- 15 -
Slenterend liep ze nu over de stoep richting het centrum nadat ze haar fiets bij haar studentenhuisje had achtergelaten. Want ze besefte dat het niet veilig was om haar krakkemikkige fiets in het centrum achter te laten, zeker niet met zo'n goedkope slot als deze.
Ondanks hij oud, verroest en gammel is, was het nog steeds een goed vervoersmiddel en was het gewicht aan metaal toch wel iets waard voor degenen die de fiets wilden stelen. Dus besloot ze de lange afstand van tien minuten lopen door de kou, te trotseren.
Ach, tien minuten van de tijd is bijna niks, dwaalde er rond in haar gedachten als ze besloot om iets sneller te gaan lopen. De kou sloeg lichtjes op haar huid bij haar knieën, waar haar broek haar huid niet kon bedekken door de gat die er zat.
Ze had eigenlijk niet echt geld om kleding te kopen. Het geld dat ze daarvoor had, besteedde ze liever aan het eten die ze nodig had. Daarom was ze na school nog op weg naar de supermarkt om eten voor de komende dagen te gaan kopen.
Ze wilde een pak kant-en-klare soep kopen met een goedkoop stuk stokbrood waar ze er twee dagen mee kon doen. Want nadat ze een aantal dollars aan de zwerver had uitgegeven, was haar maandelijkse uitgaven al flink verminderd.
Maar het kon haar niet echt schelen als ze eraan dacht hoe blij ze de man had gemaakt en begon ze verder te lopen met een glimlach rondom haar lippen. De supermarkt was aan de rand van het centrum en ze zag de grote verlichte letters van de super al opdoemen.
Zodra ze dichterbij kwam, verdween haar glimlach als ze niet alleen de super ziet, maar ook de man ernaast. Ze schudde haar hoofd als ze ziet dat het diezelfde man is. Jahoor, daar is hij natuurlijk weer, de arme man. Ging er door haar gedachten heen. Even kroop er een licht ontmoedigend gevoel door haar aderen, maar schoof ze deze snel opzij. Want hij kon er toch niets aan doen en moest hij zijn dag ook zien te vullen, evenals zijn maag. In tegenstelling tot haar, had deze man het pas echt moeilijk.
Rustig liep ze met een glimlach op de man af, die daar nietsvermoedend zat te bedelen. Ze zag wel weer hoe hij bibberde en schudde ze haar hoofd voordat ze echt op hem afstapte. 'Dag meneer,' klonk haar vriendelijke stem en zag ze hoe hij zijn hoofd verrast omhoog hield. 'Vrouwe Helène!' Hoorde ze hem verrast zeggen als ze ziet hoe de man direct zijn stenen beker verstopte.
Even moest ze grinniken bij de actie van man en hielp ze hem omhoog. 'Goed u te zien, mevrouw. Ik wist niet dat dit uw supermarkt was,' zei hij met een schorre stem en hield zij haar hoofd lichtjes schuin. 'Ik woon hier maar op tien minuten lopen vandaan, dus ja.' Zei Helène op een zachte toon terug en zag ze hem lichtjes blozen.
'Ik zal nu maar weggaan, zodat u gewoon op uw gemak boodschappen kunt doen. U heeft al meer dan genoeg voor mij gedaan. Nog heel erg bedankt voor uw vriendelijke gebaar van laatst.' Verontschuldigde de man zich en keek ze hem raar aan. Ze greep naar zijn hand toen hij voor haar neus, aanstalten maakte om weg te lopen.
'Dacht het niet, meneer.' Sprak ze hem streng toe terwijl ze zijn hand nog steeds vasthield en ze weer voelde hoe koud hij was. Ze wendde haar blik naar zijn hand die bedekt is met een goedkope set handschoenen waar er gaten in zaten en voelde ze haar oorspronkelijke doel naar haar achterhoofd schuiven. 'Tss, u bent weer koud. En, ik heb het ook koud. Wat dacht u ervan dat we samen nog eens een warme kop chocomel gaan halen?' Stelde ze ineens voor en veranderden de zwerver zijn ogen in ogen zo groot als schoteltjes.
'W-wat zegt u daar, vrouwe Helène?' Hoorde ze hem stotteren en begon ze te grinniken als ze ook zijn arm steviger beetpakte en weg van zijn plek leidde. Ze wist dat de dichtstbijzijnde kraampjes aardig ver waren, maar herinnerde ze zich dat er een klein cafeetje was dat ook heerlijke warme dranken verkocht voor een goede prijs.
Ze deed het ook omdat ze eigenlijk meer over de man te weten wilde komen. Nu zij hem meerdere malen had gezien, rees er bij haar vele vragen op waar ze graag een antwoord op wilde krijgen. En als ze dat wilde hebben, dan zorgde ze ervoor dat ze ze ook daadwerkelijk kreeg.
En daarom liepen ze nu zij aan zij, op weg naar het cafeetje dat ze in haar gedachten had. Als ze voor het cafeetje staan, gluurde ze snel naar binnen en zag ze dat het er aardig rustig was. Ze toverde een glimlach rondom haar lippen en draaide ze hen om naar de ingang van het cafeetje.
Aan haar arm voelde ze hoe de zwerver lichtelijk tegenstribbelde, maar wist zij hem al gauw over de streep te trekken door hem gewoon naar de deur toe te slepen. 'Kom,' zei ze ferm als ze de mouw van de man achter zich aan trok en zo de warmte van het cafeetje binnen stapte.
Ze keek om zich heen om te zoeken naar een geschikte plaats, zo veel mogelijk uit de buurt van andere gasten. Meer met de bedoeling dat de zwerver zich niet teveel ongemakkelijk zou voelen. En daar, in een hoekje vond ze de geschikte plaats om te zitten aan een rond tafeltje. Zonder zijn toestemming te hebben gevraagd, trok ze de man achter zich aan en wees zij hem een stoel aan waarna hij onder haar toeziend oog plaatsnam.
Voor haar neus zag ze heus wel hoe de zwerver zeer ongemakkelijk om zich heen keek, terwijl hij zijn handschoenen uit deed en zag ze hem, zijn handen tegen elkaar aan wrijven. Ze trok een mondhoek omhoog terwijl ze haar sjaal van haar hals af haalde en vervolgens haar jas uit deed.
Ze gebaarde de man dat hij dat ook eens moest doen en nam ze vervolgens plaats op haar stoel. Achter haar stond de muur waartegen de man aan zou moeten kijken. Op deze manier hoopte ze dat de passanten hem niet zo snel zouden aanzien voor een zwerver.
Het verbaasde haar lichtjes toen de zwerver zijn donkerbruine versleten jas uit deed en er een donkerrode bordeauxtrui tevoorschijn kwam. Ondanks de trui er oud uitzag, was hij nog gaaf en dus niet beschadigd.
Maar nog voordat ze een opmerking kon maken, stond er ineens al een serveerster aan tafel die meteen met een gezicht vol afkeer naar de man keek. 'Ehm...,' Begon de serveerster met een opgetrokken neus en wees ze naar de man. 'U weet toch dat er hier geen zw-' Wilde ze zeggen, maar werd ze meteen door Helène afgekapt.
Als in een opwelling stroomde er allerlei woorden uit haar mond voordat ze het erg in had. 'Mevrouw, mijn...eh. Mijn opa en ik zouden graag een dampende kop chocomel met een flinke toef slagroom willen krijgen. Alstublieft.'
De serveerster keek haar doordringend aan voordat ze opnieuw naar de oude man keek, wiens blik zich niet met de hare durfde te doorkruisen. En dan, na een paar tellen, slaakte de serveerster een zucht, toetste ze iets op haar apparaatje en liep ze na een knikje, weg.
Een golf van opluchting vloeide er door haar lichaam en ontspande ze zichzelf meteen. Haar stijf gespannen rug liet ze meteen los en slaakte ze een zucht voordat ze zich weer op hem richtte. De zwerver keek haar nogal ongemakkelijk aan, maar begon ze enkel te glimlachen.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro