Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

Hoofdstuk V

Een jongen met donker zwart haar stond voor een huis van een vreemdeling. Hij had een eind gelopen om hier te komen. De man zag er angstig uit. Voorzichtig keek hij naar binnen en kwam hij erachter dat de eigenaar afwezig was. De deur was open, hij sloop naar binnen.

Ik weet niet waarom hij het deed. Misschien omdat hij zelf geen huis had of zocht naar spanning. Het zou onwaarschijnlijk zijn als hij er vanuit ging dat het mocht. Maar als het toch zo was zou het me niet verbaasten. Waarom? Geen idee, ik had al gezegd dat hij niet spoorde.

Ik weet nog dat de honger en dorst aan hem vrat en hij daarom ook zonder de kamer goed op te nemen naar een deur links van hem rende. Raca wist hoe de huizen in dit dorp waren ingericht. Direct na de voordeur een woonkamer met aan de wand een paar hangers om je jas aan op te hangen. Sommigen hadden nog een extra hanger voor een hoed of pet, niet dat dat veel gedragen werd.

Meestal zat de eerste deur links of rechts. De richting lag aan welke kant van de woonkamer de voordeur zat. Achter die deur zat meestal een keuken, maar soms ook een trap naar boven. Dit keer was het een keuken.

Raca smeet de deur hardhandig open en greep de eerste kast open voor eten. Gelukkig was er eten. Brood, kaas en een pak eieren. Raca greep de grote blok kaas en zocht in houten lades voor een scherp mes. De eerste lade niet, de tweede ook niet en de derde? Nee, de vierde lade was gevuld met bestek en dus ook messen. Raca pakte een scherp klein mes en sneed een dik plak uit de blok kaas.

De kaas was het heerlijkste wat hij ooit had gegeten. Het was romig en vers. Het vulde niet, hij wilde meer. Hij pakte het verse brood uit de kast. Het brood was een van wat stevigere soort en daarom vulde het ook. Pas toen besefte hij, dat iemand in het huis kon slapen. Gelukkig was dat niet gebeurd. Raca werd slaperig. Hij besloot maar om onder de grote bank te slapen, hopend dat de eigenaar van het huis niet eronder zou kijken.

Op dat moment had ik niks door. Ik weet niet waarom, want meestal was ik scherp. Het enige wat ik opmerkte was een stuk misvorme kaas en een grote hap uit mijn brood. En de deur die nog open stond natuurlijk, maar dat er nog iemand in mijn huis liep? Nee, ik had geen flauw idee.

Toen ik weg was, op weg naar mijn werk, werd Raca wakker. Hij kroop uit de bank en zag dat het midden in de ochtend was geworden. Hij nam de zonlicht die vanuit een raam scheen in zich op. De kleuren in de woonkamer waren licht bruinig met soms wat lichtblauw ertussen. Voor hem stond een groot schilderij. Het nam de hele muur in beslag.

En het vreemdste nog, het was compleet wit. Net als de schilderij bij de jager compleet zwart was. Had dit een betekenis? Hij keek verder in de kamer. In de rechterhoek achter hem zat een lichtbruin gekleurde vleugel. In de hoek een grammofoonplaat.

Aan de muur links van hem zaten twee donkerbruine deuren. De eerste leidde naar de keuken waar hij gisternacht was geweest. De andere was hem onbekend. Het kon een wc, grote kast of een trap zijn. Toen hij de deur open deed kwam hij erachter dat het dat laatste was.

Angstig liep hij de trap op, merkte dat het daar donker was en deed het licht aan. Er was niemand boven. Er sliep ook niemand. Was iemand dan wakker geworden toen hij nog sliep? Had diegene hem niet opgemerkt?

Raca zag dat de buitendeur op slot was. Hij wist daarom meteen wat er was gebeurd, maar dat was dan ook het enige voordeel daaraan. Hij kon niet meer weg tot dat de bewoner van dit huis kwam opdagen. En dan? Als Raca onopgemerkt wilde blijven, moest hij het huis uit voordat de deur opnieuw op slot ging.

Hij ging op de bank zitten en dacht na voor een goede oplossing. Hij zag een beeld voor zich voorbij komen. Het was van het huis van de jager. Dat Raca een veel warmer gevoel gaf dan dit huis. Hij wist niet wat beter was, maar uit verstandigheid wel. Een tweede beeld kwam op. Iets wat hij niet herkende of kon herrineren te hebben gezien.

Een opening van een grot. De omgeving eromheen was kaal, geen bomen, maar wel gras. De grot was hevig verstevigd door ijzeren pilaren en bewaakt door wel vijf wachters. Vlak daarma kwam het beeld van een edelsteen. Saphonyx. De steen was inderdaad donkergroen en glinsterde op een marmeren tafel.

Raca probeerde de beelden te negeren, maar op een gegeven momet waren ze zo sterk en levensecht dat hij dat niet meer kon. Dat de beelden niet van hem zelf kwamen, wist hij zeker, maar van wie kwamen ze dan wel?

'Cephas,' fluisterde hij.

Een beeld van de gezicht van de jager kwam tevoorschijn. Raca sloot zijn ogen om zich beter te kunnen concentreren. Cephas zat binnen en zag er ongeduldig uit, maar in geen enkele manier ook bezorgd. Misschien enkel, omdat hij bang was dat Raca niet meer hem zou helpen.

'Ra, denk je dat je het niet aan kunt?'

Raca wist wat hij bedoelde, maar dat was het punt niet. Natuurlijk zou hij voor hem de Saphonyx kunnen halen. Het was een kwestie van willen, maar Raca wilde dat Cephas niet latn weten. Dat zou gevaarlijk zijn.

'Ik weet het niet. De Saphonyx is goed bewaakt.'

'Ik had toch gezegd dat we slaapgas gingen gebruiken?'

Raca wordt stil en doet zijn ogen open. Als hij voor Cephas zat had hij weggekeken, maar nu kon dat niet. Hij was gedwongen om te luisteren en te kijken. Een stem van de jager kwam weer tevoorschijn.

'Waarom, Ra? Dan moet je ook nog eens in dit huis zijn. Verplot me.'

'Dit is gewoon mijn huis.'

'Dat kan je mij niet wijsmaken, Ra.'

'Ik woon hier al jaren.'

'En dan nog, je bent akkoord gegaan. Als jij niet naar mij toekomt, kom ik wel naar jouw toe. Ik weet niet hoe dat gaat aflopen, maar het is jouw keuze en keuzes dragen consequenties.'

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro