Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

PROLOOG



Het was nacht, de sterren schitterden fel, sterrenbeelden bewogen door de hemel en sommige staarden naar de grond. De Grote Beer was op bezoek bij de Kleine Beer en ze dronken samen thee terwijl ze naar de aarde keken. De volle maan verlichtte het granenveld dat zich onder haar bevond, het graan daarentegen waren schaduwen in de nacht die zachtjes heen en weer bewogen.

De geleidelijke beweging werd onderbroken door een ander geritsel. Er liep iemand door de velden die zijn of haar hand over de graanplanten haalde. Voetstappen klonken niet, als de persoon niet de graanplanten had aangeraakt zou je niets hebben gehoord. De persoon zou je nog niet goed hebben gezien als hij of zij niet het aanreikende maanlicht had bereikt.

De gestalte werd zichtbaar, het was een jonge vrouw. Een warme gloed kwam van haar af en haar net zichtbare ogen lichtte bruin op. Haar rode haar viel erg op zo in het donker. En het wat bleke huid en de sproeten op haar wangen gaven weg dat ze van natuurlijke een roodharige was. Maar het rare aan de vrouw was dat er een gloed van haar af kwam, een warme vloed die je het gevoel gaf dat je thuiskwam en de warmte van de haard op je huid voelde. Ze had ook een zacht gezichtje, geen hoge jukbeenderen, geen grote neus, geen dikke wangen. Als mensen haar later nog wilden beschrijven zouden ze niet meer weten hoe haar gezicht in puntje van detail eruit zou hebben gezien, ze herinneren zich enkel het gene wat ze hadden gevoeld- de warmte van de haard.

Het was een vreemde verschijning om iemand midden in de nacht bij een granenveld te zien, vooral een jonge vrouw. Er waren namelijk veel bandieten in het land en ze zouden niet terugdeinzen om een vrouw aan te vallen, want een vrouw zou toch niet veel kunnen uithalen.

Maar de jonge vrouw, die de sterrenbeelden zagen lopen, was niet zwak, ze straalde ook kracht uit en spanning alsof een ballon te veel lucht binnenkreeg en langzamerhand zal ontploffen. Deze spanning kwam alleen omdat de vrouw boos was, zelfs de sterrenbeelden konden de woede voelen die de vrouw uitstraalde. Ook verschillende granen bezweken onder de kracht die uit haar lichaam stroomde.

De Grote Beer verliet de Kleine Beer om zijn eigen huis te schuilen en te gaan slapen. Zo ook gingen de anderen sterrenbeelden naar hun eigen plekken, de Noordenster begon wat zwakker te glinsteren toen de vrouw een blik vol ergernis naar de hemel wierp. Ze balde haar handen en verpulverde daarbij een graan, de graankorrels bleven achter in haar hand. Die ze meteen daarvan af schudde.

'Zuster.' Klonk het achter haar, ze draaide zich om. Haar gewaad met rode accenten vloog onnatuurlijk mooi met haar mee, door de plotselinge verplaatsing begon de diadeem in haar haren te schitteren in het maanlicht.

'Ga weg broeder,' fluisterde de vrouw. Ze kneep haar vuisten nog meer bij elkaar. 'Ik heb jouw verontschuldigen niet nodig.' De man die tegen haar had gesproken zette een stap vooruit zodat hij in het maanlicht kwam te staan. Hij was ouder dan de vrouw, door zijn bruine haren zaten grijze plukjes en een baard bedekte bijna zijn hele gezicht. Ernstige ogen keken de vrouw aan. 

'Ik-' de man zocht naar zijn woorden. 'Ik heb er goed over nagedacht, het leek me gewoon beter om-'.

'Een feestbeest op mijn plaats te zetten?' vroeg de vrouw kwaad. Haar ogen schoten vol met vuur, de spanning om haar lichaam werd groter. 'Je verplaatst je oudste zus voor je eigen kind die je nog niet eens met je vrouw hebt gekregen!'

'Zo moet je het niet zien,' suste de man tegen haar.

'Hoe moet ik het dan wel zien,' spuugde ze hem in zijn gezicht. 'Een daad van verantwoordelijkheid, die jongen is nog niet klaar voor verantwoordelijkheid voor wijn- of wat je hem ook wil toewijzen.' Ze schreeuwde nu. 'Ik kan het vuur ook doven hoor, ik kan jullie allemaal doden met een knip van mijn vingers. Ik heb het nog nooit eerder gedaan. En weet je hoe het komt?' De man zuchtte van nee, hij leek uit zijn woorden te zijn gerukt door de woorden van de vrouw. 'Omdat ik respect kreeg,' zei ze kwaad. 'Omdat ik een zetel mocht krijgen als de jongste.'

'Je bent niet de jongste-'

'Nee en waarom heb je me dan vervangen door een jochie? Omdat ik te zwak ben?'

'We vervangen je niet, je zou altijd een mening hebben in onze vergaderingen.'

'Hoezo word mijn stoel dan weggeven?' schreeuwde de vrouw. Tranen liepen over haar wangen, ze probeerde haar snikken binnen te houden. 'Het is de mening van het volk.. Zuster. Het heeft niets met jouw te maken.'

'Je snapt niet wat je nu zegt, is het niet.' De man liep naar haar toe en stak zijn hand uit. 'Pak mijn hand dan gaan we naar huis,' zei hij wat vriendelijker dan zijn eerdere woorden. 'Dan kun je met je zusters erover praten, vervloek die mensen anders-'

Ze sloeg echter zijn hand weg en pakte daarmee stevig zijn pols vast. 'Verplaats me nooit meer voor een jochie,' siste ze in zijn gezicht. Daarna liet ze zijn pols los en rende weg.

Weg van haar broer en het granenveld.

Haar broer bleef alleen achter, hij liet zijn schouders vallen en keek haar hopeloos na. Iedereen wist dat hij niet zo moest kijken, het was zijn schuld en zijn keuze. Hij moest komen opdraven voor zijn verantwoordelijkheid en haar zeggen dat hij ervoor had gezorgd dat ze haar zetel kwijt was geraakt. In plaats daarvan gaf hij het volk te schuld, de anderen die de zetels bezaten en hij schoof het echtelijke onderwerp weg. Hij duwde de echte reden weg dat ze zo boos was.

En dat was het ergste wat hij had kunnen doen.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro