48. Damon. Na martelen komt winkelen:
Als ik de kelder inloop om de tweeling te zoeken, komen ze me al tegemoet gelopen.
Glimlachend kijk ik hoe verschillend ze zijn. Afgezien van hun oog en haarkleur, verschilt verder alles.
Caleb is lang en gespierd gebouwd en straalt agressie uit. Met een hoop arrogantie en kilheid. Dit lijkt echter alleen maar zo, omdat haast niemand hem in zijn ogen aan blijft kijken, zodra je dat doet, zie je iets heel anders. Geen woede, maar onbegrip. Frustratie. Onzekerheid. Maar hier bluft hij zich goed doorheen. Nu ik hun verleden ken, begrijp ik de tegenstrijdigheden die hij uitstraalt beter. Als je eenmaal bij zijn groepje vertrouwelingen hoort, zal hij zijn leven voor je geven.
Bry straalt in eerste instantie het tegenovergestelde uit, vriendelijkheid, geborgenheid, liefde. Ze lijkt wat verlegen. Als je haar niet goed kent, lijkt het alsof ze alleen de aanrakingen van andere mijdt om niet op te gloeien, maar het is meer dan dat. Want ook met een laag kleding aan, vind ze zelfs de nabijheid van anderen vreselijk. Bij iedere onverwachte aanraking verstijft ze. Alleen haar broers raakt ze zonder problemen aan, dat lijkt haar gerust te stellen. Als ik erover nadenk, zijn er degene die haar kunnen aanraken zonder dat ze verstijft, buiten haar broers of de Don's, op één hand te tellen; Julia, mijn vader, Cecilia, John en Tom.
Ondanks de goede band die ze met Victoria, Brianna en Vera heeft, raken zij haar nooit ongevraagd aan. Alleen bij de kinderen lijkt ze de angst te missen.
Maar ook dat begrijp ik nu. Kinderen hebben haar nooit pijn gedaan. Het waren altijd de volwassenen die dit deden, bij zowel haar als haar broers.
En een aanraking betekende pijn. Soms meteen en soms na een korte tijd.
Nog steeds vraag ik me af wat er bij hen onder de oppervlakte schuilt. Hoe stabiel ze echt zijn. Van Zane begreep ik dat ze beiden nooit therapie hebben gekregen voor hun verleden. Geen van hen heeft dit gehad. Maar aan de andere kant, mijn jeugd was gelukkig en dat verklaart niet waarom mijn gevoelens zo gestoord zijn, waarom ik geen enkele moeite heb om iemand te martelen of te doden.
Er zelfs van geniet.
Of waarom ik alleen om een klein groepje mensen geef, mijn vader en het groepje waarmee ik ben opgegroeid.
"Ik begreep dat je nog naar het winkelcentrum wil voor de laatste kerstinkopen?" Vraag ik aan Bry.
Nadat ze onderling een blik uitwisselen, is Cal degene die antwoord geeft. "Ga je met ons mee? Conor had aangegeven nog iets met jou te willen uitzoeken."
Een uur later komen we bij het winkelcentrum aan.
Zane heeft een duidelijke instructie gegeven. Eerst kleding en schoenen voor Bry en daarna mag ze pas de kerstinkopen doen.
"Je kijkt wel heel tevreden Conor, weet je zeker dat je Zane's auto mocht lenen?" Vraagt Caleb lachend, waarop Conor betrapt kijkt.
"Hij heeft nooit gezegd dat het niet mocht?" Antwoord hij, waarop iedereen begint te lachen.
We weten allemaal dat we met Zane's auto moesten gaan vanwege mijn visioen. Maar Conor plagen blijft leuk.
Soms haat ik het als mijn visioenen uitkomen. Ik krijg ze zelden spontaan, zoals de aanslag op hun huisje. Waarschijnlijk kwam dat meer omdat we over hen spraken. Meestal krijg ik de visioenen als ik een betrokken iemand aanraak en er iets staat te gebeuren dat iemand gepland heeft. En alleen als ze dichtbij zijn of ik ze aanraak, kan ik naar een gebeurtenis in de toekomst kijken.
Zoals het kerstdiner. Hoe vaak ik dat de afgelopen dagen al niet heb bekeken. Maar het lijkt nauwelijks te veranderen. Alle gebeurtenissen bepalen hoe de toekomst eruit komt te zien. Een automobilist hoeft maar te niezen en de macht over het stuur te verliezen, waardoor een kettingreactie aan gebeurtenissen plaats vindt. Maar op dit moment blijft het kerstdiner nog steeds door gaan en zie ik ons allemaal aan de tafel zitten.
Ondanks de aanslag op de terugweg.
Als we de parkeergarage uitkomen via de roltrappen, valt de drukte pas op.
En het is echt druk, nu iedereen op het laatste moment nog cadeau's moet halen.
Meteen draait Bry zich om en grijpen zowel Caleb als Conor een hand van haar vast.
"Niks ervan kleintje, we zijn er nu, en als we opschieten, zijn we zo weer weg. Maar je hebt echt kleren nodig," zegt Conor.
Caleb zegt niks, hij wisselt alleen een paar blikken met haar uit. Haar gezichtsuitdrukking gaat van smekend, naar hoopvol, naar verslagen. Waarna ze knikt en een voorzichtige glimlach aan Caleb geeft voordat ze mij aankijkt.
"Zullen we dan maar met de schoenenwinkel beginnen? Wat hebben jullie nog nodig?" Vraagt ze hoopvol.
Het is niet de eerste keer dat ik met ze ga winkelen. Niemand hoeft zich zorgen te maken dat we urenlang in kledingwinkels zullen rondhangen. Conor heeft een onberispelijke smaak qua kleding en weet precies wat haar wel en niet staat. Het enige waar Bry naar zal kijken, is of ze de kleur mooi vind, verder draagt ze alles wat Conor voor haar uitzoekt.
"De schoenen mag je met Cal gaan uitzoeken, minimaal drie paar staat er op de lijst die ik van Zane heb. Dan ga ik alvast met Conor iets anders halen en wachten we voor de schoenenwinkel op jullie," zeg ik, opkijkend van de lange lijst die Zane heeft gemaakt.
Weer wisselt ze een blik met Caleb uit, waarna ze ineens vrolijk kijkt. Ineens draait ze zich naar me toe, geeft me een snelle kus op mijn wang, omhelst Conor en rent samen met Caleb richting de schoenenwinkel.
Zo vlug als hun humeur om kan slaan, verbaasd me nog steeds. Het ene moment lopen ze met tegenzin en het volgende moment zijn ze dolenthousiast.
"Ik zie nu pas dat ze schoenen aanheeft," zegt Conor droog.
"Serieus? Alsof Zane haar op haar blote voeten het huis laat verlaten. Het is December. Maar we moeten opschieten. Door haar kus zag ik hun plannen. En ze hebben niet lang nodig," zeg ik, waarna we snel naar de sieradenwinkel lopen.
"Laat me raden. Ze kijken of de schoenen die ze aanheeft er nog staan en kopen er drie paar van?"
"Precies. En ze zijn op voorraad. Maar ik heb al gezien dat ze op ons blijven wachten voor de deur, maar je weet zelf ook dat die twee samen kattenkwaad gaan uithalen."
Bij de sieradenwinkel aangekomen, komt net Mark aangelopen. De leider van Diamant.
"Damon, Conor, welkom in mijn winkelcentrum. Zag ik nou net de tweeling rondrennen?" Vraagt hij, met een vriendelijke blik in zijn ogen, terwijl hij onze hand schud.
Zijn groep importeert en exporteert sieraden, edelstenen en luxe artikelen over de hele wereld. Niet allemaal legaal, maar als je iets nodig hebt, kan hij het voor je regelen. Daarbij is hij eigenaar van verschillende winkelcentra, zo ook het winkelcentrum waar we nu zijn en die alleen voor het hogere segment betaalbaar is.
De rijkere mensen uit de andere steden komen hier om te winkelen. Zowel in de groene als in de rode zones is dit winkelcentrum bekend, hier kun je naar hartenlust geld uitgeven, zonder bij het naar buitengaan ontvoert of vermoord te worden. Het voordeel van de enige groene stad in een rode zone. Wat overigens niet betekend dat je veilig bent als je onze stad verlaat.
Alleen al om hier binnen te mogen komen, moet je aan bepaalde eisen voldoen en regels opvolgen.
En hoe vriendelijk hij ook lijkt, als hij merkt dat je hem bedriegt of besteelt, is er geen enkele genade.
"Als je de wervelwind bedoelde die voorbij raasde, inderdaad. Bry heeft nieuwe schoenen nodig," antwoord ik hem.
"Zane had me op de hoogte gebracht van de afgelopen week. Mijn beveiliging blijft discreet bij ze in de buurt, ze zullen er niks van merken. Ook heb verschillende voorwerpen voor je klaar liggen, kom binnen," zegt hij, en gaat ons voor de winkel in.
De winkel bevat maar een paar vitrines. Het meeste word achter gesloten deuren bewaard. De klanten nemen dan plaats op de luxe bank en een medewerker komt dan met de voorwerpen naar de klanten toe.
We lopen echter achter Mark aan naar de toonbank toe. Ondanks dat Mark van middelbare leeftijd is en net zo oud is als mijn vader, is hij ook net zo fit.
Zodra hij achter de toonbank staat, pakt hij een dienblad bekleed met grijs fluweel eronder vandaan.
"Damon vertelde dat je nog geen cadeau had uitgezocht. Deze lijken op de sieraden die Bry nu heeft en krijgt. Wat vind je van de oorbellen?" Vraagt hij met een nieuwsgierige blik.
Ook hij weet hoe Conor altijd alles moeiteloos samen weet te stellen. Of het nou om kleding, sieraden of zelfs kruiden gaat. Conor blijft echter volhouden dat hij er geen verbanden tussen ziet. Als hij niet uitkijkt word hij nog Mark's opvolger, aangezien hij geen kinderen heeft.
Voorzichtig raakt Conor de oorbellen om de beurt aan met een afwezige blik in zijn ogen. Dan kiest hij voor de lange druppelvormige oorbellen. Meteen zie ik een beeld waarbij Bry ze in heeft, met haar haren opgestoken en haar ketting om, terwijl ze een losse luk haar wegveegt. De sieraden staan schitterend bij elkaar.
Met een grijns kijk ik Conor aan en vertel hem van het beeld. Waarop Mark ons beide zuchtend aankijkt.
"Jullie kunnen beroemde ontwerpers worden, of stylisten. Conor verzint het en jij ziet meteen of het een succes word.
Ik laat dit voor jullie inpakken en loop dan even mee als dat mag. Ik zou graag met mijn eigen ogen willen zien hoe het met haar gaat."
Gezamenlijk lopen we de winkel uit. Als we de bocht omgaan, zien we de tweeling al druk kletsend voor de winkel wachten. Niet met elkaar, maar met de beveiliging die discreet op een afstand hoort te staan.
Lachend kijkt Conor naar Mark. "Alsof hen ook maar iets zal ontgaan. Ze weten in ieder geval dat jij nu in de buurt bent."
En nog voor hij uitgesproken is, kijkt de tweeling onze kant uit en komt aangerend. Waar Caleb op een meter afstand blijft staan, springt Bry bij Mark in de armen waarop hij haar rondzwaait. "Rustig aan kleintje, ik ben de jongste niet meer. Laat eens zien hoe je eruit ziet," zegt hij, waarop hij Bry neerzet en zijn handen op haar schouders legt.
In de beginjaren van Jade hebben de Don's veel tijd met hen allemaal doorgebracht. Zowel de Don van Carneool en Spinel zijn kinderloos, ze zijn beide een paar jaar ouder dan mij en hebben het bedrijf van hun vader overgenomen. Ze kozen er beide voor om geen vrouw in hun gevaarlijke leefstijl wilden betrekken, ze wisten hoe kwetsbaar het hebben van een gezin was. Mark is net zo oud als mijn vader en ook weduwnaar. Hij is zijn vrouw ook kwijt geraakt door een aanval. Daarom was hij ook meteen een voorstander van een sterkere verbintenis met de andere groepen, om samen te werken en elkaar te beschermen, niet alleen tegen andere groepen, maar ook tegen andere steden. Maar waar mijn pa met een zoon achterbleef, heeft Mark nooit een kind van zichzelf gehad.
En dankzij Jade, is het nu een grote familie geworden. De macht is stabiel, ook al zijn er wel eens strubbelingen, die meestal vanuit het voetvolk komen die zichzelf willen bewijzen. Vanuit het hoogste niveau word er dan ingegrepen en alles opgelost.
"U bent nog steeds even jong en sterk als vroeger oom Mark!" Roept Bry vrolijk uit.
"Maar jij ziet er moe uit kleintje. Hoe erg was het een paar dagen geleden?" Vraagt hij met een kwade blik naar de rest van ons.
Met een ongemakkelijk gevoel wrijf ik over mijn nek. Gelukkig red Bry ons eruit.
"Oom Mark, alles is goed, ik ben alleen nog maar moe. Maar hoef ik dan geen kleren te kopen?" Vraagt ze hoopvol.
Hij haalt echter ook hij een lijst uit zijn zak. We schieten allemaal in de lach, Zane heeft hem dezelfde lijst doorgestuurd. Je zou bijna zeggen dat hij weet dat Bry zal proberen om eronderuit te komen. Wat ik hem heus niet heb verteld.
"Kom mee kleintje, ik heb een uur voordat ik weer een afspraak heb. Dan kun je me tussendoor alles over je avonturen vertellen."
En al kletsend lopen ze de eerstvolgende kledingwinkel in met Conor achter zich aan. Samen met Caleb blijf ik buiten staan.
We genieten van de rust terwijl we de omgeving in de gaten houden.
"Hoelang denk je dat ze nodig hebben?" Vraag ik met een grijns als er nog geen kwartier voorbij is.
Caleb kijkt me even nadenkend aan. "Ze is al bijna klaar. Ik voel haar opluchting. Ik weet zeker dat ze de rest zover heeft gekregen dat zij de kleding uitkiezen voor haar en zij alleen de kleuren kiest."
Daar twijfel ik geen moment over. In een prettige stilte wachten we naast elkaar, tegen de muur geleund, tot ze weer naar buiten komen.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro