6. Genoeg Is Nooit Genoeg
18 JULI
Het hele paleis stond in rep en roer voor Bevrijdingsdag. Vandaag, exact zestig jaar geleden, werd het Verdrag van de Verenigde Zuidstaat getekend, en daarmee werd de wapenstilstand tussen Caelia en Breienbach ingeluid. Iedereen was druk in de weer om het paleis aan te kleden en alles in orde te maken voor de toespraken van vanavond. Het stoorde me, om het anders zo rustige paleis in zo'n drukke staat te zien. Mijn oma had zich teruggetrokken op haar kamer, en ik wenste dat ik hetzelfde kon doen. Louis stond plots voor mijn neus, en alle hoop om me te kunnen verstoppen, verdween daarmee. Hij knikte naar me als teken van begroeting.
"Er is bezoek voor u, uwe hoogheid."
Ik fronste. Ik verwachtte niemand vandaag. Mariama zou Wapenstilstand met haar moeder en zussen vieren, dus het leek me sterk dat ze hier zomaar zou komen opdagen. Niet dat ze zich ooit liet aankondigen, tot grote ergernis van Louis.
"Wie dan?"
Louis gaf me geen antwoord terwijl hij me naar de visitekamer begeleidde. Het was veruit mijn minst favoriete plek van het paleis, met haar overdadige bloemenbehang en de zachtgele suède sofa's. Er stonden meer koffietafels dan ik op mijn twee handen kon tellen, en ze waren zonder plan verspreid in de kamer. Ze waren bezaaid met dure voorwerpen en geschenken van andere landen. Enkel en alleen om te tonen hoe geliefd ons koningshuis was. Alsof een vaas van de Belgische koning, of een peper- en zoutvatje van een voormalige president echt zoveel aanzien hadden. Om dan nog maar te zwijgen over het feit dat ze spuuglelijk waren. Louis sloot gehaast de deuren zodra we binnen waren, en marcheerde meteen de kamer door naar de andere kant om mijn gast binnen te laten.
"Waarom doe je zo geheimzinnig, Louis?"
Hij keek kort over zijn schouders. Zijn mondhoeken gingen amper enkele millimeters omhoog, maar ik kende hem al lang genoeg om te weten dat hij me zijn beleefde glimlach gunde.
"Uw gast heeft me vriendelijk verzocht om het een verrassing te maken."
Ik wilde met mijn ogen draaien, maar hield me in. Ik hield niet zo van verrassingen, en al helemaal niet op momenten dat ze mijn hele dagschema overhoop zouden gooien. Ik zweeg echter, en plaatste me simpelweg op de tweezit waarop weer een hele reeks kussen verschenen was. Ik knikte naar Louis, die mijn teken meteen begreep, en hij opende de deuren.
"Hare koninklijke hoogheid, prinses Beatrice van Migne, voor uwe hoogheid."
Ik keek met grote ogen toe hoe een nonchalante Beatrice de ruimte binnen wandelde. Ze glimlachte breed, en een gigantische zonnebril hield haar dikke krullen uit haar gezicht. Haar lange jurk viel losjes om haar lichaam, en was zoals gewoonlijk weer bezaaid met bloemen. Ze zag eruit alsof ze een tripje naar het strand ging maken. Ze was hier. Mijn eerste reactie was om breed te lachen. Ze was naar hier gekomen, net zoals ze gezegd had. Mijn hart maakte een vrolijk sprongetje in mijn borst, maar het werd meteen onderdrukt door de paniek die me overviel.
"Wat doe jij hier?"
Het klonk harder dan ik wilde, en Beatrice bleef stilstaan waar ze stond. Ze trok haar wenkbrauwen op en keek me vragend aan. Mijn paniek werd heviger, en ik voelde mijn spieren opspannen.
"Beatrice, heeft iemand je naar hier zien komen?"
Ze haalde haar schouders op en keek naar Louis in de deuropening. Hij hield me afwachtend in de gaten, terwijl Beatrice losjes naar hem wees.
"Hij alleen."
Ik haalde opgelucht adem, en knikte naar Louis. Hij begreep meteen dat ons gesprek niet voor hem bedoeld was, en maakte een snelle buiging voor hij ons alleen liet. Ik liet me terug op de sofa vallen, en zakte diep weg in de kussens. Beatrice volgde mijn voorbeeld, en koos de fauteuil waarin mijn oma altijd zat, een antiek, blauw geval dat vloekte met alle andere meubels in de kamer. Ik kromp een beetje in elkaar, maar besefte dat mijn oma ons niet kon zien. Gelukkig maar.
"Waarom doe je zo vreemd, Vie? Ik ging ervan uit dat je blij zou zijn om me te zien."
Ik knikte. Ik was ook blij dat ze hier was, meer zelfs dan ik aan mezelf durfde toegeven. Maar dit was allesbehalve het juiste moment.
"Dat ben ik ook. Maar..."
Ik aarzelde even, en zuchtte dan. Dit zou altijd verkeerd klinken, hoe graag ik het ook anders wilde. Beatrice fronste.
"Als je bang bent over wat mensen over ons zullen denken... We zijn uiteindelijk ook maar twee troonopvolgers die elkaar ontmoeten, en dan nog op een officiële manier. Ik denk niet dat iemand nog maar zou vermoeden dat—"
Ik weet niet hoe ze haar zin zou afmaken, maar ik durfde het niet eens af te wachten. Dat we vrienden zijn die soms kussen? Of meer? Ik had geen idee, en ik wilde het eigenlijk niet weten.
"Dat is het niet."
Er kroop twijfel in haar ogen, en ik voelde mijn hart breken. Ik schudde mijn hoofd, wilder dan de bedoeling was, en Beatrices frons werd alleen nog maar dieper. Waarom was ik zo slecht met woorden in haar buurt?
"Gaat dit over de drukte in de gang? Is er iets speciaals aan de hand?"
Mijn ogen werden groot in realisatie. Beatrice leek zich van geen kwaad bewust te zijn, en het luchtte me op. De pijnlijke knopen in mijn spieren losten op, en ik ademde diep in. Een tel lang had ik geloofd dat ze hier was om de pers op te jutten, maar misschien -heel misschien- was ze dan toch echt gekomen omdat ze me wilde zien.
"Weet je welke dag het is vandaag?"
Beatrice haalde haar schouders op.
"Een zondag?"
Beatrice stond op en liet haar vingers over een antieke vaas glijden. Ze leunde voorover om de tekeningen erop beter te bestuderen, en keek kort over haar schouder heen met een vragende blik in haar ogen.
"Het is Bevrijdingsdag, Beatrice. Als iemand erachter komt dat je hier bent, in Breienbach, dan..."
Ze leek zich te realiseren wat er aan de hand was, en schoot overeind. De vaas wiebelde een tel lang gevaarlijk heen en weer, maar ik kon het niet in me opbrengen om me er zorgen om te maken.
"Merde. Onafhankelijkheidsdag."
Ze schudde haar hoofd in ongeloof, en ging met haar handen door haar haren. Ik knikte, ook al had ze mijn bevestiging niet langer nodig. Mignes neutraliteit hield in dat niemand van hun Koninklijk Huis zich mocht uitspreken over de gruwel van de Vijfjarige Oorlog. Onze Bevrijdingsdag, was voor Beatrice Onafhankelijkheidsdag, en haar aanwezigheid hier was allesbehalve neutraal. Zelfs als het onbedoeld was.
"Wat nu? Als ik nu vertrek, dan weet iedereen dat ik hier geweest ben!"
Ze haalde de zonnebril van haar hoofd. Er stond paniek in haar ogen, die weerspiegelde hoe ik me vanbinnen voelde. Ik stond op en plaatste peinzend mijn handen in mijn zij.
"Misschien kan Louis je helpen? Ik weet zeker dat—"
Beatrice schudde haar hoofd en beende heen en weer.
"Hij zou me al tot in het paleis van Migne moeten brengen om ervoor te zorgen dat niemand me zien."
Ze vloekte binnensmonds, en beet op haar lip. Het gebaar leidde me af, en ik moest alle moeite van de wereld doen om niet naar haar mond te blijven staren.
"Wat als je vannacht pas vertrekt?"
Ze haalde haar schouders op.
"Dan moet ik me nog de hele dag kunnen verbergen in het paleis. Niet dat ik je personeel niet vertrouw, Vie, maar hier blijven is ook een heel erg groot risico."
Ik knikte. Ze had gelijk natuurlijk. Het was de drukste dag van het jaar, en het hele paleis stond op stelten. Ze waren alles in gereedheid aan het brengen om de live toespraken van Caelia en Migne te ontvangen, en om de onze -inclusief mijn allereerste Wapenstilstand-toespraak ooit- uit te zenden. Mijn hart zakte nog een beetje verder in mijn borst.
"Moet je een toespraak houden? Want—"
Beatrice schudde kort haar hoofd.
"Nee, mijn vader heeft me liever niet aan het woord. Ze zullen vanavond maar met z'n tweeën voor de camera staan. Ze hebben geen idee waar ik ben, en voorlopig is het ook beter dat we dat zo houden."
Ik knikte, en was de prins-gemaal van Migne plots dankbaar. Het was niet wat ik voor Beatrice wenste, maar het bespaarde ons momenteel een hoop extra zorgen. Ik ging nerveus door mijn haren, en besefte te laat dat ik al bij mijn kapper geweest was. Oh, wat een ramp. Dit was niet hoe ik vandaag voorgesteld had. Ik was helemaal klaar om mijn toespraak te geven. Het kon nooit meer lang duren voor ik voor de camera's verwacht werd, en ik probeerde onopvallend naar mijn horloge te kijken. Ik verraadde mezelf echter toen ik zag hoe laat het opeens al was.
"Beatrice, ik moet over een half uur mijn toespraak geven!"
Beatrices ogen verwijdden een beetje, en ze schudde wanhopig haar hoofd. Ik haalde diep adem, en maakte een besluit. Het was nu of nooit. Over enkele ogenblikken zou Louis me meenemen richting camera's, en dan was er geen ontsnappen meer aan. Ik nam Beatrices hand in de mijne, en trok haar door de bezoekersdeur zodat we Louis konden ontwijken. Ze keek me verbaasd aan, maar zei geen woord.
Ik trok haar door een bijna lege gang richting de hoofdgang. Er zat niets anders op dan de grote trappen te nemen, ook al was de kans supergroot dat we mijn ouders zouden tegenkomen. Ik trok Beatrice verder, maar stopte abrupt toek ik om de hoek een dienstmeisje onze richting op zag komen. Ik hoopte dat het meisje een van de deuren zou nemen, maar ze vervolgde haar weg. Nog even en dan zou ze ons zien. Ik trok Beatrice terug dieper de gang in, en trok haar in een deuropening. Ik wenste met mijn hele hart dat het dienstmeisje op de hoofdgang zou blijven, want anders zou ze ons alsnog kunnen zien. Beatrice stond tegen me geperst in de nauwe ruimte. Hoewel ik mijn best deed om te blijven focussen op de dienstmeid, werd dat plots heel erg moeilijk. Beatrices arm was warm tegen de mijne, en de blik van pure focus op haar gezicht maakte het bijna onmogelijk om aan andere dingen te denken dan aan haar lippen. Mijn hart hamerde in mijn borst, en ik vroeg me af of ze kon zien wat er in me omging.
"De kust is veilig."
"Mmh?"
Ze wees over mijn schouder heen naar de gang, en glimlachte breed. Mijn wangen werden warm, en knikte snel. Beatrice schudde haar hoofd terwijl ik haar weer richting hoofdgang trok. Ik probeerde elke gedachte aan haar die door mijn hoofd schoot vakkundig te negeren, maar het lukte me niet.
Ik voelde me een volwaardig geheim agente toen de deur van mijn slaapkamer in zicht verscheen. We hadden mijn personeel, en mijn ouders, weten te ontwijken, en ik haalde opgelucht adem. Mijn kamer was de enige veilige optie om Beatrice te verstoppen, want ik wist wel zeker dat hier niemand zou komen vanavond. Beatrice zou veilig zijn. Mignes neutraliteit zou veilig zijn. Ik twijfelde plots of ik mijn kamer wel netjes achtergelaten had, maar ik had geen keuze. Met haar hand in de mijne trok ik haar mee naar binnen, opgelucht dat ik haar ongezien het paleis door had kunnen loodsen. Ik kwam abrupt tot stilstand nog voor ik de deur helemaal gepasseerd was, en Beatrice botste tegen mijn rug met een doffe 'oef'.
"Mariama? Wat euhm..."
Mariama keek met opgetrokken wenkbrauwen van Beatrice naar mij, en haar mond zakte een beetje open. Haar blik ging naar onze verstrengelde handen, en haar ogen werden meteen wat groter. Ik liet Beatrices hand geschrokken los, en schraapte mijn keel om onverschillig over te komen. De warmte die mijn wangen prikte, verraadde me echter.
"Ik wilde je succes wensen voor je toespraak, maar het ziet ernaar uit dat iemand anders me voor geweest is."
Ze glimlachte breed, en het maakte mijn gezicht alleen nog maar warmer. Mariama maakte een lichte reverence voor Beatrice.
"Uwe koninklijke hoogheid."
Beatrice knikte kort, maar zei geen woord. Ik wrong mijn handen in elkaar en zette een stapje in Mariama's richting.
"Dit is niet wat het lijkt."
Mariama humde kort, maar leek niet overtuigd. Toegegeven, dit was exact wat het leek, maar dat hardop toegeven, leek de situatie alleen nog maar erger te maken. Beatrice was hier, in mijn kamer, op een dag dat Migne neutraal hoorde te zijn. Ik zou me hier niet uit kunnen praten. Mariama boog voorover zodat ze in mijn oor kon fluisteren.
"Ik denk dat dit precies is wat het lijkt."
Ze knipoogde en kruiste haar armen.
"Goed, ik moet gaan. Ik word op het etentje verwacht. Ik zie je straks?"
Ik fronste. Het Wapenstilstands-diner was enkel voor adel en genodigden, en ik kon me niet herinneren dat ik Mariama gevraagd had.
"Heeft Louis je uitgenodigd?"
Ze glimlachte breed en schudde haar hoofd.
"De Hertog van Stauberg heeft me gevraagd of ik hem wilde vergezellen. Als zijn plus one."
Ze ging er heel erg licht over, alsof ze over het weer sprak in plaats van over een date. Een date met Kaito! Ik schudde mijn hoofd in verwarring, maar mijn enthousiasme brak al door op mijn gezicht.
"Wat? Kaito? Waarom heb je me niets gezegd?"
Mariama draaide speels met haar ogen en trok me in een omhelzing. Ik glimlachte, en trok haar dichter tegen me aan.
"Ik wilde je het vandaag vertellen, tegelijk met je succes-wensen. Je was echter nergens te bespeuren, en nu is het duidelijk dat je druk bezig was. Vertel me eens, hoe gaat dat gezegde weer, de pot verwijt...?"
Ze lachte zonder haar zin af te maken, en liet me los. Ik schudde glimlachend mijn hoofd.
"Het is tijd voor mij om te gaan. Veel succes, Victoria!"
Ze boog kort haar hoofd naar Beatrice. Beatrice reageerde er amper op, duidelijk niet goed wetend wat ze met zichzelf aan moest vangen. Mariama liet ons alleen achter, en ik haalde opgelucht adem. Ik wist dat Mariama ons niet zou verraden, en meer nog: ze leek er helemaal niets uit te maken dat ik een prinses mijn kamer binnen gesmokkeld had. Het kalmeerde mijn razende hart, en voor het eerst vandaag leek het alsof alles wel goed zou komen.
Beatrice schraapte voorzichtig haar keel om mijn aandacht te trekken. Ze zag er een beetje verloren uit, en het drong nu pas volledig tot me door dat ze hier was. In mijn slaapkamer. En we waren helemaal alleen. Ik glimlachte ongemakkelijk, me plots hyperbewust van alles. De gele plaid die half van mijn bed hing, de verslagen die rommelig op mijn salontafel lagen. Ik had niet eens de moeite genomen om mijn vuile was op te ruimen. Ik kromp een beetje in elkaar terwijl ik mijn kleren haastig onder mijn bed schopte, en vervloekte inwendig mijn ik uit het verleden omdat ik zo rommelig geweest was.
"Moet je niet ergens zijn?"
Beatrices stem was plagerig, en ik vergat op slag de wanorde die hier heerste. Mijn toespraak! Ik keek weer op mijn horloge, maar Beatrices hand gleed om mijn pols en duwde hem zachtjes weer naar beneden.
"Je hebt nog tijd. Je gaat niet te laat komen, en iedereen gaat zien wat voor geweldige toekomstige koningin je bent."
Ze glimlachte en keek naar me op. Ze deed een poging om mijn haren terug te fatsoeneren, ook al wist ik diep vanbinnen dat het hopeloos was. Ze zette een stap dichterbij om er beter bij te kunnen, en zorgde er daarmee voor dat ik elke gedachte aan mijn toespraak vergat. Ze zag er prachtig uit in haar bloemenjurk, en het kon me plots nog amper schelen. Ik trok haar nog dichterbij, waardoor haar glimlach alleen maar breder werd. Ik wilde me zorgen maken om haar aanwezigheid, maar het lukte me niet. Ik was blij dat ze hier was, en ik kon het niet eens ontkennen. Als het me haar prachtige glimlach opleverde, dan zou ik het allemaal op het spel zetten. Ik boog voorover, maar liet nog genoeg ruimte over om haar de kans te geven om te beslissen. Ze twijfelde amper, en overbrugde de weinige afstand die er nog tussen ons resteerde. Haar lippen vonden de mijne in een ritme dat kalm en zacht was. Het deed me het laatste restje van mijn zorgen vergeten, en ik wist dat ik er nooit genoeg van zou krijgen.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro