Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

Hoofdstuk 25

Het duurde niet lang voordat we Cyrene in het kunstlokaal vonden. Hoe ironisch. De plek waar het voor mij begon is de plek waar het voor haar eindigt. Ergens kan ik daar de schoonheid ook wel in zien, al denk ik niet dat zij dat doet. Maar dit is niet haar verhaal.

Ruby loopt met grote passen de ruimte in. De punt van het mes in haar handen is licht gebogen door de keyboards. 'Heb je ons gemist?' Ze lacht, maar het ziet er niet echt oprecht uit. De herinneringen die deze ruimte met zich meebrengt lijken haar te overspoelen. Was dit waar ze besloot dat geweld de enige oplossing was? Of danste dit plan al veel langer door haar hoofd?

Cyrene piept zacht. Het klinkt als een angstige kat die zich verschuilt voor bloeddorstige honden. In dit verhaal zijn wij die honden. Haar borstkas beweegt zo snel op en neer dat ze bijna uit haar blouse scheurt. Ze heeft zich schuilgehouden achter de droogrekken, al kan je het nauwelijks "schuilhouden" noemen. Je kan haar aan alle kanten zien zitten. Ik had ergens toch gehoopt op een iets grotere uitdaging. Alhoewel... Hoe eerder Cyrene uit Ruby's leven verdwenen is, hoe eerder alles weer zal worden zoals het was.

'N- niet doen,' piept Cyrene als ik haar kant op loop. 'Verraad me niet, alsjeblieft! Z- ze is... een monster.'

'Wat ben je zelf dan?' klinkt Ruby's stem van achter me. Ze grist een bus rode verf uit de kast dat tegen de muur staat en loopt mijn richting uit. Het geluid van haar voetstappen weerkaatst tegen de muren.

Ik zet een stapje achteruit om haar de ruimte te geven. Ruby heeft dit nodig.

Haar ogen boren zich in die van Cyrene. Het meisje houdt haar lippen stevig op elkaar geklemd.

'Wat ben je zelf dan?' Ruby houdt de verffles in de lucht en slaat er dan met het mes tegen aan. Rode spetters vliegen naar de zijkant voor ze het ding boven Cyrenes hoofd houdt. Haar mes laat ze zakken naar de keel van het meisje. Mijn vriendin klemt haar tanden op elkaar alsof ze haar woede in bedwang probeert te houden. 'Ben je het soms vergeten?'

'Nee, nee!' De verf druipt langs over haar haar langs haar wangen naar beneden. Het mes dwingt haar omhoog te kijken. Ze knijpt haar ogen dicht om te voorkomen dat ze de verf in haar ogen krijgt. 'H- het was een... grapje,' piept ze zacht. 'We wilden je nooit pijn doen.'

Ze zwijgt. De tranen vermengen zich met de rode verf op haar wang. 'Sorry!' brengt ze dan uit met overslaande stem. Haar ogen heeft ze nog steeds dichtgeklemd, bijna alsof ze hoopt dat dit een nachtmerrie is. Alsof ze hoopt dat wij verdwijnen als ze haar oogleden maar hard genoeg tegen elkaar perst.
'Denk je dat dat je nog gaat redden?' Ruby grijpt haar arm vast en trekt haar ruw overeind. Een grote rode vlek blijft achter. 'Je hebt een monster gemaakt, je had kunnen weten wat die met mensen doen.' Ze sleurt Cyrene aan haar haren richting de wasbak. Haar handen zijn bedekt met rode verf.

'Ruby?' vraag ik met een rustige stem. 'Wat is je plan?' Ik wil haar zo veel mogelijk de ruimte te geven om korte metten te maken met haar verleden, maar onnodig lijden wil ik liever voorkomen. Wat maakt ons dan beter dan Cyrene als wij geen genade kunnen tonen?

'Ik laat haar verdrinken. Het schijnt een nare dood te zijn.' Ze praat erover alsof ze het over haar huiswerk heeft. Hoe kan ze in staat zijn om dat te doen?

'Wat?' piept Cyrene, die begint te vechten. Ze probeert zich los te worstelen, maar de hand in haar haar voorkomt dat ze zich kan bewegen.

Ruby duwt het mes harder tegen haar keel. 'Houd je stil. Anders maken we het nog erger. Geloof me, blijven leven kan erger zijn dan verdrinken.' Een vreemde lach ontsnapt uit haar keel.

'Ruby, het spijt me! Sorry, ik had het niet moeten doen. Alsjeblieft, ik heb er zo'n spijt van. 's Nachts kon ik er niet van slapen. Echt, het is het niet waard. Ik beloof het je, dit laat je niet los. Ruby, stop!'

De paniek is echt, dat weet ik, dat voel ik, maar de woorden komen niet uit haar hart. Het heeft haar nooit geboeid. En die nachtrust? Die heeft ze echt wel gekregen.

'Dat had je ook kunnen zeggen toen je mijn vorige telefoon van het dak gooide of toen je me opsloot in de onderhoudskast en ik pas de volgende dag gevonden werd. Je had het zelfs kunnen zeggen toen je mijn schrift met liedjes aan de decaan gaf en haar waarschuwde dat ik duistere dingen schreef. Of al die andere keren dat je me probeerde te breken. Nu is het te laat.' Ruby duwt haar hoofd naar beneden, de wasbak in. Zonder de hulp van de jongens is Cyrene machteloos tegen mijn vriendin. Ze spartelt wild als Ruby de kraan aan draait. De bak vult zich in snel tempo met water. 'Je hebt me gebroken. Ik hoop dat dit is wat je wilde?'

Ik loop naar Ruby toe en leg mijn hand op haar schouder. 'Wees beter dan zij was,' zeg ik, niet-wetend of ik nu een gevoelige snaar ga raken of dat het haar zal inzien dat we beter moeten zijn dan zij ooit is geweest. 'Ik denk dat ze de boodschap nu wel snapt.'

Cyrene spartelt onder de druk van Ruby. Waterbelletjes bubbelen omhoog, haar armen klauwen naar Ruby, haar benen schoppen. Mijn borst snoert zich samen. Dit voelt niet goed, maar ik wil Ruby niet in de weg zitten. Cyrene heeft op een ding wel gelijk: Ruby is gevaarlijk.

'Waarom? Maakt het nog uit wie beter is?' Ruby haalt haar schouders op en draait zich half om. 'Ik weet niet of je het door hebt, Scarlet, maar aan het einde gaat iedereen dood.'

'Weet ik,' geef ik toe. Ik twijfel. Ik wil het niet erger maken. 'Geef haar toch tenminste nog een keer lucht om iets nuttigs te zeggen.' Vanuit mijn ooghoeken kijk ik naar Cyrene die al steeds minder spartelt.

Ruby knikt langzaam en trekt het meisje met tegenzin omhoog. 'Nou, heb je nog laatste woorden?'

Cyrene hapt naar adem. De rode verf is nu al bijna uit haar haar, maar het heeft haar shirt bevlekt. Cyrene kijkt niet Ruby aan maar mij. 'Scarlet, heb genade, alsjeblieft. I- ik wil niet verdrinken.' Een waterdruppel - of een traan - rolt over haar wang naar beneden. 'Ik heb je nooit pijn gedaan. Alsjeblieft, doe dit voor me.'

Ze lijkt in ieder geval te beseffen dat ze hier niet levend uit komt. 'Je hebt me wel pijn gedaan. Ruby's pijn is mijn pijn.'

Ruby's ogen glijden naar mijn pistool. Even is ze stil, voor haar lippen van elkaar gaan. 'Of we verdrinken haar, of jij schiet haar neer,' besluit ze dan. 'Als je je bij de eerste optie niet prettig voelt.' Ergens moet ze nog liefde kennen, want anders zou ze met de keuze niet geven.

Ik knik. 'Ze is een vreselijk persoon, er zit weinig goeds in dat verrotte hart van haar, maar wij zouden ons niet moeten verlagen tot haar niveau.' Ik hef het pistool en zet het tegen haar slaap. 'Dit gaat om ons, niet om haar.' Mijn vinger zoekt zich een weg naar de trekker en ik kijk haar aan.

'Je hebt gelijk.' Ruby stapt achteruit en veegt haar met verf besmeurde handen af aan een doek. Cyrene gunt ze geen blik meer waardig. Alsof haar dood voor haar niet meer betekent dan die van een vlieg.

Er lopen tranen over Cyrenes wangen. 'Sorry,' fluistert ze nogmaals.

'Sorry,' antwoord ik zo zacht dat mijn vriendin het niet kan horen. Dan volgt de klap. Het wapen geeft een sterke terugslag dat door mijn hele lichaam trilt, alsof het me wil laten voelen wat ik heb gedaan. Het lichaam van Cyrene zakt ineen. Haar ogen nog geopend. Een rode druppel die uit haar haar kwam, loopt als een traan over haar wang en valt op de vloer, waar hij uiteenspat. Het is kleine verfbloem op een grijze linoleum vloer. Het enige teken van respect dat de pestkop krijgt.

'Ons werk is hier gedaan,' zegt Ruby, die zich omdraait. Dat de kraan nog open staat en dat er een lijk achter haar ligt lijkt geen onderdeel van haar realiteit. Er is geen spoor van emotie in haar stem te vinden. 'Laten we gaan.'

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro