Hoofdstuk 15
Trainingspak aan en mijn schoenen aan. Ik doe mijn staart in, maar laat de plukjes aan de voorkant iets losser, zodat ze de gigantische bult op mijn slaap bedekken. Na nog een keer mijn staart strak getrokken te hebben, verlaat ik het huis.
Ik wacht een paar minuten bij de afspreekplek van Mara en mij, maar na een tijdje ben ik er klaar mee. Ik snap überhaupt niet waarom ik wacht. Waarschijnlijk is ze al weggegaan voor ik aankwam. En anders, tja, dan moet ze maar niet zo laat komen.
In de trainingszaal ben ik de op een na eerste. Luciane is er al, ze zit op een van de houten banken aan de kant. Ik ga naast haar zitten. 'Hoi.'
Ze kijkt op. 'O, hé, hoi. Ik hoorde dat je je hoofd hard had gestoten en was flauwgevallen of zo. Hoe gaat het?'
Hoe weet ze dat nou weer? Heeft Mara dat verteld? Heeft ze ook over onze ruzie verteld? 'Het gaat wel, hoor,' zeg ik tegen Luciane.
'Oké. Mooi.'
Het blijft stil. Ik neem de zaal in me op. De wapens liggen in de rekken, net als op een andere trainingsdag. En dan raakt het me. Dit is de laatste keer dat ik hier ben.
In feite is het niet waar. Bij de uitslag van het Examen zullen we hier ook nog terugkomen, en misschien nog een keer voor de training als we al echte soldaten zijn. Maar ik zal nooit meer in de vroege ochtend messen gooien met Mara, onbezorgd en onschuldig als we waren. Die tijd is al voorbij, en na vandaag, na het Examen is mijn jeugd officieel voorbij.
Ik bijt op mijn lip. Misschien ben ik over een jaar allang dood. Word ik maar zeventien, omdat een ongelukkige politica heeft besloten dat ik in het leger moest.
Die gedachten duizelen me, maar geven me ook een soort vastberadenheid. Ik kan mijn lot toch niet laten beslissen door een of ander mens die ik niet eens ken? Het maakt niet uit hoe, ik ga dit overleven. Ik ga dit verdraaide Examen overleven en ik ga dat verdraaide leger overleven.
Mara komt binnen. Met de dodelijk blik die ze me toewerpt, zakt mijn vastberadenheid weg.
'Mara,' roep ik. Ik kijk vragend naar het plekje naast me, op de bank.
Ze doet alsof ze me niet ziet en gaat naast Nadia zitten.
Prima. Ik sta op en loop naar haar toe. 'Hé, Mara. Hoorde je me niet?'
'O jawel.' Ze kijkt me even uitdagend aan en begint dan weer tegen Nadia te praten. Ik ga dus maar naast haar zitten. 'Nooit geleerd dat dat onbeleefd is?'
Ze kijkt me met toegeknepen ogen aan. 'Onbeleefd? Onbeleefd is zeggen dat iemand jou laat stikken als die aan komt zetten met een bos bloemen. Terecht is als ik diegene vervolgens negeer.'
Ik zucht. 'Oké, prima, ik zat fout. Ik was gestrest, Maar, dat snap je toch wel?'
'Ik snap je best. Ik snap je heel goed zelfs. Want jouw wereld draait alleen maar om jou.'
'Alsjeblieft, kom op. Ik weet dat ik nare dingen heb gezegd en het spijt me. Vergeef me. Ik meende het niet.'
'Net zoals je deze excuses niet lijkt te menen.'
'Ik meen het wel, maar...' De woorden blijven steken. 'Oké, je hebt gelijk.' Met alles wat ik zeg lijk ik alleen maar egoïstischer. Alsof ik het alleen goed wil maken met Mara om mezelf een beter gevoel te geven. En misschien is dat ook wel zo.
Zodra eindelijk Bridget, de laatste, ook binnenkomt, kunnen we beginnen. Kiera legt ons alles snel uit. Samengevat moeten we tegen elkaar vechten. We worden in koppels gezet en gaan duels aan zoals zwaardvechten, maar ook wie het beste kan boogschieten, of een race. Ik hoop zo dat ik niet bij Mara kom.
'Diane en Lauren, jullie mogen naar het onderdeel vechten met wapens. Felicity en Talia mogen naar het onderdeel snelheid en behendigheid. Mara en Nadia gaan naar het onderdeel worstelen, Luciane en Amira gaan naar het richten en Luna en Bridget gaan naar het onderdeel kracht en cardio.'
O, fantastisch. Ik trek mijn staart strak en sta op. Onderdeel 5, kracht en cardio. Bridget loopt er ook naartoe.
'Hoi,' zeg ik maar.
Bridget maakt vlechtjes in haar blonde haar. 'Hai.'
Ik hef mijn wenkbrauwen. 'Zullen we beginnen?'
'Uh, tuurlijk.' We richten ons tot de jongen die ons moet begeleiden, een soort Dave 2.0. 'Hé, gast,' zegt Bridget. 'Gaan we nog iets doen of wat?'
'Ga je gang. De bedoeling van deze krachtmeting is een soort van fitness. We beginnen met...' Hij kijkt op zijn formulier. 'Push-ups. Wie er het meeste kan doen.'
Bridget kreunt en ik zucht.
Ik ga klaar staan en Bridget volgt mijn voorbeeld. '3, 2, 1 en gaan.'
Gefronst begin ik aan mijn push-ups. Het is de grootste marteling sinds tijden, afgezien van die keer dat ik iemand moest doden tijdens een HM. Daarna gaan we verder met sit-ups, die best goed gaan, totdat we er achterkomen dat die bij ons allebei goed gaan en we er nog tientallen moet doen om elkaar uit te schakelen.
We doen zo lang mogelijk de plank en squats.
Uiteindelijk win ik de eerste drie onderdelen en Bridget de laatste twee, waarmee ik dus deze ronde heb gevonden.
Bridget tikt nadenkend haar vinger tegen haar wang. 'Fantastisch gedaan, Luna.' Er flikkert iets van ergernis in haar blik. 'Nu nog zwaardvechten.'
Mijn hart zakt steeds wat verder in mijn borst als ik Bridget met een nijdig gezicht haar zwaard op zie pakken.
'Jammer. Ze zijn niet geslepen.'
Iets in mij zegt dat ze dat niet jammer vindt puur omdat de zwaarden dan zwaarder zijn, door dat scherpe toontje.
Nou ja, dankzij Bridget is hier geen gebrek aan scherpheid.
'En garde, Luna.' Bridget zwaait met haar zwaard.
Het grote probleem is dat Bridget wel goed is in zwaardvechten.
Ik hou mijn zwaard stevig vast met beiden handen, zwaai er voorzichtig wat mee om er controle over te krijgen. Het ding is ongeslepen inderdaad een stukje zwaarder.
De jongen, die zijn naam niet eens gezegd heeft maar ons met een bijna vals lachje opneemt, begint af te tellen. Op één schiet Bridget meteen vooruit, waardoor ik geschrokken terugdeins en onhandig de aanval blok, tot hilariteit van Bridget. Een tijdje staan we gewoon tegen elkaar te meppen. Dan zet Bridget een snelle stap naar voren, waardoor ze mij in het nauw gedreven heeft. Ik stap naar achter en sla haar zwaard met de mijne weg. Ze trekt hem echter zelf al weg om nog een grotere uitval te doen, naar mijn keel. Ik krimp stom ineen, me afvragend wat er gebeurt als het zwaard iets te ver door schiet.
Het zwaardpunt drukt in mijn keel terwijl Bridget zegt: 'En zo doe je dat, Luna.'
Oké. Ik doe een stap achteruit en een stap opzij, en ondertussen houd ik het zwaard in een diagonale positie voor mijn lijf. Om een kans te maken, moet ik gebruik maken van mijn voordelen. Hoewel veel mensen het zien als een nadeel, is mijn kleinheid daar een van. Ik ben sneller en behendiger dan veel anderen. Ik probeer wat meer beweging in ons spel te krijgen. Ik maar er een dans van. Na een tijdje komen de slagen in een soort ritme, in een soort verval. De kunst is om op precies het goede moment aan te vallen, totaal uit het ritme. Een verrassingsaanval, maar het is moeilijker dan het lijkt.
Een paar keer kom ik door, maar Bridget blijft een geduchte tegenstander. Ze heeft een bepaald soort venijn in haar slagen, een soort vastberadenheid om me te verslaan. Ik word er bang van. Dit is ook zeker de reden dat Bridget is gekozen voor het leger. In een individuele opdracht is er niets bijzonders aan haar, dan is ze best te verslaan. Maar als ze eenmaal gemotiveerd wordt door iemand, vooral in een duel, dan is ze meedogenloos. Ze is wraakzuchtig.
Ik raak uitgeput, maar het vuur in haar ogen is nog steeds niet gedoofd. Ik begin te verzwakken en haar klappen blijven maar raak. Ik ben blij als de tijd eindelijk om is. Natuurlijk is Bridget de winnaar van deze ronde.
'Zo.' Bridget steekt het zwaard in zijn huls. Opeens ziet ze er weer normaal uit, met plukjes haar die donker van het zweet aan haar hoofd plakken. 'Dat was leuk.'
Mijn antwoord is een licht gehijg. Mijn rechterarm doet enorm veel pijn en ik heb nog steeds een akelig gevoel bij mijn keel, waar Bridget het met haar zwaard raakte, al zit er geen wond of iets dergelijks.
'Wat nu?' vraagt Bridget met enige wraakzucht in haar ogen.
Ik kijk naar de ijzeren knotsen en ben ontzettend opgelucht dat die niet gebruikt mochten worden. 'Snelheid en behendigheid of zo?'
Bridget likt haar lippen. 'Goed gedaan, met dat zwaardvechten,' zeg ik, omdat ik hoop dat die woorden haar fanatisme iets temperen.
Ze geeft me een schuin glimlachje. 'Dank je, Luna.'
Ik zuig mijn wangen naar binnen. Wat zij kan, kan ik ook wel.
De volgende opdracht is eigenlijk een gigantisch parcours. Een hindernisbaan met rechte stukken rennen, hordes, klimmen, kruipen en balanceren. Het ziet er tegelijkertijd angstaanjagend als opwindend uit.
Ik ga klaar staan, trek mijn staart strak en strik mijn veters in een dubbele knoop. De jongen telt af. Volgens mij start Bridget te snel. 'Hé,' roep ik. Niemand doet iets en Bridget loopt stug door.
Dat was niet slim, denk ik vastberaden, terwijl ik het tempo al vast opvoer. Nu ben ik echt pissig. Ik passeer Bridget al gauw en minder dan wat vaart. Ik weiger dan misschien nu nog te verliezen, maar ik lig nog minder graag op de grond voor de finish, omdat ik te uitgeput ben.
Soepel spring ik een paar hordes, totdat ik er een met mijn knie schamp. Er schiet een steek door mijn knie. Ik vertrek mijn gezicht uit frustratie.
De volgende hindernis is een tunnel waar we doorheen moeten kruipen. Er zijn twee tunnels, zodat we er allebei tegelijk door zouden kunnen.
Ik duik naar de grond, zo snel dat ik mezelf op moet vangen met mijn handen. Niet over nadenken. Mijn armen schaven over de asfalten vloer. Als ik weer ren, wrijf ik over mijn gerimpelde ellebogen.
De klimmuur. Ik hoop maar dat Bridget er ook niet goed in is. Ik klamp me stevig vast aan de hengsel. Daarna klim ik in de touwen. Ik knijp mezelf vast met mijn benen in de touwen gewikkeld. Daarna verplaats ik mijn gewicht en slinger het touw zo een beetje naar het volgende touw.
Ik kijk naar beneden, naar de diepe zwarte grond. Als ik val dan breek ik zo'n beetje al mijn ledematen.
Ik grijp met mijn rechterhand het volgende touw vast, en als ik het stevig vast heb, ook met mijn linkerhand. Mijn benen trek ik los uit het eerste touw. Eventjes bungel ik alleen aan mijn armen aan het touw.
Een zwarte vlek doemt op voor mijn ogen. Ik hap heel diep naar adem en zet mijn benen in het volgende touw.
Misselijk.
Nog een touw. Nog een touw. Ik ben echt doodsbang dat ik val.
Duizelig van de zenuwen laat ik me uiteindelijk van het touw een platform op glijden. Ik zie dat ik nog steeds een voorsprong heb op Bridget. Ik volg nog een stukje van het klimparcours, om daarna op de grond verder te rennen.
Nu heb ik haar. Haar achterstand is te groot om mij nu nog, tijdens het rennen, in te halen.
De opluchting is groot als ik over de finish loop, maar bij Bridget lijkt haar nijdigheid nog groter.
We moeten weer vechten, maar dan zonder wapens, en dat vind ik eigenlijk nogal vervelend, want ik heb liever niet dat Bridget haar handen om mijn nek legt als ze in deze staat is.
Gelijk als het startsein is gegeven bespringt ze me. Ze werkt me naar de grond. Ik probeer uit haar klem te komen en spartel er op los. Af en toe lukt het me bijna, maar Bridget is slim en snel genoeg om me weer vast te zetten. Na een tijdje heeft ze mijn armen omlaag gedrukt, een met haar been en een met haar arm. Met haar andere arm tast ze naar mijn keel. Ik weet wat dit zou betekenen als ik de vijand was en Bridget een mes had. De dood.
De tweede ronde gaat makkelijker. Ik ontwijk Bridget en tackel haar, zodat zij nu degene is die op de grond ligt. Zij klauwt met haar handen naar mijn nek en dat is vervelend. Met mijn schouder duw ik haar handen naar een kant. Nu ben ik degene die haar handen om iemand zijn nek zet.
De laatste pot is echter een stuk ingewikkelde. Het duurt een tijd voordat we onszelf de grond op gewerkt hebben, en ook dan kunnen we elkaar niet in een houdgreep houden. Ze hangt boven me, en ik kruip weg. Tot ik een pijnscheut in mijn arm voel.
Ik kijk naar achter, waar Bridget mijn arm heeft vastgeklemd. Ik trek, maar hij komt niet los. De pijn wordt alleen maar erger.
Ze draait mijn arm in het rond, waardoor er vlekken verschijnen voor mijn zicht en ik me misselijk voel.
'Als je opgeeft, hoef je het maar te zeggen,' fluistert Bridget in mijn oor.
Nee. Ik kan niet zomaar opgeven, niet na zo'n partij. Ik wil op z'n minst beter zijn dan één iemand in deze groep.
De zaal vervaagt. Ik zie dubbel. Er liggen twee keer zo veel matten en er zijn twee Laurens in twee identieke bomen aan het klimmen.
'Oké,' hijg ik.
'Sorry, wat zeg je?'
'Ik... Geef op.'
Meteen verdwijnt de druk van mijn arm. Eindelijk durf ik weer uit te ademen. Voorzichtig ga ik overeind zitten. Ik wrijf over mijn rode arm, waarop Bridgets handafdruk duidelijk te zien is. Ik kijk om me heen en zie Mara naar me kijken. Snel en beschaamd wend ik mijn blik af, maar als ik opnieuw kijk, zie ik haar nog steeds kijken. En dan, heel bescheiden, lacht ze een beetje naar me.
Ik staar naar haar in een poging te ontdekken of het een sarcastische of sadistische glimlach is, maar hij is werkelijk oprecht. Dus lach ik terug.
Het laatste onderdeel is richten, en dat ligt mij, dus ik ben niet al te onzeker als ik een boog pak en een wedstrijdje boogschieten houdt met Bridget. Ik win met 5 punten verschil.
Bridget wint met het speerwerpen, hoewel ik dat officieel niet bij het onderdeel richten vind horen. Maar goed, de hoop is nog niet verloren, want we hebben nog de messen. Ik geniet van het gevoel van dat scherpe maar lichte mes in mijn hand. Veel handiger dan zo'n zwaard.
Losjes gooi ik het mes, in een ruime beweging langs mijn arm, totdat mijn arm recht gestrekt is op het doelwit. Dan laat ik het gaan. Ik houd van het verlichte gevoel zodra het mes mijn hand verlaat.
Ik win. En met dit onderdeel win ik ook de wedstrijd van Bridget. Ik bijt op mijn lip om een glimlach te onderdrukken. Ik had me geen zorgen moeten maken. Deze dag kan zomaar eens mijn Examen redden. Nog nooit leek een toekomst in het leger zo helder.
En toch voel ik bitterheid. Ik kijk hoe Kiera de wapenrekken allemaal aan de kant duw.
Het is over. Het is klaar. Ik kan hier nooit meer messen werpen, ik kan hier nooit meer een zwaardgevecht verliezen. Ik bijt op de binnenkant van mijn wang.
Mijn jeugd is officieel voorbij.
~O~
YAAY. EINDELIJK KLAAR MET HET EXAMEN. Nu kan het pas echt beginnen.
Ik ben de laatste tijd overigens ook druk bezig met wat andere, privé-verhalen, die ik misschien wel eens op Wattpad ga zetten, maar die ik nu eerst aan het uitwerken ben. Eentje is een fantasy, en daar ben ik momenteel ook mee aan het werk.
O, en ik stond laatste op #2 in science-fiction. Dus opnieuw, dank je wel, jij dappere lezer, en vooral een dank aan alle stemmers. Het is misschien iets kleins, maar ik word er echt heel blij van <3
xRosa
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro