Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

Hoofdstuk 43

Ik knik langzaam. Novak heeft gelijk, al weet ik niet geheel hoe de geesten later van pas zouden kunnen komen. Het geschreeuw en gefluister lijken voor even op de achtergrond te zijn geraakt. Het is te hopen dat ik ze buitengesloten kan houden, of dat ze zichzelf niet meer laten horen. Ik ben een groentje in deze wereld, dat lijkt me duidelijk.

'Probeer ze buiten te sluiten en raak niet in paniek, dat is de enige manier om de nacht door te komen'. Het is bijna irritant hoe veel Novak lijkt te weten van de buitenwereld, ik voel me er dom bij. Je zou toch mogen verwachten dat een kroonprinses iets zou weten van de "onderdanen", niks blijkt minder waar.

Ik knik nogmaals. Mijn bevestiging is een teken voor Novak om van mij weg te lopen naar zijn paard. 'Als jij het vuur maakt zet ik de tent wel op'. Mijn blik gaat per direct naar Rave, hij is de enige vorm van vuur maken die ik ken. Ik heb eigenlijk geen idee hoe je vuur zou moeten maken.

Hout, dat lijkt me een goede eerste stap. Als een kip zonder kop begin ik heen en weer te lopen en takken op te rapen. Na een aantal minuten heb ik genoeg takken bij elkaar geraapt om mijn armen te vullen. Ik loop terug richting Novak, die de tent al heeft staan, en gooi de takken in het gras.

Mijn blik blijft hangen op het hoopje takken en ik vraag me af wat ik nu zou moeten doen. Novak zet een ijzer ding naast de tent in de grond en draait zich om. Hij zet zijn handen in zijn zakken en kijkt me met opgetrokken wenkbrauwen aan, afwachtend bijna. Ik draai me om naar Rave, die in het gras naast ons heeft plaatsgenomen.

'Ignis', is mijn commando. Rave heft zijn kop, opent zijn bek en een rode gloed begint achterin zijn keel te vormen. 'Wacht', galmt Novak zijn stem door het bos. Ik draai me geschrokken om. De jongen komt naar me toe gesneld in een ferme pas. 'Doe dat maar niet als je nog een tijdje onder de radar wilt blijven', deelt Novak me. Ik slik en voel me dom.

Novak knielt neer bij het hoopje takjes. Hij zet de takjes in een soort driehoekvorm en haalt iets uit zijn zak. In zijn handen houdt hij twee zwartgrijze stenen. 'Heb je ooit vuur gemaakt?', vraagt Novak en draait zijn hoofd mijn richting in. Een beetje beschaamd schud ik mijn hoofd. Ik voel me een dom en verwend nest, wat zal hij wel niet denken.

'Horen Night Riders geen vuur te kunnen sturen?'. Nogmaals schud ik mijn hoofd. Novak laat zichzelf in het gras zakken totdat hij met opgetrokken benen naast het hoopje takjes zit. Hij kijkt me afwachtend aan, alsof ik hem iets uit zou moeten leggen. Ik zucht diep. 'Elementen sturen is een gift van de natuur, geen gave. Night Riders kunnen uit natuur enkel wind sturen', ligt ik toe.

Novak heeft een bedenkelijke blik op zijn gezicht getekend staan. 'Wat kunnen Night Riders nog meer?'. Ik houd helemaal niet van dit onderwerp, ik heb een haat ontwikkelt naar mijn magie en weet niet eens precies wat ik allemaal kan. Ik heb het verborgen moeten houden voor een lange tijd, mezelf laten hersenspoelen door de verhalen van mijn vader. Ondanks mijn haat naar dit onderwerp
geeft Novak zijn gezicht weer dat dit geen onderwerp is waar ik onderuit ga komen.

'Wind sturen, duistere magie opsporen, elke spreuk die er bestaat uitvoeren, leven nemen en geven, we hebben een connectie met de dood, onsterfelijk voor ouderdom en ziekte'. Het is mijn enige en eerlijke antwoord. Ik weet zeker niet alles over mijn krachten, heb de helft nog nooit gedaan. Er zijn dingen die me tegenhielden, zoals het regiem van mijn vader. Er zijn ook dingen die ik nooit zou willen doen, iemands leven nemen bijvoorbeeld. Ik wil die stempel niet op mijn naam, dezelfde stempel als mijn vader. De stempel van moordenaar.

Novak knikt langzaam. 'Kom', zegt hij en maakt een wijzende beweging naar de plek naast hem. Ik doe wat hij vraagt en zak op mijn knieën naast hem in het gras. 'Dit zijn vuurstenen. Sla ze tegen elkaar en ze maken vonken, zorg dat de vonken het hout aansteken', zegt hij dan duwt de stenen in mijn handen. Novak pakt een paar dorre takjes en dood gras om hem heen. Hij legt de kleine dorre dingen op het hout in een soort hoopje.

Ik zit een beetje verward, met de stenen in mijn hand, naar Novak te kijken. 'Nou doe het', dringt hij aan. Ik sla de twee stenen tegen elkaar aan maar er gebeurt niks. 'Harder'. Ik sla de stenen harder tegen elkaar aan, een paar keer achter elkaar, en er ontstaan inderdaad vonken. Ik houd de stenen dichterbij het dorre hoopje en sla een paar keer hard. Na een aantal keer slaat een vonk in in het dorre hoopje en ontstaat er een vlam.

'Nu zachtjes blazen', is Novak zijn volgende instructie. Ik blaas op het kleine hoopje vlammen en zie het voor mijn ogen uitbreiden. Ik blaas in totaal drie keer tegen het vuur voor het zijn grote heeft verdubbeld. Tevreden leun ik terug naar een normale positie en kijk Novak aan. Hij glimlacht klein en knikt tevreden. 'Nou vuur kan je nu maken', meld hij me. Ik glimlach en sta op van het gras. Ik sla de grassprieten en takjes van mijn jurk af en kijk naar het vuur.

Novak staat op en loopt richting de tent. Dan pas komt mijn besef moment dat er maar één tent is voor ons samen. Het idee dat Novak en ik samen in zo'n kleine ruimte zullen gaan slapen staat me niet direct aan. Er moet een andere tent zijn, wil ik aannemen. Ik kan niks beginnen tegen een vampier, alleen in een donker bos, s'nachts.  Ik slik verontrust en probeer mezelf te vertellen dat er niks gaat gebeuren.

Novak komt teruggelopen met een paar bakjes in zijn handen. Hij laat zichzelf naast het vuur op de grond zakken en gaat zitten in een kleermakerszit. Ik sta ongemakkelijk naast het vuur en weet mezelf geen plek te geven. Hij opent de bakjes en zet ze bijna in het vuur. 'Ik heb voor ik vertrok eten meegenomen uit de keuken', meld hij zonder op te kijken van het vuur. Ik knik, wetende dat hij het niet kan zien.

Hij pakt het blikje sigaretten uit zijn broekzak en pakt er één uit. Hij houdt kort het ding in het vuur tot dat de punt brand en zet dan de sigaret tussen zijn lippen. Hij draait zijn hoofd en kijkt mij aan. 'Kom je nog zitten?', vraagt hij en blaast de rook uit tijdens zijn woorden. Ik knik vlug en ga naast hem in het gras zitten. Ongemakkelijk trek ik een grasspriet uit de grond.

Er brand een vraag op mijn lippen maar ik ben te bang voor het antwoord om hem te stellen. Ik voel Novak zijn ogen in mijn zij prikken. Novak zijn hand, met de sigaret, komt in mijn zicht. Hij houd de sigaret uitnodigend naar me uit en ik pak hem dankbaar uit zijn vingers. Ik neem een trekje van het ding, laat de rook over mijn longen glijden en blaas het langzaam uit. De rook lijkt me de moed te geven die ik nodig had. 'Is er maar één tent?', vraag ik langzaam.

Ik houd de sigaret terug op naar Novak. Hij pakt hem uit mijn hand en houd hem naast zich. 'Ja', antwoord hij nonchalant. Direct maakt mijn hoofd opnieuw overuren in het bedenken van de meest slechte scenario's. Hij zal toch niet? Nee. Ik schud de gedachtes zoveel mogelijk van me vandaan maar kan de paniek niet geheel wegnemen. 'Is dat een probleem?', vraagt Novak naast me en neemt een trekje van de sigaret. Alleen buiten liggen in dit bos is misschien een slechtere keuze dan alleen met Novak in één tent. Novak buiten laten slapen lijkt me ook geen goede optie. Ik heb geen andere keuze.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro