Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

9

We stappen een bus in en Gia trekt mij op de enige lege stoel naast haar.

'Hup, zitten,' zegt ze. Mei knikt lachend en haar ogen gaan door de bus heen.

'Oh, ik zie een plek daar!' Even later is ze weg voordat een van ons haar kunnen tegenhouden. Ik glimlach.

'Soms vergeet ik dat ze niet tegen staan in een bus kan,' zeg ik en staar voor me uit waardoor ik Gia niet zie knikken.

'Waar denk je aan?' vraagt Gia opeens en houdt haar hoofd schuin.

'Niks bijzonders,' antwoord ik.

'Ja, ja, ik ken je langer dan vandaag.'

'Oké,' zeg ik zuchtend. 'Ik zit gewoon nog steeds met dat zwarte gat weet je.' Ze knikt begrijpelijk.

'Ik heb er ook een, maar in tegenstelling tot jou ben ik niet ergens beland... Waar ben je eigenlijk beland?'

'Geen idee...'

'Zo bedoel ik het niet. Ben je in iemands woonkamer wakker geworden? Op de straat? Iemands anders bed?' Ik kijk Gia zijwaarts aan en ik hoop niet dat ze merkt dat ik geschokt ben. Haar ogen worden groot.

Shit, denk ik. Waarom ben ik ook zo'n open boek?

'Nee,' zegt ze. 'Heb je het Mei al verteld?' Ik schud mijn hoofd.

'Ik wil het eerst zelf uitzoeken...'

'Is dat wel slim?' Ik haal mijn schouders op, waarschijnlijk niet.

'Ik weet het niet, maar ik ben wel van plan het haar te vertellen als ik het hele verhaal ook kan vertellen,' zeg ik en leg de nadruk op "kan". Gelukkig knikt Gia begrijpelijk.

'Ik zeg niks dan,' zegt ze en doet alsof ze haar mond dicht ritst.

'Hey, Gia,' roept Meiying van de andere kant van de bus waar we in zijn gestapt op weg naar Thomas' huis. 'Zijn we er al bijna?'

'Nog twee haltes!' roept Gia terug en kijkt mij daarna weer aan. 'Waag het niet het voor eeuwig te verzwijgen.' Ik knik.

'Dat was ook alles behalve het plan,' zeg ik.

'Beter, want ik sta het niet toe dat je overspel gaat plegen.' Ik lach.

'Waar zie je me voor aan?' vraag ik, maar voel me toch niet op mijn gemak, al kan ik er geen woorden aan geven waarom.

We stappen uit en komen weer voor een flat te staan. "Van Schapenberg" staat er naast een bel en Gia drukt die in. Even later klinkt Thomas' stem door de speaker heen.

'Ja?' kraakt hij.

'Hey Thomas!' zegt Gia vrolijk.

'Hey Gia!' zegt hij terug op dezelfde toon als zij dat deed en een zoemer klinkt. De deur gaat open en Gia leidt ons de gangen door. Thomas blijkt op de begane grond te wonen en hij bezit een tuin.

'Oh, je hebt ook vrienden meegenomen,' zegt Thomas terwijl hij mij en Meiying aankijkt. 'Dat had je wel iets eerder kunnen zeggen.' Hij lacht en neemt ons mee de tuin in waar een lichte rookgeur hangt. Die geur komt waarschijnlijk van de peuk in de asbak.

'Sorry dat ik het niet heb gezegd,' zegt Gia. 'Maar je gaf me er ook geen mogelijkheid toe.'

'True,' zegt Thomas en gaat zitten. 'Dus waarom deze gezelligheid?'

'Deze vriend van mij hier,' zegt Gia en slaat een arm om mij heen. 'Is zijn geheugen kwijt.' Thomas trekt zijn wenkbrauw op.

'En... Wat moet ik daar aan doen?' vraagt hij en kijkt Gia lachend aan.

'Iemand heeft iets in zijn drankje gedaan op het eindfeest. Onze vraag: of jij iets hebt gezien.'

'A-ha, dat is duidelijker. Laat me even denken,' zegt Thomas en legt bedenkelijk zijn hand op zijn kin. Hij kijkt zo nu en dan mij aan. 'Wat herinner je nog wel?'

'Dat ik wakker werd,' zeg ik droog.

'Nog meer?' Ik zucht en frons. Het blijft lang stil terwijl ik denk. Ook voel ik dat iedereen naar mij kijkt.

'Het feest en dat ik iets te veel gedronken had...'

'Waar stond je precies?' vraagt Thomas.

'Tegen een muur aan, bij een tafel,' antwoord ik. Thomas knikt.

'Ik heb een vermoeden...' zegt hij uiteindelijk.

'Echt?!' Ik spring bijna op uit mijn stoel.

'Ja, maar dan moet je naar Allista toe. Alleen zit ze nu in Majorca.'

'Wanneer is ze terug?' vraagt Gia.

'Volgende week of zo? Ik vraag me af of ze zich überhaupt nog iets ervan kan herinneren... Maar ik weet wel dat ze haar contacten heeft in drugs en alcohol,' zegt Thomas. 'Dus jullie onderzoek loopt hier een beetje stuk...'

'Zijn er niet meer mensen waar we contact mee op kunnen nemen?' vraagt Meiying.

'Darren misschien?' Ik voel een tinteling door me heen gaan bij het woord misschien. Het was verdacht en ik probeer het gevoel uit mijn gedachten te zetten.

'Jarred?' Meiying kijkt me bezorgd aan. 'Herinner je je iets?'

'Wat?' vraag ik en begrijp waarom ze dat vroeg. 'Ja, ik dacht het,' lieg ik. 'Maar het glipte net weg...' Ik zucht, misschien was ik hem wel tegen gekomen die avond.

'Dat is ook echt vervelend,' zegt Gia. 'Hij herinnert zich soms dingen, maar vergeet het daarna...'

'Misschien,' zegt Thomas bedenkelijk. 'Herinnert hij zich de naam Darren. Het zou kunnen?'

'Ik zeg een aanwijzing!' zegt Gia opgetogen. 'Laten we Darren bezoeken!' Ik zucht en ik heb eigenlijk geen zin om weer iemand te moeten bezoeken, ook al ken ik degene die we moesten bezoeken nu wel. Mijn tegenzin komt vooral doordat het bezoeken van mensen er steeds voor zorgt dat ik in het bijzijn van Mei moet gaan liegen... Al is het niet nodig al dat liegen, maar ik wil haar niet breken...

Het geluk staat eindelijk eens aan mijn kant. Darren is niet thuis en we worden door zijn jongere zusje teleurgesteld.

'Is niet erg,' zeg ik en glimlach. 'We komen wel een andere keer terug.' Darrens zusje knikt en sluit de deur weer.

'Nou,' zegt Gia. 'Daar schieten we dan niks mee op.'

'Inderdaad,' valt Meiying haar teleurgesteld bij. Ik doe moeite om mijn opluchting niet te laten blijken en haal mijn schouders op.

'Volgende keer beter,' zeg ik, maar maak mentaal een vreugdedansje, omdat ik mijn problemen nog even ontlopen kan. Maar natuurlijk is dat niet zo makkelijk. Het lot heeft me meteen weer te pakken. Ik zie hém lopen en Meiying heeft het natuurlijk weer door.

'Hé, was dat niet...?' vraagt ze en begint opeens te zwaaien. Misschien kijkt haar verward aan en Meiying lacht vriendelijk. Hij besluit naar ons toe te lopen en ik voel dat mijn hartslag omhoog gaat. Hoe hard ik de gevoelens probeer te onderdrukken, kan ik het geluk dat ik door zijn aanwezigheid voel niet onderdrukken.

'Ken ik jou ergens van?' vraagt hij aan Mei en ze schudt haar hoofd.

'Nee, maar ik denk dat je ons kan helpen.' Ze glimlacht weer en ik word bijna jaloers, al weet ik niet op wie...

'Vertel,' zegt hij en ik merk dat hij nadrukkelijk oogcontact met mij vermijd. Ik voel een stekende pijn en bijt op mijn onderlip. Ik zou me niet zo moeten laten voelen, dit klopt niet.

'Ken je het Sint Harting Lyceum?' begint Meiying. Misschien knikt.

'Een vriendin van mij zit daar op,' zegt hij. Mei's ogen worden groot.

'Wie? Misschien kan zij ons helpen!' zegt ze enthousiast.

'Allista,' zegt hij en Meiyings glimlach zakt naar beneden. 'Heb ik iets verkeerds gezegd?' vraagt hij meteen bezorgd.

'Nee, alleen dat we van iemand anders hebben gehoord dat we haar ook nodig hebben. Maar ze zit nu in Majorca, dus dat gaat niet lukken voor een week.' Misschien knikt begrijpelijk.

'Ja, dat klopt. Ik weet niet wat jullie precies willen weten, maar ik denk dat zij inderdaad degene is die jullie zoeken,' zegt hij en hij kijk mij heel eventjes aan.

'Bedankt,' zeg ik kort.

'Geen probleem.'

'Kom Jarred, Gia. Over een week kunnen we verder,' zegt Mei en ik verstar bij het geluid van mijn naam. Ik kijk Misschien aan. Nu houdt hij mijn blik vast en ik zie de overwinning in zijn ogen. Hij weet nu meer dan ik, hij weet mijn naam en ik probeer nog steeds achter die van hem te komen...

'Geen Waarschijnlijk,' fluistert hij zodat ik, degene die nog niet wegloopt, het alleen kan horen.

'Geen Misschien,' zeg ik. 'Wat dan wel?' Hij lacht gemeen.

'Veel plezier met uitzoeken,' zegt hij en de twinkeling wil niet uit zijn ogen verdwijnen.

'Dus je wilt geen antwoorden?' vraag ik.

'Ik denk dat het zwarte gat in mijn geheugen genoeg is. En ik kan Allista bereiken wanneer ik wil om naar antwoorden te vragen. Nu ik weet dat zij er iets mee te maken heeft gehad,' zegt hij en Meiying roept mijn naam. 'Je wordt geroepen Jarred. Ik zou gaan als ik jou was.' Ik knik en kan het bloed dat naar mijn hoofd stroomt, doordat hij mijn naam zei met zijn zwoele lage stem, niet tegenhouden. En waarom ik zijn stem zwoel vind snap ik ook niet. Ik heb een vriendin.

'Waar had je het met hem over?' vraagt Gia als ik weer naast haar loop.

'Of hij Allista over het feest heeft horen praten,' zeg ik.

'En?' vraagt Meiying.

'Kennelijk niet,' zeg ik en dat is ook alles wat ik nog die dag lieg.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro