H. 5
Pov. Sophie
'VERDOMME SOPHIE! Wie is daar bij je?' gromt Calum woedend. 'Niemand Calum!' zeg ik vol paniek. 'Geef eerlijk antwoord!' schreeuwt Calum. 'Ik bén eerlijk Calum!' grom ik woedend terug, plots staat Max grijnzend in mijn kamer. 'VERDOMME! MAX! GA UIT MIJN KAMER IDIOOT!' schreeuw ik woedend. Gelijk stormt Calum de kamer in. 'Sophie? Wie is dit?' sist Calum vol ingehouden woede. 'Calum, dit niet wat het lijkt!' 'O NEE?! WAT IS HET DAN WEL?!' 'Deze klojo is net 4 seconden geleden mijn kamer ingeklommen en ik denk omdat hij ons uit elkaar wil halen!' Om de seconde werp ik Max een dodelijke blik toe, wáárom moeten vampiers nu weer ontsterfelijk zijn? 'Zo.... en wáárom wil jij ons uit elkaar halen? Ben je soms jaloers ofzo?' 'Jaloers? Ik?' antwoord Max kattig. 'Ja, jij ja bloedzuiger!' sist Calum. 'Wáárom wil je ons uit elkaar halen?' 'Ze verdient een leven! Ze moet nog veel meer doen en kunnen doen voor ze voor altijd aan iemand gebonden is waarvan ze niet eens weet of diegene wel echt haar mate is!' schreeuwt Max. Waar zijn de dokters en de beveiliging als je ze nodig hebt?! 'Dáárom wil ik jullie uit elkaar halen!!' 'En zelf een kans bij haar maken?!' sist Calum die de overjaloerse kangeroe speelt. 'Ze is een wéérwolf! Geen bloedzuiger!' 'Hond!' kaatst Max terug. 'STOP!' schreeuw ik. 'Laat me rusten! Ga maar verder met ruzie maken tijdens het bezoek uur ofzo! Of ga gerust nu verder maar NIET HIER!!!' schreeuw ik terwijl ik met m'n handen naar m'n hoofd klauw. 'Tuurlijk diamantje, wat jij wilt...' 'Best!' zegt Max schouderophalend. Binnen no-time is ie weg. Calum rent naar het raam toe en gooit het dicht om het gelijk op slot te doen. Rustig loopt hij naar me toe en gaat op het bed zitten. 'Laat die duivelse tweelingbroer van Cupido je niet verleiden schatje. Ik hou van je wat er ook gebeurt.' 'Ik hou ook van jou...' mompel ik vechtend tegen de slaap. 'Ga maar slapen oké, ik hou buiten de wacht over je.' Nog voor hij uitgesproken is ben ik al in slaapgevallen.
Verschrikt kijk ik op. Ik lig op een deken van sneeuw maar het is niet koud. Ik ga recht op zitten en kijk om me heen. Voor me staan een prachtige witte wolf. Ze is spierwit en heeft heldere blauwe ogen. Ik kijk haar verwonderd aan, ze kijtk net zo verwonderd terug maar met een blik van herkenning. Voorzichtig sta ik op zodat de wolf niet schrikt. Langzaam leg ik mijn hand op de kop van de wolf. De wolf sluit genietend haar ogen en gromt zachtjes van genot als ik m'n hand beweeg. Plots kijkt de wolf op en begint hard te grommen. Verschrikt doe ik een stap naar achteren en knal gelijk tegen iets ijskouds en keihards aan. Ik kijk omhoog en kijk recht in twee paar gouden ogen. 'Max?' stamel ik, de ogen kijken verrast en het hoofd knikt. Max zet een stap achteruit en steekt me zijn hand toe. De wolf gromt nog steeds en gaat steeds harder grommen wanneer ik mijn hand richting de zijne breng en hem erin steek. Max grijnst en trekt me naar hem toe. Liefdevol strijkt hij mijn haar uit m'n nek en komt met zijn hoofd steeds dichterbij. Plots realiseer ik me wat hij van plan is en begin te gillen en probeer hem weg te duwen. Max gaat nog breder grijnzen en trekt me nog dichter tegen zich aan. Dan raken zijn lippen mijn nek. Ik voel zijn mond langzaam opengaan en dat zijn tanden over mijn huid schrapen. Dan bijt hij me keihard in m'n nek en hij begint te zuigen. De wolf jankt op de achtergrond maar zakt door haar poten net zoals ik door m'n benen zak en dan word alles zwart...
Hijgend, bezweet en gillend word ik wakker. Ik lig helemaal in mijn dekens verstrikt. Bibberend bevrijd ik me langzaam uit de dekens terwijl ik hoor dat de dokters Calum tegenhouden om niet gelijk de kamer in te stormen. Dan komt Max's vader binnen. Terwijl hij binnenkomt zegt ie: 'Het bezoekuur begint over een kwartier maar die overbezorgde panda achter de deur wilt nu al naar binnen. Sta je dat t-' Hij stopt met praten als hij mij ziet: krijtbleek, bloeddoorlopen ogen, haar als dat van een opholgeslagen holbewoner en helemaal bezweet. 'Wat is er met jou gebeurt?' 'Nachtmerrie...' mompel ik. 'Ach meisje toch, ik haal Calum er maar gelijk bij oké?' Dankbaar knik ik. Gelijk stormt Calum de kamer in en duwt de dokter de kamer uit om vervolgens op het bed te gaan zitten. 'Hey... wat is er gebeurt?' vraagt hij lief. 'Nachtmerrie...'
Pov. Calum
'Nachtmerrie...' fluistert ze. 'Wil je erover praten?' vraag ik voorzichtig, ze knikt. 'H... hij begon zo mooi! Er stond een prachtige witte wolf voor me ongeveer net zo groot als jij in wolf-vorm misschien net iets groter of kleiner. Ze had een spierwitte vacht en heldere blauwe ogen. Prachtig... Ze was tam en haar blik was vol herkenning. Ik kon haar gewoon aaien en ze genoot ervan! Plots begon ze te grommen. Ik deed een stap achteruit en ik knalde tegen Max aan. Hij stak me zijn hand toe en... en ik pakte hem aan.' Luke gromt woedend, ik negeer hem maar gewoon. 'De wolf gromde nog harder.' Gaat Sophie verder. 'Maar ze deed verder niks. Max streek mijn haar uit mijn nek en kwam met zijn gezicht steeds dichterbij mijn nek. Ik probeerde hem weg te duwen maar hij trok me alleen maar dichter tegen zich aan. Toen beet hij me en werd alles zwart.' Luke ontploft zowat van woede en wilt opzoek naar die Max om hem te vermoorden en dat zou ook zooooo goed zijn voor mijn toekomstige pack... Er stromen tranen langs Sophie's wangen, liefdevol veeg ik ze weg. 'Hey, het was maar een droom... Maar ik denk dat ik die wolf wel kan uitleggen.' 'Oh?' Ze kijkt vragend naar me, met van die grote ogen vol tranen. Oftewel ze was onweerstaanbaar. Ik glimlach en zeg: 'Ja, waarschijnlijk was dat je innerlijke wolf.' 'M'n innerlijke wolf? Heb ik die nu ontdekt dan?' 'Nee, maar je weet nu wel hoe ze er waarschijnlijk uitziet. Je hebt haar pas ontdekt wanneer je haar naam weet en met haar kan praten.' 'Oh....' ze kijkt beteuterd, ik moet echt moeite doen om haar niet gelijk te zoenen en ik hoor al mensen voor het bezoekuur rondlopen dus tja... 'Hey, het komt wel. Het duurt alleen even.' 'Maar hoe weet jij dit ik mijn innerlijke wolf heb gevonden? Als mijn wolf helemaal gek word en ik me niet meer kan inhouden om je ehm... te markeren. Luke neemt 't dan over.' 'Luke?' 'Luke is mijn innerlijke wolf.' 'Ohw... Hallo Luke!' Zegt ze grijnzend terwijl ze een kus op het puntje van m'n neus plaatst. 'Maar hoe bedoel je dat Luke het overneemt als je me gaat markeren?' 'Nou, Luke valt vooral voor jouw 'n innerlijke wolf en ik dus voor jou. Maar als jij je innerlijke wolf hebt gevonden kunnen wij, Luke en ik dus, daar absoluut geen weerstand meer aanbieden aangezien dat nu ook nogal lastig gaat.' 'O god....' 'precies ja, o god...' zeg ik grijnzend. 'SOPHIE!' Krijst er plots een hoog stemmetje door de kamer. In de deuropening staat een klein meisje waarvan ik niet weet wat haar naam is.
Pov. Sophie
In de deuropening staat een klein meisje: Vera, mijn jongste nichtje. 'Hey sweetheart!' Zeg ik lachend, ze ziet er lief maar ook best grappig uit: Een mintgroene prinsessenjurk met daaronder witte sokjes en gouden glitterschoentjes, op haar hoofd een piratenhoed en om 1 van haar ogen een ooglapje. Ze draagt ook nog een leren riem met daaraan een schede met (hoop ik) een plastic zwaard. Achter haar verschijnt een jongen: Benjamin, mijn neefje. 'Hey...' 'Hey ukkepuk!' Zeg ik grijnzend, wetend dat hij daar heel chagrijnig om word. 'Ik ben maar een PAAR MAANDEN JONGER dan jij!' 'Dat weet ik!' Zeg ik op zo'n duh-toon. 'En ik ben ook nog groter!' Zegt Benjamin chagrijnig. 'Nee joh!' Zeg ik sarcastisch. 'Je blijft gewoon altijd mijn kleine neefje ookal ben je groter.' Mijn grijns word nog breder en ik begin kramp te voelen in mijn kaken maar dat maakt me nu niks uit. Calum heeft ons fantastische gesprek gevolgt en werpt om de zoveel seconden een vragende blik op mij. 'Ehm, Sophie? Wie is dit?' Vraagt hij uiteindelijk. 'Oh, dit is Benjamin mijn neefje.' Leg ik hem grijnzend uit. 'Okay... en wie is dit piratenprinsesje?' 'Dat is Vera, mijn jongste nichtje.' 'En zijn zusje?' 'Nee, Benjamin komt van mijn vaders kant en Vera van mijn moeders kant. O ja, Benjamin is eigenlijk ook 1 van mijn lievelings neef-' 'YES! Je zegt eindelijk NEEF!' Schreeuwt Benjamin er tussendoor. '-jes...' voeg ik er grijnzend aan toe. 'Hè bah, niet alweer...' 'Problemen broertje?' Klinkt er vanuit de deuropening. Als ik daar naartoe kijk zie ik de broers van Benjamin staan: Damian en Luca. 'Hey!' 'Ook hallo Luca.' 'Hoi.' zegt Damian glimlachend. 'Hai Damian.' 'En wie zijn dit?' Vraagt Calum terwijl hij mij vragend aankijkt. 'Dit zijn Damian en Luca, mijn twee neve-' 'WAT? HUN NOEM JE WEL NEVEN?! EN MIJ NIET?!' 'Ja, en dat is heel logisch aangezien zij wel ouder dan mij zijn en ook groter.' 'Maar ik ben ook groter!' 'Maar niet ouder! Maar laat me verder gaan. Zij zijn eveneens de broers van Benjamin. Au! Vera, zachtjes!' Zeg ik met een van pijn vertrokken gezicht tegen Vera die op mijn benen aan het springen is. 'AU!' Schreeuw ik als Vera zich op mijn benen laat vallen. Benjamin en Damian kijken grijnzend naar me, Luca is alweer vertrokken. 'Wat staan jullie nou te grijnzen?!' Sist Calum woest. 'Hey! Rustig aan dude! Wie ben jij eigenlijk?' 'Ik ben Calum, Sophie's vriendje.' Fijn.... leuke extra informatie Calum! Dat hoeven zij niet te weten! Denk ik chagrijnig. 'Zo,zo eindelijk iemand aan de haak geslagen Sophie?' Zegt Benjamin nog harder grijnzend. 'Jup, maar in tegenstelling tot jij met jouw 'n vriendinnetjes blijven wij duizend keer langer bij elkaar!' 'Hoe weet jij dat zo zeker?' Zegt Benjamin uitdagend terug, het plaatje zou perfect zijn als hij zijn handen op z'n heupen zou plaatsen en naar voren zou buigen. 'Omdat ik dat weet en omdat wij ma-' Snel slaat Calum een hand voor m'n mond. 'Jullie zijn mates?' Vraagt Damian ongelovig. 'Nee!' 'Javast, waarom zeg je het dan vol pijn en spijt?' Jaahaa voor iedereen die het nog niet door heeft Damian heeft een opmerkelijk goede opmerkings gave, hij merkt werkelijk alles! 'En waarom hou je je hand voor haar mond?' Gaat Damian grijnzend verder. 'Omdat euh... Best! Ja, we zijn mates maar wat weten jullie daar vanaf?' 'We zijn weerwolfjagers ma-' 'WAT?!' Schreeuwt Calum nog steeds met zijn hand voor mijn mond waardoor ik niet bepaald veel zuurstof krijg. Ik lik zijn hand, en haal gelijk diep adem als hij zijn hand verschrikt van mijn mond afhaalt. 'SOPHIE!' Zegt Calum quasi-bestraffend. Ik grijns en zeg: 'Had jij je hand maar niet voor m'n mond moeten plaatsen en het is verstandig om ze even uit te laten praten.' 'Jij wist hier al vanaf?!' 'Ja, maar ik geloofde niet dat weerwolven, vampiers etc. Bestaan.' 'Ohw... en nu wel?' 'Ja, natuurlijk idioot! Je hebt me toch gebeten, jaloerse kangeroe!' 'Sorry die vraag floepte er gewoon uit en jaloerse kangeroe?' 'Jaaa, ik geef mensen of weerwolven in dit geval soms bijnamen aan de hand over hoe ze zich gedragen en daar zoek ik een dier bij en jij gedroeg je als een overjaloerse kangeroe.' 'En Max?' 'Als een irritante, duivelse pandabeer.' Calum giert het uit, wat me alleen maar meer vragende blikken van Damian en Benjamin oplevert. Ik glimlach en aai de slapende Vera over haar bol. 'Maar laat Damian en Benjamin nu gewoon uitspreken. Kijk, we zijn dus weerwolfjagers maar wij stoppen er binnenkort mee aangezien Sophie nu een weerwolf is of binnenkort dan...' 'Hoe weten jullie nu weer dat Sophie een weerwolf is?' 'We hebben de camerabeelden gezien van de operatie en erna.' 'Ohw...' 'Maar nu hebben wij een vraag.' 'Vertel.' Zeg ik rustig omdat ik bijna 100% zeker weet welke vraag er nu komt. 'Hoe wist jij -ze wijzen naar mij- dat we binnenkort stoppen met jagen op weerwolven?' 'Jullie voerden dat gesprek hier en ik herinner me alles wat er in mijn omgeving gebeurt dus ook jullie gesprek.' Antwoord ik terwijl ik nog steeds Vera aai. 'Jeez, het lijkt net alsof je een één of andere maffia baas bent en dat Vera je kat is, als je haar zo blijft aaien!' Zegt Benjamin lachend. 'Wauw....' mompelt Damian in gedachten verzonken. 'Wat is er Damian?' 'Nou, je bent nog niet getransformeerd en je kan nu al je gave gebruiken...'
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro