Zen and Angel /2
In het terugkeren zei niemand een woord. Ik wilde hun namen vragen.
'U-um m-mag ik j-jullie n-namen weten?', vroeg ik nog altijd nerveus. Ik was niet gewend met vreemde mensen te praten, zeker niet met mensen die je achtervolgen met een paard.
De vrouw antwoordde:' Ik noem Angel en hij is Zen'. Ik had niet gedacht dat ze zouden antwoorden. Toen werd het weer stil...
' U heeft een bijzondere haarkleur', zei Zen. Dit was een zin dat ik nooit wou horen! 'umm--mmmm...'. Ik kon iets meer zeggen door de zenuwen.
'Je hoeft niets te zeggen hoor', zei Zen. Hij deed zijn kap af waardoor ik zijn gezicht kon zien. Ik schatte hem van ongeveer mijn leeftijd in maar iets trok mijn aandacht waardoor ik achteruit deinsde. Ik verschoot al voor de tweede keer vandaag. Hij had puur lichtblauw haar! Betekende dit iets? Ik was dus niet de enigste met een andere haarkleur. Zou hij ook krachten hebben?
We kwamen aan bij het huis waar ik leef met mijn tante. Asuna schrok wanneer ze me zag met twee onbekenden achter me aan.
'Ze komen een nacht slapen, zijn de twee kamers nog vrij?', vroeg ik.
'Um um ja hoor en Lucy wil je een seconde met me meekomen?', vroeg tante. We gingen naar de keuken.
'Waar ben je ze tegengekomen, hebben ze iets gedaan, zijn het nobelen, hebben ze je haar gezien???', vroeg tante heel bezorgd. Vandaag heb ik niet meer veel zin om nog vragen te beantwoorden maar ik antwoordde toch...
'Ja ze hebben mijn haar gezien maar de jongen heeft ook een speciaal haarkleur namelijk blauw.'
'Heeft hij ook krachten net als jij?', vroeg ze geschokt wetende dat er ook iemand anders was zoals mij.
'Dat weet ik niet, ik was te bang om het te vragen', zei ik al kijkend naar de grond.
'Ok laten we het voorlopig maar rusten. We hebben nog tijd om het te vragen.'
We gingen terug naar de onbekenden.
Asuna nam het woord: 'Volgt u me naar uw kamers?'
'Dankjewel voor uw zorgen', zei Angel.
Het werd avond. We aten samen. Zen en Angel hadden een mooie prijs gegeven voor de overnachting. Ze waren dus toch nobelen. Asuna was op haar hoede. Ze keek hen een hele tijd onderzoekend aan. We zeiden niets. Achter het eten gingen we allemaal naar onze eigen kamer voor te gaan slapen.
Ik was als eerste wakker. Ik begon het brood te bakken voor vandaag. We woonden ten slotte in een bakkerij. Ik hoorde dat er nog iemand wakker werd, het was Angel. Ik zei ongemakkelijk hallo.
'Sorry voor gisteren, ik denk dat je geschrokken moest zijn van ons. Wat verwacht je als iemand je ziet achtervolgen met een paard', zei ze met een klein lachje.
'J-ja ik was geschrokken', zei ik.
'Is het goed dat ik je een handje help?'
'Neen dat hoeft niet hoor, jullie zijn onze gasten', zei ik al meer comfortabeler.
'Ik ben het gewend om alles te doen', zei Angel.
'Hoe komt dat wel?', mijn nieuwsgierigheid overwon.
'Ik ben een soort van assistente voor Zen', antwoordde ze. Ze hielp me ondertussen met alles klaar te maken, ze was er heel goed in. Ze deed het brood in heel fijne sneetjes en ze legde alles heel ordelijk neer op tafel. Ze deed alles aandachtig, ik was echt verbaasd. Zen werd als derde wakker. Hij deed ook altijd een kap aan, net als ik. Ik voelde me terug ongemakkelijk, ook al kende ik Angel al beter er kwam de hele tijd een vraag in mijn hoofd ; namelijk heeft Zen ook krachten?
'Goedemorgen', zei Angel toen ze hem zag. Ze zei het met een heel formele toon. De reden hiervoor begreep ik echter niet..
'H-hallo', zei ik alweer stotterend.
'Goedemorgen dames.' Zei Zen met een knikje. Direct na Zen kwam Asuna van de trap aflopend.
'Wauw, iedereen is vroeg wakker en de tafel is al gedekt.' Zei ze met een vrolijke stem, ook al leek ze nog altijd Zen en Angel in de gaten te houden zoals een vos naar zijn prooi kijkt.
'Ja Angel heeft me geholpen', zei ik terug. Toen werd alles weer stil, te stil.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro