25. Caleb. Geen licht zonder duisternis:
Zodra ik de slaapkamerdeur achter me sluit, staat Bry al op me te wachten.
"Ik kom je helpen, we moeten ook je haren wassen. Er zit nog allemaal bloed in," zeg ik verontschuldigend. Waarna ik een kus op haar voorhoofd druk.
Geduldig wachtend kijkt ze me met een glimlach aan terwijl ze aan de mitella friemelt.
"Hoe komt het eigenlijk dat jij zo klein bent gebleven?" vraag ik plagend, terwijl ik haar uit haar mitella help.
"En dat terwijl ik jullie eten opat!" zegt ze met een quasi serieuze blik. Echter kan ik aan haar mondhoek zien dat ze haar best doet om niet te lachen.
Al zit er een kern van waarheid in. Zoveel eten kregen we niet in het weeshuis. De sukkels hadden niet door dat ze niet alleen wonden kon genezen. Ze geeft je lichaam alles wat het nodig heeft, van voedingsstoffen, vitamines, zelfs vocht om gezond te blijven. Maar doordat ze het bij zichzelf niet kon doen, was zij degene die leed door de slechte omstandigheden.
Ze kreeg precies genoeg om in leven te blijven en haar werk te kunnen doen, ondanks dat wij eten voor haar achter hielden.
En doordat wij zo vies waren en ze geen idee hadden hoe jongens normaal hoorden te groeien, viel het niet op dat wij wel beter dan gemiddeld groeiden en spieren opbouwde.
De jongens dan. Want zonder zonlicht, vers fruit, groente of vlees groeide Bry niet al te best. En aangezien ze haar het vaakste aanraakten, vonden ze het prima, zolang ze maar in leven bleef. Meer waarde had ze niet voor hen.
En ondanks dat ze na onze ontsnapping wel goed te eten kreeg, heeft ze die achterstand nooit ingehaald. Ze is net een elfje met haar slanke bouw en grote ogen. Met mijn 1,88 ben ik de kleinste samen met Aiden, al is hij veel breder gebouwd. En Bry komt met haar kruin tot net aan mijn schouder.
Als ze onder de douche staat en haar rug naar me toe draait, vallen de oneffenheden op haar rug pas op zodra ik haar haren weg veeg. Dan zie je de littekens van zweepslagen en de rafelige sneden van een gekarteld mes. Het mes dat de Eigenaar zo graag gebruikte.
Hij zorgde er wel voor haar huid niet te raken met zijn eigen huid. Ondanks dat ik hem toen nog niet kon verwonden via haar, nam hij nooit het risico met ons. Voorzichtig laat ik mijn vingers over haar rug glijden.
Er is geen manier om haar rug moet omschrijven. Het hoort gaaf te zijn, maar er zijn weinig onbeschadigde stukken te vinden op haar rug.
Ik vind het vreselijk om haar zo te zien, wij zijn er immers zonder een enkel litteken uitgekomen.
"Je had geen keuze Cal. Ik heb het overleefd en het heeft bij mij niet lang geduurd," zegt ze zachtjes, mijn gedachten aanvoelend.
"Nee, het stopte toen de drugs begonnen, afgezien van de laatste keer vlak voor onze ontsnapping."
"Ja en dat duurde maar kort. Jij weet ook dat er ergere dingen zijn die ze hadden kunnen doen en dat zij daar geen enkele moeite mee hadden. Ik vind het erger dat jullie door mij gedwongen werden om te doen wat jullie deden. Als ik sterker was geweest, had ik het misschien kunnen voorkomen." Ze straalt zoveel spijt uit, niet dat ze er ook maar iets aan had kunnen doen. We waren nog maar net zeven jaar oud toen het stopte.
"Niemand had het kunnen voorkomen, hoe sterk je ook was geweest. Maar dat haalt je littekens nog niet weg. Ik zou alles opgeven, om je huid maar weer gaaf te krijgen," zeg ik, met mijn vingers de littekens volgend.
Boos draait ze zich om. "Ik zou alles opgeven, om de littekens van je ziel af te halen, om te voorkomen dat ze erop kwamen. Maar dat gaat niet Cal, we moeten het ermee doen. En zonder onze littekens, waren we niet geworden wie we zijn. Kon jij jezelf maar door mijn ogen zien. Je bent geweldig, zo ontzettend geduldig en altijd zorgzaam, mijn held. Maar je kunt niet iedereen redden."
En ondanks haar boze toon, zie ik de tranen wel.
"Je hebt gelijk. Ondanks dat we een stel psychopaten zijn geworden, zijn we er voor elkaar. En zolang we elkaar hebben, kunnen we de wereld aan," zeg ik in een poging de lucht op te klaren.
Echter stapt ze in mijn armen en begint te huilen. Zo staan we een tijdlang onder de douche, terwijl het water ook mijn tranen weg laat stromen. Want we weten beide dat het niet klopt wat er vroeger is gebeurt. Of hoe de wereld nu nog in elkaar zit. Het leven is zo kwetsbaar. En het scheelde zo weinig of ik was haar gisteren kwijt geraakt.
Het lucht op, een keer goed huilen, en om je verdriet te kunnen delen. Om je bloot te geven en je zwakheden te laten zien.
Misschien was het bloot geven nu iets te letterlijk, de laatste keer alleen douchen lijkt een eeuwigheid geleden.
Maar te vaak willen we sterk blijven voor elkaar, waardoor we eigenlijk juist verzwakken. Al die opgekropte spanning moet er toch een keer uit.
Als we uiteindelijk de woonkamer weer in lopen, stralen we een zekere kalmte uit. En dit maakt de rest alleen ongeruster.
Snel kijk ik Bry aan en zie dat zij er ook van geniet. Ook al hebben we niks uitgespookt en geen kattenkwaad bedacht, aan de blik van de rest te zien, verdenken zij ons hier wel van.
"Cal, waar haalde jij nou dat mes vandaan?" vraagt Aiden uiteindelijk.
Zuchtend draai ik mijn rug naar ze toe en til ik mijn shirt op. Over beide helften van mijn rug is een vleugel getatoeëerd. Ze lopen vanaf het midden tussen mijn schouderbladen, tot over mijn schouders tot net boven de rand van mijn boxershort. De rechterkant is de vleugel van een engel. De linkerkant de vleugel van een demon.
Bry heeft ze voor me uitgekozen.
Zodra iedereen geschokt kijkt, laat ik het shirt weer zakken. "Grapje, we hebben het geprobeerd, maar de spieren blijven in de weg zitten als we hem onder de huid steken. Ik zat er al mee te spelen voordat jullie binnen kwamen."
Conor kijkt me haast groen aan.
"Nou, er zijn een paar plekken...," begint Aiden.
"Nee!" onderbreekt Bry hem, "vertel het hem en ik stop ze bij jou in die plek!"
Waarop Aiden meteen wegkijkt en mijn oogcontact vermijd.
Ze maakt maar een grapje.
Zij zal de messen nergens steken, ze kan Aiden nog niet verwonden al zou ze het willen. Ze zal het echter aan mij vragen en ik doe dat graag.
"Kunnen we nu naar huis?" vraagt Bry liefjes aan Zane, om de aandacht af te leiden. Ondertussen loopt ze naar Owen toe en raakt kort zijn hand aan voordat ze zich over de kinderwagen heen buigt om de kleine meid aan te raken. Zane wacht geduldig tot ze er klaar voor is voordat hij haar vraag beantwoordt. Hij is het gewend dat Bry vragen stelt zonder te luisteren naar het antwoord omdat ze nog met iets anders bezig is. Pas als ze zich herinnert dat ze een vraag heeft gesteld en zich naar hem omdraait, begint hij met praten.
"Zodra we allemaal hebben gegeten. Beneden is er een lopend buffet. Als we nu gaan, vertrekken we over een half uur naar huis."
Nog voordat hij is uitgesproken, sprinten Bry en ik al richting de deur en trek ik hem open. Voordat ik echter erdoor kan stappen, schiet Bry onder mijn arm door en staat al bij de lift.
"Soms is kleiner zijn handig," lacht ze. Grinnikend kijk ik haar aan terwijl ik de laatste paar meter naar haar toe sprint. Ongeduldig wachten we op de lift en op de rest. Soms gedragen we ons nog steeds als kleine kinderen, maar we gebruiken er altijd het excuus voor dat we onze jeugd moeten inhalen.
Onderweg naar het restaurant krijgen we heel wat vreemde blikken. Mijn bloedvlekken zijn niet zo goed zichtbaar door de zwarte jas, maar als je goed kijkt, zie je dat er gaten aan zowel de voor als achter kant zitten. Het beschadigde witte overhemd dat erdoorheen te zien is, lijkt het bloed te accentueren. En helaas is mijn huid ook nog steeds te zien door de gaten heen.
Bry heeft haar lichtblauwe trui aan, maar de voorkant is stuk gescheurd en zit onder de bloedvlekken van haarzelf en van mij en haar verband is door het gat, ondanks de mitella, nog steeds zichtbaar. Haar spijkerjas hangt losjes over haar schouders, maar zit ook onder het bloed. Zane's witte overhemd bevat ook grote rode vlekken en we hebben allemaal kleinere vlekken op onze kleding.
Tja, we hadden geen schone kleren meegenomen voor een simpel gesprek.
En dan hebben we ook nog een baby bij ons.
In ieder geval kunnen ze onze wapens niet zien.
Gelukkig is het buffet goed gevuld en zijn we snel klaar met kiezen. Na een broodje en wat fruit zit Bry ongeduldig met haar vingers op de tafel te trommelen.
Dit zorgt ervoor dat Conor zijn bord nog langzamer leeg eet. Hij heeft een reep ontbijtspek vast en eet er tergend langzaam van. Iedereen is al klaar, maar hij moet nog twee stukken. Nadat hij Bry nogmaals uitdagend aankijkt, grijp ik snel de laatste twee stukken spek van zijn bord en geef er eentje aan Bry. Snel proppen we het in onze mond en springen op om te gaan. Terwijl de rest lacht, moppert Conor de hele weg naar de auto.
"De vorige keer toen ik dat bij jou deed, zette Cal mijn hand vast met een mes aan de tafel," moppert hij, maar we negeren hem allemaal.
"Wat ben ik blij dat ik niet bij hem in de auto zit." zegt Aiden lachend. Wat hem op een kwade blik van Conor komt te staan. Owen, Zane en Damon slaken juist tegelijkertijd een diepe verslagen zucht, waardoor wij weer in de lach schieten.
*Bijgewerkt op 10-9-2022*
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro