hoofdstuk 1
Samen met mijn ouders ben ik in het Kings Cross treinstation. Een beetje nerveus lopen we naar perron 9 ³/4, geen van allen zegt een woord. Zenuwachtig kijk ik naar alle mensen die druk heen en weer lopen. "Isabel, je haar," sist mijn moeder mij nerveus toe. Als ik naar mijn haar kijk, zie ik dat mijn haar groen aan het kleuren is van de stress. Gehaast maak ik het terug blond, hopend dat de dreuzels het niet hebben gezien. Eigenlijk vind ik blond haar een beetje stom, het is zo... saai. Maar mijn moeder is redelijk streng in het 'niet opvallen bij dreuzels' dus mag ik mijn gewoonlijke blauwe lokken er niet in doen. Wacht even, heb ik al verteld dat ik een transformagiër ben? Nee, bij deze dan. Snel werp ik een vluchtige blik op mijn ouders, ze zijn in een heftig gesprek verwikkeld. Mijn moeder beweegt druk met haar armen dus ik besluit dat ze mij niet echt gaan opmerken. Met een vluchtige blik om mij heen en zie ik dat niemand naar mij kijkt. Plots komen er blauwe lokken in mijn haren en worden mijn saaie blauwe ogen paarsblauwig. Als we eenmaal bij perron negen en tien aankomen, is de kleine ruzie tussen mam en pap bedaart. Met fronsende wenkbrauwen kijk ik naar de muur tussen de twee perrons. "Waar moeten we naartoe?" vraag ik aan mijn moeder, zij is vroeger ook naar Zweinstein gegaan. Mam doet net haar mond open als pap zegt "dat moet je zelf uitzoeken." Geïrriteerd kijk ik mijn vader aan. Serieus? Zuchtend draai ik mij om en probeer ik te kijken of ik mischien door de muur moet. Zeer onwaarschijnlijk maar met magie weet je nooit. Ik steek mijn hand uit naar de muur en gil kort als mijn arm door de muur gaat. Achter mij hoor ik iemand lachen waardoor ik mij met een boze blik omdraai. Mijn blik verzacht echter als ik zie dat heet een meisje van mijn leeftijd is en niet een van mijn ouders. Als het roodharige meisje ziet dat ik kijk stopt ze direct met lachen. "Sorry," zegt ze "ik ben Lily Potter." "Isa Senta," stel ik mij voor. "Ik heb al eens van die naam gehoord," zei ze peinzend. "Ik ook van de jouwe, maar het kan wel. Mijn ouders hebben een redelijk bekende uilenkwekerij."
Lily kniktt "kom volgens mij moeten we bijna vertrekken." Deze keer ben ik degene die knikt, behendig pak ik mijn rugzak op. Thanks magic, door jou moet ik geen loodzware hutkoffer meenemen maar gewoon een niets wegende rugzak. "Gaan we samen?" vraag ik toch een beetje benauwt, het is niet dat mijn hand al door de muur is geweest dat ik het volledig veilig vind klinken hoor. "Tuurlijk," glimlacht Lily "Maar waar is je hutkoffer?" Ik til mijn rugzak op. "Waarom gebruiken heksen en tovenaars hutkoffers als je gewoon een rugzak met een zwelspreuk kan gebruiken?" vraag ik. "Omdat de spreuk best ingewikkeld is." Lily lachte zachtjes. Samen lopen we gezellig pratend naar een coupe. In de coupe waar we gaan zitten zijn al twee jongens vrolijk zeg ik hun gedag. Ik kijk uit het raam en zie mijn eigen weerspiegeling. Shit, ik en de sproetjes vergeten. Snel laat ik enkele sproetjes op mijn wangen verschijnen. Een van de jongens kijkt mij raar aan. "Wat?" vraag ik hem een beetje bot. "Je bent een tra-" "Wat nee, helemaal niet," onderbreek ik hem een beetje geïrriteerd en heel sarcastisch, zo doen de meeste mensen als ze er achter komen dat ik transformagiër ben. "Sorry," verontschuldigt de zwartharige jongen zich, hij zag blijkbaar dat ik geïrriteerd ben. "Ik ben Albus Potter, zesde jaar griffoendor," zegt de jongen om de stilte te verbreken. 'Isabel Lily Ginevra Senta, Vijfde jaar weet ik veel wat,' stel ik mezelf voor. 'Vrienden mogen mij Isa noemen,' voeg ik er met een glimlach aan toe. De andere jongen die in de coupe zit stelt zichzelf ook voor. 'Ik ben Danu Bonkel,' zegt hij met een lach op zijn gezicht en een twinkeling in zijn ogen. Direct vind ik hem aardig. 'Waarom kom je in het vijfde jaar zelfs naar hier?' vraagt Albus vrolijk. 'Ik ben van Beauxbatons getrapt omdat madam Mallemour toevallig roos haar had.' Een kleine grijns siert mijn lippen. De hele coupe begin te lachen, nou ja, de personen er in. 'Wat?' zeg ik als het onschuld zelve. 'Ik wou gewoon laten zien hoe het is om transformagiër te zijn.' Ik ga verder met mijn verhaal. 'Op Klamfels was er plotseling een muur beschildert met de letters. "Ik vond het leuk op deze fucking stomme school gezeten te hebben. Ik vermoed dat ik er nu word afgestuurd. Met vriendelijke groet Isabel Lily Ginerva Senta." En op Ilvermorny konden ze het niet appreciëren dat er een vliegende auto op het dak crashte." De hele coupe was heel luid aan het lachen. 'Wat?' roep ik quasi verbaast. Ze beginnen nog harder te lachen en om het nog erger te maken, laat ik mijn haar in alle kleuren van de regenboog te veranderen. Zielig begin ik te nep huilen en kruip ik verder weg in het hoekje van de coupe. Albus gaat naast mij zitten terwijl Lily en Danu toekijken. 'Waarom lachen jullie mij uit?' vraag ik hem "tristig". 'Maar Issy toch, je haar is gewoon lelijk,' zegt de jongen op een meelevende toon. De vrolijke sparkeling in zijn ogen verdwijnt als Lily naast mij gaat zitten, op Albus. Lily slaagt haar arm om mij heen en ik grijns naar haar. 'Ga van me af zusje,' hoor ik Albus onder Lily mompelen. 'Hoor ik een vogeltje fluiten?' vraagt Lily luid en "ontwetend". Ik zie Albus rood worden en plots wordt Lily extreem luid gillend naar de andere kant van de coupe gekatapulteerd. Als ze opstaat zend ze Albus een giftige blik toe, ze stapt naar hem toe en geeft hem een klets op zijn wang. 'Die heb je verdient Al,' zegt ze en ze gaat met een hair flip terug op haar plaats zitten. Albus en ik starten vrolijk een gesprek terwijl Lily en Danu de rest van de treinreis een boek lezen.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro