Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

#LikeYou

Caro

Als we van de bus stappen, is het lichtjes aan het regenen. De bosweg waar we voor staan, voldoet helemaal aan Yemi's beschrijving.

Camille klaagt natuurlijk meteen dat ze hier niet op gekleed is. Ik kijk naar haar schoenen en vraag me af hoe ze Yemi's uitleg danwel begrepen heeft. Yemi had toch duidelijk gezegd "een weekendje terug in de tijd, naar een klein dorpje midden in de bossen."

Ik hoor Maria tegen Yemi zuchten terwijl hij de kaart alle kanten opdraait "geef dat hier pannenkoek. Ik wil niet zoals vorige keer verloren lopen."

Ik kijk Vince aan en hij lacht naar mij. Hij legt zijn hand in de mijne, onze vingers verstrengeld. Dit wordt een fijne tweedaagse.

We volgen Maria die prompt de weg naar links in stapt, de pijl "Schemermeer" volgend.

- - - - -

Wilko

Ik ontwijk enkele laaghangende takken en spring behendig over een omgevallen boomstam. Zelfs in mijn gewone mensenvorm ben ik vrij snel. Natuurlijk niet zo snel als Vlad. Maar die kan met zijn 100-jaar oude lijf niet meer zo behendig obstakels vermijden.

Het was weer enkele dagen geleden dat ik op patrouille ben geweest in het bos en ik voel de nood om even voluit te rennen. Als er geen gevaar dreigt, wil Vega niet dat we ons transformeren. Dus blijf ik braaf mens. Maar over klauteren en springen heeft hij nooit iets gezegd.

Ik moest gewoon even weg uit de herberg. Sasha was weer 24u non stop de oren van mijn kop aan't praten. Althans, zo leek het toch. Keelin en Helena deden uitbundig mee. Vast de tijd van de maand of zo.

Plots ruik ik iets wat ik nog nooit in het bos geroken heb. Een geur die ik niet goed kan plaatsen. Appelsienen, denk ik. Maar er is meer. Kaneel? Wat een rare combinatie. En dat midden in het bos? De geur trekt me aan. Ik wil meer weten. Waar komt dit vandaan? En waarom heb ik dit nog nooit eerder geroken? Ik ken het bos zoals mijn broekzak.

Ik open mijn neusgaten en probeer richting te bepalen. Al snel heb ik het spoor beet.

Ik kan er niets aan doen, maar mijn oerinstinct komt naar boven en een luid gehuil ontsnapt uit mijn keel. Als ik terug tot mijn zinnen kom, ga ik recht op mijn doel af.

- - - - -

Caro

Camille doet niets anders dan klagen. Haar witte sneakers zitten onder de modder en er zit een grote kap in de mouw van haar jasje van toen ze achter die tak bleef hangen.

"Vertel me nog eens waarom we dit doen?" klaagt ze tegen Yemi.

"Omdat we een break nodig hadden na de examens. Weet je nog?" antwoordt Maria kordaat in Yemi's plaats.

"Kunnen we niet even rusten? Hoe lang is het eigenlijk nog?"

We zetten ons aan de kant van de weg in het gras. En Camille klaagt wederom dat wij toch niet denken dat zij zomaar in het natte gras gaat zitten.

Vince kijkt me aan en zucht. Hij doet zijn rugzak af en biedt Camille die aan om op te zitten.

Soms dan denk ik dat hij nog altijd iets voor haar voelt. En van Camille kan ik het ook niet altijd goed inschatten. Ik vind het maar wat raar dat ik nu zogezegd 'vriendjes' ben met Camille. En dat zij zo vriendelijk tegen mij doet, terwijl ik in feite haar liefje heb afgepakt.

Maar ja, we zijn hier op uitnodiging van Yemi, en hij is nog altijd op Camille. Dus is ze erbij.

Niemand zegt iets. Zelfs Yemi niet. We zijn allemaal echte stadsmensen en niet zo gewend aan onverharde bospaden. Dus het is best uitslovend. Ik kijk op mijn horloge en zie dat we al een uurtje onderweg zijn. Ver kan het niet meer zijn.

Ik kijk wat rond. Het bospad is goed onderhouden. De vele bandensporen geven aan dat het veel gebruikt wordt. Het verbaast me dat er nog dorpen zijn die niet bereikbaar zijn via een verharde weg. Of zou Yemi ons expres via dit bospad hebben laten toekomen?

Plots zie ik aan de overkant in het bos wat takken bewegen. Ik schrik en snak even naar adem. Ik kijk naar mijn vrienden maar niemand van hen lijkt het ook te hebben opgemerkt.

Ik kijk terug naar de plek waar ik de beweging zag maar door het dichte struikgewas kan ik maar weinig zien. Plots zie ik 2 bruine blinkende ogen me aanstaren. Ik lijk wel gehypnotiseerd en kan mijn blik er niet van afwenden. Ik krijg een warm gevoel. Een gevoel van thuis komen. Ik kan het niet goed plaatsen.

Ik weet niet hoe lang de ogen en ik elkaar begluren. Maar de magie wordt verbroken als Vince voor me komt staan. Ik kijk op en zie dat hij zijn rugzak terug op heeft. En dan besef ik dat iedereen al is opgestaan en al een eindje verder op het pad staat.

"Hey aarde aan Caro. Alles ok?" zegt hij lief.

Ik neem zijn uitgereikte hand vast en kom recht. Ik volg Vince en de anderen de weg op. Ik kijk nog een laatste keer naar de plek in het struikgewas maar ik kan niets meer zien. Wat was dat toch?

- - - - -

Wilko

Ik weet niet goed wat me overkwam. Ik had ineens een enorme drang om me te transformeren en ik kon het echt niet stoppen.

Mijn wolf werd door haar aangetrokken en ik heb me met al mijn macht in me moeten verzetten om niet de struiken uit te komen.

Ze is adembenemend.

De manier waarop ze het haar uit haar ogen veegt. Of hoe ze haar bril terug op haar neus duwt. Alles is gewoon geweldig aan haar.

Die brede, blonde gast kwam ineens in de weg staan. En hoewel ik niet wou stoppen met naar haar te kijken, was ik blij om deze onderbreking. Want het gaf me kracht om me terug te trekken en het bos terug in te rennen.

Ik hoor dat meisje met de weelderige krullen vertellen dat het nog maar een half uur tot Schemermeer is.

Daar zal ik op haar wachten.

- - - - -

Caro

De herberg ligt aan een pittoresk dorpspleintje en ziet er echt gezellig uit. Een meisje met blond haar begeleid ons naar onze kamers. Twee kamers, eentje voor de jongens en eentje voor mij, Maria en Camille.

Camille zucht en klaagt. Ze trekt haar schoenen uit en wrijft over haar zere voeten. Maria ligt languit op één van de bedden met haar ogen toe.

Ik stel voor om beneden thee voor ons te gaan halen. Dat zal hen vast wat opkikkeren.

Stilletjes doe ik de deur van onze kamer dicht om Maria haar rust te gunnen. In de gang twijfel ik. Welke kant was het nu weer naar de trap?

Op goed geluk kies ik voor links.

Als ik op het einde van de gang kom, en de hoek omdraai zie ik dat deze doodloopt. Fout gegokt dus.

Ik wil de gang terug in de andere richting nemen, wanneer een deur vlak bij mij opengaat en ik bijna tegen iemand aan bots.

"O sorry" stamel ik. En op dat moment kijk ik in de bruine blinkende ogen van een uurtje geleden in het bos.

Mijn hart klopt in mijn keel. Ik kan aan niets anders meer denken dan aan de man die hier voor me staat en mijn gedachten lijkt over te nemen.

"Hey" antwoordt hij, terwijl hij een stap dichter doet.

"Hey" zeg ik, terwijl ik in zijn ogen blijf staren.

- - - - -

Wilko

Daar staat ze dan. Vlak voor mij. En ik weet dat dit het moment is. Dit is het moment waar ik al zoveel andere weerwolven over heb horen praten. Het moment dat je je mate ontmoet en het gewoon weet dat zij het is met wie je de rest van je leven wil delen.

Ze deinst niet terug als ik haar armen vast neem en onze voorhoofden elkaar raken. Zou zij het ook zo sterk voelen als ik?

Met onze blikken op elkaar gericht, en onze ademhaling gesynchroniseerd, staren we elkaar enkele momenten aan. En dan kust ze me. Vol op de lippen. Het is de hemel op aarde. Dit gevoel wil ik nooit meer kwijt.

Buiten adem moeten we onze kus onderbreken.

"Wilko" zacht vertel ik haar mijn naam.

"Caro" antwoordt ze fluisterend.

- - - - -

Caro

Ik weet niet waarom ik zonet een wildvreemde gekust heb. Maar het voelde gewoon juist. Kan dat?

En dan daagt het me. Ik kan dit helemaal niet maken. Ik ben samen met Vince. En ik heb zonet mijn lief bedrogen!

Ik duw Wilko van me af en schud mijn hoofd.

"Nee, nee, nee" zeg ik luidop. "Dit kan niet."

"Dit kan wel." Antwoordt hij. "Jij voelde het toch ook? Wij zijn voor elkaar gemaakt."

Hij kijkt me met puppy oogjes aan. Maar ik kan het gewoon niet plaatsen. Wat ik zonet voelde slaat nergens op. Ik ben verliefd op Vince. Ik kan onmogelijk verliefd zijn op deze onbekende man met bruine ogen en de mooiste lach die ik ooit al gezien heb.

"Nee" herhaal ik. "Het kan niet."

En snel ren ik de gang uit. Deze keer wel in de goede richting. Buiten adem kom ik beneden bij de bar en bestel ik de drie theetjes.

Als ik boven terug in de gang kom, is Wilko verdwenen. Ik glip snel onze kamer terug in en zucht van opluchting als ik de deur achter me sluit.

"Wat is er met jou?" vraagt Camille. En ze staart me aan. "Een spook gezien of zo?"

"Euh nee, gewoon moe denk ik." Stamel ik.

Ik plaats de drie theetjes op het tafeltje en leg me ook neer op een bed. Ik sluit mijn ogen. Hier kan ik niet met Camille over praten.

- - - - -

Wilko

Ik staar naar het tafeltje waaraan Caro met haar vrienden zit. Vlad heeft ze net hun avondeten gebracht.

Die blonde vriend van haar zit al de hele avond met zijn arm om haar heen. En ik voel mijn woede elke minuut groter worden.

Als ik Keelin met de kan water naar hen toe zie komen, grijp ik in. Ik neem de kan van Keelin af en zeg haar dat ik het wel zal doen.

"Water?" vraag ik aan de zwarte jongen aan tafel. Waarna ik zijn glas vul.

Vervolgens schenk ik de andere glazen ook bij. En als laatste pers ik me tussen Caro en haar vermeende vriendje om ook hun glazen te vullen. De jongen moet zijn arm intrekken om mij tussen te laten.

Ik staar Caro aan tot ik plots geroep rondom me heen hoor. "Hé man, stop!" Roept de blonde gast achter me. En ik merk ineens dat het glas aan het overlopen is.

Ook Caro schrikt op en ik zie dat ze net zoals ik onder het water zit.

Ik zeg wel honderd keer 'sorry' en trek haar mee naar achter de toog, uitleggend dat ik het wel kan fixen.

- - - - -

Caro

Wilko trekt me mee tot in een privékamer achter de toog.

Ik voel mijn hart weer bonzen en ik kan het niet laten de afstand tussen ons te verkleinen.

"Waarom deed je dat?" vraag ik hem.

Hij kijkt me aan maar antwoordt niet.

Ik leg mijn beide handen in zijn nek en trek hem dichter. Onze tweede kus is onbeschrijfelijk. Vince heeft me nog nooit zo gekust. En dit heb ik nog nooit gevoeld. Intens geluk stroomt doorheen mijn lijf. Dit mag voor mij voor eeuwig blijven duren.

"Ik wil jou" zegt hij, als we onze lippen lossen. Ik wil hem ook en kus hem opnieuw.

"Nee!" hoor ik plots roepen. En ik voel hoe ik uit de armen van Wilko wordt getrokken.

"Wat gebeurt er hier?" roept Vince. Ik zie de verbaasde blik op zijn gezicht en ik voel me enorm schuldig.

"Vince ik ..." hoe moet ik hem vertellen dat Wilko mijn hele wereld overhoop heeft gehaald. Dat ik enkel nog bij hem wil zijn en hem nooit meer alleen wil laten?

"Ik had het je moeten vertellen" probeer ik hem uit te leggen. Ik wil Vince z'n hand vastnemen maar hij trekt die onmiddellijk weg.

"Jij en hij?" en hij klemt zijn tanden op elkaar. "Sinds wanneer dan?"

"Sinds deze middag" stamel ik.

"Waarom?" is alles wat hij me nog zegt.

Ik zie de tranen in zijn ogen. Maar ik kan ze niet wegnemen. Hoe erg ik het ook vind, ik weet gewoon dat ik de juiste keuze heb gemaakt.

- - - - -

Wilko

In het warme middagzonnetje kijk ik vanuit een hoek van het plein toe hoe Caro afscheid neemt van haar vrienden. Ze heeft haar vader gebeld om te zeggen dat ze nog een paar dagen langer wegblijft.

Haar blonde ex voert een lange monoloog tegen haar. En ik zie hoe hij haar hand probeert te nemen, maar Caro trekt die onmiddellijk weg. De jongen laat zijn hoofd zakken, draait zich om en wandelt de poort uit. Haar andere vrienden volgen, en ze zwaait ze uit.

Als ze allemaal uit het zicht verdwenen zijn, komt ze naar me toe. Ik omhels haar en kus haar voorhoofd.

Wij blijven voor altijd bij elkaar. 

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro