19
De elf loopt naar de rand van de brug. Legolas hoort zijn voetstappen door de stenen heen. De elf vraagt aan een paar mannen of ze hem ondersteboven over de rand willen hangen zodat hij onder de brug kan kijken.
Help!
Net voordat het hoofd van de elf onder de rand tevoorschijn komt, stapt Legolas in het levenszicht. Verbaasd kijkt hij naar zijn paard die hij stevig vasthoudt aan de teugels. Hij is meegegaan in het levenszicht en vindt dat duidelijk totaal geen pretje. Het wit van zijn ogen is te zien wanneer hij Legolas aankijkt. Legolas aait hem over zijn hoofd hem gerust te stellen.
"Niets te zien!" roept de elf naar boven en hij wordt weer over de rand gehesen.
Pfiew, dat ging maar net goed.
Hij laat zijn paard los en die valt meteen terug in het gewone zicht. Blijkbaar heeft hij van dit alles geleerd dat hij geen geluid moet maken, want hij houdt zich doodstil. Legolas kijkt naar zijn handschoenen. Hij ziet verrast dat ze geen leven bevatten. Er is wel iets te zien. Een verzameling van kleine stroompjes licht. Het is lichtgevend. Niet zoals het leven, want dit schijnt echt en beschijnt ook de omgeving.
Is het een betovering? Zijn dit mijn vaders jachthandschoenen?
Zijn vaders jachthandschoenen zijn beroemd in Mirkwood. De elfen zeggen dat er een betovering op rust. Als je deze handschoenen aan hebt, kan je je geduld niet verliezen.
Helpen deze handschoenen mij om mijn krachten in bedwang te houden? Had ik ze maar gevonden voordat ik de Ronde Poel bereikte.
Hij stapt uit het levenszicht en stelt gerust vast dat de mensen op hun paarden stappen en doorrijden. Het linker pad op. Het rechter pad gaat richting Rivendel, terwijl het linker pad naar het zuiden gaat. Legolas pakt een appel uit zijn reistas en geeft het aan zijn paard. Zijn paard hinnikt blij en eet de appel langzaam op. Legolas pakt zelf wat gedroogt vlees en loopt kauwend onder de brug vandaan. Zijn paard loopt achter hem aan. Ze klauteren de kant op en lopen naar de weg. Legolas klopt op de schouders van zijn paard. Dan stijgt hij op en rijdt naar de splitsing. Daar slaat hij rechtsaf terwijl hij de afgelopen minuten overdenkt.
Wie is die elf? Hopelijk geen elf uit of onderweg naar Rivendell. Dat wordt dan een pijnlijke ontmoeting als wij elkaar weer tegenkomen. Gelukkig sloegen ze linksaf.
Misschien moet ik even kijken welke sporen hij zag.
Legolas draait zijn paard en draaft terug naar de splitsing. Er is niets te zien op het linker pad. Geen spoor, geen hoefafdruk, helemaal niets.
Huh, ben ik zo blind of deed de elf alsof hij iets zag?
Waarom zou hij dat doen dan?
Er komen paarden aan. Legolas luistert wat beter en hoort dat het pony's zijn. De pony's komen de bocht om en hij ziet dat ze bereden worden door dwergen. De ene dwerg heeft een sneeuwwitte baard en sneeuwwit haar. Hij ziet er oud uit, maar er straalt vitaalheid uit zijn ogen die nog scherp de wereld in kijken. Naast hem rijdt een jongere, volwassen dwerg. Legolas schat hem rond de 120 jaar. De dwerg heeft een rode baard die in twee snelle vlechten zijn gevlochten. Op zijn hoofd draagt hij een helm gemaakt van ijzer met brons. Met zijn rechterhand houdt hij een simpele strijdbijl vast. De strijdbijl zit onder het bloed. Dan ziet Legolas dat om het hoofd van de oudere dwerg een verband zit. Een klein rood puntje aan de linkerkant geeft de plek aan waar de wond zit.
Legolas rijdt voorzichtig naar de dwergen. Op de brug ontmoeten zij elkaar. Legolas vraagt vriendelijk, maar niet hartelijk:
"Hebben jullie hulp nodig heren?" De oude dwerg kijkt op en meteen verschijnt er een gewelddadige blik in zijn ogen. Hij pakt een mes en buigt naar Legolas toe.
"Misschien wel, maar wat heeft een elf daarmee te maken?" fluistert hij met een gevaarlijke klank in zijn stem. Legolas rolt met zijn ogen, waarna de dwerg overeind komt in zijn zadel.
Allemaal hetzelfde die dwergen. Te stijfkoppig om toe te geven dat ze hulp nodig hebben en nooit toegeven dat andere wezens ergens beter in zijn dan zij.
De jongere dwerg pakt de arm van de oude dwerg.
"Wind je niet teveel op vader." Legolas kijkt dankbaar naar de dwerg. Hij heeft geen zin in een gevecht met een oude, gewonde dwerg. Deze dankbaarheid wordt tenietgedaan doordat de dwerg eraan toevoegt:
"Het is maar een boself." Legolas schudt zijn hoofd uit teleurstelling en draait zijn paard om.
Had ik bijna een aardige dwerg ontmoet. Haha, die bestaan niet.
Hij rijdt naar het rechter pad en glimlacht om het feit dat de dwergen even blijven aarzelen. De dwergen sporen hun pony's aan en komen naast hem rijden.
"Ga jij ook naar Elrond?" vraagt de jongere dwerg nieuwsgierig. Zijn vader geeft hem een por, maar de dwerg blijft hem vragend aan kijken. Legolas knikt bruusk, niet wetend wat te doen met de plotselinge interesse. De dwerg knikt ook en valt snel weer terug in zijn rol als norse, chagrijnige dwerg.
"Wij ook." zegt hij nog snel. Met een ongemakkelijke stilte rijden ze verder richting het huis van heer Elrond.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro