
-Hoofdstuk (17)
Pov Alexa
Ik ben in schok, ik weet zeker dat ik wit ben, wat doet dat ding hier?, na 40 seconden in schok naar het reusachtige ding voor me gekeken te hebben, kom ik uit trans. Ik ben bang, zo bang maar toch heb ik het akelige gevoel om het te aaien, wegrennen?, nee het is sneller. Ik besluit om langzaam stappen richting het grote huis te zetten, als ik daar ben zie ik het wel weer, beter dat het reusachtige ding Eden pakt dan mij, egoïstisch, ja ik weet het, maar hij pakte mijn bff af, ook al ging ze zelf mee, ugh brain. Ik zet de eerste stap, adrenaline pompt door mijn aderen, van mijn hersenen naar al mij organen door naar mijn teennagels, ik ben nog nooit zo bang geweest. Me voet is nog steeds een beetje in de lucht, en ik weet niet of ik hem neer kan zetten op het met gras bedekte modder, ik moet me voet neerzetten en dan heb ik één stap gezet, een hele stap verder van de reusachtige hond. Ik Met veel moeite zet ik mijn voet neer, één meter verder van de grote hond. Ik wil nog een stap richting het huis zetten als de wolf zich beweegt, niet veel, maar ik zag het, het moment dat hij bewoog speelt zich af in mijn netvlies, het staat erin gebrand. Ik heb geen tijd, ik moet weg, weg van deze grote hond. Ik zet langzaam me voeten wat steviger in de grond en tel in mijn hoofd af, 3, 2, 1 ''Ren!'' schreeuw ik hard, ''sneller, help!, Help!, Een hond!!!!!'' schreeuw ik terwijl ik probeer niet te vallen, oke dit klinkt raar. Als ik lekker op de bank zat en dan iemand hoor schreeuwen ''help, help een hond'' zou ik blijven liggen en later hard gaan lachen. Ik zie het huis dichterbij komen, maar hoor de voetstappen van het reusachtige dier ook dichterbij komen, nog 20 meter, 15, 5 en.. . Net voordat ik kan slaan op de deur word ik getackeld, door rara wie, de grote hond. Kwijl druipt van zijn bek af en raakt mijn gezicht, gatver. De hond heeft zwarte ogen en een zwarte huid, zijn haren zitten wild door elkaar, tenminste dat denk ik want ze kop ziet er niet uit. De hond ontbloot zijn tanden, terwijl het zweet van mijn gezicht rolt en geluidloze tranen uit mijn ogen ontsnappen bid ik zachtjes dat ik gered word. Dit was het dan, het einde van mijn leven, en net 6 weken en 2 dagen voor mijn zestiende verjaardag, het leven was niet zo slecht, ik was altijd wel geliefd en maakte snel vrienden, vertrouwde ik iemand, nee. En dan had je nog mijn vader, die altijd al mijn eten uit mijn kamer pakte, en dat had je rotjong, daar val niks over te zegge hij is de duivel, en dan nog mijn moeder, zij die altijd alles beter weet (volgens haar, en dan spreek ik haar tegen word ze boos omdat ze het zelf fout heeft. Ik kijk de wolf aan, en zie dat hij aanstalten maakt, hij gaat me recht in mijn nek doodbijten, ik weet het zeker. Zijn kop gaat omhoog en. Me ogen zijn dichtgeknepen, ik wacht op de pijn, maar de pijn komt niet, niks komt. Langzaam open ik me ogen, de hond is weg, verdwenen zonder dat ik het merkte. Ik sta op en verken het om me heen, niemand, alleen het grote huis het voor me staat. Ik bel aan en de deur word na 20 seconden pas geopend door een verbaasde Eden, maar zijn verbaasde blik veranderd naar een blije, ''kom binnen!'' schreeuwt hij zowat, oke wtf is dit, Eden die lacht, nooit verwacht, hey dat rijmt, droge humor be like, oke ik stop. Ik loop wantrouwend naar binnen, een lachende Eden, raar. Ik loop de prachtige woonkamer binnen, het huis is veranderd, gebroken witte muren met mooie berge banken, een mooie tafel en een tv van wel 4 bij 4 meter. Er zijn veel mensen op de banken, niet zoveel als vorige keer, nu maar 20 ofzoiets. ''goedenavond'' groet ik beleefd, de helft kijkt niet op maar de andere helft wel en groet beleefd terug. ''waar is mijn vriendin?'' vraag ik Eden met tot elkaar geknepen oogjes. ''ga maar eerst naar Angel, ze is boven'' zegt hij mijn vraag negerend, ik wil zegge dat hij moet zeggen waar ze is maar hij loopt weg, stom kind. ik loop naar boven, ik weet nog precies waar haar kamer is, ik heb een goed geheugen, soort van dan. Haar deur nadert en ik klop zachtjes aan, ''binnen'' mompelt Angel met een sacherijnige stem, die is ongesteld ik meen het. Ik open de deur en kijk wat voor belangrijks ze aan het doen is, maar als ik binnen ben moet ik toch wel moeite doen om niet in lachen uit te barsten, ze staart, conclusie, ze staart naar een vis. Ik wil de personen die naar vissen staren niet beledigen, maar kom op. ''wat is er?'' vraag ik, een poging om mijn lach in te houden. ''nou die verdomde Eden heeft mijn vis vermoord dus heb ik nu een verdomde nieuwe, deze dikke vis doet niks anders dan zitten, in het water'' ze stopt even om te zuchten en gaat verder ''ik wilde mijn dikke vis voeren maar zelfs dat weigerde hij, hij liet het op de grond vallen waardoor ik die verdomde aquarium moest schoon maken'' ze laat een geïrriteerd geluidje horen en vervolgt haar verhaal ''en het ergste nog is dat deze verdomde vis 'cutie' heet maar helemaal niet cute is'' Dit is het moment dat ik in lachen uitbarst '''het is maar een vis'' zeg ik door het lachen door waardoor het zeker weten heel mongolish is, ''ja maar het is 'mijn'' vis, en dat strest me'' ik grinnik na als ze opeens bevriest ''rogue'' mompelt ze ''ro-wat'' mompel ik haar na, ze kijkt me verschrikt aan en rent naar beneden, ik volg haar en zie dat ze overlegt met een wat oudere man, ik voel me ongemakkelijk, na 3 minuten lopen ze naar me toe waardoor ik me nog ongemakkelijker voel, ''zeg eens meisje wat deed je voor je kwam'' vraagt de oude man, o hell no.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro