10. Tussen wil en wet
Andrea friemelde aan de zoom van haar blouse. Tien minuten geleden had ze plaatsgenomen op de middelste van drie witte, gecapitonneerde stoelen in de ontvangstruimte van Notaris Reyckenbosch. Ontvangsthal zou in feite een beter woord zijn om de ruime plek te beschrijven waarin ze zich bevond.
Achter haar leidde een grote natuurstenen trap met een elegante smeedijzeren leuning naar boven, rechts was de gebogen dubbele houten voordeur, voor haar een nis met een kapstok en twee deuren, één die leidde naar een keukentje en een andere naar toiletten. Links van waar ze zat, waren ook enkele deuren en een groot raam met ervoor een rond tafeltje met bronzen blad en een enorme vaas verse bloemen in pastelkleuren, die helemaal paste bij het roomwitte van de muren.
Ze durfde zich haast niet verroeren, het minste geluid zou vast een echo veroorzaken.
"Juffrouw van Leeuwen?"
Eén van de linkerdeuren was opengegaan. Een stijlvolle man in lichtgrijze, geperste broek, wit hemd met opgerolde mouwen en een lichtblauwe streepjesdas keek haar vragend aan. Andrea knikte en volgde hem naar binnen. Hij stelde zich voor als Hendrik. Hij had een prettig gezicht, vond ze. In zijn donkere krulletjes zat van dichtbij meer grijs dan ze in eerste instantie had opgemerkt. Het had veel weg van het velletje van een lammetje. Zou het ook zo zacht voelen?
'Focus van Leeuwen, focus', sprak ze zichzelf in gedachten streng toe.
De notaris schraapte zijn keel.
"Zo, Andrea. Ik kan me voorstellen dat je heel wat vragen hebt en ik zal mijn best doen die allemaal te beantwoorden, nadat ik straks klaar ben met het voorlezen van het deel dat op jou betrekking heeft. Mag ik voor nu eerst even je paspoort en je bankkaart?"
Andrea knikte stom. Doodzenuwachtig rommelde ze in haar handtas, kieperde hem bijna uit en liet haar pas op de grond vallen. Met een rood hoofd dook ze weer op van onder de grote ovale houten tafel. De notaris schonk haar een meelevende glimlach.
Slecht op haar gemak volgde ze alle formaliteiten. Waarom moest die man zoveel van haar weten? Het duurde lang en haar ogen en gedachten dwaalden af.
Dit kantoor was groot. Heel groot, zelfs. Het besloeg zowat de helft van Rudy's winkel en was in een L-vorm opgebouwd. Die hap uit het vierkant was vermoedelijk het keukentje en de toiletten, besefte ze. De muren bestonden uit grote nissen met daarin de ene na de andere archiefdoos gelabeld met jaartallen in een net handschrift. Op de binnenhoek van de muur was een grote open haard, met een vooruitstekende, witte, zo goed als effen gestucte kap. Bijna tegen het plafond, in het midden van die kap zat een grijze, rechthoekige steen met een figuur in gebeiteld.
Andrea probeerde te achterhalen wat de afbeelding was, maar meer dan een soort ondersteboven 'A' verstrengeld met een rechtopstaande 'A', beiden zonder streepje in het midden, kon ze er niet van maken.
Uit een bruine, in leer gebonden map met vergulde opdruk haalde Notaris Reyckenbosch tenslotte een wat vergeeld document, zuchtte licht en keek haar met twinkelende ogen en een lichte knik van boven zijn leesbrilletje aan.
"Dan is het tijd voor het meest officiële gedeelte van deze afspraak." Hij kuchte even, en begon toen voor te lezen.
"Aan mijn kleindochter die ik veel te laat heb gekend.
Jou komt het deel toe dat anders voor je moeder was geweest, was het niet dat ze na die noodlottige rit nooit meer wakker is geworden. Ik was pas laat op de hoogte, veel te laat. Je was al verdwenen in de mazen van de bureaucratie, nog voor ik wist dat je bestond.
Met de Broeders als mijn getuige zweer ik dat ik je altijd ben blijven zoeken. Tegen dat ik je vond was je al een mooie, jonge vrouw geworden en kon ik het niet over mijn hart krijgen om je wereld helemaal overhoop te halen.
Als de tijd rijp is, dan gaan we elkaar vanzelf wel ontmoeten. Nu je deze brief krijgt voorgelezen, weet je zelf het best wanneer dat is geweest.
Ik laat je mijn huis na, en alles wat zich daarin bevindt. Een lijst van bankrekeningen, beleggingen en andere details zit hier..."
Andrea hoorde alles half in paniek, half in shock aan. Wat?! Maar... hoe? Haar hersenen gaven kortsluiting, van de rest bleef niets hangen.
Kleindochter - Andreas - grootvader - huis ... Dan was haar moeder...? Alles maalde door haar hoofd, dwars door elkaar zonder logica. Haar enige houvast was de man die voor haar zat.
"... dan zijn dit de sleutels. De tegoeden zullen, na aftrek van de kosten, worden bijgeschreven op je rekening. Als je hier nog even zou kunnen tekenen?"
Andrea keek van de sleutelbos voor haar, naar de notaris en terug. Ze knipperde fel met haar ogen. Dit was niet echt, toch? Ze verwachtte elk moment dat iemand tevoorschijn zou springen, luid 'gefopt' gillend met een microfoon voor onder haar neus, om naar haar eerste reactie te peilen.
Maar het gebeurde niet.
Verbijsterd staarde Andrea Notaris Reyckenbosch aan, tot ze haar stem weer terugvond.
"Is dit een grap?" De man schudde zijn hoofd.
"Het is begrijpelijk dat je met veel vragen zit, helaas weet ik zelf niet alle antwoorden. Ik kan je alleen bijstaan met de administratieve kant van de zaken. Het is nu allemaal wat veel, daarom stel ik voor dat we binnenkort een nieuwe afspraak maken om het over de fondsen, de beleggingen en het aandeelhouderschap te hebben. Ik zal u hiervoor nog persoonlijk contacteren."
Andrea was allang blij dat ze wat tijd kreeg om dit te verwerken. Zóveel ineens...
"Als u mij wil excuseren, er staat nog een afspraak gepland."
Ze schrok op uit haar overpeinzingen. Gegeneerd liet Andrea de sleutels in haar handtas glijden en nam afscheid met een stevige handdruk. De notaris was zo galant zijn kantoordeur voor haar open te houden.
Nog volkomen in gedachten botste ze tegen iets op. Of beter gezegd, tegen iémand.
"Oh, pardon," stamelde ze.
"Hey Dré." De stem klonk verwonderd.
Met open mond staarde ze Nat aan. "Hoi," kwam er zwak uit. Ze kon wel op haar tong bijten. Waarom wist ze nu geen gevatte opmerking? Net datzelfde moment beseften ze allebei dat ze wel heel dicht bij elkaar stonden. Met een rood hoofd zetten ze tegelijk een stap achteruit.
"Eh," probeerde Nat zich een houding te geven. "Dit is Niene," trok hij het meisje dat achter zich stond in beeld. Andrea verstijfde meteen.
Het blonde meisje dat het hoofd op zijn schouder had gelegd.
De notaris redde haar.
"Mijnheer en mevrouw Oudenhove? Komt u binnen."
Met een laatste, verontschuldigende blik op Andrea volgde Nat de man naar binnen.
Pas toen Andrea in de zomerse buitenlucht stond, begon het onwerkelijke eindelijk door te sijpelen. Was dit nu echt...? Rommelend in haar handtas zocht ze naar de sleutelbos. Haar vingers omklemden het koude metaal. Alles was wérkelijk echt aan het gebeuren.
Bevreesd en nieuwsgierig tegelijk leidden haar voeten haar haast automatisch richting de Belle Epoque-wijk. Ondertussen nam ze tijd om verder over alles na te denken.
"Auw auw!" Met een pijnlijk gezicht masseerde Andrea haar kuit. Tot aan de Olmendreef was het een stuk verder dan ze dacht. Hoog tijd om via een filmpje die lekke band te leren herstellen, nam ze zich voor. Dan had ze tenminste weer haar fiets om zich te verplaatsen.
Opnieuw voelde ze zich als een kind zo blij tussen de statige herenhuizen in dit deel van de stad. Ze dronk de fraaie gevels in met haar ogen, haar humeur verbeterde met elke stap die ze dichter bij het huis van Andreas zette. Tegen de tijd dat ze aankwam, had ze een brede glimlach. Diezelfde glimlach bevroor een seconde later op haar gezicht. Het besef dat de handtekening die ze net bij de notaris had gezet ook echt effectief betekende dat dit nu van háár was, raakte Andrea ineens als een mokerslag. Dit was géén droom.
Intens verdrietig, nerveus en nieuwsgierig tegelijk nam ze voor het eerst de woning goed in zich op.
Rondom de voortuin bevond zich een laag muurtje, met daarop zwart smeedijzeren hekwerk. Sommige struiken waren zo ver doorgegroeid, dat de omheining niet meer te zien was. Nu zag Andrea ook dat er twee deuren waren: een natuurstenen trapje op tot de grote, statige dubbele inkomdeur met daarboven een glas-in-lood raam in halve cirkel, met links daarvan eerst twee ramen en daarna een kleinere, enkele deur. Na een tweede blik op het hekwerk, besefte Andrea dat de toegang tot paadjes naar de deuren allebei hoorden afgesloten te zijn door een draaihek, maar dat deze naar de voordeur wagenwijd openstond en vermoedelijk gewoon vastgeroest was of zo.
Het huis was gebouwd in een rode baksteen met lichte schakeringen, had twee verdiepingen en in het dak enkele dakkapellen met kleine raampjes. Het houtwerk op de begane grond was uitgevoerd in een kleur dat het midden hield tussen terracotta en dieprood, terwijl alles daarboven gewoon bruin was. Op de eerste verdieping bevond zich rechts van de voordeur een erker die boven de toppen van de struiken uitgaf.
Andrea was op slag verliefd op het gebouw. Haar verbazing en verwondering werd alleen maar groter toen ze merkte dat het kleinere bouwsel links naast het huis, voorbij de afgesloten oprit, er óók bij hoorde. Het enige wat niet meteen op zijn plaats leek, was de brievenbus die ze ook al had opgemerkt bij haar eerste bezoek. Het was duidelijk dat die er later was bijgeplaatst.
Ze slikte. Het was tijd om naar binnen te gaan.
Vrij naar: #62 De oude man waar je voor zorgde in het ziekenhuis, is overleden. En in zijn testament heb jij zijn herenhuis geërfd.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro