De eerste nacht. De eerste moord.
Dit hoofdstuk is geplaatst op 12 december 00:00 en hierbij wil ik rick1248 even feliciterenP. Gefeliciteerd! Je bent nu officieel 15! XD
Rusteloos lig ik in bed. De eerste nacht. De eerste moord. Het is half negen, Cupido mag naar buiten. Zolang die maar niet mij kiest. Het koppel overleeft het vaak niet en ik ben een slechte verliezer. Ik begin weer met tekenen. Verveelt, dan lukt het meestal niet. Ik ga opzoek naar iemand om te tekenen. Ik scrol tussen mijn foto's door op mijn mobiel. Dan kom ik een opgeslagen pin van pintrest tegen. Een meisje met groene ogen. Die teken ik na.
Ik ben rustig bezig met wat muziek op de achtergrond. Mijn mobiel trilt. 'Hoe ist daar? Sibrich.' Ik kijk naar de tijd. Half tien. 'Vervelend,' app ik terug. 'Ik kan niet slapen, matras ligt te hard.' Al was dat laatste gelogen. Ik wacht tot ik naar buiten mag. Een avondwandeling zal me goed doen. Maar het duurt zo lang. Hoe kan je in hemels naam zo lang wachten. 'Idd. Zo vervelend :-\,' krijg ik terug. 'Ik ga proberen te slapen. Trusten.' Voor de zekerheid doe ik mijn spullen opruimen en doe het licht uit. Je weet maar nooit. Op mijn mobiel zet ik de helderheid op het laagste niveau, zet een alarm voor de zekerheid en open wattpad. Woord voor woord begin ik te schrijven. Het gaat traag op een telefoon maar het is beter dan niets. Mijn verhaal MAGIC voor NaNoWriMo om begint al aardig ergens op te lijken. Al loop ik wat woorden achter.
Midden in de schrijfflow gaat mijn mobiel af. Nee, niet nu. Ik heb al twee uur achter elkaar geschreven. Ongeveer 1200 woorden. Ik trek een broek en een trui aan, loop zachtjes naar beneden, pak mijn jas en neem de achterdeur naar buiten. Gelukkig is mijn jas donker. Voor de rest heb ik er niet eens rekening mee gehouden. Donkerblauwe jas, zwarte broek, zwarte handschoenen, zwarte gympies. Dit word waarschijnlijk een goeie nacht. Het lot is in ieder geval met me. Ik laat de fiets staan en loop doodgewoon naar Amy toe. Voor ik de hoofdweg op ga doe ik mijn capuchon op en mijn handen in de jaszakken. Op weg naar het plein.
Eenmaal aangekomen ben ik een van de laatste. Voor me staan nog drie andere mensen. Helaas zit Sib er niet bij. Ik had gehoopt dat we allebei weerwolf zouden zijn zodat we er makkelijk over kunnen praten. Ik doe mijn handschoenen uit en warm me aan de kachel. Er word op de deur geklopt. Daar zal de laatste zijn. Amy doet open en neemt het bruinharige meisje me mee naar binnen. Het meisje dat me vanmiddag aansprak, Renée, spreekt me aan. 'Hoi,' zegt ze. 'Hoi, kip,' zeg ik vrolijk maar een beetje verlegen terug. Ik voel me helemaal niet op mijn gemak hier.
Amy geeft ons allemaal een glas drinken. Geen idee wat er in zit, maar iedereen drinkt het op. Dan begint ze met uitleggen. 'Elke nacht zullen jullie je verzamelen op een afgesproken plek. Bijvoorbeeld bij de grote eik. Dan overleggen jullie wie er word vermoord. Jullie gaan naar dat huis en vermoorden die persoon.' 'Hoe moeten we die dan vermoorden?' vraagt Renee. 'Dat merken jullie vanzelf. Ik ga het niet al te makkelijk maken. Morgen moeten jullie een alpha kiezen. Die zal een heleboel te wachten staan en houd de boel op orde. De rest van de roedel volgt. Ga naar buiten en kies, vermoord en was het bloed van je af. Succes.' Ze wijst ons de deur. Oke, aardig. Handen wassen in onschuld. Goeie tactiek. Kijken wat ik er mee doe. We lopen naar buiten. Het is half een en ik ben echt moe aan het worden. Ik gaap. 'Vertel, wie gaat er dood. Ik heb echt nog geen idee over wie wie is,' vraag ik de rest. 'Mees in ieder geval niet,' zegt Renee gelijk. Ik frons naar haar. 'Waarom?' Ze haalt iets te voorschijn. Een hartje waar op "MEES" staat in grote letters. 'Ik denk dat Marianne er iets te maken mee heeft.' Ik denk na. Oke, goed punt. 'Dus je wil zeggen dat zij cupido is?' Renée knikt. 'Verder geen bezwaren?' vraag ik. Iedereen schut zijn hoofd. Mij lijkt het ook wel oke. We kennen nog niemand dus kunnen ook nog niets zeggen. Wat ik me wel afvraag ik hoe ze dat weet...
Marianne woont op nummer 4 dus lopen we daar heen. Net als ik dacht is verder niemand met de fiets. Te verdacht, vond iedereen. Een meisje drukt op de bel. Op de trap klinkt gestommel. Hoe kan je zo dom zijn om naar beneden te gaan. Midden in de nacht? Er word open gedaan. Het meisje dat belde veranderd van vorm. Haar haren worden korter en haar rug kromt. Alles gebeurt in een ogenblik. Ze springt op Marianne af en vermoord haar. Ze vermoord haar! Toen Amy het zei wist ik niet dat dit zou gebeuren! Dit is te erg voor woorden. Het lichaam verdwijnt. Samen met de jas die op de kapstok hing. Het enige dat achter blijft zijn bloed sporen en glitter achtige letters. "Cupido" staat er. Verwart zit het meisje op de grond. 'Myrthe, wat was dat?' Een van de andere helpt haar overeind. 'Ik- ik weet het niet. Ik v-verand-derde en mijn i-instinkt zei dat ik haar moest vermoorden,' snottert ze. 'Laten we naar huis gaan. Uitrusten en verwerken wat er vannacht gebeurt is. We moeten morgen met Amy praten.' De woorden kwamen er zelfverzekerd uit. Te zelfverzekerd. Dit was ik niet. Ik kreeg het gevoel dat mijn ogen even groter werden. 'Z-zianne, je ogen geven licht,' fluistert Renée. 'En ze zijn niet langer blauw, maar geel achtig.' Ik deins terug voor haar reactie. Mijn ogen die licht geven? 'Laten we gaan,' zeg ik vastberaden. Wat doe ik toch? Ik draai me om en loop richting de hoofdweg, op weg naar mijn huis. Al kan ik me niet meer herinneren dat daar ooit ben gekomen.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro