H.51
Sophie pov.
Een gevoel dat me terug wilt trekken, ik duw het weg. Ik móét Seff vermoorden, zijn bloed drinken, zijn ogen eruit krabben, hem martelen totdat hij smeekt dat ik hem vermoord. Ik grom agressief naar Seff en val weer aan. Seff had die niet zien aankomen waardoor ik hem keihard in zijn heup bijt. Direct bijt Seff in de achterkant van mijn schouder. Ik proef zijn bloed en begin het te drinken. Het warme, naar ijzer smakende goedje vult mijn lichaam en dan realiseer ik me wat ik aan het doen. Geschrokken laat ik hem los en strompel een paar passen achteruit waardoor Seffs hoofd meegaat terwijl hij mij ook loslaat. 'Waarom stop je?' Vraagt hij mij. 'Ik... ik heb je blóéd gedronken!' Stamel ik terwijl ik op de grond plof en verdwaasd blijf zitten. 'Nee joh!' Zegt Seff sarcastisch terwijl hij met zijn ogen rolt, wat er best raar uitziet nu hij in zijn wolf-vorm is. Een hysterische lach borrelt op maar ik hou me in. Ik verander terug en het maakt me nu even niks uit dat hij me naakt ziet. Waarschijnlijk heeft hij me zo toch al gezien, als ik hem een beetje ken. Maar dat is het probleem, ik ken hem niet... ik begin te ijsberen. 'Wat doe je?' 'Ik ijsbeer, dat zie je toch.' Zeg ik terwijl ik gewoon verder ga. 'Ja, maar waarom ijsbeer je?' 'Het zorgt ervoor dat ik rustig word en ik beter kan nadenken en bovendien kan je het altijd doen.' Zeg ik terwijl ik hem kort aankijk. 'Hoe kom ik hier weg?' Zeg ik terwijl ik om me heen kijk. 'Niet.' Direct draai ik me naar hem om. 'Wat?! Hoe bedoel je, niet?' 'Precies wat ik zeg, niet. Je komt hier niet weg.' 'En waarom dan wel niet? Ik wil terug naar Calum! En Maaike, Max, Michael en Ashton!' 'Je hebt hier zelf voor gekozen en dankzij jou zit ik hier ook vast.' Plots realiseer ik me dat hij nog steeds in zijn wolf-vorm is en ik niet. 'HOE DE FACK KUNNEN WE PRATEN TERWIJL JIJ NOG IN JE WOLF-VORM BENT?!' Roep ik terwijl ik op en neer spring. Nice, ben ik uitgerekend nu hyperactief. 'Dat komt omdat we allebei geestenwandelaars zijn. Die hebben een soort 'mindlink' met elkaar waardoor we altijd kunnen comuniceren, mensenvorm of niet.' 'Dat...' 'Is raar?' 'Nee! Dat is super awesomeeeee!' Roep ik enthousiast uit terwijl ik nog steeds op en neer spring. 'Stop met springen!' 'Nee!' 'Ja!' 'Nee! 'Ja!' 'Nee!' 'Ja!' 'Nee!' 'Hahahaha! Je bent gestopt met springen!' 'Hate you.' 'Wist je trouwens al dat we hetzelfde bloed in onze aderen hebben stromen?' Zegt Seff plots heel random. 'Ja, want we zijn allebei geestenwandelaars.' Zeg ik terwijl ik met mijn ogen rol. 'Nee, ik bedoel hetzelfde bloed als in familie.' 'WAT?!' roep ik verschrikt uit. Seff? Familie van mij? Gadver, als Seffs 'plannetje' was gelukt was ik nu getrouwd met een familielid. Iiiiiiiwwwwww!!! 'Hoe bedoel je trouwens familie? Als in neef en nicht of...' Zeg alsjeblieft niet dat hij mijn broer is, alsjeblieft niet! Ik heb er al zoveel! 'Ik bedoel als in vader en dochter.' Zegt Seff serieus. Dat is de druppel die de emmer doet overlopen. Ik begin keihard te gillen, maar dan ook echt hard. 'Wow, rustig! Ik maakte maar een grapje!' Ik stop met gillen en leg mijn hand op mijn hart. 'Daar hoor je geen grapjes over te maken! Weet je hoe raar het is om te horen te krijgen dat je vader met je wilt trouwen?!' 'Oké, misschien ging ik iets te ver.' 'Misschien?!' Roep ik uit terwijl ik wilde handgebaren maak. 'Pas op, straks bezeer je nog die arme boom achter je.' Zegt Seff droog. 'Hate. You.' 'Yea, love you too.' 'Ik word echt helemaal gek! He-le-maal gek!' Zeg ik terwijl ik met mijn handen door mijn haar ga en weer begin met ijsberen. 'Je komt er wel overheen maar back to the point.' 'Ja, wat voor familie ben je van me?' 'Je broer.' 'Neeeeeeeeee!' Roep ik dramatisch. Seff veranderd ook terug en direct kijk ik alleen maar naar z'n gezicht. Hij kijkt me met opgetrokken wenkbrauw aan. 'Hoezo nee?' 'Ik heb er al zoveeeeeeel!' Jammer ik terwijl ik hem wanhopig aankijk. Seff schiet in de lach. 'Maar wacht eens... ik had een 'echt' broertje. Die is omgekomen tijdens een auto-ongeluk...' 'Dat was niet je echte broertje.' 'Wat?' Onbegrijpend kijk ik hem aan. 'Onze ouders zijn jou ongeveer veertienhonderd jaar geleden kwijtgeraakt-' 'VIERHONDERD JAAR GELEDEN?! ZO OUD BEN IK NOG NIET EENS!' 'Jawel, dat ben je wel. Je was tweehonderd jaar toen ze je kwijt raakte. Ik was toen vijfhonderd. Je bent later gevonden door je 'mensenouders' en die hebben grootgebracht. Je mag vragen stellen hoor.' Zegt Seff met een glimlach als hij mijn gezicht ziet. 'Hoe oud ben ik nu dan? Waarom zie ik er uit als een zestien-jarige? Waarom herinner ik me niks van onze ouders? Waarom herinner ik me helemaal niks meer van die tijd? Waarom zie jíj er nog zo jong uit? Hoe oud ben jij eigenlijk? Waar zijn onze ouders nu? Hoe weet je dit eigenlijk allemaal? Waarom heb je me dit eerder niet verteld? Leven onze ouders nog? Is dit een grap? Dit is toch geen grap hè? Want anders vil ik je levend.' Eindig ik mijn vragenreeks. Seff kijkt licht verbaasd en nieuwsgierig kijk ik hem aan. 'Nou? Komt er nog wat van?' 'Euh, ja. Vraag één: je bent nu zestienhonderd jaar. Vraag twee: omdat we langzaam verouderen net zoals normale mensen eigenlijk alleen behouden wij onze schoonheid langer-' 'Dus als Maaike een oud omaatje is, zie ik eruit als een twintigjarige?' 'Wel iets ouder, waarschijnlijk als iemand eind de dertig.' 'What the fack... maar hoe kan het dan dat ik met Maaike meegroei?' 'Naar mate we ouder worden hoe langzamer we veranderen. En dat is omdat we gewoon op school zitten en we mee moeten veranderen zodat we niet opvallen. Vooral niet op de middelbare school.' 'Aha, vraag drie?' 'Vraag drie: omdat je nog te jong was.' 'Juist, ik vind dit eigenlijk allemaal maar een vreemde boel.' 'Dat is het ook, ik zelf snap er ook niks van.' 'Waarom stel ik deze vragen dan aan jou?!' 'Omdat ik tot nu toe de enige ben die antwoorden voor je heeft.' Ik grom kort van ontevredenheid maar luister dan verder. 'Vraag vier: je bent je geheugen verloren, remember? Je weet helemaal niks meer behalve vanaf de grot tot nu.' Ik rol met mijn ogen, dat had ik zelf ook kunnen bedenken. 'Vraag vijf: om dezelfde reden dat jij er nu ook nog zo jong uitziet. Vraag zes: ik ben negentienhonderd jaar oud.' Mijn mond valt nog net niet open. Hij ziet er uit als een negentien-jarige! 'Vraag zeven: ik heb echt geen idee. Vraag acht: ik heb zo mijn bronnen. Vraag negen: omdat ik eerst meer informatie wou verzamelen en ik kon je niet vinden.' 'Je kunt me altijd vinden, zelfs als ik niet gevonden wil worden.' 'Dat klopt dus dat is eigenlijk een leugentje.' 'Hoe kun je me eigenlijk altijd vinden?' 'Dat is voor jou een vraag en voor mij een weet.' Zegt Seff geheimzinnig, wat ik heel erg irritant vind. 'Vraag tien: ik zou het niet weten. Vraag elf: nee, dit is geen grap. Vraag twaalf: nee, dit is echt geen grap en ik geloof direct dat je me levend zou villen als dit een grap zou zijn.' Ik plof op de grond en sla mijn armen om mijn benen. 'Hey, wat is er?' Vraagt Seff terwijl hij naast me komt zitten en een arm over mijn schouders slaat zoals een broer ook doet bij zijn kleine zusje als zij verdrietig is. 'Niks, het is gewoon...' 'Gewoon wat?' 'Gewoon veel voor dit moment. Eerst wou ik je vermoorden, je ogen uitkrabben, je bloed drinken en je martelen net zolang tot je zou smeken dat ik je zou vermoorden en nu blijkt het dat je mijn broer bent! En dat ik meer dan duizend jaar oud ben, like a vampire én ergens op deze wereld heb ik ook nog mijn échte ouders en misschien zijn die wel dood!' 'Het komt wel goed. We komen er samen wel uit.' 'Ja, samen...' mompel ik voor ik mijn ogen sluit en in slaap val.
Eerder:
Maaike pov.
Dat... was vreemd... Héél erg vreemd... 'Waar is Calum nu dan?' Vraagt één van de jongens die bij Miguel is. 'Ik zou 't niet weten. Maar het verklaart wel waarom de kus niet werkte.' 'Ja, want het was niet haar echte mate.' Zegt de kleinste en waarschijnlijk ook de jongste van de groep. 'Precies Armin.' Zegt Miguel tevreden. 'Maar laten we dan snel Calum gaan zoeken!' Roept een andere jongen voor hij de kamer uitsprint. Miguel en ik kijken elkaar aan, halen onze schouders op en rennen achter hem aan terwijl de groep óns weer achterna gaat. Van buiten klinkt het gescheur van kleding, het teken dat de jongen veranderd is. Als we buiten zijn verander ik ook snel en steek mijn neus in de lucht om te kijken of ik Calums geur oppik. De geur van verse ananas en mango is wel aanwezig maar niet heel erg meer. Ik ren het bos in, mijn neus bij de grond kijkend of ik Calums geur oppik tot ik me iets realiseer. Ik moet de weg van de auto volgen om te kijken waar het mis is gegaan! Direct draai ik me om en spurt terug naar mijn huis. De auto staat er nog maar er ligt een briefje op. Calum ligt in 't huis. Hij is oké. Hij weet alleen niet meer wat er gebeurd is behalve dat hij in paniek raakte toen Sophie uit haar lichaam ging. Mvg. De minister van onderzoek. Oké, what the fack? Ik ren snel het huis in, verander terug, trek een deken van de bank, wikkel die om me heen en storm naar boven, opzoek naar Calum. Zijn geur is overal en lijkt vanuit alle kanten mijn neus binnen te komen en er is geen enkele bij die iets zwakker is dan de andere, wat zwaar irritant is. Ik besluit maar random deuren open te gooien in de hoop dat in één van de kamers Calum ligt. Na tien minuten zoeken vind ik Calum eindelijk. En hij is diep in slaap... of bewusteloos, dat kan natuurlijk ook maar ik denk eigenlijk het eerste. Ik loop naar de keuken ennpak een emmer die ik vul met ijskoud water en loopmweer naar boven. Erop lettend dat ik geen water mors. Als ik weer bij Calum ben gooi ik het water over hem heen en schreeuwend schiet hij overeind. Zijn haar en shirt zijn zeiknat en de druppels maken z'n broek ook nat. 'Waar was dat goed voor?!' Roept hij terwijl hij me boos aankijkt. 'Wacht... belangrijker, waar is Sophie?' 'Ergens anders. Je mag haar pas zien als je een ander shirt aantrekt.' 'En waarom dan wel?' 'Omdat je anders Sophie nat maakt.' 'En hoe zou ik- oooooh.' 'Jaaaaaaa.' Zeg ik voor ik de kamer uitloop naar Sophie's kamer. Ik ga op de rand van het bed zitten en binnen een paar secondes zitten Ashton, Max én Michael naast me. 'Hey michael. Zo te zien ben je weer wakker!' 'Weer wakker? Je weet dat ik niet slaap hè?' Zegt Michael terwijl hij me fronsend aankijkt. 'Euh, ja. Maar je was flauw gevallen en zoals ik je nu hoor ben je EINDELIJK geen bananenman meer.' 'Bananenman? Flauwgevallen? Waar héb je het over Maaike?' Zegt Michael terwijl hij me aankikkt alsof ik gek ben. 'HIER BEN IK EN WAAR IS SOPHIE?!' Schreeuwt Calum terwijl hij bijna letterlijk met de deur in huis valt. 'Hier. EN KUS HAAR!' 'Ja, ja.' Zegt Calum terwijl hij met zijn ogen rolt voor hij naar ons toeloopt en Max en Michael aan de kant duwt. Snel buigt hij zich vooroer en kust Sophie. Niet veel later vliegen haar ogen open.
Heden:
Sophie pov.
Verschrikt schiet ik rechtop, happend naar adem. 'Diamantje!' Roept Calum direct voor hij me in zijn armen sluit en praktisch doodknuffelt. 'En hij mag het wel hè!' Roept Maaike verontwaardigd als ze doorheeft dat Calum me aan het doodknuffelen is. 'Wat mag hij wel en jij niet sweetheart?' 'Sophie doodknuffelen!' 'Oh, fuck!' En niet heel lang daarna word ik uit Calums armen getrokken en staan er drie jongens beschermend voor me. Ik probeer over hun schouders heen te kijken maar ik ben natuurlijk weer 's een keertje te klein. 'Geef. Hier.' Sist Calum kwaad. 'Nee.' Zegt Michael koppig. 'Ga daar weg Michael...' zegt Calum dreigend. 'Nee. Je mag haar niet doodknuffelen, Calum.' Zegt Michael terwijl hij me met z'n voet nog meer naar achteren duwt tot ik tegen de muur aansta. Wow, wacht... Michael? Geen bananenman meer? Geen irritant klein vampierkind in de lichaam van een dude van zeventien? Geen smerige muren meer? Normale zinnen? What happend? Ik tik op de schouder van Michael. 'Ja, Sophie?' 'Je bent geen bananenman meer?' 'Wie the hell is bananenman?' 'YAAAASSSSS!' Maaike schiet in de lach voor ze zich voorbij de muur van jongens wurmt en me aan mijn pols meetrekt door de muur van jongens heen. 'GODVER, ASHTON!' Roept Max terwijl hij boos naar Ashton kijkt. 'Zo helpt onze muur ook niet echt hè?' Maaike gniffelt zachtjes en trekt me snel de kamer uit en houdt me net uit de handen van Calum. 'Ik heb zin om te rennen...' mompel ik. 'Rennen als in wolf-vorm rennen?' 'Nee, rennen als in, in mensenvorm rennen.' 'DAN GAAN WE DE PIEPJESTEST DOEN!' Roept Maaike enthousiast. 'De wattes?' 'De piepjestest.' 'Ja, en wat is dat?' 'Het is gewoon heen en weer rennen van de ene kant van de zaal naar de andere en je mag telkens weg zodra er een piepje klinkt door de muziek heen. Het gaat steeds sneller dus je hebt steeds minder rust.' Legt Maaike me geduldig uit terwijl ze zelf praktisch staat te springen. 'Oké...' 'Ik zal het je wel laten zien.' Zegt Maaike voor ze me haar kamer in duwt en de deur op slot doet. Ze loopt naar een kast en trekt hem open om er daarna wild in te gaan graven opzoek naar kleding. Waarschijnlijk sportkleding. 'Vang!' Roept Maaike terwijl ze een kledingstuk naar me toegooit terwijl haar hoofd nog in haar kast zit. Behendig vang ik het op en bekijk het. Het is een zwart, kort broekje met blauwe lijntjes en een blauw check teken dat waarschijnlijk een logo moet voorstellen. Niet lang daarna gooit Maaike me ook nog een donkerblauw topje naar me. Het is heel anders dan de andere topjes die ik in Maaikes kast heb gezien en met opgetrokken wenkbrauw kijk ik haar aan. 'Wat? Dat noem je een sportbeha.' Zegt Maaike lachend als ze mijn gezicht ziet. 'Oh. Ja, weet ik veel! Ik weet-' 'Helemaal niks meer van vroeger! Ja, dat weet ik lieve schat.' Zegt Maaike terwijl ze nog steeds in de kast aan het graven is. Kledingstukken vallen op de grond en er ligt inmiddels al een bergje rond haar voeten. 'Hebbes!' Zegt Maaike terwijl ze met een tevreden gezicht uit de kast 'klimt'. Ze heeft precies dezelfde soort kleding als mij vast maar dan met paarse lijntjes en een paarse sportbeha. Waarom bestaan er sportbeha's? Je kan toch net zo goed een normale beha aan doen? Nou ja, het zal wel iets zijn dat hartstikke normaal is ofzo... 'Je moet het aantrekken.' Zegt Maaike droog als ze ziet dat ik me nog niet omgekleed heb. 'Nee, meen je dat? Dat had ik zelf ook niet kunnen bedenken ofzo.' Zeg ik terwijl ik met mijn ogen rol. 'Niet zo sarcastisch mevrouwtje.' Zegt Maaike terwijl ze een schoen in mijn richting gooit. Snel duik ik weg en kijk boos naar Maaike maar in plaats van Maaike zie ik weer een vliegende schoen op me afkomen. Snel gooi ik me plat op m'n buik en de schoen vliegt over me heen. 'Waar was dat nou voor nodig?!' Mopper ik boos terwijl ik weer overeind klim. 'Dat vond ik nodig.' 'Maar ik niet!' 'Maar jij bepaalt niet wat ik nodig vind en wat ik niet nodig vind.' Ik grom maar kleed me dan toch snel om. 'Hier, deze moet je ook aantrekken.' Zegt Maaike terwijl ze me een paar sokken aangeeft. Snel trek ik die ook aan en vervolgens de schoenen. 'Oké, let's go.' Zegt Maaike terwijl ze in de deuropening staat. Snel sta ik op en loop naar haar toe. 'Waar gaan we heen?' Vraag ik als we buiten staan. 'Naar mijn schuur. Die is geschikt voor de piepjestest.' 'Aha.' We lopen een best wel grote schuur in en Maaike loop regelrecht naar een stel luidsprekers. Ik ga op een houten bank zitten die op nog zo'n zelfde bank staat en kijk rond. De schuur is hoog, breed en lang. Voor een schuur dan... denk ik... Wat is de gemiddelde lengte van een schuur eigenlijk? En hoe hoog zijn die normaal? En hoe breed? 'Got it!' Klinkt Maaikes stem plots en verschrikt kijk ik haar aan. Ze is triomfantelijk met een cd aan het zwaaien. 'En wat is dat?' 'Een cd.' 'Ja, dat weet ik ook wel maar welke muziek staat erop?' 'Die voor de piepjestest natuurlijk!' Zegt Maaike alsof het volstrekte logisch is, wat misschien ook wel zo is. Ze stopt de cd in een cdspeler en gebaart mij dat
Ik naar haar toe moet komen. 'Als ik zo bij die muur ben en naar de andere muur kijk moet je op play drukken.' 'Okay...' mompel ik terwijl ik naar alle knopjes kijk om te bedenken welke de play-knop zou moeten zijn. 'Je weet niet welke knop de play-knop is?' 'Nope.' Maaike lacht en wijst hem aan. Okay, de knop met een grote pijl die naar rechts wijst en naar twee verticale streepjes die evenwijdig aan elkaar zijn. Niet te missen. 'Okay, begin maar!' Roept Maaike terwijl ze haar duim opsteekt. Direct druk ik op de play-knop en al snel komt er muziek uit de luidsprekers. Een piep en Maaike begint te rennen. Zodra ze bij de andere kant van de muur is stopt ze. Weer een piep en Maaike rent terug om daar weer te stoppen. Zo gaat het eigenlijk de hele tijd door en de piepjes komen steeds sneller na elkaar. 'Maaike?' Roep ik boven de muziek uit. 'Ja?' Roept ze terug terwijl ze naar de andere muur rent. 'Hoe zet ik dit ding op pauze?!' 'Door op de play-knop te drukken!' 'Wat? Volgens mij heb ik je verkeerd verstaan!' 'Door op de play-knop te drukken!' Oké, dus toch niet... Ik druk op de play-knop en de muziek stopt. Maaike komt naar me toe met een licht bezweet voorhoofd. 'Snap je het?' 'Helemaal.' 'Zullen we het dan maar samen doen?' 'Reken maar.' Maaike spoelt de cd terug en drukt op play om daarna snel naar de muur te rennen waar ik al sta. Eerste piep. Relaxt rennen we naar de overkant. 'Waarom komen al die piepjes niet direct achter elkaar? Dat wachten duurt zolang.' Maaiek schiet in de lach. 'Omdat er ook -pèèèp- kinderen zijn die niet zo snel kunnen rennen als ons.' 'Oké... en toch vind ik het onlogisch.' Maaike schud lachend haar hoofd en klopt me op mijn hoofd. Op de één of andere manier voelt dat gebaar vertrouwd, hoe irritant ik het ook vind. Weer een piep en we rennen weer naar de overkant. En zo gaat het door, tijdens het rennen praten en lachen we tot de cd is afgelopen. Ik hijg maar een klein beetje en mijn voorhoofd is lichtjes bezweet maar het is niet zo dat ik uitgeput ben. 'Nog een keer?' Stel ik voor waardoor Maaike weer moet lachen. 'Is prima.' 'Kun je die cd ook sneller afspelen?' 'Denk 't wel. Zal wel even kijken.' Nog geen vijf minuten later steekte Maaiks haar duim op. Ze komt naar me toegelopen met een plat, zwart ding dat volgens mij een afstandsbediening is. Ze drukt op een knop, gooit vervolgens de afstandsbediening weg en kijkt me weer aan. 'Maiks... je afstandsbediening is nu kapot...' zeg ik terwijl ik naar de kapotte delen kijk. 'FUCK!' Roept ze terwijl ze zich omdraait. De piep schalt door de ruimte en snel ren ik naar de overkant, Maaike vlak op me hielen terwijl ze nog steeds aan het schelden is. De volgende piep komt sneller dan eerst en direct rennen we terug, ons nu volledig concentrerend op het rennen. Het gaat duidelijk een stuk sneller en ik voel me eindelijk tot rust komen. Plots gaat de deur open en komen Ashton, Michael en Calum binnen. 'Wat zij-' begint Calum maar hij valt stil en zijn mond staat wagenwijd open. Ashton staat precies hetzelfde maar hij kijkt naar Maaike. Maaike en ik kijken elkaar aan met zo'n blik van: 'what?' 'Jongens? Gasten? Oh, kom op! Zo bijzonder is dit toch niet?! Ze zijn gewoon aan het rennen in ee- ooooooohhhh...' 'Wat ooh?' Vraag ik terwijl ik snel de muur aantik en weer naar de overkant ren. 'Jullie kleding.' 'Wat? Wat is er mis met onze kleding?!' Roept Maaike terwijl ze iets op me voor gaat lopen. 'Oh, er is niks mis mee maar voor hún... Oeeeeejjjj...' zegt Michael terwijl hij met z'n hand wapperd alsof hij 'm gebrand heeft. 'En bij jou is het nog niet zo erg Maaike maar sinds Sophie in haar heat zit is dit waarschijnlijk voor Calum nu een uitdaging om haar niet te bespringen en linea recta naar de dichtsbijzijnde slaapkamer te sleuren.' Verschrikt struikel ik over mijn voeten en land plat op mijn gezicht. Michael barst in lachen uit terwijl Calum uit zijn 'trance' ontwaakt en naar me toekomt gesneld om me overeind te helpen. 'Gaat het diamantje?' Vraagt Calum terwijl hij me optilt om me overeind te helpen. 'Ja hoor, niks ernstigs.' Zeg ik met een glimlach. 'Weet je het zeker?' 'Ja, ik weet het zeker.' Zeg ik terwijl ik uit Calums greep probeer te komen omdat hij me nog steeds optilt. 'Ga je me nog neerzetten?' 'Nooit.' Zegt Calum grijnzend. 'Dacht het dus even wel. Dankzij jou kunnen we de hele versnelde piepjestest weer overnieuw doen!' Zegt Maaike terwijl ze me probeert te bevrijden uit Calums greep maar die word alleen maar strakker. 'Laat haar los.' Zegt Calum dreigend terwijl hij zijn tanden laat zien en over mijn schouder naar Maaike kijkt. Plots klinkt er een hoog gegil vanuit het bos en met één blk op elkaar sprinten we er naartoe. nou ja, sprinten? Het is meer dat iedereen rent en ik gedragen word door Calum. 'Ik kan zelf ook rennen hoor.' 'Je bent net gevallen en ik wil niet dat je je per ongeluk bezeerd.' Normaal zou ik dat superlief en schattig vinden maar nu is het super irritant. 'Calum. Laat me los.' 'Nee.' 'Ja.' 'Nee.' 'Ja.' 'Nee.' 'Ja.' 'Nee.' 'Ja-' 'We zijn er.' Zegt Michael terwijl hij ons geamuseerd aankijkt. Snel kijk ik om en zie een meisje van waarschijnlijk begin de zestien. Ze heeft lang, blond, golvend haar, blauwe ogen die nu rood en opgezwollen zijn en is natuurlijk langer dan ik ben, het zal ook 's niet. Ze blijft maar naar haar hart grijpen terwijl de gele gloed die om haar heenzit verdwijnt. 'Hé, gaat het?' Vraagt Maaike terwijl ze voor het meisje neerknielt. 'R... raak me niet aan!' Zegt ze terwijl ze naar achteren krabbelt. 'We doen je niks.' Zeg ik terwijl ik Calum eindelijk heb weggeduwd. Ik ga naast Maaike zitten en steek mijn hand uit. 'Ik ben Sophie.' Twijfelend pakt ze mijn hand vast. 'Sara.'
Hi guys! Ik weet 't het is alweer een behoorlijk tijdje terug maar dit weekend was ik naar Twist voor een tweedaagse zwemwedstrijd en daar was geen wifi!! Verder heb ik niet echt een excuus mar dus wel sorry dat 't zolang heeft geduurd!! En de eerste nieuwe personage is binnen mensen, Sara! Op het idee van SaraTerVorst. Oké, maar ik moet naar school, helaas... dus bye guys! Love you all!
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro