3
Ik moet eerlijk zijn, houd ik me voor, maar weet dat ik dat nog niet kan. Niet eens tegen mezelf. Ik zucht, Mei merkt dat er iets is en kijkt me gespannen aan. Ik zit bij haar thuis, ik leef nog, ik ben er nog. Ik kijk haar nu ook aan en schud mijn hoofd.
'Het is niks,' zeg ik en kijk een beetje wazig voor me uit. Ik merk dat Meiying iets voor me wilt doen, het zit in haar aard, maar duidelijk is ook dat ze niet weet wat ze voor mij kan doen. Ze doet een poging.
'Wil je wat te drinken? Een glaasje water of zo?' vraagt ze en raakt zachtjes mijn arm aan. Ik knik lichtjes. Ze staat op en loopt de keuken in, ik blijf levenloos op de grijze bank zitten. Ik weet nog dat toen ik hier voor het eerst kwam het me opviel dat in mijn huis dezelfde bank stond wat destijds voor een mooi gesprek zorgde. Ik zucht weer en denk nu ook aan een paar minuten geleden dat ik op de stoep stond, dat ze open deed en mij meteen omhelsde, bestookte met vragen. Het leek of ze elk moment in huilen uit zou barsten, bezorgdheid deed dat met haar. Met mij vaak ook, ondanks dat minder vaak voorkomt.
Mei komt weer naar me toe gelopen en geeft mij het glas gevuld met water. Ik pak het aan, kijk er even naar en zet het dan voorzichtig aan mijn mond. Het water glijdt naar binnen en verkoelt mij vanbinnen. Ik blijf doordrinken totdat het glas leeg is en zet het daarna op het salontafeltje voor mij neer.
'Gaat het weer een beetje?' vraagt mijn vriendin en ze kijkt me met haar mooie bruine ogen aan. Ik knik.
'Ja,' zeg ik, 'maar ik voel me nog steeds kut...' Mei lach liefjes naar me en streelt mijn haar.
'Zullen we morgen als je je weer wat beter voelt iets leuks gaan doen? De stad in?' Ik kijk haar schuin aan en glimlach een beetje verdrietig.
'Zou wel leuk zijn,' antwoord ik.
'Het is ook goed voor je, dan kan je je gedachten even ergens anders op zetten,' zegt ze en haar positivisme begint mij te beïnvloeden.
'Ja,' zeg ik en voel dat ik nu wat vrolijker glimlach, 'dat klopt.' Haar stralende glimlach lijkt mijn duisternis te laten verdwijnen, maar wanneer ik naar huis vertrek, keert die met een enorme kracht weer terug. Het voelt als een zware last op mijn schouders, een mengsel van schuld en onmacht. Hoe graag ik het ook zou willen, ik kan het niet ongedaan maken.
Als ik thuis kom, kijken mijn ouders mij bezorgd aan en ik probeer ze met een neppe glimlach gerust te stellen. Gelukkig voor mij trappen ze in mijn leugen dat alles goed met me gaat en dat ik alleen moe ben.
Na het eten vertrek ik ook meteen naar boven, naar mijn kamer. Ik plof neer op mijn bed en staar naar het plafond. Slapen kan ik niet, want elke keer dat ik mijn ogen sluit zie ik hem... Ik heb geen idee wie hij is, ik ken zijn naam niet eens! Ik zucht en probeer weer mijn ogen te sluiten, weer zie ik die brandende, helder blauwe ogen. Ik heb eigenlijk nog nooit zulke blauwe ogen gezien, bedenk ik me nu. Ik schud met mijn hoofd. Ik moet mijn gedachten in toom houden. Dit is niet gezond.
Ik draai me op mijn zij en kijk naar mijn wekker. 23:48. Ik blijf naar het ding staren tot hij op 49 springt en besluit dan onder mijn dekens te liggen. Morgen ga ik met Mei op stap, dat vooruitzicht moet ik in mijn gedachten houden. Die jongen die ik maar één keer in mijn hele leven heb gezien niet.
---------------------
Oh ja, sommige hoofdstukken zijn echt vet kort en andere vet lang. Dus altijd spannend wat de update je geeft xD
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro