Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

Hoofdstuk 45: ...

Feline

Ik werd wakker met een fikse hoofdpijn en stramme ledematen, maar ik kon voorzichtig concluderen dat de meeste pijn weg was. Op de achtergrond klonken gemoedelijke stemmen. Een hand die enkel van Jurian kon zijn, gleed door mijn haren. Mijn hoofd lag op zijn benen en zijn vertrouwde geur hing om me heen. Toen ik mijn ogen opende, zag ik Jurian helder terug kijken. 

Met een kreun bracht ik mijn hand naar mijn hoofd. 'Goden,' bromde ik.

Jurian grinnikte laag, maar niet hartelijk. Zijn ogen spraken boekdelen. Hij was bijgepraat over wat er gebeurd was in zijn afwezigheid. Over de vreemde gebeurtenissen in de Box. Hij was er niet bij geweest en hij haatte zichzelf daarom. Dat was Jurian. 

Ik dwong mezelf om rechtop te gaan zitten. Mijn spieren schreeuwden en ik klemde mijn kaken stug op elkaar. 

'Ik heb mijn best gedaan, maar het herstelproces heeft tijd nodig,' merkte Calum op, die in een fauteuil naast het bed zat. 'Je wordt immers niet dagelijks aan een gesimuleerde rotswand gespietst.' 

Het was onwerkelijk dat een simulatie echte verwondingen kon aanrichten. Hoe had de beschermingslaag niet zijn werk gedaan? Bij de andere gevechten had het prima gefunctioneerd. Sterker nog, tijdens ons gevecht had het ook nog prima gefunctioneerd. Edeline had mijn vlammen niet gevoeld. Ze had het niet uitgeschreeuwd toen mijn vuur haar enkels in diens greep had genomen. De jonge prinses had haar rusteloze orkaan op mij afgestuurd en had pas pijn gevoeld toen ik... 

Ashlynn, Elin en Katana verlieten hun plek bij de haard op het moment dat het koude zweet mij uitbrak. Het malumkristal... Was dat echt geweest? Was de stem in mijn hoofd echt geweest, of waren dat hallucinaties, veroorzaakt door zuurstoftekort?

Katana wilde net op het bed ploffen toen ik mijn hand opstak. 'Nee.'

Hallucinaties of niet, de kracht die mijn lichaam over had genomen was absoluut echt geweest. Iedere duistere, angstaanjagende vezel die mijn lichaam had geïnfiltreerd was echt geweest. De mentale pijn, de messen in mijn geest, toen ik op een of andere manier een kracht losliet die niet van mij was, dat was echt geweest.

Met een opgetrokken wenkbrauw keek Katana mij aan. 'Sorry?'

Ik schudde mijn hoofd en krabbelde van het bed af. De stekende spierpijn kon me niets schelen. Ik gebaarde Jurian dat hij ook moest opstaan. Er heerste duidelijk onbegrip bij mijn vrienden en dat werd niet minder toen ik het matras optilde. Het kristal lag op precies dezelfde plek als waar ik het achter had gelaten. Alsof het nooit weg was geweest. Peinzend keek ik er naar. Het had nog steeds de doffe aantrekkingskracht. Ik pakte het op en liet het matras zakken. 

'Alles oké, Feline?' vroeg Ashlynn aftastend. 

'Wat hebben die schaduwen van jou precies gedaan?' hoorde ik Elin spottend vragen.

In mijn ooghoeken zag ik Katana de blondine een woeste blik toewerpen, waarop zij grijnsde. 

Was het dit kristal geweest dat technisch gezien mijn leven had gered tijdens het gevecht? Als het hier was, op precies dezelfde plek als waar ik het had achtergelaten... Toen pas zag ik de snee in mijn hand. Alsof ik mij had gebrand, liet ik het kristal op het bed vallen. Mijn handpalm werd getekend door opgedroogd bloed. De snee was niet diep, noch open - gezien Calum waarschijnlijk wel iets van zijn magie daarop had gebruikt, maar de rest had gespaard voor de andere verwondingen. Dat was het bewijs. 

Jurian keek zwijgend en fronsend naar het kristalscherf. Natuurlijk. Hij was de enige die het nog niet gezien had. Hij was er niet bij geweest toen Elins geest naar de vreemde tussendimensie was verdwenen en Ashlynn in aanraking was gekomen met de verstikkende duisternis. Hij was pas binnen gekomen toen we terug waren. De paniek was van hem afgestraald, oprechte paniek. 

'Wat is het?' vroeg hij toen hij het oppakte. Hij werd ook aangetrokken door de suizende kracht die er omheen hing.

Elin en ik wisselden een blik met elkaar. Iets wat niet onopgemerkt ging bij de rest. Calum stond nu ook op, met een gezichtsuitdrukking die ergens tussen nieuwsgierigheid en achterdocht hing. Dus knikte ik naar Elin.

'Een scherf van het malumkristal,' bekende zij toen. 'Een kristal dat...'

'Het hart van de schaduwdimensie is,' vulde Jurian langzaam aan. Zijn blik schoot naar mij. 'Hoe kom je hieraan?' 

Je kon wel zeggen dat er opeens een hele gespannen sfeer in de ruimte hing. Het was een vraag die ongetwijfeld ook bij de rest van mijn vrienden rustte. 

Vertel het ze niet. Dat is te gevaarlijk. Een fantoomwind rustte op mijn schouders. Het is te gevaarlijk gezien wat er nog komen gaat.

Verstijfd zocht ik naar mijn woorden. 'I-Ik, eh,' stamelde ik.

Vertel het ze niet, Feline, voor hun eigen veiligheid. De druk verdween weer.

'Ik heb het gevonden,' loog ik uiteindelijk, 'in het fort van Scarlett en Clay. Ik voelde me er toe aangetrokken en heb het meegenomen.' Ik streek een verwilderde pluk haar uit mijn gezicht. 'Ik wist niet wat het kon doen.'

Jurian kneep zijn ogen tot spleetjes, maar ik had mijn verstevigde muur allang opgetrokken. Iets in de stem van de vrouw dwong mij haar bevel op te volgen. Iets wat ik blindelings wilde vertrouwen. Ik kon het ze niet vertellen. Niet nu. 

Waar Jurian zijn achterdocht had, begon Elin hardop na te denken. 'Een scherf van het hart van de schaduwdimensie,' zei ze. 'Als Scarlett en Clay het hadden, is alles wat hier gebeurd misschien wel groter dan we denken.' 

'Het is inderdaad logisch,' beaamde Jurian, die het kristal vasthield. 'Als zij het gebruikten, zou de poort van de schaduwdimensie steeds verder open zijn gegaan. Dat verklaart ook waarom Roan en Declan in de zevende dimensie waren. Dit kan nog wel eens de reden zijn waarom de poort niet te sluiten is.' Hij hield het kristal omhoog. 

Calum keek van het kristal naar mij. 'Heb je dat gebruikt voor je laatste aanval?'

'Je hebt dit gebruikt?' vroeg Jurian meteen. Zijn ogen waren groot, gevuld met een vleugje angst. Niet geheel misplaatst.

Onwillekeurig liep er een rilling over mijn rug bij de levende herinnering aan de pijn. 'Ik wilde het niet. Ik had geen keus. H-het zat in mijn broekzak. H-het was mijn...' Ongemakkelijk keek ik ze aan. 'Het was mijn laatste kans. Ik zou gestikt zijn.' 

'Het zat in je broekzak?' vroeg Ashlynn. 'En nu lag het onder je matras?'

Ik haalde adem om een zinnig antwoord te geven, maar kon enkel mijn schouders ophalen. Ik had geen idee hoe het opeens in mijn zak had gezeten en ik kon ze niet vertellen over de vrouw met de zwarte haren, niet nu ze me dat zo sterk verboden had. 

'Waarom werkte de bescherming van de Box niet?' vroeg Katana. 

Het was mij niet duidelijk of ze het vroeg uit pure interesse, of dat ze mijn ongemak aanvoelde en het onderwerp wilde veranderen. Desalniettemin was het een goede vraag. 

'Kan het een error zijn geweest?' dacht Ashlynn hardop. 

Jurian schudde zijn hoofd. 'De Box schakelt zichzelf uit als er een fout in het systeem zit.' 

'Nou, ik weet niet hoe jij het wilt noemen, maar ik vond het wel degelijk een fout in het systeem,' merkte Katana koeltjes op. 

'Onmogelijk,' kaatste Jurian terug. 

'Dus dan kwam het van buiten het systeem,' zei ik langzaam. 'Van buiten de Box misschien?'

Calum volgde mijn gedachtegang naadloos. 'Sabotage?'

Elin snoof. 'Wie zou het lef hebben om de Box te saboteren?'

'Iemand die het misschien niet zo op onze Feline hier heeft?' kaatste Calum terug.

Er viel een stilte. Niemand leek de woorden uit te willen spreken. Was het mogelijk dat de koningin zo ver zou gaan om mij uit de weg te ruimen? Edeline had een dreiging uitgesproken toen ze mij naar mijn kamer had vergezeld op de eerste dag. Ze mochten me niet, dat was duidelijk, maar ze zouden zich toch ook realiseren dat ze er niet veel mee opschoten als ze de wederhelft van hun zoon zouden omleggen? Aan de andere kant... Koningin Ariëlle had er alles voor over om een gezegende zoon, of dochter, te krijgen. Alles. En met haar krachten was ze onaantastbaar. Zelfs de furie van haar zoon zou haar niet kunnen raken.

'Nee,' zei Jurian, die de onuitgesproken woorden in het vertrek voelde. 'Het kunnen niet mijn ouders zijn geweest. Hoe graag ze Feline ook zien verdwijnen, ze waren niet eens in de ruimte. Bovendien zouden ze nooit iets doen waarbij Edeline gevaar loopt.' 

Er werd instemmend gemompeld en ik moest toegeven dat hij daar zeker een punt had. Het koningspaar zou hun enigste dochter niet op het spel zetten. 

'Dan moet het iemand zijn geweest die in de trainingszaal was en een goed motief had,' concludeerde ik.

'Kan het Edeline zelf zijn geweest?' vroeg Katana. 'Ik bedoel, het is meer dan duidelijk dat ze je niet mag.' 

'Onmogelijk. Iemand kan niet zo'n kracht laten zien en magie gebruiken om de beveiliging van de Box te omzeilen,' zei Jurian.

'Wie waren er nog meer? Roan? Declan? Aliane?' somde Calum op. 

Ik schudde mijn hoofd. 'Weinig kans. Ik heb niet het idee dat Roan en Declan hun eigen zus in het gevaar zouden brengen als ze daarmee de furie van hun ouders op hun hals halen. En zeg nou zelf, Aliane is daar geen type voor. Ze is überhaupt veel te goed voor het wespennest dat ze hier het koningshuis noemen.' 

Weer instemmend gemompel. En toen daagde het.

'Was Lilian in de zaal?' 

Jurian schudde zijn hoofd. 'Lilian zou zoiets niet doen.'

'Ze was er wel,' zei Katana onverschillig. 

'En ze heeft een motief, Jurian,' voegde Calum daar aan toe. 

Opnieuw schudde hij zijn hoofd en meer tegen mij dan tegen de rest zei hij: 'Nee, dat geloof ik niet. Lilian kan zoiets niet doen.'

Ik glimlachte naar hem, maar kon het niet helpen om zijn woorden in twijfel te trekken. Lilian was wel degelijk iemand met een motief en ze was in de zaal geweest. Jurian mocht haar dan wel geloven, maar ze waren verloofd geweest. Technisch gezien, waren ze dat nog steeds. Misschien hield de jonge vrouw de schijn op. Probeerde ze hem los te laten, maar wist ze dat ze het niet kon. Misschien was er een deel in haar dat nog steeds naar die zegening hunkerde. En een gebroken hart was makkelijk te beïnvloeden, daar wist ik alles van. 

De verdenkingen vlogen heen en weer. Het eten werd op de kamer geserveerd en toen we eenmaal aan het eten waren, werd de stemming een stuk gemoedelijker. Er werd weer gelachen. De druk van de poort van de schaduwdimensie vaagde weg naar de achtergrond. Het was zowaar weer als vanouds. Deze tafel, vol heerlijk eten, had ook in ons landhuis kunnen staan als we het vergulde zilver weg zouden denken. En hoewel Elin een nieuw gezicht was, paste ze perfect in de vriendenkring. Alleen Gabe en Merida, die het ongetwijfeld een stuk beter hadden getroffen in het echte landhuis, misten nog aan de tafel.

Alles ging goed. Het was oprecht gezellig. Tot de schaduwen kwamen.

Eerst waren ze niet opvallend. Sterker nog, ik zag ze niet totdat de aan de poten van mijn stoel likten. Ik knipperde met mijn ogen. Nog een keer. Daarna keek ik beter en zag ik dat er meer schaduwen waren. Ze kropen in dunne draden over de grond, op een of andere manier amper zichtbaar. Maar ze waren er. En ze kwamen onder de deur vandaan. Toen ik geen antwoord gaf op een vraag die mij gesteld werd, volgde de rest mijn blik ook. 

'Wat is dat?' vroeg Ashlynn. 

De schaduwen waren niet dreigend. Ze waren er gewoon. Het was alsof ze de kamer doorzochten. Maar dat ze geen specifieke dreiging bij zich droegen, betekende niet dat ze geen dreiging waren. In een kasteel in de eerste dimensie, waar geen duisternis heerste, was het namelijk heel verdacht. 

Ik schoof mijn stoel naar achteren met dat er een gil klonk. Een hoge, harde, hartverscheurende kreet die enkel gepaard ging met pijn. 

'Edeline,' siste Jurian, die meteen opsprong en naar de deur dook. Ik stond al achter hem voordat de rest overeind was gekomen.

Jurian gooide de deur open en zette het op een rennen. Opnieuw de pijnkreet. Het klonk inderdaad als Edeline. Het voedde Jurian. Hij begon nog harder te rennen. Ik volgde hem nauw en kwam zo uiteindelijk bij de centrale trap uit. Het was niet moeilijk om op onze bestemming te komen. De schaduwen kropen door de gang, kwamen uit bij de trap en gingen naar beneden. En daar beneden, in de centrale hal, lag Edeline op de grond. Schokkend. 

Vloekend stormde Jurian de trap af. 

Het was begonnen. Het moest wel begonnen zijn. De poort van de schaduwdimensie was eindelijk ver genoeg open om verschrikkingen de wereld in te laten waar zelfs de sterkste krijgers niet tegenop gewassen waren.

We waren niet de enige die op het geluid af waren gekomen. Declan verscheen tegelijkertijd met de rest van mijn vrienden bovenaan de trap. Jurian zat al bij zijn zusje neergeknield voordat zij de trap af waren gekomen. Edeline liet enkele ongecontroleerde geluiden horen. Bloed lag om haar heen in spetters. Ze huilde aan één stuk door, niet in staat om iets anders uit te brengen. Ze wees enkel de gang in, waar de schaduwen ook heen gingen. 

Jurian stond langzaam op. Zijn schaduwen vermengde zich met de onbekende duisternis. 'Blijf hier,' beval hij aan de rest. 

Declan leek niet van plan te zijn om van zijn schokkende zus weg te gaan en Calum liet zijn kundige handen al over de lichaam van de jonge prinses gaan. Elin bleef ook achter, maar Ashlynn, Katana en ik lieten ons niet zo snel op de plek zetten door Jurian. Dus toen hij weg beende met een moordende duisternis in zijn kielzog, volgden wij ook. 

Er heerste een gespannen stilte toen we steeds dichter bij de bron van de duisternis kwamen. De duisternis ging naar de trainingszaal. Dus wij volgden gestaag. Op de tussenverdieping aangekomen zagen we niemand, maar er was wel iemand. Niet alleen de duisternis bevestigde dat, ook het gerommel bij de trainingswapens. We snelden de trap af en ik voelde mijn hart in mijn keel kloppen toen mijn voeten de grond raakten. Ik scande de ruimte zo snel als mijn ogen dat konden, maar zag bij de wapenopslag alleen een brunette.

'Aliane, je moet hier weg,' zei Jurian snel, half struikelend over zijn woorden, 'je bent hier niet veilig.' 

'Waar is Roan?' vroeg ik mijzelf hardop af. 

Aliane draaide zich om. Er lag een rust in haar blik, alsof ze zich helemaal niet stoorde aan de duisternis. 'Ah, Feline, Jurian,' merkte ze op, haar blik gleed langs ons op. 'Ashlynn en Katana.' Ze glimlachte.

Een nare rilling kroop over mijn rug. Was Aliane onder de controle van de duisternis? 

'Feline, liefje, ik geloof dat jij iets hebt wat mij toebehoord,' zei ze, spelend met de dolk die ze in haar handen had. De steen in het gevest kleurde diep zwart.

Jurian schoof defensief voor mij.

Aliane rolde met haar ogen. 'Jurian, dit is echt iets tussen mij en Feline, dus als je even aan de kant wilt stappen.' Toen hij niet reageerde, siste ze. 'Best. Feline, waar is mijn malumkristal?' 

Ik voelde mezelf wit wegtrekken. Ashlynn haalde scherp adem. Katana vloekte. Jurian stond als bevroren. 

'Kom, doe niet zo verbaasd,' zei ze, waarbij ze een stap naar ons toe zette. 'Ik weet niet hoe je er aan bent gekomen, maar het is niet van jou. Ik wist dat het bij een van jullie moest zijn, maar ik had niet verwacht dat onze geliefde, goede grensengel met zo'n stukje duister kristal rondliep.' Ze gooide haar haren over haar schouder en zette nog een stap. 'Eerlijk is eerlijk, ik dacht dat Katana het had. Maar toen ik vanmiddag speelde met de Box en jij je opeens met zoveel kracht wist te verdedigen...' 

Dit was Aliane niet. Dat kon niet. Dit was niet dezelfde engel, of grensengel, die iedere keer weer zo verliefd naar Roan keek. De zoete, zachtaardige vrouw. 

Ze grijnsde. 'Het was interessant om te zien dat je het gebruikte. Wist je wat het kon doen? Het is een sterk stukje steen, is het niet?' Ze zuchtte. 'Wat zijn jullie sprakeloos zeg.' Nu keek ze naar Jurian. 'Ik sta er echt van versteld, wist je dat. Ik had toch wel verwacht dat ze enkel een wapen was. Dat je inmiddels een nieuw speeltje zou hebben.'

Nu haalde Jurian scherp adem. 'Nee,' zei hij, maar het was niet meer dan een uitademing. Een geluid gedragen op een zuchtje wind. Een met ongeloof en angst gevulde wind. 

Het daagde mij niet. Tot Aliane in haar vingers knipte. Bruine haren veranderde in soepele, blonde krullen. De blauwe ogen werden iets nauwer en er verschenen donkere, bruine accenten in. De vrouw werd slanker, gespierder. Ze kreeg een houding die paste bij haar lach: katachtig.  

Katherine. 

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro