Hoofdstuk 12
Esmee pov
De man heeft de hele tijd zijn hand op mijn schouder maar op de één of andere manier voelt het fijn.
'Ik ben Floris Wolfs trouwens,' stelt hij zichzelf voor en ik kijk hem met grote ogen aan. Ergens ken ik die naam van, maar ik weet niet waarvan. Er rolt een traan over mijn wang als Wolfs' hand naar mijn vastgebonden handen gaat.
'Hmm...' Ik probeer te zeggen dat hij het niet moet doen, maar ik kan niks zeggen...
'Kom, dan haal ik de tape van je mond af.' Ik knik heel langzaam en Wolfs haalt heel voorzichtig de tape van mijn mond af. Als de tape van mijn mond af is hap ik naar adem.
'Ik... Ik ben... Esmee,' zeg ik zacht en kijk naar de grond. Zachtjes voel ik hoe Wolfs zijn hand terug op mijn schouder legt.
'Dat dacht ik al. Heb je misschien dorst?' Ik merk dat Wolfs mijn vertrouwen probeert te winnen en ik wend mijn blik af. Ik durf niet toe te geven dat ik wel dorst heb, bang om geslagen te worden.
'Je mag het eerlijk zeggen,' zegt Wolfs vriendelijk en heel langzaam knik ik en probeer een stukje bij hem vandaan te schuiven maar dat lukt niet doordat er een gewicht van 100 kilo vastzit aan mijn enkels. In paniek begin ik aan het touw om mijn enkels te trekken, maar er komt geen beweging in. Wolfs gaat op zijn hurken op de grond zitten en maakt het touw om mijn enkels los zodat ze vrij zijn van het zware gewicht. Ik haal opgelucht adem en kijk hem aan. Wolfs staat op en schenkt in de kleine keuken een glas water in en loopt dan weer terug. Hij zet het glas aan mijn lippen en gulzig drink ik hem helemaal leeg.
'Bent u van de politie?' vraag ik zacht. Ik merk dat ik hem meer begin te vertrouwen, naarmate hij langer in de buurt is. Wolfs knikt.
'We zijn al een week op zoek naar jou. Ene Maarten heeft aangifte gedaan van mishandeling,' vertelt hij en er rolt een traan over mijn wang. Maarten is doodgeschoten door Jake. Jake was erachter gekomen dat Maarten de politie in had gelicht.
'Wat is er?' vraagt Wolfs zacht en veegt heel zachtjes de traan van mijn wang. Ik kijk hem doodsbang aan en verstijf van angst, maar werk niet tegen.
'Maarten... Hij is dood...' Ik begin zachtjes te huilen. Maarten was de enige die ik vertrouwde en nu is hij er niet meer.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro