Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

1

 Woensdag 18 augustus

Ik heb er niets van gemerkt. Het is pas laat in de namiddag, wanneer ik weer een volgende doos naar boven wil dragen, dat het me opvalt dat pap er niet meer is. Het ene moment lag hij nog in de zetel, het andere moment was hij weg, zo zonder iets te zeggen.

Hoe hard ik me ook probeer te concentreren op het uitladen, leidt het tot nergens. Nadat ik mezelf erop betrap al voor de derde keer op rij dezelfde doos van de ene kamer naar de volgende te verplaatsen, geef ik er de brui aan. Na een enkele boterham met choco hou ik het voor bekeken en duik ik mijn bed in. Slapen lukt me niet echt, kan kan zo al raden waar pap zit. uit gevlucht. Als hij om drie uur 's nachts met veel kabaal thuiskomt weet ik dat hij inderdaad het lokale café gevonden heeft.

In de ochtend staar ik naar zijn arm die half uit de zetel hangt. Hij heeft zijn schoenen en zijn jas nog aan, en hij snurkt. Ik ga hem nooit wakker krijgen. Ik kan niet veel anders doen dan hem maar gewoon in de zetel te laten liggen. Het voelt als een teleurstelling. Dit is niet hoe ik me ons nieuwe begin had voorgesteld. Als ik wil dat het verandert, zal ik het zelf moeten doen. Vandaag start operatie 'verander pap'.

Na een karig ontbijt, trek ik de voordeur achter mij dicht. Ik wil mijn hoofd wat kunnen leegmaken. Dat doe ik liever buiten en zonder pap waar ik me zorgen over kan maken. Ik moet sowieso de buurt verkennen, dus is dit het ideale moment.

Ons nieuwe huis staat op het einde van een doodlopende weg. Eigenlijk loopt de weg nog wel verder, maar versmalt niet veel later en bovendien zijn het na ons huis alleen nog maar velden met in de verte een boerderij. De andere richting gaat naar het dorp. Daarvoor kom ik eerst op de gewestweg uit, waar een klein café met een lege, grauwe parking mijn mistroostigheid lijkt na te apen. Van hieruit is het nog slechts twee kilometer wandelen tot het centrum.

Het stappen vind ik eigenlijk niet zo erg. Als rasechte stadsmus had ik dat eigenlijk niet verwacht. Het geeft me  de nodige tijd waar ik op hoopte om na te denken. 

In het dorp is een kleine supermarkt, een buurtschool, een bakker en een lokale afdeling van de stadsbibliotheek. Kortom, wat wil een mens nog meer? Ik maak het mezelf nog een keer wijs dat ik een stad echt niet nodig heb om gelukkig te zijn. Maar toch kan ik het niet nalaten alles met onze vorige buurt te vergelijken. Het is hier zo klein, maar vooral zo eenvoudig. Zo word ik in het supermarktje begroet door zowel de kassierster als de klant voor mij, iets wat ik totaal niet gewoon ben. Ik voel me er vooral ongemakkelijk bij. Het voelt zo gemaakt. Ik kan alleen maar denken hoe nep het allemaal wel niet is.

Ik denk dat ik 's avonds wel spaghetti kan maken voor ons twee, dus koop ik het nodige. Verder neem ik ook wat biertjes mee voor pap. Het zou goed zijn dat ik hem daarmee kan thuis houden. Want we moeten morgenochtend op het lokale OCMW-kantoor zijn. Ze gaan ons helpen met ons financieel plan en gaan ervoor zorgen dat pap een nieuwe baan vindt.

Op de terugweg naar huis zie ik dat aan het café langs de gewestweg, waar onze straat start, ook een bushalte is. Dat is dan toch nog één lichtpunt, de wetenschap dat ik in september niet helemaal naar het dorp moet om de bus naar school te nemen, kan toch enige glimlach op mijn gezicht toveren.

Het café ziet er niet echt modern uit. Het is dicht en de parking is nog steeds verlaten. Dit is waarschijnlijk waar pap gisteren heeft gezeten. Ik probeer het uit mijn hoofd te zetten, maar dat lukt niet echt.


Als ik thuis kom ligt pap niet meer in de zetel. Ik hoor gestommel in de badkamer boven.

De deur is op slot, ik klop zachtjes maar hij reageert niet. "Pap," spreek ik luid, "is alles oké?"

"Joke, ben jij dat?"

Alhoewel mijn naam eigenlijk Jozefien is, heeft pap me altijd Joke genoemd. Mam niet, ze hadden gekozen voor Jozefien, dus was het dat en niets anders. Hoe hard ik ook zaagde, ze weigerde pertinent.

"Pap, doe de deur eens open?"

Ik hoor hem bewegen en met veel gevloek en gestommel, krijgt hij uiteindelijk de deur open. "Hebben we paracetamol?"

"Dat ligt niet hier." Ik schud mijn hoofd, ik had het kunnen weten dat hij weer eens te ver was gegaan. Ik ga hem voor naar de keuken waar nog bijna alles in dozen staat, daar was ik gisteren niet meer toe gekomen. Ik voeg een item toe aan mijn denkbeeldig doelijstje om alles zo snel mogelijk in te laden.

Natuurlijk ziet hij meteen de zakken van de supermarkt en ik vertel dat ik voor ons ga koken. Hij is blij, al denk ik dat hij meer oog heeft voor het bier dat ik voor hem had meegebracht.

Die avond is hij weer de pap die ik ken van vroeger. We eten onze spaghetti op in de zetel en praten alsof er niets aan de hand is. Ik kan hem zelfs overtuigen om in zijn bed te slapen. Deze avond heb ik goede hoop dat het allemaal wel goed gaat komen.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro