H.36
Maaike pov.
'LANG ZAL ZE LEVEN! LANG ZAL ZE LEVEN! LANG ZAL ZE LEVEN IN DE GLOOOOORIAAAAAA! IN DE GLOOOORIAAAAA!' Kreunend draai ik me om en kruip verder onder de dekens. Ik wil nog niet opstaaaaan! Die jongens hebben me tot drie uur 's nachts bezig gehouden en aan mijn lichaam te merken is het nog niet zover dat ik genoeg slaap heb gehad. 'Oh kom op Maaike! We zijn toch niet voor niks vroeg opgestaan?' hoor ik Michael vragen. 'Jullie slapen niet...' brom ik vanonder de dekens. 'Maar ik wel.' hoor ik Calum vermoeid zeggen, die heeft zo te horen ook te weinig geslapen. 'Ga dan weer lekker slapen! En laat mij dan ook slapen! Je kan niet verwachten dat als ik om drie uur 's nachts pas geslapen ik om zes uur 's ochtends weer fris als een hoentje ben.' roep ik van onder de dekens. 'Dat klinkt fantastisch.' 'Oh nee! Jij blijft mooi hier mannetje!' hoor ik een hemelse stem zeggen. 'Ashton, laat me los...' zegt Calum moe. Wacht... Ik ben nu zestien... en dat betekend dat ik mijn mate kan vinden! 'Nou, schiet op dan! Ik voel dat hij in de buurt is!' zegt Daphne "streng". 'Ja mevrouw.' Ik steek mijn hoofd boven de dekens en kijk de kamer rond. Michael zit op de rand van mijn bed en kijkt me met glinsterende ogen aan terwijl hij zijn handen achter zijn rug houdt. Grijnzend kijk ik hem aan. Max kijkt geamuseerd naar Calum en Ashton. Calum wil overduidelijk weglopen, naar zijn eigen kamer en Ashton blijft aan hem trekken zodat hij hier blijft. 'Jongens, kijk 's wie hier gestopt is met voor struisvogel spelen.' zegt Michael plagend. 'Hé!' roep ik verontwaardigd. Michael kijkt me grijnzend aan en haalt zijn schouders op. 'TIJD VOOR DE CADEAUTJEEEEES!' roept Ashton voor hij op mijn bed springt, recht op mijn benen. Ik trek een pijnlijk gezicht maar maak geen geluid. 'Waarom kijk je zo pijnlijk?' vraagt Calum terwijl hij zich met een zucht voorover laat vallen op mijn bed. 'Wat is dit een lekker bed zeg...' hoor ik hem zachtjes mompelen waardoor ik moet lachen. 'Ja, waarom kijk je zo pijnlijk?' vraagt nu ook Max die naast Michael gaat zitten. 'Omdat Ashton op mijn benen sprong.' zeg ik glimlachend. Direct krijgt Ashton een ligt rode kleur op zijn wangen (wist niet eens dat dat mogelijk was) en gaat van mijn benen af. 'S...sorry Maaike!' zegt hij stotterend terwijl hij naar beneden kijkt. Het maakt hem echt heel schattig. 'Maakt niet uit Ash.' zeg ik lief glimlachend, wat hem nog roder maakt maar hij kijkt me niet recht aan. 'Maar hij blijft wel lief en schattig.' zegt Daphne met zo'n rare ondertoon in haar stem. 'True.' 'CADEAUTJES!' roept Max enthousiast terwijl hij een cadeautje in zijn handen heeft. Hij kijkt me smekend aan alsof hij als eerst wil en lachend pak ik zijn cadeautje aan. Ik scheur het papier eraf en kijkt met grote ogen wat erin zit: een Nirvana ketting en oorbellen! 'OH MY GOD! BEDANKT MAX!' zeg ik terwijl ik Max een knuffel geef. Aarzelend slaat Max zijn armen om me heen, alsof het eigenlijk verboden is. Glimlachend kijk ik Max aan als ik hem los laat en ga weer op het bed zitten. 'MIJN BEURT!' roept Michael als Ashton zijn mond wil opentrekken om volgens mij nu ben ik te zeggen. Grijnzend haalt Michael zijn handen van achter zijn rug vandaan en houdt twee pakjes in zijn handen, in beide 1. Ik pak een cadeaut en haal het papier er vanaf, nou ja... dat probeer ik.... 'Was het echt nodig om elke vierkante centimeter te bedekken met plakband?!' zeg ik mopperend. Ik weet nu al wat Michael gaat zeggen dus waarom zou ik het eigenlijk nog vragen? 'JA! Dat was héél nodig.' Jup, goed geraden. 'Moet ik helpen?' vraagt Ashton lief. Dankbaar knik ik en steek hem het pakje toe. 'Djezus.. Michael, hoeveel rolletjes plakband heb je wel niet gebruikt?!' zegt Ashton als hij de helft van het plakband heeft verwijderd. 'Euh... volgens mij twaalf.' 'Oooooooooooh....' kreunen Max, Calum, Ashton en ik. 'Wat?' zegt Michael "verbaasd". Na nog vijf minuten is het pakje eindelijk van al het plakband verlost en trots geeft Ashton het aan mij, waarbij hij me aankijkt... 'MATE! MATEMATEMATEMATEMATEMATEMATEMATEMATE!' schreeuwt Daphne hyper. 'Jongens... het is misschien handig als we nu gaan...' hoor ik Max op de achtergrond zeggen. 'Waarom?' hoor ik Michael vragen maar dan klinkt het geluid dat de deur dichtgaat. Met grote ogen blijf ik Ashton aanstaren. Hij kijkt me afwachtend aan. En dan trekt hij me tegen zich aan. Ik kruip dichttegen hem aan en snuif zijn geur op. Oh wat voelt dit goed, zelfs al is hij een vampier. Wacht, wat? De waarheid ontvang ik met een klap. Direct spring ik uit Ashtons armen, mijn ogen zo groot als schoteltjes. 'H...hoe?' stamel ik terwijl ik verder naar achteren kruip. Ashton kijkt me medelevend aan en fluisterd: 'Ik heb geen idee, maar ik zal altijd van je houden. Al vanaf de eerste keer dat ik je zag.' Ik ga nog wat verder naar achteren maar er is geen bed meer waardoor ik uit bed kukel. Maar voor ik de grond raak word ik opgevangen door twee zachte, sterke armen. Ik kijk recht in de ogen van Ashton. Ik glimlach dankbaar. Ashton tilt me weer het bed in en gaat naast me liggen terwijl zijn arm nog steeds om me heen geslagen is. 'Maar ik snap het niet, jij bent een vampier en ik ben een weerwolf! Hoe kan dat? Het hoort niet! S...straks worden we uit elkaar gehaald! Oh, ik ben toch zo'n piekeraar. Maar wat nou als ze ons echt bij elkaar weghouden?!' 'You're perfect... And I just really love you.' zegt Ashton lachend. Ik voel dat ik begin te blozen en kijk weg. 'Love you to.' zeg ik zacht. Het volgende moment voel ik Ashtons lippen op de mijne en ik kan je vertellen. Het voelt perfect. Z'n lippen zijn zacht en ze passen perfect op de mijne. Ik zou dit moment niet willen stoppen maar natuurlijk moet het verstoord worden. De deur vliegt met een klap open en geschrokken kijk ik naar de deur waar Calum hijgend staat. 'Calum? Wat is er?' 'S...Sophie.... dr...dreigen... a...alpha.... T...the Con...Conversation... Guys....' O god... dit belooft niet voel goeds. Ashton stapt van het bed af en helpt Calum weer op adem. 'Okay, vertel nu eens, wat is er aan de hand?' 'De alpha van The Conversation Guys wilt nú een antwoord anders vermoord hij Sophie.' 'Wát?!' roep ik woest uit. 'Maaike... rustig!' zegt Ashton, proberend me te kalmeren. 'Ik ga haar redden en wel nú!' 'Maaike! Stop nou! Dat heeft geen nut! Ze zijn met teveel!' Ik let er niet op en storm naar beneden, direct het huis uit. 'MAAIKE!' hoor ik Ashton roepen. 'Wat is er aan de hand Ash?' hoor ik Michael vragen. 'Ze wil in haar eentje Sophie gaan redden!' hoor ik Ashton paniekerig roepen. 'Oh god... we moeten haar tegenhouden! Als ze over de grens is kunnen we haar niet meer redden aangezien ze dat land vervloekt hebben!' hoor ik Michael en Max roepen. Ik ren snel verder en zie de grens al in zicht komen. Direct begin ik te gillen en ren verder, de grens over. De eerste wachters springen verschrikt opzij als ze me zien en snel ren ik verder, schreeuwend en al. Ik zie een groot, wit huis en ik denk dat dat het packhouse is. Gillend ren ik naar binnen en de eerste jongens die ik tegenkom rennen eerst snel de trap op en kijken me daarna verbaasd aan. Ik storm de woonkamer in, waar een héleboel jongens zijn, ín zwembroek met six- of eightpack. Ook niet verkeerd om samen mee te wonen al zeg ik het zelf. Gillend storm ik op hun af, iedereen gaat ook nog gewoon aan de kant. Had ik eigenlijk niet verwacht, misschen gaat dit plan toch beter. Als ik in het midden kom van de jongens zie ik Sophie zitten. Op de schoot van een zwartharige jongen en Sophie is er overduidelijk niet blij mee. Haar blik klaart op zodra ze mij ziet. 'Maaike! Wat doe jij hier?' 'Geen idee. Kom mee.' Ik pak haar pols vast en trek haar van de schoot van de jongen af. Gillend ren ik het huis weer uit, die jongens zijn echt mietjes. Wie is er nou bang voor een gillend meisje dat een ander meisje met zich meetrekt die geen idee heeft wat er nou precies aan de hand is. De grens zie ik al in beeld komen en ik grijns zelfvoldaan. De jongens staan ook bij de grens en kijken me met grote ogen aan en dan beginnen ze me toe te juigen en te gebaren dat ik sneller moet. Oké... Plots word ik bij mijn andere nog vrije arm gegrepen en naar achteren getrokken. 'Hey! LAAT ME LOS!' schreeuw ik terwijl ik aan mijn arm blijf trekken. Ik krijg een flinke ruk aan mijn arm waardoor ik naar achteren struikel. Ik knal tegen een ontbloot bovenlijf aan met flink wat spieren. 'Zo... en waar dacht jij naartoe te gaan?' hoor ik een zware stem boven mijn hoofd zeggen. 'Weg! En met Sophie eikel!' 'Dan heb je pech. Sophie blijft mooi hier.' 'CALUM!' schreeuwt plots Sophie terwijl ze zichzelf uit mijn greep losrukt en begint te rennen. 'Oh nee, Sophie. Jij blijft ook mooi hier.' Zegt de jongen terwijl hij mij over zijn schouder gooit alsof ik niks weeg. Misschien is dat ook wel zo. De jongen begint een stukje te joggen en dan stapt hij. Aan het bewegen te voelen heeft hij Sophie te pakken. 'CALUM! CALUM!' roept Sophie wanhopig. Dit breekt mijn hart, echt. 'SOPHIE! DIAMANTJE!' roept Calum net zo wanhopig terug en ik weet dat de andere jongens hem nu tegenhouden om niet de grens over te rennen, naar Sophie toe. 'Het is dat dit een bevel van m'n alpha is maar anders had ik je laten gaan...' hoor ik de jongen zacht mompelen. Plots zie ik Sophie's benen op heuphoogte bij de jongen. De jongen draait zich om en houdt ons stevig vast zodat we niet vallen of ontsnappen. Wat een leuke en tegelijkertijd klote verjaardag is dit zeg. 'CALUM! CALUM! CALUM!' blijft Sophie roepen, haar stem klinkt gebroken maar ik zie dat ze geen moeite doet om te ontsnappen. Ik daarintegen ben de hele tijd aan het spartelen om los te komen maar deze jongen hier doet alsof ik niks doe, wat me mateloos irriteert. 'Nieuwe vangst Joë?' hoor ik een andere jongen vragen. 'Waag het om te lachen en ik breek je nek.' zeg ik dreigend. 'En hoe wil je dat gaan doen dan? Volgens mij ben jij nu toch echt de gevangene.' zegt de jongen pestend. 'Hou je mond toch eventjes Ivo. Ik moet met deze twee naar de alpha.' Oké, die andere jongen heet dus Ivo. Mooi, dan weet ik wie ik moet vermoorden. Als ik hem nog te zien krijg dan.. Maar ik ga hier wegkomen koste wat het kost.
Sophie pov.
Ellen is gebroken maar ik weet niet waarom en zij kan het zich ook niet herinneren. Ze weet alleen dat ze gebroken is en dat het iets te maken heeft met Calum. Zucht... Calum... Ik wil terug naar Calum... Ik mis hem zo erg... Zijn lach, z'n ogen, z'n haar, ik mis alles aan 'm. Zonder dat ik het had gemerkt waren mijn ogen vochtig geworden en rolt er nu een traan over mijn wang. Het packhouse komt in zicht en met een zucht raap ik mezelf weer bij elkaar. Joë zet ons neer maar houdt ons wel stevig vast zodat we niet kunnen wegrennen. 'Lopen.' direct begin ik te lopen terwijl Maaike koppig blijft staan. Niet 1 van haar meest verstandige keuzes, al zeg ik het zelf. Joë gromt kort en sleurt haar mee naar binnen. 'LAAT ME LOS!' 'Sophie, kun jij haar geruststellen?' vraagt Joë geïrriteerd. 'Denk 't wel maar dan moet je me wel loslaten zodat ik bij haar kan komen.' Zou hij erin trappen? 'Haha, nee sorry Sophie maar dat plannetje gaat niet door.' zegt Joë grijnzend. Ik grom geïrriteerd en loop door. 'Die kant heb ik nog niet eerder van je gezien.' 'Wat? Welke kant?' 'Laat maar.' 'En waarom leg je het haar niet uit Joë?' zegt Maaike snerend. 'Omdat ze het toch weer vergeet.' 'Ze weet je naam toch nog?' 'Klopt maar dat is ook alles wat ze weet. Ze vergeet alle gebeurtenissen.' 'Ohw...' 'Jaaaa, daarvoor moet je al langer met haar zijn opgescheept.' 'Hey! Ik loop hier hoor!' roep ik terwijl ik me omdraai en Joë en klap tegen z'n arm verkoop. 'Dat weet ik ook wel en je hoeft nu niet direct te gaan slaan.' zegt Joë terwijl hij met zijn ogen rolt. 'Ik heb je helemaal niet geslagen!' 'Welles.' 'Nietes.' 'Welles.' 'Nietes.' 'Welles en we kunnen zo wel heel lang doorgaan maar het helpt je toch niet verder aangezien ik veel sterker en sneller ben dan jou.' Ik maak een hmpf geluidje en besluit hem te negeren. Plots zie ik Jace en direct ren ik naar hem toe. Joë had het niet verwacht dus zijn greep was ook wat verslapt waardoor ik me makkelijk los kan rukken. 'JACE!' roep ik vrolijk. 'Hey Soof! Waar was je? De alpha was niet zo blij dat ik je kwijt was.' 'Sorry, ik heb geen idee waar ik was maar het gaat erom dat ik hier ben toch?' 'Klopt.' 'Ik wil een stukje rennen.' 'Dan ga je een stukje rennen.' 'Ik bedoel in wolfvorm idiot.' 'Oh, nou ik zal het even aan de alpha vragen.' Joë en Maaike komen naast me staan en Maaike kijkt me ongelovig aan. 'Je bent bevriend met de vijand?!' 'Nee, ik ben bevriend met Jace, Joë, Jord, Ivo, Charles, Roemer, Felix, Sam, Matthias-' 'Alle jongens hier dus, en die zijn DE VIJAND!' 'Nee, de alpha is de vijand. Dankzij die klootzak euh... wat was 't nou ookal weer.... Ach, nou ja, ik heb gewoon een hekel een hem en daar zal vast wel een reden voor zijn.' Maaike schud ongelovig haar hoofd. 'Maiks, je zult zien dat de jongens hier wel meevallen. Ze zijn echt aardig, ookal kunnen ze soms kort uit de bocht komen.' 'Kun je dat beloven?' 'Jup, ik beloof je dat ze heel aardig zullen zijn zolang jij ook maar aardig voor hen bent.' Maaike lacht kort. Dan komt Jace weer terug, met een blije lach op zijn gezicht.'Hey Jace! Dit is Maaike en je moet heel aardig voor haar zijn anders maak ik je af!' ratel ik terwijl ik op hem afstorm. 'Okay... Hallo Maaike, ik ben Jace maar waarschijnlijk wist je dat al en Sophie we hebben toestemming om te rennen in wolfvorm.' 'YES! WAAR WACHTEN WE DAN NOG OP?!' roep ik enthousiast. 'Misschien moeten we o-' Ik verander waarbij ik per ongeluk Joë een zet naar achteren geef waardoor hij vloekend op de grond valt. '-ns omkleden...' maakt Jace zijn zin af. Ik blaf opgewekt en spring in het rond. 'Dus zo zag ik er toen uit.... als een hyperactieve, hondsdolle wolf...'hoor ik Maaike zacht mompelen. Ik grom kort maar ga daarna weer vrolijk verder met springen. 'Joë, laat Maaike haar kamer zien en leg alvast nieuwe kleding klaar voor Sophie.' zegt Jace voor hij ook veranderd. 'Kom, dan gaan we rennen.' zegt Jace voor hij wegsprint. Direct storm ik achter hem aan. 'Wedstrijdje?' vraag ik aan Jace. 'Durf je dat wel aan? Ik wil je zelfvertrouwen niet de grond inboren.' zegt Jace plagend. Ik grom geïrriteerd en sjees Jace voorbij. 'Tuurlijk durf ik het wel aan. Ben je niet bang dat het jouw'n zelfvertrouwen de grond inboort?' 'Ha-ha. ik ga je inmaken.' 'Dat denk je maar.' 'Waar starten we?' 'Weet ik veel! Het is jouw'n gebied!' 'Oké, das waar.' 'Wat is waar?' 'Goedzo Sophie! Je onthoudt nu al steeds langer gebeurtenissen.' 'Okay...? Das... mooi?' 'Dat is het inderdaad' zegt Jace trots, alsof ik zijn dochter ben die net een tien gehaald heeft voor wiskunde. 'Zullen we hier beginnen? En dan rennen we tot het meertje.' 'Als in, een wedstrijdje?' 'Ja.' 'DOEN WE!' 'Oké... drie... twee.... een... GO!' Tegelijk stormen we weg. Jace probeert een aantal keer me af te leiden maar ik trap er niet in. Ik let niet meer op hem en dan kom ik bij het meertje. Abrupt stop ik met rennen waardoor ik een koprol maak en ín het meertje val. Jace komt direct achter de bomen vandaan en hij kijkt bedrukt maar moet lachen als hij mij ziet. Dat lachen klinkt trouwens echt heel raar. Ik grijns en loop het water uit waar ik me uitschud zodat Jace ook nat word. Hij gromt geïrriteerd naar me maar doet verder niks. Vrolijk ren ik het bos weer in met Jace achter me aan die me de weg wijst. Ik heb eigenlijk echt geen idee waar we naartoe gaan tot we weer bij het packhouse zijn. 'Joë komt er zo aan met een deken zodat je die om kunt doen. Daarna kun je naar je kamer waar je kleding ligt.' Ik knik als teken dat ik het begrepen heb en wacht braaf op Joë.
Calum pov.
Down zit ik hier op de bank. Ik heb Sophie gezien, haar stem gehoord, haar bijna aangeraakt en nu ben ik haar weer kwijt. Alweer... Dylan heeft niet echt verdriet maar dat komt ook omdat hij eigenlijk in Sophie's hoofd hoort. Waarom moesten Ashton, Michael en Max me tegenhouden? Ik had haar bijna! Bíjna... maar toch was het niet genoeg. Weer rollen er wat verdwaalde tranen over mijn wangen. Haar stem klonk wanhopig en toen ze werd weggevoerd ook gebroken. Het deed me pijn haar stem zo te horen. Plots overvalt een vlaag woede me. Het kan me geen flikker schelen wat de jongens hebben gezegd maar ik ga Sophie terughalen. Plots klinkt het geluid alsof iemand van de trap naar beneden valt maar ik let er niet op. Woedend sta ik op en been naar de voordeur. Net wanneer ik hem wil openen word er een hand op mijn schouder gelegd. 'Wat?' zeg ik kwaad terwijl ik me omdraai en recht in het gezicht kijk van Muharem. 'Het helpt niet om nu Sophie proberen te redden. Ze kennen je en zullen je gevangen houden.' De woede neemt af, what the fack? Plots klinkt er geschreeuw van boven en direct storm ik naar boven. Het geschreeuw stopt en als ik de kamer binnen kom zie ik Michael op de grond liggen. 'Michael? Gaat het?' 'W...wie ben jij? Waar ben ik? Wie ben ik?' O god... Nee toch... Niet hij ookal! 'Ik ben Calum, je bent in Maaikes villa en in het territorium van The Green Silence waar we met toestemming zijn en jij bent Michael.' 'Wat?' Oh fijn... 'Laat maar, kun je je nog iets herinneren?' 'Nope!' zegt Michael vrolijk terwijl hij rechtop gaat zitten. 'Ik heb honger.' zegt Michael terwijl hij gaat staan en de deur uitloopt. Met een kreun val ik op het bed. Dit word echt een hel, we zitten straks met twee mensen opgescheept die hun geheugen verloren zijn. 'GODDAMMIT MICHAEL! DAT IS GEEN SPEELGOED! HET IS VOEDSEL! FRUIT!' hoor ik Max roepen. Zijn stem klinkt zwaargefrustreerd. Ik grinnik droog en sta op. Ik dwing mezelf om stappen te zetten tot ik beneden ben en in de keuken waar Michael aan het gooien is met een sinaasappel. 'Calum. Jou moest ik hebben.' zegt Max pissig. 'Wat is er met Michael aan de hand?' 'Hij is z'n geheugen verloren en z'n geheugen draait achteruit.' 'Net zoals bij Sophie toen.' zegt Ashton terwijl hij wanhopig probeert de sinaasappel af te pakken wat hem duidelijk niet lukt. 'Jup.' 'Fijn, hebben we dat weer. Alsof eentje niet voldoende is. Nee hoor, het moeten er perse twee zijn!' roept Max gefrustreerd. 'Het is dat Michael mijn vriend is maar anders had ik hem vermoord.' 'En we gaan nog niet naar huis, nog langer niet, nog langer! En we gaan nog niet naar huis want moeder is niet thuis!' 'Misschien heeft Michael wel een andere aandoening dan Sophie... Sophie zong niet de hele tijd...' hoor ik Ashton zeggen terwijl hij de afgepakte sinaasappel als een trofee omhoog houdt. 'Klopt. Dat van Sophie was veel minder irritant aangezien ze wel wist wat wat was. Michael denkt dat een speelgoedbal voedsel is en deze sinaasappel zijn speelgoed....' 'Fijn jongens. We mogen gaan babysitten!' roep ik "enthousiast". De jongens kreunen. Plots loopt Michael op me af en bekijkt me bestuderend. Dan beginnen zijn ogen te glinsteren en zijn gezicht te stralen. 'SPEELTJE!' roept hij als een klein kind. Hij begint aan mijn haar te trekken. 'Au...! Au! AU! Goddammit Michael! Ik ben geen speelgoed!' 'Don't swear!' zegt Ashton terwijl hij al het fruit in veiligheid brengt. 'M..Michael! L..laat mijn haar los!' roep ik terwijl ik met mijn hoofd meebeweeg terwijl Michael vrolijk mijn haar alle kanten op beweegt. Dan laat hij mijn haar los en rent naar de plek waar Ashton net al het fruit heeft achtergelaten en trekt het kastje open. Al het fruit valt eruit en Ashton kijkt heel erg wanhopig. 'Kunnen we geen babysitter regelen terwijl wij een plan maken om Sophie en Maaike te re-AU! MICHAEL JE MOET NIET GOOIEN MET EEN FUCKING ANANAS!' 'Ananas is fruit. Fruit is voedsel. Dit is geen voedsel dus dat was geen ananas.' zegt Michael "slim". 'Mag ik hem vermoorden?' zegt Max wanhopig. 'Nee. Laten wij eens bewijzen dat wij net zo goed kunnen babysitten als vrouwen.' zeg ik vastbesloten. Dan weet ik ook alvast hoe ik moet omgaan met míjn kinderen als die superirritant zijn. 'Goed. Let's do this.' zeggen beide jongens vastbesloten. We kijken elkaar vastberaden aan en dan richting Michael die probeert te jongeleren met een appel, een sinaasappel, een kiwi en een tros druiven die langzaam van de tros vallen waardoor ze allemaal op de grond vallen. De moed zakt me in de schoenen en volgens mij bij Ashton en Max ook. 'Nou... daar gaan we dan. Succes.' 'Succes.' mompelen Ashton en ik. Dit word een lange, zware tijd...
Hey, hey! Hier weer een nieuw hoofdstukje! Twee op 1 dag, best wel knap toch? En speciaal voor Kapipathetik: VAN HARTE GEFELICITEERD! Ik draag dit hoofdstuk aan haar op omdat ze vandaag jarig is. WEER HEEL ERG BEDANKT VOOR HET STEMMEN EN REAGEREN! LOVE YOU ALL GUYS!
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro