Hoofdstuk 22: Het Geheim
"Saar!" De verbazing is in mijn stem te horen als ik mijn beste vriendin zie.
Wat doet zij hier? Is ze helemaal voor mij hier naartoe gekomen?
"Vertel me het."
Ze weet het. Gaat door me heen. Maar hoe?
Kate.
Ontkennen, Liz. Misschien bedoelt ze wel iets heel anders.
"Ik weet dat je jezelf snijdt, Liz. Waarom? Sinds wanneer?", ratelt Saar bezorgt door. Waarna ze mijn rechterpols vastpakt en het omdraait om het te inspecteren.
Ze weet het echt. Ontkennen heeft nu geen zin meer. Ze is al de tweede persoon die achter mijn geheim is gekomen. Aan wie heeft Kate het nog meer verteld?
Aan de jongens?
"Hey" Saar tilt mijn kin op, zodat ik haar moet aankijken.
"Rustig maar, lieverd. Waar is die stoere ijshockeyster gebleven? Degene die tegen de docenten inging, alleen omdat ze hen les saai vond? Kom op Liz. Ik weet dat je het kan. Laten we anders naar jou kamer gaan, dan kan je me daar alles vertellen, goed?" Haar zachte, lieve stem kalmeert me.
Als een soort moeder, waar je al je verdriet in kan uitstorten.
De moeder die ik niet meer heb.
Ik voel de ene na de andere traan over mijn gezicht gaan, alsof ze onderling een wedstrijdje doen wie het eerste beneden is, terwijl Saar me voorzichtig -alsof ik elk moment kan breken- naar mijn kamer begeleid.
En ik af en toe wat door de tranen mompel dat moet lijken op 'links' 'hier naar rechts'.
Net achter mijn kamerdeur barst ik in tranen uit. De dam die ik dagenlang heb proberen op te houden, breekt.
Mijn tranen vloeien en er lijkt geen eind aan te komen. Mijn luchtpijp stokt even, waardoor er geen lucht in mijn longen komt. Met gevolg dat mijn gehuil en gejammer in een zware hoestbui verandert.
Kate. Ik had haar in Parijs beloofd dat ik het die volgende dag zou vertellen. Maar daar heb ik niet aan gedacht en ze had er die dagen die daarop volgden ook niet over begonnen.
"Bel Kate." Komt er verstokt uit mijn keel, waarna ik -tot mijn eigen grote verbazing- haar nummer op mijn scherm zie staan en Saar mijn telefoon geeft.
Misschien is het tegen nog meer medelijden, maar ik wil geen medelijden. Daarom bel ik Kate nu ook niet zelf, zodat ze mijn raspige stem niet kan horen. En zo hoef ik het verhaal niet twee keer te vertellen.
Toen Kate er was zijn we naar mijn kamer gegaan en heb ik alles verteld.
Alles.
Ik bankkaart met mijn verhaal en kijk ze onzeker aan. Maar het enige wat ik zie is dat ze een geschokte blik op hun gezicht hebben en mijn kamer verlaten.
Nu weet ik zeker dat ik nooit meer iemand kan vertrouwen. Mijn vermoedens zijn waargemaakt.
Niemand kan je vertrouwen.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro