Hoofdstuk 28
'Nee.' Lukes toon was onverbiddelijk.
'Nee?' vroeg Din ongeduldig. 'Hoezo "nee"?' Zijn vingers jeukten. Hij wilde niets liever dan zijn schip lostrekken van de bosgrond van Yavin IV en de ruimte in schieten. Hij wilde zich zo ver mogelijk verwijderen van alles.
'Nee,' herhaalde Luke, minder strijdlustig dit keer. 'Ik wil het niet hebben.'
'Op Tatooine zei je nog-'
'Op Tatooine!' herhaalde Luke licht honend. 'Op Tatooine! We zijn nu niet op Tatooine, Din!'
'Ik breng alleen Cobb naar huis.' Din haalde diep adem. Zijn tenen krulden zich op in zijn laarzen. Hij wiegde zachtjes heen en weer om zich in bedwang te kunnen houden, te kalmeren nu hij daar nog het hoofd naar had.
'Dat is niet waar!' Luke zag er boos een stuk minder jetti-achtig uit, al kon Din niet precies de vinger leggen op wat jetti-achtig dan precies was. 'Je gaat daarna ergens anders heen. Je bent iets van plan! Je bent altijd iets van plan!'
Din rechtte zijn rug. 'Dat is niet waar.'
'Welles!'
'Nee, Luke.' Hij kon het niet over zijn hart verkrijgen "echt niet" toe te voegen aan die woorden. Luke had gelijk: Cobb wegbrengen was helemaal niet het doel, was nooit het doel geweest.
'Ze maken je af,' fluisterde Luke, het contrast met zijn eerder zo luide woorden zodanig groot dat Din de opmerking bijna miste.
'Wie?' vroeg hij, wanhopig. 'Wie maken me af?'
'De Covert!' Luke gebaarde wilds met zijn armen. Hij begon nerveus heen en weer te lopen door de kamer. 'Je hebt het me zelf verteld, Din. Ze hebben je verbannen. Je bent een arutie.'
'Aruettii,' verbeterde hij zacht. 'En wie zegt dat ik naar de Covert ga?'
'Ik weet dat je naar de Covert gaat, Din. Daarvoor ken ik je te goed.
'Luke.'
'Die Mandalorians zijn niet je vrienden!'
'Luke, stop.'
'En ik dan? Ik dacht dat je om mij en de kinderen gaf.'
'Luke.' Hij was bijna geneigd zich op zijn knieën neer te laten vallen in een laatste wanhopige poging Luke te laten luisteren. Hij legde zijn hand op Lukes schouder, dwong de man te stoppen met ijsberen. 'Luke, luister.' Hij gebruikte zijn vrije hand om de helm van zijn hoofd te wippen, een duim onder de rand tot het beskar hoofddeksel van zijn haren gleed en achter hem op de stenen vloer kletterde. Hij vond Lukes zeeblauwe ogen die nerveus door de kamer dansten.
'Luke,' zei hij, langzaam, kauwend op ieder woord. 'Er is één laatste ding dat ik moet doen.'
Na de Covert had hij niet geweten wat hij met zichzelf aan moest. Hij was in een versie van zichzelf veranderd die hij jaren lang niet de ruimte had gegeven naar buiten te komen. Hij had altijd al doelloosheid ervaren; de Covert had die doelloosheid weten te sturen in richtingen die hen goed uitkwamen. Maar nu was hij vrij. Hij kon doen en laten wat hij wilde. Het universum was hem te groot geweest in die eerste momenten, maar langzaam begon hij in te zien dat het hem eigenlijk nog steeds te klein was.
'En kom je daarna terug?' vroeg Luke. Zijn ogen glansden waterig.
Din liet Lukes schouder los. Hij nam een stap terug. Het voelde alsof hij niet iemand was om zich voor altijd ergens te vestigen; een leven als lid van een groep Mandalorians die zich nooit langer dan enkele achtereenvolgende maanden ergens had opgehouden, had van hem een avonturier gemaakt, een man die niets liever deed dan door de ruimte zwerven.
'Din?' Luke keek angstig. 'Din, ik kan je leren hier gelukkig te zijn. We zijn samen al zo ver gekomen.'
Hij raapte zijn helm van de grond.
'Din?' vroeg Luke.
Hij beende de kamer uit, zette zijn helm op voor hij de tempel uit stapte zodat niemand iets van zijn gezicht zou weten af te lezen. 'We gaan,' bromde hij tegen Cobb die hem stomverbaasd gade sloeg.
'Wat?' vroeg Cobb.
'Din!' riep Luke over de glooiende grasvelden.
'Cobb, nu!' Cobb haastte zich sputterend achter hem aan.
'Moeten we geen gedag zeggen?'
Din schudde zijn hoofd. 'Dat heb ik al voor je gedaan.'
'Din!'
Hij beende de ramp op, zijn schip binnen. Hij haastte zich naar de cockpit, ramde op de knoppen terwijl hij zich in de stoel liet neervallen.
'Din!' Lukes geschreeuw viel weg tegen het gerommel van het schip dat onder zijn handen tot leven kwam. Hij trok aan het stuur. Het schip kwam los van de bosgrond. Hij stuurde haar neus richting de strakblauwe lucht en schoot de ruimte in.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro