Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

Hoofdstuk 33

Dit is één van de langste en moeilijkste hoofdstukken die ik ooit heb geschreven. 12 freakin' word pagina's :O Is dat niet en mooi cadeau naar jullie toe voordat ik op reis vertrek voor vijf dagen naar Barcelona? ;) 

Heb je je popcorn, chips of donut bij de hand? Zit je goed in je stoel of zetel? Ja? Begin dan maar met lezen :) Veel leesplezier! 

--------------------------------------------------------

 Hoofdstuk 33

Waar het allemaal begon…

Janine 30 jaar terug

‘Waarom wil je toch geen make-up aanbrengen?’ Bleef Susan, mijn moeder, maar doorzeuren.

‘Omdat ik altijd in mijn ogen moet wrijven door die make-up en dan veegt het zo uit!’ zei ik geërgerd om haar gezeur.

‘Wrijf dan niet in je ogen,’ zei ze simpelweg.

‘Voor de zoveelste keer, mam. Ik gebruik geen make-up!’ Ik riste een appel uit de fruitmand  die op de keukentafel stond en nam een grote hap.

‘Alleen wat mascara?’ Begon ze nu ook al te smeken? Terwijl ik nog een hap nam van mijn groene appel bekeek ik haar mislukte smeekblik. Haar lip zag eruit alsof iemand er heel hard aan had getrokken en het op die manier misvormd was geraakt. Ik denk dat het een pruillip moest voorstellen…

Ik zuchtte luid wanneer ik mijn stuk appel had doorgeslikt.

‘Oké oké. Als je dan maar stopt met zeuren.’

Susan begon meteen enthousiast in haar handen te klappen. ‘Yes, dat is mijn dochter! Zo mag ik het horen!’ zei ze tevreden.

Ik kreeg een glimlach op mijn gezicht door haar overdreven reactie.

Terwijl ik mijn appel verder op at, keek mijn moeder me afwachtend aan. Ik werd een beetje zenuwachtig van haar te enthousiaste blik. Dit was namelijk een historisch moment voor haar, want ik droeg normaal nooit make-up.  

Oké, laat die appel maar zitten. Ik gooide hem achteloos in de vuilbak en met een plof belande het erin.

‘Waarom gooi je die appel weg?’ Vroeg Kobe, mijn vader. Hij keek op van zijn krant.

‘Omdat ik er geen zin meer in had. Zeker niet met mam die me heel de tijd eng aanstaart,’ was mijn korte uitleg voor het weggooien van de appel. Kobe vond het nooit tof dat ik voedsel weggooide. Het was geldverspilling en sommige mensen hadden amper te eten.

Daar gaf ik hem wel gelijk in, maar meestal at ik wel alles op.

Kobe zijn blik verplaatste zich naar mijn moeder, die onschuldig haar schouders ophaalde.

‘Ze gaat mascara aandoen,’ was haar verklaring.

Hij schudde zijn hoofd en nam een slokje van zijn koffie. Als reactie mompelde hij wat onverstaanbaars terug en richtte zijn aandacht weer op zijn krant. Ik zag dit als mijn moment om me naar de badkamer te begeven.

‘Doe er maar een dikke laag mascara op! Dat mag wel voor die ene keer!’ riep Susan me nog na. Ik vroeg me af of het aan haar mislukte smeekblik lag dat ik nu mascara zou opbrengen. Andere dagen zou het niet gewerkt hebben. Maar vandaag… Vandaag was namelijk niet zomaar een dag. Het was foto-dag. Er zouden foto’s worden gemaakt voor het jaarboek. Susan was iemand die zich altijd graag opmaakte. Ze vond haar uiterlijk zeer belangrijk. Haar zacht blond haar had ze onlangs geverfd in een kastanjebruine haarkleur. En ze had zoals altijd een laag oogschaduw, foundation, mascara en lippenstift aan. Dit maakte haar wel mooier, maar ik vond mam ook mooi zonder al die troep op haar gezicht. Alleen zij leek dat niet te zien. Dat vond ik wel jammer. Ik daarentegen vond het innerlijke veel belangrijker. Maar net als mijn moeder, en vele andere tienermeisjes, was ik toch wat onzeker over mijn uiterlijk.

Ik keek in de spiegel en een 16 jarig meisje met zwart haar in een knot, bruine ogen, en bleke huid, staarde terug. Ik hield me ook niet zo bezig met de laatste mode. Een mooie jurk die ik jaren geleden had gekocht blijft een mooie jurk die nog best kan dienen. Ik doe gewoon aan wat ik mooi vond. Vandaag was dat een lichtblauwe jurk met spaghettibandjes en een riem. Er stond een roos met paars bloemenmotief op. Niet zo van die ouderwetse bloemen, meer schattige bloemen, bloemetjes voor iemand van mijn leeftijd.

Over leeftijd gesproken, morgen werd ik zeventien. En Susan wilde natuurlijk een heel groot feest organiseren. “Nodig heel je klas maar uit!” Had ze een week geleden gezegd.

Waarop mijn vader nors reageerde: “Weet je niet wat dat kost? Ze voorspellen niet voor niks dat er een grote crisis voor de deur staat!” Toen kregen ze een “klein” meningsverschil. Dat hebben ze altijd als het op geld aankomt.

Hoe dan ook, ik gaf mijn vader gelijk. Ik ben wel eens voor een feestje. Nadruk op feestJE. Voor mij hoeft het niks groots te zijn. Gewoon met wat goede vrienden naar een café gaan is eigenlijk al voldoende voor een perfecte verjaardag! Maar zeg dat eens tegen mijn moeder… Ach ja, ik zie wel hoe het liep. Ik had al paar klassen uitgenodigd. Het moest per se van mam.

Bradley en Axel komen al zeker. Ze waren tot slotte mijn beste vrienden.

Mijn beste vriendin Yasmien kon er jammer genoeg niet bij zijn, ze had griep.

Wanneer ik mijn mascara op had gedaan, liep ik weer naar beneden en deed mijn blauwe ballerina’s aan. Ik haatte die schoenen, maar ze pasten perfect bij de jurk. Eén dagje dragen kon geen kwaad zeker? Al wenste ik mijn voeten veel succes toe. Ze moeten maar volgen.

Ik at nog snel een boterham met choco om daarna mijn rugzak te pakken, mijn ouders gedag te zwaaien en naar school te vertrekken. Normaal ging ik altijd met de fiets, maar dat leek me geen goed idee, tenzij ik mijn ketting wil kuisen met dat kleed. Dus ging ik maar een keer te voet.

De school was toch maar vijf straten verderop. Elke stap dat ik dichter naar school toe zette, werd ik ietwat zenuwachtiger. Wat zou Axel van mijn jurk vinden? En wat zou hij zeggen van mijn mascara? Mijn moeder had gezegd dat het me mooi stond, maar reageren moeders niet altijd positief op zo’n dingen? Zeker mijn moeder. De grootste reden dat ik geen make-up op deed, was omdat ik er echt niet goed in was. Mijn moeder vertrouwde ik er niet mee, die ging ermee overdrijven. En als het lelijk is aangebracht, zou ik eruit zien als een clown. En ik geloof niet dat Axel dat mooi zou vinden…

Misschien gaf ik toch wat om mijn uiterlijk. Zeker als hij in mijn buurt was. Ik was al een tijdje op hem verliefd. Al gaf ik dat aan niemand toe, zelfs niet aan mijn beste vriendin Yasmien. Niemand mocht het weten, want ik wist zeker dat hij niet hetzelfde over mij dacht.

Trouwens, ik wilde onze vriendschap niet op het spel zetten. De vriendschap was veel waardevoller dan mijn verliefdheid.

Ik zuchtte even nadat ik opeens iemand hoorde roepen.

‘Janine! Janine!’ hoorde ik mevrouw Parker roepen.

Mevrouw Parker woonde zeven huizen verderop. Ik draaide me naar haar om.

‘Hallo mevrouw Parker,’ begroette ik haar beleefd.

Ze glimlachte vriendelijk naar me en ging even door haar kort, ros geverfd haar.

Ze kreeg namelijk al grijs haar, al gaf ze dat natuurlijk niet toe. Ook begonnen de rimpels te komen, maar de stralende groene ogen bleven. Vandaag droeg ze een rode bloes met grote witte bollen op gecombineerd met een roze broek. Ja, ze droeg graag kleurrijke dingen.

En dat is wat haar huis schreeuwde: KLEURRIJK! Elke muur had een andere kleur, heel apart maar best leuk gevonden.

‘Hallo, Janine. Zou jij eens willen vragen aan je moeder of ze de snoeischaar die ze van mij geleend heeft wilt terug brengen? Want er is zo’n gigantische boom bij de buren en er zijn wat takken die over mijn tuin hangen. Zo krijg ik minder zon! En mijn kleinzoon komt morgen langs om te snoeien, dus heb ik de snoeischaar toch wel nodig,’ gaf ze haar hele uitleg over de o zo belangrijke snoeischaar.

Met nog steeds een beleefde glimlach op mijn gezicht geplakt zei ik: ‘Maar natuurlijk. Ik vraag het haar zodra ik weer thuis ben.’

Parker knikte en glimlachte kort. ‘Heb je nog even tijd voor een kopje thee? We zouden nog eens moeten bijpraten, vind je ook niet? Toen je klein was kwam je zo vaak op bezoek! Ik heb nog wat zelfgemaakte chocolade muffins, waar je vroeger zo graag van smulde.’ Haar lachrimpels werden nu pas ten volle zichtbaar.

Vroeger kwam ik hier inderdaad regelmatig op bezoek. Eigenlijk alleen voor het lekkers, dacht ik beschaamd. ‘Misschien een andere keer, ik moet nu naar school.’

Haar ogen gleden teleurgesteld naar mijn rugzak. Haar lach verdween abrupt. Toen knikte ze. ‘Oké. Veel plezier op school Nien!’  Nien was mijn bijnaam. Ik werd bijna door iedereen zo genoemd, behalve door mijn familie. Die hadden het niet zo voor die bijnaam.

‘Dag mevrouw Parker!’ Ik zwaaide nog even naar haar en vervolgde mijn weg naar school.

Ik keek naar het voetpad dat was volgekrabbeld met krijttekeningen, iets wat op en giraf  leek. Of was het een eenhoorn?  Mijn aandacht over de raadslelachtige tekeningen werden afgeleid toen de postbode langs me liep. Hij glimlachte even kort naar me en ik glimlachte terug. Ik begon verder te lopen naar school en genoot van de stralende zon, de fluitende vogels, en de drukte om me heen. Fietsers reden langs me. Ik herkende er een paar. Sommigen zaten op mijn school.

Wanneer ik uiteindelijk aankwam op school, keek ik even op mijn grijs horloge, om te zien dat het nog maar zeven minuten was voor de bel ging. Dat heb je als je dichtbij woont. Mensen verwachten dat je dan extra op tijd komt, maar eigenlijk ben je altijd een van de laatste.

Ik keek even om me heen, mijn ogen zochten Axel en Bradley op. Wanneer ik ze eindelijk gevonden had stapte ik op ze af. Maar voordat ik ze bereikt had, moest ik een soort van ninja beweging uitvoeren om de voetbal te ontwijken van een groepje tweedejaars. ‘Sorry!’ riep een jongen van een jaar of veertien. Ik keek hem geërgerd aan en zonder verder iets te zeggen, liep ik snel weer verder naar mijn vrienden toe.

‘Wat was dat voor een vreemde move?’ vroeg Axel, die blijkbaar alles had gezien.

Ik kreeg een lichtroze blos op mijn wangen. Maar toen ik de pretlichtjes in zijn ogen ontdekte, moest ik toch even grinniken.

‘Laat haar eens, ze is een geboren ninja,’ deed een grijnzende Bradley er een schepje bovenop.

Ik schudde lachend mijn hoofd. Wat zag Axel er weer supergoed uit. Maar ik merkte aan zijn zorgvuldig gekozen outfit, een nieuw-uitziende jeansbroek gecombineerd met een blauw hemd, en de haargel waarmee hij zijn haren naar achter gekamd heeft, dat hij zijn best had gedaan voor de foto-dag.

Bradley daarentegen had een versleten gestreepte T-shirt aan met een kakigroene trui. En een blauwe short dat niet echt bij de rest van zijn outfit paste. Hij duwde zijn bril wat hoger op zijn neus en keek me glimlachend aan. Bradley zag er een beetje uit als een… Hoe zei je dat op een vriendelijke manier? Sukkel? Dat was niet bepaald vriendelijk uitgedrukt, maar een ander woord kwam niet in me op. Zijn te grote bril en kledingstijl pasten totaal niet bij hem. Maar als je hem beter leerde kennen, viel zijn ietwat minder mooie kledingstijl niet meer op. Want hij was echt een goede vriend van me. Al sinds het eerste middelbaar kende ik hem. Achter die te grote bril schuilde best een grappige jongen.  Opeens fronste Bradley zijn wenkbrauwen. Vol verbazing keek hij me aan. ‘Draag je nou make-up?’

Axel die al die tijd naar de voetballende tweedejaars had gekeken, liet nu zijn blik over me heen glijden. Mijn wangen konden het niet laten rood te worden.

‘Ik heb gewoon wat mascara aangebracht.’

‘Het is lang geleden dat ik je nog eens in een jurk heb gezien, het staat je goed,’ knikte Axel goedkeurend. Ik glimlachte en bedankte hem voor het compliment.

‘Ja, het staat je schattig,’ deed Bradley er nog een schepje bovenop.

Op dat moment galmde de bel over het speelplein. De voetballers stopten met tegenzin, meisjes en jongens pakten hun spullen bijeen en liepen luid kletsend het schoolgebouw binnen.

Levi, één van de populairste jongens van de school, liep langs ons heen. Maar dat deed hij niet zonder een rotopmerking te maken.

‘Kijk hem aan! Met zijn short! Al dat been-haar staat je goed, makker,’ zei hij spottend.

Sven en Senne, de twee meelopers van Levi, lachten om zijn opmerking. Maar ik kon hier absoluut niet mee lachen.

‘Scheer jij je benen dan soms? Dacht het niet, dus hou die kinderachtige opmerkingen maar voor jezelf,’ nam ik het op voor Bradley.

Levi kneep zijn ogen een beetje samen en grijnsde uitdagend.

‘Ik zie dat jij je benen wel scheert, maar wat voor een dikke benen heb jij!’

Ja, ik was niet van de dunste. Maar dik kon je me ook niet noemen.

‘Hé, zo is het wel genoeg!’ moeide Axel zich nu ook.

En toen stopte hij. Axel was dan ook één van de populairste jongens. Hij was niet voor niks knapper dan Levi. Daarom dat Levi niet veel durfde te zeggen tegen Axel. De lafaard.

‘Je zult vast en zeker prachtig op de foto staan!’ zei hij nog sarcastisch, voordat hij zich van ons wegdraaide en naar het schoolgebouw beende. Zijn meelopers volgden hem al snel.

Ik stootte Bradley even aan. ‘Trek het je niet aan!’

Hij glimlachte zuinigjes en haalde vervolgens zijn schouders op.

‘Doe ik ook niet.’

We stonden op van het bankje waarop we hadden gezeten, wanneer we merkten dat de laatste mensen naar binnen waren gestapt. We wachtten altijd tot iedereen naar binnen was gelopen, anders werd je gegarandeerd alle kanten op geduwd.

Onze school was best een imposant gebouw. Je had van die grote mooie ramen die veel licht binnenlaten, zodat de gangen baden in het licht. Maar door al de zonnestralen die wisten binnen te dringen, was het daar soms wel een sauna, zoals nu. Rechts en links van me stonden er ijzeren kluisjes in effen grijs.

De muren daarentegen waren bedekt met een vrolijk geel laagje, wat je meteen een blij gevoel gaf, voor zover dat kon, want we waren hier tenslotte op school. Mijn blauwe ballerina’s stapten op een met zwart wit bedekte tegelvloer. In de witte tegels stonden zwarte fijne puntjes. Het had iets veranda-achtig. En het paste totaal niet bij de gele muur.

Het leuke aan deze school was dat het vlak naast een groot park lag. In ieder geval, met dit goede weer hang ik zo nu en dan daar eens rond met Axel, Bradley en Yasmien.

Ik zuchtte even toen het tot me doordrong welk vak ik nu had. Geschiedenis. Ik haatte dat vak. Want ik leerde niet zo graag. En het was nou eenmaal een vak waar je hard voor moest studeren. Ook boeide het me niet echt hoe de Romeinen vroeger leefden. Maar voor Bradley is het een van zijn lievelingsvakken.

‘Mijn kat is drie dagen geleden verdwenen. Je weet wel, mijn kat Smithie?’ begon Bradley plots een gesprek. Ik beet nadenkend op mijn onderlip. O ja! Zijn agressieve kat die je krabt als je te dicht in zijn buurt kwam.

‘Oei, wat denk je dat er met hem gebeurd is?’ vroeg ik meteen bezorgd. Al was het een agressieve kat, het bleef zijn huisdier. Als reactie haalde hij achteloos zijn schouders op. ‘Denk je dat me dat interesseert? Het was een agressief beest, en als mijn familie er niet zo tegen was, had ik die rotkat al lang van kant gemaakt. Ik ben dus eigenlijk wel blij dat het rotbeest eindelijk weg is,’ zuchtte hij opgelucht.

Ik schrok even van deze reactie. Zou hij zijn kat echt willen… vermoorden? Gewoon omdat het niet zo’n sociale kat was en hij af en toe eens gemeen kon doen, het bleef een levend wezen met gevoelens.

Dit was niet de eerste keer dat Bradley een vreemde harteloze opmerking maakte. Ik denk dat de stres van al die pesterijen naar zijn hoofd steeg.

‘Een kat dood je toch niet zomaar? Het blijft je huisdier, Brad,’ zei Axel en hij keek Bradley even raar aan. ‘Jullie doen precies alsof die kat dat waard is.’ Bradley schudde onbegrijpelijk zijn hoofd. ‘Het derde uur is het foto-tijd,’ veranderde ik nogal opvallend van onderwerp. Van onderwerp veranderen was nooit een van mijn sterkste punten geweest.

‘Ja. Het leuke aan dit jaar is dat iedereen zijn eigen fotoboek krijgt. Er komen sowieso foto’s in van het afgelopen schooljaar, met als starter de klasfoto’s. Maar vandaag werden er ook foto’s van ons getrokken samen met onze vrienden. En een selectie daarvan zouden ook in het jaarboek geplaatst worden. We gaan een paar zotte foto’s laten nemen,’ zei een breed grijzende Axel meteen dolenthousiast.

Ik was blij dat het onderwerp over Bradley zijn kat verleden tijd was.

‘Ja, ik heb in de spiegel geoefend op een paar zotte bekken,’ lachte ik.

‘Ben benieuwd,’ knipoogde Axel als reactie. Knipoogde hij nou net naar me? Ach, het zal wel niks betekenen… En ik vroeg me af hoe ik op die foto’s zou gaan staan. Hopelijk mooi, maar grappig.

Maar voor Bradley vreesde ik het ergste. Hij pakt niet op foto’s. Hij valt ook niet graag op. En waarschijnlijk lachen ze hem weer uit voor een één of andere domme reden. En gaan ze weer kinderachtig doen door snorren en andere dingen op zijn foto te tekenen. Hij wordt al gepest zo lang ik me kon herinneren.

Altijd probeerde ik voor hem op te komen. Zelf durfde hij amper wat terug te zeggen. Maar of hij het nu negeerde of erop inging, het had geen nut. De pesterijen werden alleen maar erger. En Bradley deed wel alsof hij er zich niks van aantrok, maar ik zag in zijn zee-blauwe ogen dat alle rotopmerkingen hem deden verdrinken in verdriet. Het maakte me zorgen. Veel zorgen. ‘Ik sta nooit goed op foto’s,’ klaagde Bradley geërgerd.

‘Met mij op de foto sta je er automatisch tien keer beter op,’ grapte Axel.

Bradley haalde onbeholpen, maar toch met een zuinige glimlach, zijn schouders op en we liepen het klaslokaal binnen.

Na twee vermoeide lesuren , was het eindelijk tijd. Ik keek glimlachend naar de camera. Flits. De foto was al getrokken.

Voordat je met je vrienden op de foto mocht poseren, moesten ze eerst een foto van jou alleen hebben. Die plaatsen ze dan op de laatste pagina van het jaarboek. Zo zag je met wie je in de klas had gezeten.

De fotograaf was de conciërge, Ronald. Ronald trok in zijn vrije tijd graag foto’s en hij was er goed in geworden. Dus had de school hem ingehuurd.

Bijna niemand kon het met de vijftigjarige chagrijnige man vinden. Hij kon alleen maar zeuren over al het afval dat de leerlingen achterlaten. Laatst stond hij te roepen in de gang tegen een eerstejaars. “De vuilbak is tien meter van je verwijderd! En toch gooi je het achteloos op de grond?! Denk je dat het vanzelf in de vuilbak gaat springen?!”

Hij had gelijk, maar de manier waarop hij uitbarstte was wat overdreven.

Nu was het aan Axel. Hij liep naar de kruk voor het witte doek , (ze hadden een wit laken als achtergrond opgehangen), en ging er opzitten.

Hij deed eerst even een pluisje van zijn hemd, om dan heel zelfverzekerd naar de camera te glimlachen. ‘Je moet niet zo overdreven glimlachen,’ zei Ronald geïrriteerd.

Ik rolde met mijn ogen. Axel zijn glimlach werd iets minder breed, maar hij had nog steeds een schattige glimlach op zijn gezicht. Ik voelde de vlinders al fladderen in mijn buik.

Flits. De foto was getrokken. Pas toen de foto getrokken was, had ik door dat ik al die tijd naar hem had zitten staren. Een beetje beschaamd omdat ik mezelf betrapt had, wende ik mijn blik af.

We waren met heel de klas in het vrije lokaal. Dit lokaal werd voor van alles gebruikt.

Soms gebruikte ze het voor een korte bespreking met de ouders, wanneer die het rapport kwamen ophalen van hun kind. Een andere keer deed het dienst voor een opendeurdag.

Nu werd het grote lokaal dus gebruikt voor foto-dag. Klas per klas werd afgeroepen voor de photo shoot.

‘Oké, Bradley, jouw beurt,’ zei Ronald met een bromstem. En wat voor een bromstem. Het galmde nog na.

‘Haha, kom op Bradley! Mooi poseren voor de foto hé, met je sexy short!’ lachte Mason, een irritante, zelfingenomen jongen van mijn klas.

Zoals altijd negeerde Bradley het. Dit keer reageerde ik ook niet. Soms was het beter om het te negeren. Ronald daarentegen zou wel iets moeten zeggen, maar ook hij zei niks.

Wanneer Bradley op de kruk zat, glimlachte hij in tegenstelling tot Axel onzeker in de camera.

‘Komaan, Bradleytje. Dit kan toch vele beter? Laat je mooie tandjes eens zien, die je elke avond poest met je K3 tandpasta,’ grinnikte Maarten. Een jongen die dacht dat hij grappig was, maar het totaal niet is.  Senne lachte met Maarten zijn opmerking. Senne was de meeloper van Levi. Al een geluk dat Levi niet in mijn klas zat, maar Senne jammer genoeg wel.

Dit keer reageerde Ronald wel. ‘Hou eens op met al jullie commentaar!’  Nu zeiden ze gelukkig niks meer.

Flits. De foto was getrokken. Maar zelfs de onzekere glimlach was verdwenen van Bradley zijn gezicht. Zijn mond was vertrokken tot een horizontale streep en zijn ogen straalde iets uit wat ik niet kon plaatsen. Woede, verdriet, iets donkers?

De rest van de dag ging maar langzaam voorbij. De laatste twee uren gingen in. Tijd voor turnen. Waarom net vandaag als het dertig graden was? We gingen als afsluiter dan ook nog eens rennen rond de grote vijver van het park.

Al een geluk dat ik deodorant bij me had, want dat word zweten. Sporten was niet een van mijn beste vakken. Niet dat ik het haatte. Ik was gewoon niet sportief aangelegd en deed veel liever andere dingen, zoals kleren maken. Dat deed ik al twee jaar en het was een grote passie van me.

Nadat we ons hadden omgekleed in de kleedkamers, verplaatsten we ons naar het park. Ik was blij dat ik mijn ballerina’s even kon omruilen voor stevige sportschoenen. Het was alsof ik de opluchting en oprechte dankbaarheid van mijn voeten kon voelen.

‘Morgen is het je verjaardagsfeest, kijk je er al naar uit?’ vroeg Jessica, een aardig meisje uit mijn klas die plots naast me kwam lopen.

‘Valt mee. Ik ben een beetje bang dat mijn moeder weer eens overdreven heeft. Ze heeft al een feestzaal ingehuurd. Die mocht ik niet zien, want het moest een verrassing blijven. Mijn moeder overdrijft graag met dat soort dingen,’ vertelde ik terwijl ik een nieuwe dot maakte.

Jessica knikte begrijpelijk. ‘Volgens mij wordt het wel leuk! Ik heb al iets voor je gekocht.’

Ik kreeg een glimlach op mijn gezicht. ‘Ben benieuwd,’ zei ik nieuwsgierig.

We kwamen aan in het park en de turnleerkracht, mevrouw Merels, zei zoals altijd met luide en krachtige stem: ‘Ik wil dat jullie vijf rondjes rond de vijver lopen. Wanneer je die vijf rondjes gedaan hebt, stap je in rustig tempo twee rondjes rond de vijver om af te koelen. Daarna begin je weer vijf rondjes te rennen. Dit herhaal je tot de les is afgelopen.’

De eerste seconden stond iedereen perplex door de opdracht die we moesten uitvoeren. Maar al snel begon iedereen te protesteren. Daar trok de leerkracht zich niks van aan, want ze blies luid op haar fluitje dat aan haar nek hing. Toen het schelle geluid in mijn oren drong begon ik net als alle anderen te rennen.

Nadat ik de vijf rondjes had gerend, was ik luid hijgend twee rondjes aan het stappen. Mensen die sneller waren dan mij waren al terug aan hun tweede ronde begonnen, maar je had er ook enkele die nog aan het stappen waren, onder andere Bradley. Hij kwam naast me stappen en begroette me.

‘Hey. Hou jij eigenlijk van sport?’ vroeg ik.

Nog voordat hij die vraag kon beantwoorden kwam Maarten onze kant op gerend. Ik draaide me om en zag zijn olijfgroene ogen fonkelen van opwinding. Ik had meteen door dat hij wat van plan was. Maar alles ging zo snel dat ik niet de kans had hem tegen te houden.

Plons, klonk het toen hij de ongelukkige Bradley de vijver in had geduwd.

Mijn mond viel verbouwereerd open. Het duurde enkele seconden tot het tot me doordrong wat er zonet gebeurd was. Maarten had Bradley met een harde duw in de richting van de vijver geduwd. Hij viel, rolde luid kreunend over het gras, dat stijl naar beneden ging, en kwam met een luide plons in het water terecht.

Mevrouw Merels die daarnet Axel vol bewondering in het oog had gehouden, omdat hij zo goed rende, keek nu onze richting op. Toen ook zij zag wat er gebeurd was, rende ze hier naartoe.

Nog voordat ze hier geraakte, raasde de woede door mijn lichaam. Al die pesterijen, ik was het kotsbeu! Bradley verdiende dit niet! Ik keek Maarten aan met ogen die vuur spuwden.

Hij lette niet op mijn boze blik, want hij lag in een deuk. Samen met Mason en Senne lachten ze Bradley uit. Een paar meelopers, mensen van mijn klas die toekeken en mee lachten maar zelf eigenlijk niks deden, lachten mee.

Bradley spuwde wat water uit, ademde diep in en uit en keek verwilderd om zich heen. Hij had dit echt niet zien aankomen.

Maarten zag het dan ook totaal niet aankomen dat ik hem met al mijn kracht een flinke duw gaf. Zijn lach hield abrupt op, zijn ogen vergrootten zich verontwaardigd. Hij probeerde om zich nog aan iets vastgrijpen om zijn val te breken. Wanneer hem dat niet lukte, viel ook hij plotseling in het water. Nu lachte heel de klas. Iedereen lag in een deuk. Zelfs Bradley kon een lach niet onderdrukken, wanneer hij uit het water stapte en ietwat onhandig terug naast me kwam staan. Zijn kleren waren doorweekt en modderig. Al een geluk dat dit zijn turnkleding was.

Maarten stak zijn hoofd terug boven water en keek mij kwaad aan. ‘Wie het laatst lacht, lacht het best,’ zei ik uitdagend met een vette knipoog. Ik had mascara aan voor iets.

Mevrouw Merels was helemaal uit haar doen. Ze gaf ons een preek. Maarten en ik mochten volgende week maandag nablijven. Dit vond ik echt oneerlijk. Ik gaf hem gewoon een koekje van eigen deeg. Bradley had de leerkracht nog duidelijk gemaakt dat ik hem gewoonweg verdedigde. Maar dat had niet veel zin, ik mocht nog steeds nablijven.

Al een geluk dat de les voorbij was en we naar huis konden gaan.

Bradley zijn natte haren staken alle kanten op. Maar de zon leek wel een haardroger, want amper een uur later zagen zijn haren er al een stuk droger uit. Ook had hij zijn sportkledij omgeruild voor zijn gestreept T-shirt, kakigroene trui en blauw short.

Ik zat achterop de fiets van Bradley. Hij gaf me een lift naar mijn huis. Axel fietste met ons mee. Onderweg werd er geen woord gesproken over wat er gebeurd was in de turnles. Ik vond het best. In de plaatst daarvan pratte we over zaterdag, de dag van mijn verjaardagsfeest. Eerlijk gezegd had ik er geen zin in, want Maarten was ook uitgenodigd. Dus dat ging leuk worden…

Die zaterdag deed ik niet veel. Huiswerk maken. Film kijken met mijn drie jaar oudere zus Nina. En voor ik het wist was het feest aangebroken. Om acht uur, een uur voordat het feest begon, moest ik een blinddoek aandoen. Susan had weer haar mislukte smeekblik moeten gebruiken, voordat ik dat ding aandeed. Toen stapte we in de auto en reden we ergens naartoe. Ik wist niet naar waar, niet moeilijk, want ik was geblinddoekt.

‘Je gaat je ogen uitkijken!’ zei mam enthousiast. Nina zat naast me, en mijn vader, Kobe, bestuurde de auto. ‘Ja, want mijn portemonnee is er nog steeds niet goed van,’ was een typische opmerking van Kobe.

Mijn moeder klakte afkeurend met haar tong en ik voelde aan dat ze nu haar hoofd schudde.

‘Geld is toch niet alles? Dat onze dochter de dag van haar leven beleeft, daar gaat het om!’ zei Susan. En daar begon hun woordwisseling over geld weer…

Terwijl Kobe en Susan verder discuteerde, voelde ik een bemoedigend kneepje in mijn schouder. ‘Ik heb er alle vertrouwen in dat dit één van je beste verjaardagen ooit wordt!’ zei Nina uitgelaten. Ik glimlachte.

Nina en ik hadden een goede band. Ze was als een voorbeeld voor me. Haar hobby’s waren schilderen en tekenen, en er waren al wat schilderijen die ze verkocht had. Nina is niet bang haar dromen te volgen, ongeacht wat anderen daarover denken. Kobe is er namelijk niet zo opgewonden over als ik. Hij vind dat dit een nutteloze hobby is, waar je later niet genoeg geld aan gaat verdienen.

Waarom dacht mijn vader constant aan geld? Hij was gierig, en als we ook maar een cent te veel uitgaven maakte hij daar een heel drama van. Hij deed volgens mij veel te paranoïde over de crisis. Journalisten hadden namelijk op tv aangekondigd dat het weer niet goed gaat met de banken, de staatschulden, de gevolgen van de opwarming en dat als het zo door blijft gaan, we er niet goed voorstaan. Ik schudde die gedachten van me af. Het was mijn verjaardag! Vandaag moest ik genieten van mijn avond.  Ik dacht trouwens terug aan vanmorgen. Toen ik wakker werd, stond er een grote taart op me te wachten in de keuken. Morgen is het familiefeest. Er lag ook nog een waardebon van vijftig euro. Dat had ik gekregen van Susan. Dat stemde me heel tevreden, keuze genoeg aan winkels in het nabije shoppingcenter. Misschien kon ik wat naaispulletjes kopen!

De blinddoek begon te jeuken. Het zat irritant.

‘Mag ik de blinddoek al af doen?’ verbrak ik ruw de discussie van mijn ouders.

‘Nee, wacht nog heel eventjes!’ reageerde mam.

Ik vroeg me echt af hoe deze avond zal aflopen…

Ik voelde dat de auto stopte. ‘We zijn er!’ zei Susan opgewonden en ik hoorde autodeuren open en dicht slaan. Geduldig wachtte ik tot dat ze me de auto uithielpen. Dus zo moest een blinde zich dus voelen, zo … hulpeloos. Wanneer ik veilig met twee voeten op de grond stond, herhaalde ik mijn vraag of die blinddoek eindelijk af mocht. ‘Nee, nog paar stapjes…,’ zei Nina giechelend. Aan haar stem die zo dicht bij me was, kon ik afleiden dat zij degene was die me vast had bij mijn arm en me zachtjes voorruit trok. En opeens stopte we met lopen.

‘Oké. Doe je blinddoek maar uit,’ zei Susan. In minder dan drie seconden had ik de blinddoek afgedaan. Ik moest even met mijn ogen knipperen om terug te wennen aan het licht. Toen ik zei dat mijn moeder ging overdrijven, was dat zacht uitgedrukt. Er stond een groot chique gebouw voor me. Het was een wit, modern uitziend gebouw met gigantische ramen met gebrandschilderd glas. Eigenlijk is het geen muur meer, maar een muur van ramen. Voor de grote ingang was een rode loper uitgerold, naast die rode loper hingen bordeaux rode ballonnen. En op die ballonnen stond in sierlijke cijfers: 17. Mijn mond viel open van verwondering. Mijn moeder die me afwachtend had aangekeken, kreeg een tevreden glimlach op haar gezicht toen ze mijn reactie zag. ‘Dit is nog maar het begin, je hebt de binnenkant nog niet gezien. Kom!’ zei Susan voldaan.

We liepen over de rode loper naar binnen, maar nog voor we de ingang hadden bereikt, verscheen Bradley. Ik wist niet waar hij plots vandaan kwam, maar ik was verrast dat hij er al was. ‘Hey,’ glimlachte hij en keek even om zich heen, om dan zijn blik weer op mij te laten rusten. ‘Ik ben duidelijk de eerste.’

‘Hey, Bradley,’ zei ik.

‘Het feest begin pas over een uur,’ zei Kobe.

Zijn mond vormde zich tot een O vorm.

‘Ik was aan het twijfelen of het nou begon om acht uur of om negen uur,’ klonk het niet echt overtuigend.

‘Het staat toch op de uitnodiging?’ zei Susan niet begrijpend.

‘Ja, maar ik was de uitnodiging thuis vergeten. Maar het adres waar het feest plaatsvond, was ik wonder boven wonder niet vergeten. Gelukkig maar. Ach ja.’

Er volgde een korte stilte, waarna mijn ogen naar het cadeau gingen dat hij in zijn handen hield. Het had een lichtpaarse verpakking en een gele strik. Maar wat me vooral opviel, was de grootte van het cadeau. Aan de vierkante vorm te zien gokte ik dat er een grote doos inzat. Maar wat erin zat? Ik had werkelijk geen idee!

‘Kom, je hebt de binnenkant van het gebouw nog niet gezien,’ verbrak Nina de stilte.

We liepen met zijn allen naar binnen en ik moet zeggen dat alles er peperduur uitzag. Het zag er zo chique uit, maar niet op een ouderwetse manier. Nee, het straalde een en al gezelligheid uit. Het eerste wat je zag wanneer je binnen kwam, was een mooie gouden luster dat aan het plafond hing. Het was echt een gigantisch en sierlijk kunstwerk. De muur had een zachtgele kleur en er hingen twee hypermoderne zwarte boxen aan de muur. Aan de linkerkant was een gezellig hoekje ingericht: een rode zetel met daarvoor een stevige houten tafel waarop een brandende kaars stond. En aan de rechterkant had je een bar. De bar had een gouden kleur en was versierd met een sierlijk bruin patroon. Boven de bar hing er een extra set sterke lampen, zodat er een opvallend licht over de bar viel. De bar zelf gaf ook licht. Wanneer je verder liep moest je drie wit lichtgevende, traptreden afgaan en dan pas werd het echt indrukwekkend.

Paarse lampen gaven de ruimte een mystieke gloed. Dit gaf meteen een sfeer om te feesten. De vloer was van hout en er stonden meerdere zetels. Dit keer lange zetels in een U vorm waar zeker tien man in kon gaan zitten. Bij elke zeten weer een bijpassende tafel met kaarsen. Als je verder liep had je een verhoogje. Het leek op een podium. Dit was dus de dansvloer. Daarboven schenen lampen in allerlei kleuren, zodat de dansvloer baadde in alle kleuren van de regenboog. Het was gewoon perfect.

Meteen omarmde ik Susan. ‘Dankjewel!’

Ik gaf Nina gelijk, dit ging het beste feest worden van mijn leven.

Mijn ouders waren even buiten wat aan het regelen met de huisbaas van dit pand en mijn zus Nina was even achteraan in het privacy gedeelte aan het checken of alle drank aanwezig was. Bradley en ik zaten dus alleen.

We zaten naast elkaar in een grote donkerrode  leren zetel.

‘Het ziet er echt super cool uit,’ gaf Bradley toe. Ik knikte instemmend en mijn ogen gleden automatisch naar het cadeau dat hij nog steeds vast had. Hij had mijn blik gevolgd. Want hij gaf het grote pak aan mij.

 ‘Maak open,’ zei hij en ik ontdekte pretlichtjes in zijn ogen.

‘Mam zei dat ik al de cadeaus pas mocht openen op het einde van het feest, maar wat maakt het ook uit. Het feest is nog niet begonnen.’

Ik nam het cadeau van hem aan, en had niet verwacht dat het zo zwaar zou zijn. Ik zette het op mijn schoot en ik scheurde het inpakpapier eraf.

Mijn mond viel open toen ik het dure cadeau zag.

Een naaimachine! En niet zomaar eentje, één met vele functies. Deze had zeker 800 euro gekost, schatte ik. Dit is een hypermoderne droom naaimachine voor ieder modeontwerpster, jong of oud.

‘Wow, Bradley!  Je hebt geen idee hoe blij je me maakt!’ Ik zette het cadeau voor me op tafel en sloeg mijn armen dankbaar om hem heen. Als reactie knuffelde hij me terug en drukte zich tegen mij aan. Toen we klaar waren met omhelzen, bleef hij me vasthouden aan mijn armen. Zijn gezicht was nog maar enkele centimeters van me verwijderd en ik las nervositeit in zijn ogen. Zijn ogen gleden naar mijn lippen, en voor ik het goed en wel besefte wat er gebeurde, drukte hij zijn lippen op de mijne. Mijn ogen sperden zich verschrikt wijd open, en ik was zo verbouwereerd dat ik even niet reageerde. Dat ik niet reageerde, nam hij verkeerd op. Dit zag hij als toestemming en hij drukte zich vol verlangen nog meer tegen me aan.

Bradley… kuste me?! Ik duwde hem snel van me af en keek hem met open mond aan.

Dit had ik echt niet verwacht. Al bijna vier jaar waren we bevriend en nooit had ik iets van zijn verliefdheid opgemerkt. Nee, we gingen altijd vriendschappelijk met elkaar om.

Bradley had ook niet verwacht dat ik hem zou wegduwen. Dat zag ik aan zijn gekwetste blik.

’W-waarom kuste je me?’ vroeg ik verbaasd.

Hij zette zijn bril eerst wat hoger op zijn neus voordat hij sprak: ‘Ik ben al een tijdje verliefd op je, en dacht dat jij diezelfde gevoelens met mij deelde. Je nam het altijd als enige voor me op als een van die rotzakken me weer een rotopmerking gaf. Ook Axel, maar jij nog meer. Ik… Ik dacht dat je verliefd op me was. Toen je me knuffelde zag ik dit als mijn kans om je te kussen.’

‘Dat bedoelde ik niet zo. Je hebt het verkeerd geïnterpreteerd. Ik bedoelde alles vriendschappelijk… Het spijt me Bradley, je bent een hele lieve jongen maar… Ik ben niet verliefd op je.’ Dat laatste zei ik met een schorre stem. Ik vond het zo rot voor hem, dat ik hem moest afwijzen, en hij hier waarschijnlijk gekwetst door zal zijn. Ik had verwacht dat hij begripvol zou reageren, maar in de plaats daarvan kregen zijn blauwe ogen iets donkers.

Zijn blik kreeg iets engs, iets terughoudends, maar ook iets dreigends.

‘Sorry,’ zei ik nog, hopend dat de blik uit zijn ogen zou verdwijnen. Maar blijkbaar maakte dat alles alleen maar erger.

Hij schudde zijn hoofd, alsof hij niet wilde geloven wat ik net had gezegd.

‘Nee. Nee. Nee! Dat kan niet. De liefdevolle blikken die je me altijd schonk. Je warme glimlach… En je bent niet verliefd op me?!’ riep hij nu. Was hij nu… kwaad?

Nog nooit had ik Bradley kwaad gezien. In de vier jaar dat ik hem kende, had ik hem nog maar enkele keren kwaad gezien. Maar dit was erger dan kwaad. Hij was woedend.

‘Sorry, maar ik kan er toch ook niet aan doen dat ik niks voor je voel?’ mijn stem ging een octaaf omhoog.

‘Je bent op Axel hé,’ zei hij al iets rustiger, maar zijn blauwe ogen leken wel een vuurzee. Dit had ik niet verwacht. Niks van dit had ik verwacht. De kus, zijn reactie op mijn afwijzing en dat hij mijn verliefdheid naar Axel toe doorhad. Ik ging hier niet over liegen, want hij had me toch door.

‘Ja ik ben op hem. Maar hoe weet je dat?’

Bradley schudde vol ongeloof zijn hoofd.

‘Ik snap het al. Axel is sportiever en mooier, is het dat? Ben je niet op mij omdat ik niet van de mooiste ben?! Jullie meisjes kijken ook alleen maar naar het uiterlijk! Denk jij soms dat je perfect bent? Je bent dik en je zwarte krullen staan je niet. Daarentegen draag je nog steeds dezelfde blauwe jurk als je gisteren. Vind je dat leuk? Dat ik je nu beoordeel op je uiterlijk?! Nee toch!’ ratelde hij in één stuk door. En ik keek hem beledigd aan toen hij me uitschold voor dik.

Mijn ogen knepen zich iets samen. ‘Ik val voor Axel zijn charmes en aardigheid. Ik kijk niet enkel naar het uiterlijk. Waarom denk je dat ikzelf zo weinig aandacht aan mijn uiterlijk besteed?! Maar nu zie ik hoe jij echt bent. Lelijk vanbuiten en lelijk vanbinnen!’

Nadat ik die laatste woorden had gezegd, had ik er al meteen spijt van. Dat had ik ook niet mogen zeggen.

Bradley balde zijn vuisten, als reactie pakte hij de naaimachine en gooide het met volle kracht door de ruimte. De naaimachine belande tegen een tafel met een kaars op. De kaars viel om, op de houten tafel. Er ontstond brand. Vanaf dat moment was mijn verjaardagsfeest officieel verpest. Door één enkel persoon. Een persoon waar ik het het minst van had verwacht. Bradley.

De huisbaas, een ene Ricardo, was helemaal uit zijn doen toen hij het brandalarm hoorde afgaan. Met geluk bleef de schade beperkt, want de brand was snel geblust. Maar heel het feest werd afgeschaft. ‘Vervloekte tieners! Ze zitten er amper een half uur alleen, en ze stichten al brand. Dit feest kun je wel vergeten! En de schade mogen jullie bovenop de huur betalen, want het is te laat om nog een andere klant te vinden!’ riep Ricardo.

‘Het was een ongeluk. We hadden ruzie en-‘ begon ik voor de zoveelste keer mijn uitleg. ‘Ik wil het allemaal niet meer horen. Ga weg van mijn terrein, kom.’ En hij wees naar de parking.

Adrenaline gierde door mijn aderen. Ik kon nog steeds niet goed vatten wat er daarnet gebeurd was. Bradley had zichzelf uit de voeten gemaakt wanneer de brand begon. Ik had het amper door, want al mijn aandacht ging naar het vuur. Ik wist niet waar hij nu was.

‘Het spijt me voor de brand. Maar u hebt niet het recht om mijn dochter af te snauwen! Als zij zegt dat het een ongeluk was, is het een ongeluk,’ siste Susan alvorens ze zei: ‘Kom, we gaan weg van hier. Van dat onmens!’ Na die woorden had mijn moeder zich omgedraaid en beende naar de auto, na een lichte aarzeling volgden we haar.

‘Je krijgt de factuur nog opgestuurd!’ riep Ricardo nog na.

Ongelooflijk. Ongelooflijk hoe deze leuke dag kon omslaan in een regelrechte nachtmerrie.

Mijn feest was één grote flop en ik moest moeite doen om mijn tranen in te houden toen ik terug dacht aan Bradley. En toen het tot me doordrong dat we allemaal mensen moesten afbellen, liet ik een bibberende zucht horen. Maar de meesten waren al onderweg naar hier, want het was twintig minuten voor het feest… Hoe had het zo uit de hand kunnen lopen?

Bradley

Ik keek naar de kleine foto dat ik met trillende handen vast hield. De linkerhoek was naar buiten geplooid. Ik streek de foto glad. Ik was woedend toen ik haar gezicht begon te bestuderen.  Haar zwarte krullen die los en speels alle kanten uitstaken. Haar gezicht dat helemaal open bloeide wanneer ze lachte. Maar vooral, haar bruine ogen die mij liefdevol aankeken. Zo keken ze. Ze was verliefd op me. Alleen wilde ze niet bij me zijn. En dat is de schuld van Axel. Nog iemand die me verraden had. In de plaats van bij mij, wou Janine bij Axel zijn. Axel. Ik kreeg een bittere smaak in mijn mond en spuwde vol afschuw op de foto.

Janine, mijn meisje. Axel had haar afgepakt. Weggenomen.

We waren een week later sinds de ruzie met Janine. In die ene week hadden mijn twee enige vrienden me laten vallen als een baksteen. Janine en Axel waren er niet meer. Ik was alleen.

De pesterijen gingen door. Verergerden zich nog. En dat was nog niet alles: Axel en Janine waren nu een koppel. Ik moest toezien hoe ze elkaar liefhadden, en op mij neerkeken.

Niet alleen had Janine me afgewezen en me belachelijk gemaakt. Ze liet me ook nog vallen.

Axel had ik nooit als een echte vriend gezien. Met hem bij me zouden ze me minder pesten.  Ik deed me wel voor als zijn vriend, maar ik heb hem nooit gemogen. En ik zag wel hoe hij naar Janine keek. Mijn vermoedens klopten, Axel was ook op haar. Ik haatte ze beiden. Zo erg. Zo hard. Ze zullen boeten voor wat ze me aangedaan hebben. Ik zal wraak nemen. Niet nu. Niet morgen. Ooit. Uit mijn aansteker kwam een felle helgele vlam, en wanneer ik het tegen de foto hield, ging deze al snel in brand. Janine en Axel gaan naar de hel.

Terug naar het heden

Hellen

Dezelfde bruine ogen. Dezelfde glimlach, maar dit keer had hij een misselijkmakende glimlach op zijn gezicht. Ongelooflijk. Onwezenlijk. Bradley was de mysterieuze jongen die samen met mijn ouders op de foto van het jaarboek stond!

‘Je… Je kende mijn ouders.’ Mijn keel voelde kurkdroog aan, daardoor klonk mijn stem heel schor. ‘Ja. Ik kende ze.’ Zijn glimlach verdween. Zijn mond was nu vertrokken tot een streep.

Nooit hadden mijn ouders verteld dat ze Bradley hadden gekend, dat ze er zelfs mee op school gezeten hadden.

‘Waarom heb je mijn familie vermoord? Je kende Janine en Axel, waarom heb je het gedaan? Ik heb het recht om het te weten,’ mijn stem trilde. Het touw dat in mijn polsen en enkels sneed, de woedende blik van Bradley, de dood van mijn familie, het werd me allemaal te veel. Ik probeerde me sterk te houden, want mensen zoals Bradley genoten van iemands leed.

Maar de tranen die achter mijn ogen prikte kon ik maar net tegenhouden.

‘Je moeder en ik hadden moeten trouwen. Maar ze liet me in de steek voor die o zo mooie Axel. Ze hebben me beiden verraden! Zogezegd waren ze mijn beste vrienden, maar ze bleken niet beter te zijn dan de rest,’ siste Bradley, die zijn geduld aan het verliezen was.

Alle puzzelstukjes vielen op zijn plaats. Bradley was verliefd op mijn moeder, maar mijn moeder heeft voor mijn vader gekozen. Hierdoor moet de vriendschap tussen Janine en Bradley stuk geraakt zijn, en hij had het haar duidelijk nog niet vergeven. Daarom was mijn familie nu dood. Omdat Bradley niet kreeg wat hij wilde.

Woede borrelde in me op. Woede en tranen.

‘Monster! Niet moeilijk dat mijn moeder niet voor zo’n psychopaat koos als jou! Je bent gestoord!’ schreeuwde ik en tranen van verdriet rolden over mijn wangen. Wat ik net had gezegd had bij hem duidelijk een gevoelige snaar geraakt. Ik had het beter niet gezegd. Zijn gezicht was nu vuurrood van woede. Hij nam mijn kaak vast met één hand en mijn keel met de andere. Zijn groot en sterk hand omsloot mijn keel en ik kreeg alle moeite om te ademen. En zijn ogen, ze hadden iets zwarts, kils, waanzin, duister, onmenselijks. Hij was geen mens. Hij was een monster. De altijd zo sterke Hellen, was nu doodsbang. Hij begon naar me te brullen. Zijn ogen helemaal open en zo vlak bij mijn gezicht, zodat er samen met zijn woorden speeksel op mijn gezicht kwam.

‘Axel en zij hadden nooit mogen samen zijn. Zij behoorde mij toe, mij! Jij had nooit mogen bestaan. Jij, je broer en zus zijn mislukkingen,’ antwoorde hij ziedend van woede.

Ik zei niks terug. Het zou hem enkel maar kwader maken en dan gingen dingen gevaarlijk worden. Terwijl hij zijn reeks van scheldwoorden verder zette, kneep hij mijn keel nog meer dicht. Piepend probeerde ik lucht in te ademen. En toen, stopte het plots.

Alsof de woede uit zijn lichaam stroomde. Bradley stopte met schelden en liet me los.

Ik moest even hoesten en probeerde mijn ademhaling onder controle te krijgen.  

‘Ik heb zin om je nu al van kant te maken. Maar ik moet geduld hebben… Nog eventjes,’ zei hij meer tegen zichzelf dan tegen mij. En toen drong het tot me door. Hij ging me vermoorden. Andric was mijn enige en laatste kans…

---------------------------------------------------------

Veel lezers hadden geraden waarvan Hellen Bradley herkend, voelt dat niet goed dat je dat hebt kunnen raden in dit verhaal vol onverwachte dingen? xD

Hoe dan ook, wat vonden jullie ervan? Dit was een heel belangrijk hoofdstuk, en ik hoop waarom nu duidelijk is waarom de familie van Hellen vermoord is. Hierna komt nog een stuk of 2-4 hoofdstukken en dan is het verhaal gedaan :) Ik heb dit hoofdstuk op de last moment af gekregen want morgen vertrek ik voor vijf dagen naar Barcelona.

Ook heb ik mijn best gedaan meer dingen te beschrijven, omdat ik dat te weinig deed in voorgaande hoofdstukken :p Ik hoop echt dat jullie dit een goed hoofdstuk vonden! Het einde heb ik gisteren om twaalf uur 's nachts nog geschreven. 

Ik weet niet hoe het komt, maar ik krijg 's avond's altijd zoveel inspiratie! 

Maar omdat ik zo lief was jullie een lang hoofdstuk te geven, gaan jullie dan zo lief zijn een leuke en lange comment achter te laten? ;)

En dit verhaal heeft al meer als 2.000 votes en bijna 40.000 reads! :O Echt, ik ben jullie zo dankbaar! Jullie zijn beter dan donuts en unicorns, en dat wilt al veel zeggen ^^

En nog iets, morgen is het een heel speciale dag. Niet alleen ga ik voor het eerst met een vliegtuig naar Spanje, ook zit ik morgen twee jaar op wattpad! Echt, ik hou stuk voor stuk van mijn geweldige fans en lezers! LOVE YOU GUYS! *groepsknuffel met alle honderden lezers en fans*

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro