Hoofdstuk zesentwintig
Ze is weer weg, heeft me alleen achter gelaten op de gang. Ik ben maar tegen de muur aan gaan zitten en heb mijn tranen gedroogd, wachtend tot iemand me vindt om te zeuren dat ik had moet blijven en dat ik mijn kroon had moeten accepteren.
Het duurt even tot deze persoon komt en hij kijkt niet blij. Hnall pakt me woest bij mijn kraag, tilt me overeind en gooit me dan tegen de andere muur aan. Ik kan niet zeggen dat er veel kracht achter zat, ik voel nauwelijks wat.
'Op de Heilige Bonnie, kan je niet één keer doen wat ik van je vraag?' Roept hij kwaad uit terwijl hij weer mijn kant op loopt. Wat ik niet zie aankomen is dat hij zijn hand omhoogtilt en het volgende moment mijn wang brand. Verbaasd kijk ik hem aan, niet verwachtend dat hij me ooit zou slaan.
Aan de andere kant... verklaart het wel wat. Ik heb me altijd afgevraagd waarom Tyler iedereen pestte en iedereen uitlachte om wat ze waren of hoe ze deden. De oplossing is nu wel duidelijk, hij deed zo omdat hij er zelf onder zat te lijden. Als Hnall me nu al slaat – een week nadat ik erachter kwam dat ik de prins was – zal hij Tyler wel veel vaker klappen hebben gegeven.
Ik moet zeggen dat ik niet van plan was ooit medelijden te hebben met hem, maar als het enige familielid dat je hebt je zo behandeld, dan begrijp ik het.
Hij lijkt zich ook te beseffen dat er een lichtje is gaan branden en neemt een stap achteruit, terwijl ik me steeds meer besef welk monster ik voor me heb staan.
Hnall heeft net voor de troon geknield, op dezelfde plek waar hij de keel van zijn vader doorsneed. Daarvoor was het er ook al, hij stond bekend om zijn moorden en bazig gedrag. Niet te vergeten dat hij voor een reden altijd een dolk bij zich draagt.
Hij durft zichzelf mijn vader te noemen, alleen omdat hij me had moeten krijgen in plaats van Tyler. Maar hij lijkt niet op mij, voor geen haar. Toen ik Clarissa doodde deed ik dat omdat ik geen keuze had, Hnall was eraan gegaan als ik niets gedaan had. Chris heb ik geprobeerd te redden, alleen de Duistere Magie was groter geworden dan mijn Magie van de Aarde. Ramon was pure zelfverdediging, hij had mijn nek doorgesneden zoals Hnall dat bij Selini gedaan had en Avana meegenomen.
Maar hij? De Heilige Bonnie mag weten hoeveel Weerwolven hij heeft doorboord met zijn cobra of met zijn dolk. Ik weet alleen dat hij er geen moment spijt van had, ook niet van Selini. Ondanks hij zijn vader was, deed Selini nauwelijks wat voor zijn land. En dat was genoeg reden voor Hnall om geen eens één traantje weg te pinken bij zijn begrafenis.
Natuurlijk wordt hij verdacht van de moord, aangezien dat de enige manier was om mij te redden, maar niemand durft iets tegen de nieuwe koning, die niet zal aarzelen om je iets aan te doen zodra je iets loslaat.
'Je bent een monster.' Zeg ik terwijl ik van de muur wegga en langzaam meer stappen naar achteren neem. De gang is breed en er staat niets tegen de muren aan, dus blijf ik hem aankijken terwijl ik doorga met stappen naar achteren nemen.
Het duurt niet lang tot hij volgt. Elke voetstap klinkt alsof het kasteel op instorten staat. 'Nee Dimitri, ik wil het rijk goed dienen. Niet zoals mijn vader dat deed, en daar heb je soms offers voor nodig.' Hij neemt een dreigende grotere stap dichterbij. Gealarmeerd neem ik een grotere stap achteruit waarbij ik bijna val.
'Daarnaast, wat dacht je? Je hoeft niet per se gekroond te zijn om de prins te zijn. Je bent het, of je nou de kroon draagt of niet.' Hij krijgt een wrede grijns op zijn gezicht en zijn kroon glanst in het licht.
'Ik heb hem toch maar voor je meegenomen.' Ik kijk op terwijl Hnall even in zijn mantel graait voordat hij daar de zilveren kroon uit haalt. Angstig neem ik nog een stap achteruit.
'Ah, kom op. Als je hem netjes opzet en met me mee teruggaat naar de troonzaal hebben we het er niet meer over.' Zegt hij kalmerend terwijl zijn houding alles uitstraalt behalve kalmte.
'Nee, ik wil niet.' Zeg ik terwijl ik sneller stappen naar achter begin te nemen. Hij moet zijn best doen de glimlach op zijn gezicht te houden.
Dan zie ik de ruimte veel groter worden en besef me dat we in de ontvangstzaal zijn, wat alleen kan betekenen dat-
Ik bots tegen iets aan en voel gelijk wat het is: de poort van het kasteel. De weg naar buiten. Het enige probleem is dat de deuren via de andere kant open gaan, wat betekent dat ik niet verder naar achter kan. Ik zit vast.
Hnall gaat voor me staan en houd de kroon losjes in zijn handpalmen vast. Zonder verder aan te dringen blijft hij staan, afwachtend.
Ik krijg dus een keuze, de kroon aannemen of niet. Ik vraag me af wat hij gaat doen als ik kies wat hij al verwacht, het afwijzen. Maar terwijl ik daar sta met een keuze voor me, herinner ik me dat Hnall ook een keuze heeft gehad.
Hij was de 'verloren prins' voor zo lang, dat is ook niet vanzelf gegaan. Ik kan me voorstellen dat Hnall dezelfde keuze heeft gekregen en geweigerd heeft, net zoals ik nu ga doen.
Het enige verschil is dat ik weet dat hij het niet zal tolereren.
Ik slik en spreek zo langzaam en kalm mogelijk.
'Nee, als het echt was om iedereen te redden had ik het gedaan. Maar jij wilt alleen mij onder controle hebben, zoals je Tyler onder controle hebt. Ik weet niet waarom je het zo graag wilt, ik weet wel dat ik je pop niet ben. Ik wil de titel 'prins' niet, en jou dienen al helemaal niet.'
De woede in zijn ogen vlamt aan en ik zie hoe zijn Duistere Magie begint op te spelen en door de mantel begint mijn eigen te vonken. Ergens wil ik het terugtrekken en rustig blijven, terwijl ik het ook los wil laten om het gevaar dat tegenover me staat uit de roeien.
Arthur lijkt uit het niets te verschijnen en pakt Hnall in een kalmerende poging bij zijn schouder vast. Des te meer zijn woede aanwakkert des te meer de mijne dat doet.
Ik kan hem doden, de rots uit de grond laten schieten zoals ik dat met Ramon deed. Hem in tweeën breken. Het koninkrijk verlossen van de duivel die tegenover me staat.
Ik zal dan de koning worden, maar ik kan die titel makkelijk doorgeven aan Tyler. Hij zal het vast leuk vinden om te zijn en dan kan Violet zijn koningin worden.
De keuze is gemaakt.
Hnall probeert het te ontwijken maar net zoals met Ramon is de rots te snel voor hem. Hij schiet uit de grond met een vaart die ik nog nooit gezien heb, recht op Hnall af. Ik zie de emotie op zijn gezicht veranderen in pure doodsangst, voordat-
Hnall word opzij geduwd en ik kan alleen machteloos toekijken hoe Arthur erdoor geraakt word. Voor één hele korte seconde zie ik hem, Chris. Hij staart me aan en rekent erop dat ik hem kan redden terwijl zijn Bonnie Ster breekt in mijn handen.
Er gebeurt hetzelfde. De Bonnie Ster van Arthur spat uiteen en de scherven schampen mijn gezicht, laten sneeën achter. Als ik in zijn ogen kijk, kijk ik in het niets. Arthur is er niet meer.
Zo sterft de tweede broer. De laatste magiër.
Beidden zijn gedood, de vloek uit zich.
Breekt de vervloekte de Rangen niet...
Dan breekt hij zichzelf.
Einde.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro