#16
'Waar denk je dat Mysteria precies zou liggen?' 'Je gaat er niet over ophouden of wel?' Vraagt hij licht geïrriteerd terug. 'Misschien als jij antwoord geeft wel?' Hij zucht en rolt met zijn ogen. 'Ik heb geen idee Liana, ergens tussen Kanta en Roemas, in een berg,' 'Zo ver kwam ik ook nog wel,' 'Jij vroeg het!' Ik zucht hij gedraagt zich soms echt als een kleuter. 'Heb je de nieuwe wet al gehoord?' 'Wet? Welke wet?' Nu pas herinner ik me dat ik bijna niks weet over de wetten die in Jenava gelden. 'Je mag als Jenavaan geen liefde meer kennen.' 'Hoezo dat!' Roep ik licht boos. 'De reden blijkt te zijn dat lief hebben zwak is en het je kan afleiden.' Ik zeg niks, ik vind het maar een stomme reden. 'Liana? Gaat alles... goed met je?' Het blijft stil. 'Liana?' Ik hoor het niet, te ver weg gedwaald in mijn gedachten. Ik schrik me kapot als ik opeens voel hoe ik opgetild word. Ik zat namelijk op de grond. 'Laat me los,' zeg ik geïrriteerd, naar de gene die me vast heeft. Ik wurm me los en kijk naar de gene die me vast had. Meindert... 'Wat?!' 'Cemal wilt je spreken.' Ik zucht en loop achter hem aan. Ik kijk even om en vorm een "Help me" met mijn mond naar Cosmo, waardoor hij zacht lacht. Ik draai mijn hoofd snel weer terug om, zodat ik niet ergens tegenaan loop of Meindert weer kwijt raak. Waarom zou Cemal mij willen spreken?
Ik loop de troonzaal binnen en groet Cemal. 'U wilde mij spreken, alweer?' Vraag ik voorzichtig. 'Ja, weet je zeker dat je morgen opzoek wilt naar Mysteria? Het lijkt mij echt veelste geva-' 'Ja.' 'Sinds wanneer heb jij het recht een koning te onderbreken?!' Ik slik en zeg 'Sorry koning Cemal.' 'Maakt niet uit.' Mompelt hij zacht. 'Ik wil gewoon heel graag weten waar ik vandaan kom.' 'Hoe wil je dat gaan doen? In de berg voelen waar het hol is?' 'Euhm..' Begin ik, maar ik stop meteen weer. 'Ik stuur een paar soldaten en Cosmo mee, maar als je het hebt gevonden wat wil je dan gaan doen?' 'Euhm meer informatie krijgen?' Zeg ik vragend. 'Over?' 'Heel het Mysteria gebeuren en trouwens, als alleen Jenava hiervan afweet, weet u dan niet hoeveel voordelen je daar aan hebt.' 'Welke voordelen?' Vraagt hij geïnteresseerd. 'Als Mysteria alleen maar soortvan close is met Jenava worden we misschien wel bondgenoten en ik weet bijna zeker dat Mysteria heel sterk is. Stel je voor dat je én Empire én Mysteria aan je kant hebt. Geloof me, dan win je wel oorlogen.' Hij kijkt licht geschokt en daarna bedenkelijk. 'Je bent best slim voor iemand die jaren vastgezeten heeft.' Ik word slim genoemd? Dat hoor ik ook niet vaak. 'Zou David zelf ook niks afweten van Mysteria?' 'Hij wist het van mijn krachten, maar hij wist ook niet veel meer dan dat ik eerst wist, denk ik dan.' 'Dat is dus het probleem, als David hier ook van afweet gaat hij sowieso ook op zoek.' 'Cemal, hij wist niet eens dat ik kon vliegen! Denk je nou echt dat hij wel weet waar onze moeder vandaan kwam?' Met moeite geeft hij toe. 'Ga jezelf klaar maken voor morgen en rust goed uit.' Ik knik, zeg hem gedag en loop dan weg. Ik loop naar de kamer waarin ik verblijf.
Ik zie een tas op het kleine tafeltje liggen. Wat zou ik allemaal mee moeten nemen? Eten en drinken, maar dat pak ik morgenochtend wel anders is het niet meer lekker. Misschien voor de zekerheid een doek ofzo maar voor de rest niet veel eigenlijk. Ik loop naar het raam en kijk naar buiten, ik zie hoe de zon langzaam ondergaat in de mooie grote zandvlakte, dit beeld kreeg je niet te zien in Entropia en ik vind het beeld prachtig. Als de zon onder gegaan is, kleed ik mezelf snel om en gooi ik mijn haar los. Dan valt mij mijn pluk weer op, ik heb hem aangeraakt en dan geeft het licht. Hier heb ik nog geen antwoord op gekregen, hopelijk vinden we morgen snel Mysteria en kan ik er naar vragen, want ik wil alles, maar dan ook alles weten. Hoe zou het er eigenlijk uitzien? Zouden er dingen zweven? Nee, dat vast niet, maar zouden er dingen zijn op plekken waar je onmogelijk bij kan? Zouden er watervallen zijn? Zou er licht komen uit prachtige lichtbollen? Zouden er gewassen groeien in de grond? Wat zal er te eten zijn? Zou het koninkrijk nog wel bestaan? Zou het niet uitgestorven zijn van te weinig voedsel en ben ik dan de laaste overgebleven? Of is er juist voedsel in overvloed? Wie zou de leider zijn? Wat zullen ze wel niet denken van mij? Zullen ze mij gevangen nemen of met wijden armen ontvangen? Zouden ze ook opzoek naar mij zijn geweest? Hoeveel mensen zouden er wonen? Hoe groot zou het zijn? Al deze vragen en nog veel meer houden mij nog uren wakker, totdat ik eindelijk rustig in slaap val. Hopelijk ben ik morgen nog goed genoeg uit gerust voor de grote reis.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro