Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

25. Hart tegen Hart

Het is gek hoe je stemming in één keer kan omslaan, door niets anders dan een paar luttele woorden van een enkel persoon. Francesca had dreigende taal gesproken; ik moest hoe dan ook uit de buurt blijven van Elias. Dat was niet mis te verstaan. Ik begreep alleen niet waarom. Wist zij soms iets dat ik niet wist? Was ze wél een goedhartig persoon en wilde ze me oprecht behoeden voor een duister geheim dat Elias voor ons allen verborgen hield? Had hij iets op zijn kerfstok? Tenslotte wist ik eigenlijk zo goed als niets van hem. Schijn bedriegt wel eens, toch?

Ik had echter het gevoel dat er iets anders speelde. Francesca gedroeg zich al een tijdje vreemd in de buurt van Elias. Bovendien was ik haar zure blik niet vergeten van de avond voordien. Waarschijnlijk kon ze het gewoon niet verkroppen wanneer hij in mijn buurt was. Was ze soms jaloers?

Eigenlijk had Francesca geen reden om zich zorgen te maken. Tot nu toe was er namelijk nog niets gebeurd tussen Elias en mij. Ik wist niet eens of ik hem een vriend kon noemen.

Toen voelde ik het plots weer: de klap die hij me de dag eerder had gegeven op mijn wang. Hoewel het best een pijnlijke herinnering was, gaf het me een warm en kriebelend gevoel in mijn onderbuik.

Toch probeerde ik het gevoel te verdringen. Wat als het waar was? Wat als hij op een dag toenadering zou zoeken? Ik wist niet of ik dat wel wilde. Ik kon het gewoon niet maken. Niet tegenover mezelf en niet tegenover hem. Niet te vergeten zaten we nog steeds op een verrekt maankamp en was de kans groot dat onze wegen binnen drie dagen zouden scheiden, hetzij omdat de ene naar de maan gaat en de andere op aarde achterblijf, hetzij omdat we beiden terug zouden gaan naar onze huiselijke verplichtingen. Wat had het voor zin om nu iets op te bouwen? Het was als een blokkentoren maken en al op voorhand weten dat hij zou instorten. Die pijn wilde ik zowel mezelf als hem besparen.

Daarenboven - en misschien was het dwaas - had ik het gevoel dat ik dit niet kon maken tegenover Rachel. Ik was onze kus nog niet vergeten. Ze had zich helemaal aan me blootgegeven. De afgelopen dagen waren emotioneel zo slopend geweest. Eerlijk gezegd had ik wel wat andere dingen aan mijn hoofd. Het was niet het moment om me als een verliefd veulen te gedragen.

'Femke, let je wel op?'

Het was Masani, die me met opgetrokken wenkbrauwen aankeek. We stonden nog steeds op het binnenplein. Het grootste deel van de Tribuni was intussen naar ergens anders verdwenen, waardoor mijn kamergenoten en ik bijna alleen waren.

'Zei je soms iets?' vroeg ik wat suf.

'Zo, jouw gedachten zaten precies ver.' Hij schoot lichtjes in de lach. 'Ik vroeg je net of je het goed vindt dat we naar binnen gaan. Naar het schijnt heeft de kampleiding enkele kamers ingericht waar je je creativiteit wat kan laten botvieren.'

Ik haalde ietwat onverschillig mijn schouders op. 'Voor mij is het prima.'

Onderweg naar binnen probeerde ik zoveel mogelijk afstand te houden van Elias, al kostte me dat meer moeite dan ik verhoopt had. Gelukkig maakte hij zelf ook niet meteen aanstalten om naast me te komen lopen. Vanuit mijn ooghoeken zag ik dat Francesca me nauwlettend in de gaten hield.

Uiteindelijk kwamen we aan in een middelgrote kamer, waarin reeds enkele Tribuni volop bezig waren met de voorbereiding voor de test die ons later die dag zou voorgeschoteld worden. Hier en daar stonden enkelen geconcentreerd achter een schildersezel, verfkwasten losjes in de handen. Elders waren er die op een muziekinstrument stonden te tokkelen, strijken, roffelen. Verder waren er ook nog hoeken waarin allerlei stofjes en materialen waren uitgestald, klaar om er nieuwe dingen mee te creëren.

Het leek wel alsof heel het kamp plots opgestaan was uit een grijze leegte; plots hadden de muren een likje verf gekregen, meteen in de meest felle kleuren die je je kon voorstellen. Ik durfde bijna denken dat een regenboog het hele gebouw genadeloos had ondergekotst. Blijkbaar kenden ze hier niet zoiets als de gulden middenweg.

'Jammer dat Rachel niet meer bij ons is,' zei Masani. Zelfs hij leek verbaasd. 'Ik had graag willen weten wat zij over deze... kleurrijke boel gezegd zou hebben.'

Francesca grinnikte. 'Ik gok dat ze eerder een spontane zenuwinzinking zou krijgen.'

Hoewel ik eigenlijk het gevoel had dat het ongepast was om hier lacherig over te doen - zeker omdat ik wist dat er meer was - moest ik toch moeite doen om mijn gegniffel in te houden. Rachel liep nog steeds ergens rond op dit kamp. Ik hoopte dat ik haar nog een keer zou tegenkomen.

Masani sloeg zijn handen over elkaar. 'Alles is beter dan een hele dag doelloos op onze grijze kamer zitten. Nietwaar, jongens?'

Dat kon iedereen niet anders dan beamen.

Vervolgens stoven we uit elkaar, ieder naar een andere hoek van de kamer. Masani was meteen achter de trom gaan zitten en sloeg als een volleerd meester op het vel, in een ritme dat in overeenstemming was met zijn vrolijke en assertieve karakter. Francesca had zich neergezet naast een paar andere meisjes, die net als zij duchtig in de weer waren met de verschillende stofjes. Eigenlijk was het niet verwonderlijk dat Francesca hiervoor koos, gezien het feit dat haar vader de vermaarde mode-ontwerper Antonio Valleti was. Ook Huan was deze keer recht op zijn doel afgestormd; hij liep naar de hoek met het grofvuil, waarmee hij allerlei vreemde constructies in elkaar zette. Elias, misschien wel de grootste creatieveling van ons allemaal, had inmiddels plaatsgenomen achter een schildersezel.

Natuurlijk was ik degene die nog altijd niet had besloten wat ze wilde doen.

In mijn hele leven was er sprake geweest van een creatieve drooglegging. Nooit had ik iets gedaan dat inging tegen de normale gang van zaken; ik deed wat er van mij verwacht werd, maar meer ook niet. Creativiteit was zowat een onbestaand woord in mijn bestaan. Het was dan ook heel vreemd om plots in dit artistieke sfeertje gedropt te worden, maar op de een of andere manier sprak het me wel aan.

Ik wist in ieder geval zeker dat ik niet bij Francesca wilde zitten. Ik had haar nooit echt gemogen, maar na haar dreigementen had ik beslist nog minder zin om in haar gezelschap te zijn. Even twijfelde ik of ik naast Elias achter een schildersezel zou gaan zitten, maar al snel besloot ik dat dit geen goed idee was; ik kon maar beter wat afstand houden. De muziekinstrumenten waren al allemaal ingepalmd, dus ook daar had ik niet veel meer te zoeken. Dan was de enige plek die overbleef, de recycleerhoek van Huan.

'Hoi,' zei ik wat ongemakkelijk, terwijl ik naast hem ging zitten.

Huan schrok lichtjes op, waarna hij zijn bril wat rechter op zijn neus zette. Met zijn andere hand hield hij een plastic buis vast. 'Hoi, Femke.'

'Wat ben je aan het maken?' vroeg ik.

'Ik heb geen idee.' Hij lachte wat schaapachtig. 'Ik hoop dat ik daar straks achterkom. Eerst wilde ik een soort telescoop maken, maar ik denk dat dit plan niet helemaal doorgaat. Blijkbaar ben ik toch niet zo handig.'

Daarvan moest ik glimlachen. In korte tijd was Huan veel meer ontspannen geworden. In het begin was hij erg schuchter en dat was hij nog steeds enigszins, maar ik moest mijn oordeel over hem toch bijstellen. Eigenlijk was het nog maar de eerste keer dat ik een persoonlijk gesprek met hem voerde.

'Zolang je het vanavond maar goed doet.'

Huan knikte, maar liet toen zijn hoofd zakken. 'Ik weet eerlijk gezegd niet of de test van vanavond nog veel zal uitmaken.'

'Hoezo? Gingen je andere testen dan niet goed?'

'Niet bepaald. Ik had het al verknoeid na de fysieke test, weet je nog? Na tien meter was ik al in de afgrond gevallen.' Hij liep opnieuw een tikje rood aan. 'Wat de test van moedigheid betreft... Laten we zeggen dat ik nogal een schijtluis was. Echt, Femke, ik was vreselijk.'

'Je intelligentieproef ging toch goed?'

'Niet geweldig,' mompelde hij zacht. 'Iedereen denkt dat ik een genie ben omdat ik naar een prestigieuze academie ga en hier en daar met een feitje strooi, maar eigenlijk moet ik ieder jaar knokken om naar het volgende jaar door te mogen. In vergelijking met mijn medestudenten ben ik altijd degene geweest die alles pas als laatste begreep.'

'Oh,' was het enige wat ik daarop te zeggen had.

'Hoe gingen de jouwe dan?'

Eigenlijk waren mijn testen tot dan toe verrassend goed gegaan, maar ik hield me in om Huan niet dieper de wanhoop in te sleuren. 'Goh, de mijne waren ook niet zo geweldig.'

Huan knikte en richtte zich terug op het afval dat rond ons verspreid lag. Ook ik griste uiteindelijk iets uit de berg, geen idee wat ik ermee wilde aanvangen. Ach, dat was eigenlijk wat ik al mijn hele leven deed. Ik modderde maar wat aan en koesterde tegelijk de stille hoop dat er uiteindelijk ooit wel iets van zou komen - wat dat mocht zijn, dat was nog maar de vraag.

Ondertussen babbelde ik wat met Huan over de koetjes en de kalfjes, zo nu en dan afgewisseld door een lachje en dan weer een stilte. Het gesprek was in het begin een tikkeltje ongemakkelijk - ik was het niet gewend om over triviale zaken te praten - maar na een tijdje begon ik me steeds meer op mijn gemak te voelen. Ook mijn vage bouwwerk begon iet of wat vorm te krijgen.

Ik werd echter weer uit balans gebracht door de volgende vraag van Huan.

'Waarom zit je eigenlijk niet bij Elias?'

Ik keek verward op. Waarom begon iedereen toch altijd over Elias? Kon iemand die gozer niet eens gewoon negeren voor een paar minuten? Ik had echt geen behoefte aan dit onderwerp.

'Waarom zou ik bij hem moeten zitten?' antwoordde ik schouderophalend.

'Nou, jullie komen toch goed overeen?' Huan ging opnieuw over in zijn hakkelende stijl. Waarschijnlijk had hij mijn ergernis opgemerkt. 'Ik bedoel, ik dacht dat jullie vrienden waren. Misschien zelfs meer.'

Misschien zelfs meer?

Ik zuchtte, maar eigenlijk was dat meer om het kriebelende gevoel in mijn lichaam van me af te blazen. Ik kreeg het telkens zo warm als het gesprek in dit soort richtingen werd geduwd. Verdorie.

'Er is helemaal niets tussen ons, als je dat soms denkt.'

'Oh oké,' murmelde Huan. Ik had de indruk dat hij wat beschaamd was. 'Het is alleen, nou ja, omdat hij al de hele tijd naar je zit te kijken sinds we hier zijn.'

Bij deze woorden draaide mijn hoofd intuïtief in de richting van Elias, die nog steeds geconcentreerd achter zijn schildersezel zat. Zijn blik was gericht op het doek. Niet op mij. Ik moest bekennen dat dit een soort teleurstelling teweegbracht. Eigenlijk had ik gehoopt dat Huan gelijk had.

Ik fronste. 'Ach, je verbeeldde het je vast.'

'Ik weet niet, Femke.' Huan prutste wat aan de laatste details van zijn zelfgemaakt voorwerp. 'Ik wil je alleen één ding zeggen.'

Ik trok mijn wenkbrauw op.

'Ik wil niet beweren dat ik zelf een relatiedeskundige ben, maar ik ben er vrijwel zeker van dat het niet goed is om je gevoelens te verkroppen. Ik weet dat je een binnenvetter bent, Femke. Soms moet je het, nou ja, gewoon loslaten en accepteren dat je voelt wat je voelt. Enfin, dat, euh, denk ik toch.'

Er kwam een glimlachje in me op. 'Bedankt voor je pauselijke wijsheid, Huan.'

Het had lichtelijk sarcastisch geklonken, maar toch had ik het op de een of andere manier gemeend. Oké, het leek een beetje op het afgeraffelde advies van een irritante lifestyle coach, maar uit de mond van Huan klonk het erg oprecht en zelfs aanmoedigend. Misschien had hij wel gelijk.

Ik wist dan ook niet wat me bezielde - het leek wel alsof Huan me onder hypnose had gebracht - toen ik plots opstond en zonder erover na te denken op Elias afstapte, die nog steeds achter zijn schildersezel zat.

Hoe dichter ik bij hem kwam, des te harder begon mijn hart te bonken in mijn borstkas. Ineens was ik niet meer zo zeker van mijn stuk. Wat wilde ik nu ook alweer doen? Eigenlijk wilde ik me liever terug omdraaien en gewoon doen alsof ik even mijn benen had willen strekken of zo.

Elias had me echter al opgemerkt. Hij haalde zijn kwast van het doek en keek me vanuit zijn ooghoeken aan. God, het azuurblauw in zijn ogen was hemels.

Komaan Femke, sta daar niet zo als een volslagen idioot.

'Wat schilder je?' rolde er toen van mijn mijn lippen. Mijn stem klonk wat pieperig. 'Oh, niets bijzonders.'

'Mag ik het misschien zien?'

Elias leek wat van zijn melk bij die vraag. Hij haalde schokkerig zijn schouders op, waarna hij de kwast weer in zijn linkerhand hield - blijkbaar was hij linkshandig - en deed alsof hij zich terug concentreerde op het schilderij. Het leek alsof hij de vraag op die manier wilde afwimpelen.

Ik kwam iets dichter, waardoor ik bijna tegen het frame van het schildersezel aanleunde. 'Is het soms je grote meesterwerk dat je nog liever niet met de buitenwereld delen?' probeerde ik zo luchtig mogelijk te zeggen.

'Zoiets, ja.'

Plots voelde ik de nieuwsgierigheid in mij opborrelen. Ik wist niet waarom, maar ik wilde gewoon heel graag weten wat hij aan het schilderen was. Ik begreep niet waarom hij daar zo geheimzinnig over moest doen. Was dat soms een artistiek trekje?

Ik zette een klagerig toontje op. 'Kom op dan, ik wil het zien.'

'Femke, ik -'

Nog voor ik hem liet uitspreken, was ik als een panter achter het schildersezel gesprongen om een glimp op te vangen van het doek. Meteen vielen me de fijne penseelstreken op, die menselijke gelaatstrekken vormgaven. Ik ontwaarde een hazelnootbruine kruin, mosgroene irissen in amandelvormige ogen, lichtelijk ingedeukte wangen, een smalle mond en...

Wacht eens even.

Was dat... Ik? Had Elias mij geschilderd?

Voor een een paar ogenblikken stond ik perplex. Ik wist even niet hoe ik me moest gedragen, laat staan hoe ik me moest voelen. Het leek alsof de wereld voor een paar seconden gestopt was met draaien. Mijn pupillen waren groot en mijn hart sloeg een paar slagen over.

Ook Elias wist deze keer duidelijk niet goed wat hij moest zeggen. Hij krabde wat ongemakkelijk in zijn haar en durfde me niet echt aankijken. Hij voelde zich vast betrapt.

'Ik - ' begon hij.

Op dat moment had ik echter al besloten weg te rennen.

-----

Het is een tijdje geleden dat ik dit geschreven heb, maar ik herinner me nog dat ik het toen best amusant vond. Ik hoop dat jullie het ook leuk vinden!

Mijn kerstvakantie is morgen gedaan en ik ben in de rouw. Ik wilde veel schrijven in de vakantie, maar zoals gewoonlijk is dat niet helemaal gelukt. Mijn nieuwe voornemen voor dit jaar is dan ook weer om meer te schrijven én Maanvlucht af te maken. Jawel, nu gaat het me echt lukken! Ik voel het. Ik moet namelijk nog maar drie hoofdstukken, dus dat kan moeilijk nog verkeerd gaan. Denk ik. Bid gewoon voor mij.


Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro