Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

Zwakte

Pov. Alfa

Ik bezit nu Divasco's lichaam maar hij wou niet echt mee helpen. Waardoor ik nu in grote problemen zat. Ik deed dingen dat hij blijkbaar nooit zou doen. Ook kan ik niet heel zijn geest binnen of zijn geweten. Geloof me als ik zeg dat ik dit nog nooit heb meegemaakt! Nu stond ik met mijn gedachten voor de koning. Hij keek me onderzoekend aan. Tikte met zijn vingers op de troon en hield zijn hoofd een beetje schuin. Zijn ogen keken me onderzoekend aan. Hij keek me zo onderzoekend aan dat ik er zenuwachtig van werd. Maar wel in Divasco's plaats. Ik hoorde zijn stem in mijn hoofd lachen. Wat moest ik doen? 'Divasco is alles oke?', vroeg de koning. Ik liet hem knikken. 'Ja, alles is oke. Alleen voel ik me niet echt goed.', zei ik met Divasco's stem. De koning knikte en deed toen een gebaar dat ik moest weg gaan. En dat deed ik ook. Met moeite zocht ik de kok. Waarom? Ik had enorm veel honger, dus kon ik misschien wel hem bevelen om me eten te geven. Uren dwaalde ik rond en Divasco bleef maar zeggen in mijn hoofd. 'Wat je nu zoekt vind jij nooit!' 'Ik ben nu even jou dus werk mee!', kaatste ik nijdig terug. Ja, mijn krachten werden zwakker en het ging niet meer lang duren of ik was de macht over Divasco kwijt. En dan zat ik pas in de problemen! Ik, ik... Nee, ik wist niet wat te doen! Terwijl ik me langzaam op de grond liet vallen hoorde ik een bediende af komen. 'Is alles goed mijnheer?', vroeg ze bezorgd. Nu was het mijn kans! Maar voor dat ik iets kon zeggen voelde ik weer bakstenen tegen mijn rug. En rook ik weer de muffe muren. Mijn enige hoop was weggevlogen. Ik wist dat ze me zouden zoeken. Moonlight, zou alles goed zijn met hem? Ze zouden toch niet aangevallen zijn! Maar verder kon ik niet meer denken. Ik kon het gewoon niet. Op de één of andere manier werd mijn zicht en vlogen er zwarte vlekken voor mijn ogen. Eerst dacht ik dat het vliegen waren maar de zwarte vlekken werden als maar groter en groter. Tot ik in een donker waas me bevond. Mijn armen voelden als lood en mijn ogen kon ik niet meer openhouden. Zelf rechtzitten lukte niet eens meer. Ergens in de verte hoorde ik nog vaag zeggen, 'Neem hem mee, hij moet ergens anders gestoken worden!' Even later voelde ik nog zwak hoe vier armen me optilden en over de grond meesleurden. Ik voel hoe ze me door een plas sleuren en dan dieper en dieper de gang in. Zo doen ze nog een lange tijd door en dan word na een tijdje mijn licht gedoofd.

Iemand hooide een emmer met water over het hoofd van de alfa maar er gebeurde niets. Hij bleef roerloos op de grond liggen. Een van de bewakers pakte hem op en sloeg hem in het gezicht, geen reactie. Wat ze ook probeerden er werkte niets. Tot dat er iemand eindelijk door had wat het probleem was. Paar minuten kwam hij terug met fruitpap. De andere bewakers lachten hem grandioos uit. Maar hij negerde hen en liep naar de alfa. Toen wenkte hij een van zijn meetgezellen die hem had uitgelachen om de alfa vast te houden. Toen dat eindelijk was gebeurd stak hij de lepel in de mond van de Alfa. Hij deed zijn mond een beetje open en deed er wat van de fruitpap in. En tot de verbazing van de anderen begon hij op de fruitpap lichtjes te kauwen. Toen de pot leeg was stond de bewaker triomfantelijk op en kijk zijn meetgezellen aan en zei, 'Weerwolven zijn niet zoal vampiers. Zij moeten eten anders vallen ze flauw.' Met een triomfantelijk lach stapte hij uit de cel. En keek de andere lachend aan. Ergen in de verte hoorde je lichtjes een bel. 'Pauze', riepen de bewakers in koor. 'Hè, moest hij niet nog handboeien en een blinddoek aan doen?' 'Ja, Jiva. Hij heeft vandaag nog niets gedaan!' Ze lachten en klopten Jiva op de schouder. 'Plezier met de Alfa!', riepen een paar bewakers nog. Met tegenzin deed hij wat hem gevraagd was. Eerst de handboeien. Je weet maar nooit. En dan de Alfa op het het gangen waar er op de muur handboeien hangen. Met een diepe zucht liep hij terug naar de ijzeren deur en deed een paar paar vergrendelaars dicht. Niet drie, nee tien vergrendelaars. En ook nog dat luikje. Hij nam een sleutel en sloot dan ook nog eens de deur. In gedachten verzonken stapte hij naar de kaartruimte waar ze altijd pauze hadden.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro