' zegt ze voor ze langzaam langs me heenloopt met de mogelijkheid om haar tegen te houden.

Ik zet een stap de eetkamer in en kijk mijn broertje aan. Het blijft moeilijk te bevatten dat deze sterke veertienjarige nog geen drie jaar geleden aan mijn arm door de kasteeltuinen liep.

'Kunnen we praten?'

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro