H.19- de Wild draken
Snel ren ik naar beneden met Audrey en Vande achter me aan. 'Straks zijn we te laat' jammert Vande. 'Tja ik kan er weinig aan doen dat we te laat wakker werden' Zegt Audrey. Zonder nog iets te zeggen rennen we verder.
'Dit lijkt wel een eeuwigheid te duren. Ik wou dat we zo snel konden als een F.D.A.B' zeg ik klaaglijk.
Ik voel een tinteling na mijn woorden. Opeens voelt het alsof ik zo snel ren dat ik loskom van de grond. Snel stop ik met rennen. Ik kijk om en zie dat ik al aan de andere kant van de gang ben.
Snel rennen Audrey en Vande naar me toe. Ze kijken verbaasd. 'Je bent een.... Een... Een F.D.A.B.' zegt Audrey.
'Ik... Ik weet het niet. Maar hou me vast.' Ik pak ze stevig vast en ren door naar de les. Ik ga sneller dan ooit. Wat nogal logisch is. Dit is cool en raar.
Blade maak je gereed.
We komen echt bijna net op tijd aan.
Ik moet dit ook nog terug veranderen.
'Ik wou dat ik weer een F.D.E.B. was.'
Ik voel weer een tinteling. 'Ben ik weer normaal?' Ze knikken. We stappen de klas in. 'Jullie zijn net op tijd ga zitten.'
Snel gaan we zitten. Hij legt nog een paar dingen over de meeting uit.
Daarna lopen we naar de draken. Met de draken vliegen we erheen. Ik geniet er van. Ik zit op Blade en strek mijn armen. Ik geniet van de wind.
Ik vind het jammer dat we na 5 min. alweer moeten landen. Als we zijn geland lopen we naar de magiërs toe. 'Eindelijk. Schieten jullie nou nooit op?' zegt een magiër. 'Tss. Jullie gaan hier gewoon heen teleporteren. Wij bewegen tenminste nog.' 'De draak beweegt tenminste nog bedoel je zeker.'
'Ach jullie hebben geen idee wat dat tuig weegt. En dan alles sturen. In ieder geval doen wij meer moeite dan jullie.' Terwijl de leraren bezig zij met hun waarschijnlijk jaarlijkse grapjes kijken de leerlingen elkaar aan. Ik zoek een bekend gezicht tussen alle leerlingen.
'Nou jongelingen ga opzoek naar iemand om mee te oefenen.' 'Veel succes ermee en je weet wat je te doen staat.'
Het verschil tussen een magiër en een drakenridder: een magiër is sneller aardig en kent geen sarcasme.
Een drakenridder is heel duidelijk en ijzig en kent wel sarcasme.
Ik loop een beetje naar de buitenste rand en ga bij Blade zitten. Audrey komt naast me zitten. Na ongeveer een minuut komen er twee gestaltes op ons af. 'Audrey, Fay! Jullie leven!' Zegt Rey.
'Nee Rey dit zijn onze geesten' zeg ik.
'Huh. Hoe kan ik jullie dan zien?'
'Ze maakt een grapje. We leven nog.'
Audrey red Rey van een nog grotere afgang. 'Ara zulken we samen de opdrachten gaan maken?' 'Oké.'
Samen gaan we tegen Blade aanzitten.
Audrey en Rey gaan bij Regen zitten.
De opdrachten vormen een speurtocht.
Tenminste dat is de beste beschrijving.
We moeten een tocht maken door het bos. Met opdrachten van kleuter niveau. Zelfs een 6 jarige kan deze raadsels oplossen. Ze onderschatten ons echt heel erg. Zo werken Ara en ik snel door. Als we klaar zijn vertel ik haar over de afgelopen dagen. Ara verteld mij ook over haar dagen. Zo blijven we praten. Audrey en Rey komen er ook bij zitten. Ook zij vertellen over hun avonturen. Later komt Vande ook naar ons toe. Audrey en ik stellen haar voor. Rey wil meteen voorbeelden van haar gevechtsmagie zien. Rey laat op haar beurt wat meer normale magie zien. Ik neem Ara apart.
'Ara, luister even. Volgens mij had die spreuk meer effect dan je denkt.'
'Hoe bedoel je?' Nu let ze pas echt op.
'Je bent veel... Nou ja... Je bent veel meer in jezelf gekeerd. Je zegt gewoon wat je denkt. Meer wat je van een "duister" mens zou verwachten.'
'Ik weet het. Ik heb minder aandacht voor lessen. Ben veel brutaler. Ik zou me beledigd kunnen voelen, maar je zegt de waarheid. Als ik zoiets zou bestraffen.' Zo staan we in stilte te denken. Ieder in haar eigen wereld.
Daarna lopen we terug naar de rest.
We zijn er bijna als we geschreeuw horen. Van schrik staan we stokstijf. 'Iemand moet gaan kijken' zegt Rey.
'Ik ga wel. Misschien kan ik weer dat trucje met dat gedoe uithalen' zeg ik.
'Ik wou dat ik een I.D.A.B. was' zeg ik.
Ik hou mijn ogen dicht. Ik voel mijn huid weer tintelen. Als het is gestopt doe ik mijn ogen weer open. Ik heb een slanke bouw. Lichtbruin haar.
De puntjes van mijn haar hebben de camouflage kleuren. Ik glimlach licht.
Ik maak mezelf onzichtbaar. Ik ga tussen de bosjes lopen. Ik sluip rustig en nauwelijks hoorbaar naar het gegil. Ik kom aan bij de open plek waar we landden. Ik zie een stel donkere draken met berijders in donkere harnassen.
De grootste loopt naar voren.
De berijder begint te spreken. Eerst in een onbekende hypnotiserende taal. Vlug stop ik mijn vingers in mijn oren. 'Wij eisen jullie leerlingen op.' De man zegt het alsof het heel normaal is. Geschrokken staar ik hem aan. Nadat hij was gestopt met de rare taak heb ik mijn vingers uit mijn oren gehaald. Ik heb zijn woorden net gehoord.
'U wilt toch niet ook mijn leerlingen?!'
De magiër is heel wat feller dan onze leraar die dit zegt: 'oké.' De magiër keert zich nu ook naar mijn leraar.
'Geef jij zomaar je leerlingen weg aan dit?!' hij zegt het vol walging.
De man op de Wild dragon begint zich te vervelen. Hij begint in die rare taal te praten. De magiër geeft zichzelf over. Deze keer ben ik te laat. De stem klinkt mysterieus. Hij vertelt verhalen. Ademloos luister ik naar hem. Aan het einde van het lied ben ik net als ieder ander bij de open plek volledig in zijn ban. Hij vertelt een laatste verhaal dat we moeten uitvoeren. Ik sluip weg. Ik ben niet in zijn ban gekomen.
'Komen jullie het is veilig. We gaan zo vertrekken.' We lopen verder naar de open plek. Ik verander mezelf weer in een F.D.E.B.
Op de open plek klinkt zijn stem weer. Ook de anderen raken in zijn ban. Gehoorzaam lopen we naar een kooi. De draken krijgen grote metalen halsbanden. Ze worden aan de grootste wilde draken vastgemaakt. Ook krijgen ze een raar hoofdstel om dat ervoor zorgt dat ze hun mond maar een heel klein stukje open kunnen doen. Er zit leer over de rest van hun hoofd. Zo kunnen ze niks zien en niemand bijten. De poten krijgen ook metalen banden. Waarschijnlijk kunnen ze met die banden de poten aan elkaar binden. Daarna stijgen we op. De magie leerlingen zitten in een andere kooi.
-
Sorry dat ik al zo lang niets meer heb geüpload. Ik wist alleen niet meer hoe ik dit hoofdstuk moest afmaken.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro