Het gebeurt! (2)
Mier plaatje^
"Dus we moeten naar Waterclan om Lichtvis te vragen om IJsbloem te helpen met iets wat wij niet weten?" Vroeg Sterpoot verbaast terwijl ze aan het rennen waren.
"Ja eigenlijk wel ja..." zei Groenvlam ongemakkelijk.
Tijdens het rennen stond Groenvlam plotseling stil en zakte in elkaar.
"Koud en warm gaan samenkomen en zullen de clans verduisteren, alleen Duister kan de clans weer laten schijnen."
(Een lekkere tegenstrijdige profetie XD)
Mompelde Groenvlam voor zich uit. Alleen Sterpoot kon het horen.
Vissnor liep op de groengrijze kater af. "Is er wat?"
Groenvlam schrok op van zijn trance en keem Vissnor aan. "Nee, uuuh Sterrenclan heeft gesproken.
Niks aan de hand, gewoon blijven rennen." Groenvlam stond op en begon weer te rennen.
Bij de grens stonden de katten stil. "En nu?" Vroeg Mier.
"Dit is de Rivierclamgrens, we moeten wachten op een patrouille." Legde Vissnor uit.
"Waarom zouden jullie op ons wachten?" Hoorde Sterpoot opeens een kat zeggen.
Verschrikt keken de SchaduwClan katten de Waterclankatten aan.
Sterpoot herkent. Ottervoet, Bliksempoot, Donderpoot en nog twee katten.
"Schelpoog!" Riep Vissnor verrast uit.
"Hey broertje, ik had niet verwacht dat ik je nog eens zou zien." Zei ook Schelpoog verrast.
"Maar wat doen jullie hier?" Vroeg de andere kat.
"Steenstorm, wij zijn hier heengekomen omdat we Lichtvis moeten spreken." Zei Groenvlam tegen Steenstorm.
"Maar, waarom zijn jullie met zo een grote groep?" Zei Bliksempoot eigenwijs.
"Ik en Mier... Miergif zijn hier voor de veiligheid van Groenvlam en Sterpoot is uuh mijn leerling." Verzinde Vissnor snel.
"Waarom willen jullie eigenlijk naar Lichtvis?" Vroeg Ottervoet nieuwschierig.
"IJsbloem kan doodgaan, dus ze heeft hulp nodig." Zei Groenvlam met een klein stemmetje.
Verschrikt kijken de Schaduwclankatten hun medicijnkat aan. "Wat?!" "Waarom zei je dat niet eerder?!" "Waarom zijn we hier nog aan het praten?!" Verschrikt begonnen de Schaaduwclankatten door elkaar te praten.
"Maakt niet uit. Nu moeten we naar Lichtvis komen!" Zei Groenvlam streng.
"Jullie hebben eerst toestemming van Sparster nodig, volg ons maar." Zei Schelpoog terwijl hij het territorium in liep.
"Miergif? Ik wist niet dat jullie een Miergif in jullie clan was." Fluistert Bliksempoot tegen Sterpoot.
"Is er ook niet, Miergif is eigenlijk de poeziepoes, Mier, waar ik het toen over had." Fluisterde Sterpoot terug.
"Waarom zou Vissnor liegen tegen ons?" Vroeg Bliksempoot verbaast.
"Ik denk dat hij bang was dat jullie Schaduwclan zwak zouden vinden omdat we een poeziepoes in onze clan hebben."
Plots slaakte Sterpoot een verschrikte kreet. "Koud!" Sterpoot probeert een stap te nemen, maar hij kon geen grip krijgen op het koude, harde water.
De andere Schaduwclankatten lukte het ook niet om grip te krijgen.
"Hahahaha! Dat is ijs. Probeer met je klauwen grip te krijgen." Lachte Schelpoog de katten uit.
Dit is niet grappig! Boos probeert Sterpoot met zijn klauwen grip te krijgen. Maar hij viel weer op zijn buik, net als de andere Schaduwclankatten.
"Ottervoet neemt Miergif, Steenstorm neemt Groenvlam en Bliksempoot neemt Sterpoot. Oké?" Commandeerde Schelpoog zijn Clangenoten.
Voordat de Schaduwclankatten het weten, pakken de Waterclankatten ze bij hun nekvel en lopen ze naar de overkant.
Toen alle katten weer land onder hun poten hadden, liep Ottervoet naar Sterpoot. "Miergif rook een beetje naar poeziepoes! Denk je dat ze stiekem soms naar tweebenen heen gaat?"
"Nee." Steepoot schoot in de lach. "Ze heet eigenlijk Mier en ze is een poeziepoes. De enige reden dat we haar nog niet hebben gedood, is omdat ze ons heeft gewaarschuwd dat de Bliksemclankatten eraan kwamen." Legde Sterpoot uit.
"Dat verklaart een hoop." Ottervoet ging weer naast Schelpoog en Vissnor lopen.
Bij het kamp aangekomen stond Sterpoot te rillen van de kou. "Ik kan geen bevroren rivier meer zien!" Voordat Bliksempoot kon antwoorden, kwam Sparster zijn hol uit.
"Wat heeft dit te betekenen?" Vroeg hij verbaast.
"We hebben de hulp van Lichtvis nodig!" Legde Groenvlam uit.
"Waarom?"
"Omdat ze ziek is en ik weet niet wat ik moet doen." Groenvlam keek Sparster hoopvol aan.
Sparster leek te twijfelen. "Goed, alleen omdat het een medicijnkat is." Hij keek Ottervoet aan.
"Ottervoet, haal jij Lichtvis op?" Commandeerde Sparster.
"En Sterpoot blijft hier, voor als jullie iets in jullie hoofd halen." Hij begon de groep katten te bekijken. "En Waarom zijn jullie eigenlijk met zo'n grote groep? Groenvlam kan zichzelf toch wel verdedigen?"
"Ik ben nooit een goede krijger geweest." Zei Groenvlam beschaamd. "Wolvacht heeft geprobeerd mij te trainen, maar ik kon er niks van."
Toen de Schaduwclankatten en Lichtvis zijn vertrokken liep Bliksempoot naar Sterpoot.
"Hallo!"
Mooi einde vinden jullie ook niet? XD maar omdat het een deel 2 is, is dit een kort hoofdstukje...
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro