- 12 -
Koud...Zó Koud!
Is wat hij als eerste dacht toen hij vandaag naar buiten stapte. Hij had de neiging om meteen weer naar binnen te keren, maar dacht hij toen dat het niet veel zou uitrichten. Hij moest en zal naar buiten gaan, dus moest hij het er maar beste van maken.
Hij hoopte vurig dat door de koude en de aankomende feestdagen, de mensen meer goedgezind zouden zijn en zich dus eerder om de arme zwervers zouden ontfermen.
Oh, wat had hij het mis, toen hij voor een paar uren achtereen op één zelfde plek zat. Wel uit de wind, maar toch o zo steenkoud. In al die tijd had hij geprobeerd om zijn stenen beker omhoog te houden, in de hoop dat de voorbijgaande mensen er iets in zouden doen. Toen één van de eerste sneeuwvlokken de betonnen grond raakten, besefte hij dat het eigenlijk zinloos was.
Als eerste begon zijn neus te bevriezen, daarna zijn tenen en nu begonnen zijn vingers ook. Ondanks de vele lagen kleding die hij aan had, voelde hij zijn vingers stijf en koud worden en wilde hij gaan besluiten dat het voor vandaag, welletjes is geweest totdat er een gestalte naast hem opdoemde.
Hij schrok heel even van de aanwezigheid en probeerde hij het te begroeten door zijn lichaam naar hem of haar te draaien, maar verloor hij onderweg bijna zijn stenen beker. Als in een reflex voelde hij hoe diens hand, zijn geliefde beker vastgreep en daarbij ook zijn met handschoen omhulde hand.
Even schrok hij weer van deze actie en keek hij in een ruk opzij en werden zijn ogen groter als ze het bezorgde gezicht van datzelfde meisje ontmoette, die hij eerder van de week zag. Zijn hart begon ineens iets sneller te kloppen door de plotselinge adrenaline, omdat zij opnieuw in zijn aanwezigheid was. Maar nog voordat hij iets kon zeggen, hoorde hij haar zeggen dat hij koud was.
'Dit is niet goed,' hoorde hij haar zachtjes mompelen en begon hij het ietsje warmer te krijgen. Het was de adrenaline en al helemaal als hij zag dat het meisje hem recht in de ogen keek. Haar ogen straalden bezorgdheid uit en zei ze ineens zomaar vanuit het niets, dat hij met haar mee moest komen.
Overdonderd was hij, toen hij hoorde wat ze tegen hem zei. Dat hij een heerlijk dampende warme chocomel zou krijgen. Zijn mond werd meteen waterig toen hij zichzelf overeind hees waarbij hij zich ook liet helpen.
Maar dan kwam het besef binnen dat zij opnieuw háár eigen verdiende geld aan hem wilde uitgeven. Diep in zijn gevoel besefte hij dat hij dat het niet helemaal de bedoeling was. Ondanks hij naar de warmte snakte, was hij eigenlijk slechts van plan om haar te bedanken. Meer niet. Want hij vond dat zij al genoeg had gedaan voor hem in tegenstelling tot die andere hebzuchtige mensen.
Toen hij haar wilde vertellen dat het echt niet hoefde, werd hij meteen tot stilte gemaand en slikte hij zijn woorden verrast in. Zo, deze meid hier durft wel tegen een oude man in te gaan. Begon hij te denken als hij zich door haar over het stoep liet meevoeren.
Het was hem duidelijk dat ze wist waar ze moesten zijn. Hij deed zijn best om zijn stramme spieren snel aan het werk te zetten, maar ging het toch redelijk moeizaam. Na een tijdje waren ze weer terug in het drukkere centrum en werd hij naar één van de bekende kraampjes meegenomen.
Na bijna een minuut werd er voorzichtig een afgesloten beker warme chocomel in zijn handen gedrukt en keek hij verrukt naar de beker in zijn handen, terwijl het meisje hem van de kraam af leidde. Hij kon zijn ogen bijna niet geloven dat hij daadwerkelijk van háár, dit heerlijk warme vloeistof had gekregen. Ongelofelijk hoe één mens, een zwerver zoveel plezier kon bezorgen.
Zodra hij zijn lippen aan de beker zette, nipte hij van de warme chocomel en verbrandde hij lichtjes zijn tong. Maar toch overviel hem de smaak en de warmte van de vloeistof en sloot hij zijn ogen van genot. Op zo een koude dag zoals deze was deze meer dan welkom.
Hij voelde haar blik wel op zich branden, maar was hij volledig overgeleverd aan de hete chocomel die ze van haar kreeg. Toen hij na een tijdje opmerkte dat de beker bijna leeg was, wilde hij een zucht slaken maar ontsnapte er ineens een luid gerommel uit zijn maag waardoor hij verschrikt opkeek.
'S-sorry,' mompelde hij beschaamd als hij ook een hand op zijn buik legde en hij haar verongelijkt aankeek. Hij zag hoe ze met een diepe frons boven haar mooie wenkbrauwen naar hem keek voordat hij zijn blik afwendde.
'U hebt duidelijk honger,' hoorde hij haar zeggen en zag hij in zijn ooghoek hoe zij naar het plastic tasje aan haar arm reikte. Nieuwsgierig draaide hij zijn hoofd naar haar om en zag hij haar iets uit de tas halen.
En zijn ogen vielen bijna uit hun oogkassen.
In haar handen zag hij de kant en klare driehoekssandwich die belegd is met groenten en kipfilet. Zijn maag scheen, bij het aanschouwen ervan, heviger te knorren en hoorde hij haar zeggen dat hij het harder nodig had dan zij. Och, als ze het toch eens echt de waarheid wist..., dacht hij even schuldig en begon hij daardoor te twijfelen of zijn hele actie nou wel een goed idee was.
'Neem maar aan, het is goed zo.' Zei ze met een zelfverzekerde stem en moest hij doen alsof het een enorm geschenk was, terwijl de waarheid toch iets anders in elkaar stak. Maar hoe dan ook, hij was overweldigd door haar bezorgdheid dat hij net als een blij kind, haar aanbod in handen nam en begon ze te glimlachen. Zodra haar handen zich van het pakketje had losgehaald, hoorde hij haar zeggen dat ze wil dat hij belooft om naar de opvang te gaan.
Diep in zijn geheugen sloeg de paniek even toe. Hij besefte dat ze met hem mee gaat lopen tot de opvang. Want hij is een zwerver, toch. Hij besloot snel in zijn rol terug te vallen en begon hij driftig met zijn hoofd te knikken.
'J-ja, dat zal ik doen, mevrouw!' Zei hij hardop, maakte hij zich van de muur los en dronk hij snel de laatste restjes chocomel op, gooide hij ze weg voordat hij begon te lopen. Hij voelde gelijk aan zijn spieren dat ze stijf en nog koud waren, maar wist hij dat hij dit zichzelf eigenlijk had aangedaan.
Hij was zijn eigen geheugen dankbaar dat hij nog precies de verschillende locaties van de opvang wist en hij daardoor de route ernaartoe ook wist. Nu moest hij echt doen alsof hij echt bij de opvang overnachtte.
Hij wist onderweg eigenlijk niet wat hij tegen haar moest zeggen. Zijn intenties om haar te bedanken was weggesmolten zoals de sneeuw op de grond. Zijn eigen gedachten duizelden hem en dankte hij haar in stilte dat ze ook niks aan hem vroeg. Aan de de manier van lopen merkte hij op dat ze er wel ontspannen bij liep en kon hij zo nu en dan een blik opzij toewerpen om te kijken hoe zij zelf eruit zag. Hij zag dat ze geen merkkleding aan had en dat er een heuse gat in de knie van haar broek zat. Hij dubte of het de mode was, of dat ze gewoon niet veel geld had om zomaar een nieuwe te gaan kopen. Misschien kwam dat wel omdat ze wat aan hem had uitgegeven. Maar in zijn achterhoofd had hij de bedragen al bijeen opgeteld die ze aan hem had gespendeerd.
Na een heleboel wendingen en meters te hebben gemaakt, kwam hij aan bij een pand dat duidelijk aangaf dat het een nachtopvang was. Hij hoopte vurig dat ze niet mee naar binnen wilde gaan, omdat hij er zelf eigenlijk nooit eerder was geweest en dus niet wist wat hij daarbinnen moest doen.
Opgelucht was hij toen ze zei dat ze maar eens naar huis ging. 'Blijf binnen, het wordt erg koud vannacht.' Hoorde hij haar zeggen voordat hij zag hoe ze haar hand ophief, zich omdraaide en van hem weg ging lopen.
Met een lichte aarzeling riep hij haar gauw terug en draaide ze zich vragend om. 'Ja?' Klonk haar vriendelijke zachte stem door zijn oren en voelde hij zich van binnen smelten. 'Bedankt..., bedankt voor alles.' Stamelde hij in eerbied. 'Zou ik als dank, misschien uw naam mogen weten?' Vroeg hij vervolgens met een zachte stem en zag hij haar glimlachen en zich volledig naar hem toe draaien.
'Natuurlijk. Mijn naam is Helène. Nog een goedenacht, meneer.' Zei ze met een zachte maar lieve stem voordat ze een hand naar hem ophief, zich weer omdraaide en van hem wegliep.
Met een warm hart keek hij haar na tot ze uit het zicht verdwenen was, draaide hij zich met een glimlach om en liep hij weg van de opvang.
'Helène, een lieve naam voor een prachtig meisje met een hart van goud.'
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro