Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

Hoofdstuk 10

Daar sta ik.

Alles om me heen is dezelfde bloederige kleur. Ik kan het bloed zelfs ruiken, ik kan het horen ruisen en ik proef de ijzerachtige smaak van bloed.

Het is afschuwelijk.

Kronkels verspreiden zich onder het bloed en vormen een lange gedaante. Ik leg een pijl aan in mijn boog en span, richt, schiet.

De pijl komt terecht in een van de uiteinden van de het gedaante. Een zwart geschubde kop duikt op, druipend van het dikke bloed. Een gigantisch, slangachtig beest vindt zijn weg naar mij. Ik probeer me te verroeren, maar het dikke bloed zorgt ervoor dat ik vastkleef aan de grond.

Het beest, eenmaal bij mij aangekomen, steekt zijn gespleten tong uit en doet zijn mond open, een geluid producerend dat een mix is van een grauw en gesis.

Een zwaard. Ik heb een zwaard nodig.

Ik pak mijn mes omdat ik geen andere keuze heb. Ik kan hem werpen, maar ik heb er maar een van. Ik weet zeker dat het de bedoeling is om een zwaard te gebruiken tegen dit beest, het zwaard dat je na die vogels hoort te krijgen.

Ik vervloek mezelf omdat ik die panter niet goed genoeg had verslagen om een boog te krijgen, waardoor ik de vogels niet goed genoeg kon verslaan voor een zwaard. Hoe onhandig ik ook met zwaarden om kan gaan, als ik met dit mes aanval bijt dit beest mijn hand eraf.

Goed, geen mes. Ik gebruik mijn boog. De boog die eigenlijk van Diane is. Ik vraag me af hoe boos Diane momenteel op me zal zijn.

Focus.

Ik visualiseer een klein cirkeltje rond mijn pijl dat steeds iets meer ineenkrimpt, tot ik precies op het oog heb gericht.

Raak.

De bek van de slang opent zich weer. Hij komt steeds dichter bij, alsof hij me op wil eten. Ik ruik zijn zware, stinkende adem. Dus doe ik wat ieder wanhopig mens zou doen: ik schiet de pijl in zijn bek, door het hangende stuk voor zijn keel.

Iets zwarts flakkert in zijn ogen. Zijn kop valt op de grond en hij vervolgt zijn weg glijdend, als een echte slang.

Ik probeer een pijl door zijn andere oog te schieten, maar mis een paar keer. Uiteindelijk lukt het me en begint zijn neus te trillen. Snuivend weet hij zijn weg naar mij te vinden.

Ik veeg wat zweet van mijn voorhoofd en veeg mijn klamme hand af aan mijn broek. Een pijl schiet ik door zijn neusgat.

Bloed valt naar beneden. Mijn haar voelt een stuk zwaarder. Ik wrijf de dikke substantie uit mijn ogen. Het druipt van mijn neus en ik ruik het, sterk, sterk, sterk. Ik probeer nog een pijl te schieten, maar hij is te zwaar en niet goed in balans. Een druppel bloedt komt in mijn mond terecht.

Ik voel me duizelig, niet in evenwicht. Kokhalzend zak ik neer op de grond. Na drie keer braken komt alles wat ik gisteren heb gegeten er uit. Het wordt vermengd met bloed. Alles is rood, rood, rood. Het begint te duizelen. Ik braak, zak door mijn voeten en braak weer.

Ik til mijn hand op en tast naar mijn bebloede boog. Ik veeg het bloed van een pijl af en leg hem in de pees. Alles voelt vies, als een vreselijke nachtmerrie waar uit ik wil ontwaken. Onbewust houd ik mijn adem in. Als ik mijn pijl door het andere neusgat van de slang schiet, adem ik uit. Een bloeddruppeltje schommelt heen en weerhangend aan mijn neus. Het beest vervaagt in die afschuwelijke zwarte pixels. Alles om me heen wordt lichter, stralend wit. Ik bestudeer mijn handen, maar het bloed, dat eerst nog mijn nagels kleurde, is onder mijn nagels vandaan. Met een rillerige zucht laat ik me neervallen.

Zware golven vermoeidheid stromen door mijn lichaam. Ik zweef, ik voel het. En nu accepteer ik het. Tevreden doe ik mijn ogen dicht, om te worden verzwolgen door een vreemd wit licht.

***

Ik snuif de klinische ziekenhuislucht op. Niets ruikt zo naar mijn moeder, naar thuis en naar Zoë dan deze lucht. Op deze plaats, waar het dan ook is, voel ik me veilig.

Ik ben niet alleen. Naast me ligt Amira, ik zie Mara, en helemaal in de andere hoek ligt zelfs Diane. Niet iedereen is wakker, maar zij wel. Ze vangt mijn blik op en vormt met haar mond een woord. Pas na een paar keer herhalen snap ik dat ze mijn boog probeert te zeggen.

Sorry, mime ik terug.

Ze steekt haar middelvinger naar me op.

Met een zucht laat ik me weer op mijn bed vallen. De kussens zijn lekker donzig. Aangezien ik toch niets te doen heb knijp ik mijn ogen dicht, in de hoop dat ik de slaap die ik gisteravond heb gemist weer in kan halen.

Een tijdje lig ik daar, doezelend. Ik word uit mijn toestand opgewekt door mijn buurvrouw, Amira. Zij is kennelijk ook wakker geworden, maar begint een beetje warrig te praten.

Ik draai me naar haar om. 'Gaat het?'

Ze trekt haar lange zwarte vlecht los. 'Waar ben ik in vredesnaam?'

'We zijn in een ziekenzaal.'

Amira haalt haar neus op. 'En zie ik er ziek uit?'

'Ik weet het, maar...'

'Nee, zie ik er ziek uit?' vraagt Amira dwingend.

'Nee,' zeg ik onwillig, als is het maar om van Amira's gezeur af te zijn. Amira kan heel erg drammerig zijn als ze wil.

Amira zucht. 'Wat een onzin is dit. Ik kan niet wachten tot het Examen voorbij is.'

Dat beaam ik. Tot de bekende angst op komt zetten. Aarzelend wrijf ik over mijn neus. 'Wat zou jij eigenlijk doen als jij niet zou slagen voor het Examen?'

Een flits van angst, verbazing schiet over Amira's gezicht. Weet zij het? Ze corrigeert zich snel. 'Ach, dat gebeurt niet. Vast niet.'

'Maar... Wat als?'

Amira's ogen worden groter. 'Is dit een strikvraag?'

Ik krijg het warm onder de dekens. 'Je... Weet jij het?'

'Luna,' sist Amira. 'Niet hier. Hier kan iedereen ons horen, hier hangt misschien wel geluidsapparatuur. Doe me een lol en heb het hier nooit met iemand over, of...' Amira maakt een krakend geluid en trekt haar hand langs haar keel.

Ik leg mijn hoofd iets te hard op mijn kussen neer, bijtend op mijn lip. Langzaam rolt het besef binnen dat mijn jeugd definitief voorbij is. Ik ben niet meer veilig. Niet hier. Nergens. Er zijn zoveel manieren waarop ik kan sterven. In het leger, in Hiems bij de mensenproeven, en als men erachter komt dat ik die informatie weet, word ik vast ook weer op een nare maar efficiënte manier afgemaakt.

Doden of gedood worden. Het zou geen keuze moeten zijn.

Ik ben een monster.

De deur kraakt; ik veer overeind. Een verpleegster komt binnen. Ze maant de zacht pratende meiden tot stilte. 'Zoals jullie weten,' begint ze, 'zijn jullie net klaar met een Examenproef. Ik ga jullie allemaal even controleren en als jullie zijn goedgekeurd, mogen jullie naar huis.'

Bridget steekt haar hand op. De verpleegster merkt het niet op, of ze weet de betekenis er niet van. Vermoedelijk omdat ze geen reactie krijgt, neemt Bridget zelf het woord. 'En wat als we afgekeurd worden?' Met haar opengesperde, ietwat onnozele blauwe ogen kijkt ze de verpleegster aan.

De verpleegster tuit haar lippen. 'Wel, dat is niet te verwachten, maar in dat geval moet je nog even hier blijven tot alles weer in orde is.'

Bridget strijkt knikkend een asgrauw blonde lok achter haar oor. 'Ik voel me in ieder geval prima.'

'Laten we dan maar met jou beginnen,' zegt de verpleegster, een klein glimlachje dansend om haar lippen. Ze loopt op Bridget af. 'Je arm, alsjeblieft.'

Voor Bridget het weet, heeft ze een naald in haar arm. Ze slaakt een kreet. 'Wat...' Iedereen kijkt toe hoe haar bloed de spuit vult. Ik leg mijn hand tegen mijn bonkende slaap. De slang, het bloed, opeens lijkt het heel dicht bij. Adem in, adem uit.

De verpleegster laat een druppel bloed op de scanner vallen. Ik wend mijn blik af, klaar met alles wat met bloed te maken heeft.

Ik ben als de op een na laatste aan de beurt, maar Mara blijft op me wachten. Ik glimlach naar haar. Ze zwaait en glimlacht terug.

Ik houd mijn adem in zodra de naald zich in mijn huid boort. Niet aan denken, en al helemaal niet kijken. Ik concentreer me op de witte lamellen bij het raam en de kronkels in de deken. Mijn oren beginnen te suizen.

'Je bloed zelf is oké,' vertelt de verpleegster me. 'Nu je bloeddruk.'

Ze bindt een donkerblauwe band om mijn arm, die ze strak aantrekt. Met een druk op de knop wordt mijn arm samengeperst. Weer houd ik mijn adem in. Dit doet geen pijn, dit is niet erg, houd ik mezelf voor. Stel je voor wat er gebeurt als je een mes in je hart krijgt.

'Je mag gaan.'

'Dank u wel.' Ik gooi de dekens helemaal van het bed af en wandel naar Mara, die lachend tegen de muur staat aangeleund. 'Ik moet je zoveel vertellen!'

'Ik jou ook! Hoe ging het? Was jij ook aangevallen door zo'n panter in het begin?'

'Ja. Ik kreeg een katapult.'

'Echt waar?' Mara giechelt. 'Ik kreeg een boog.'

'Ja, Diane ook.'

'Natuu- wacht, wat? Hoe weet jij wat Diane kreeg?'

'Oké, hou je vast.' Ik duw de deur van de ziekenhuisafdeling open. 'Ik kwam Diane tegen. We hebben de avond en nacht met elkaar opgetrokken.'

Mara's wenkbrauwen vormen een diepe V. 'Jij en Diane? Moet ik nu jaloers zijn? Wat hebben jullie dan gedaan?'

'Gewoon, eten gezocht. Diane heeft me geholpen met jagen, en ik mocht haar boog lenen, die ik overigens nooit heb terug gegeven. Het was best fijn, hoor. En Diane had naast haar boog ook een zwaard.'

'Ik ook,' zegt Mara uitgestreken. 'Dat maakt je niet per se een held of zo.'

'Nou, jij bent wel een held.' Ik geef Mara plagerig een duwtje. 'Hé, maar ben jij verder nog mensen tegen gekomen?'

'Nee. Ik heb geen nieuwe hartsvriendinnen gemaakt tijdens het Examen.'

'Ah, Maar. Kom op! Diane is, nou ja, kan nog steeds een kreng zijn. Alsof ik haar ooit zou inruilen voor jou.'

'Dat valt niet te hopen. Zullen we naar mijn huis toe?'

***

'Thee?' Mara zwaait met een theezakje.

'Graag.' Ik ga zitten aan de keukentafel.

'Komt eraan. Volgens mij heb ik eindelijk weer een beetje mijn eetlust terug na de bloedslang. Ik denk niet dat ik ooit weer normaal bloed kan zien.'

'Nou, dat kan je anders niet hebben in het leger,' zeg ik grimmig. 'Als we het überhaupt halen, hoewel dat voor jou geen probleem zou moeten zijn.'

Mara zwijgt.

Het schiet me weer te binnen. 'Trouwens, Amira weet het ook. Van...' Ik demp mijn stem, 'Hiems.'

'Wat? Hoe weet je dat?'

'Ik vroeg haar wat ze zou gaan doen als ze het Examen niet zou halen, en toen vroeg ze of het een strikvraa...'

'Je deed wát?' Mara zet agressief een kop thee op het aanrecht. De thee klotst over de rand en maakt vlekken op het witmarmeren aanrechtblad. 'Waarom vroeg je dat, idioot?'

Ik haal mijn schouders op. 'Ik weet het niet. Ik voelde me gewoon onzeker en ik vroeg me oprecht af wat Amira zou doen. Toen draaide ze erom heen en zei dat ik het er met niemand over moet hebben.'

'Gelijk heeft ze. Dat was ongelofelijk stom van je, Luna. Voor je het weet word ik er mee in verband gebracht, en dan mijn zus.'

'Amira is echt niet een spion of zo,' bijt ik terug.

'Hoe weet je dat? Haar ouders zitten allebei in het leger, tenminste, haar vader doet administratief werk.'

'In ieder geval, het is toch niet jouw probleem? Ik ben degene waarvan ze het weet, van jou weet ze niets. Ik kan toch net zo goed zeggen dat ik het van mijn moeder heb in plaats van jouw zus? Ze doen allemaal soortgelijk werk.'

Plotseling lijkt het alsof ik een klap in mijn maag krijg. Wat als mijn moeder het al wist?

'Ja, en je bent natuurlijk bereid je moeder voor mijn zus op te offeren,' antwoordt Mara venijnig.

Ik zucht. 'Laten we er gewoon over ophouden. Dit is helemaal niet het geval, en ik beloof je dat ik niets meer zal zeggen.'

'Hm, oké.' Mara komt met twee kopjes thee en een koektrommel aan tafel zitten.

Ik verwarm mijn handen aan het kopje, een fijn gevoel van warmte pulseert door mijn vingers. 'Ik moet je nog iets groters vertellen.' Mijn hand zweeft boven de koektrommel. Ik twijfel tussen een mini-stroopwafel of een bitterkoekje, maar neem toch de stroopwafel. 'Gisteren, nee, eergisteren was mijn moeder de hele nacht weg.' Ik vertel kort over haar geheimzinnigheid en de aantekeningen die ik vond.

'Terrorisme?' vraagt Mara iets te luid.

'Wees eens stil!' sis ik. 'En ja, er stond duidelijk terrorisme-beveiliging. Het gevaar was code rood.'

'Dat is vaag.' Mara zet haar tanden in een speculaasje.

'Vertel mij wat. Mijn moeder blijft het maar ontkennen, het is gewoon...' Eng.

'Ik zou je er nu niet druk over maken, je hebt er niks aan. Als het echt ernstig wordt, dan vertelt ze het wel, of je komt er achter via het nieuws.'

'Ja, misschien heb je gelijk.' Ik schraap mijn nagel het stroop van de stroopwafel. 'Het is meer dat ik het stom vind dat ze mij echt niet lijkt te vertrouwen.'

'Ze zit in de beschermfase. Ze realiseert zich nog niet dat jij binnenkort ergere dingen mee gaat maken dan zij.'

'Dat helpt.'

Mara lijkt iets weg te slikken. 'Ik zeg dit niet graag, hoor, maar het is nou eenmaal de waarheid. Sommige dingen moet je gewoon accepteren, en je toekomst is daar een van.

Ik snuif. 'Je lijkt mijn moeder wel.'

'Heb je er wel eens over na gedacht dat je moeder wel eens gelijk kom hebben?'

Ik klem mijn kiezen op elkaar, wetend dat Mara — en mijn moeder — gelijk hebben. Ik leg mijn handen gespreid op tafel. Angstig. Wanhopig.

'Hé, weet je wat?' Mara veert overeind, vermoedelijk om de stilte te verbreken. 'Ik ga morgen met Nadia, Luciane, en Felicity naar het winkelcentrum. We gaan jurken kopen voor het eindgala.'

'O. Wacht, wat? Met hén?' Ik rimpel mijn neus.

'Ja. Zo erg zijn ze niet. Ga je mee?'

'Ik weet niet eens of ik het wel haal, het Examen. Als ik niet slaag kan ik niet naar het eindgala.' Ik probeer het zo nonchalant mogelijk te zeggen, maar mijn stem slaat toch over.

'Ga gewoon mee. Je haalt het toch wel. Het eindgala is de enige gelegenheid waarbij we van Kiera een jurk mogen dragen.'

'Ik hou niet eens van jurken. Ze schuren aan je middel, schieten omhoog en bovendien past het niet bij mijn lichaam. Ik heb er geen goed figuur voor.'

'Meen je dat? Goed, als je niet wilt, dan niet.'

Ik slik. Het feit dat Mara er zo onverschillig over doet, doet best pijn. De gedachte dat ze met het kliekje van Felicity naar het winkelcentrum doet is onverdraagbaar. En dan zegt ze tegen míj dat ik nieuwe hartsvriendinnen aan het maken was.

Dus ik zeg: 'Vooruit, ik ga mee.'

~O~

Hierbij moest ik denken aan de bloedprik die ik vandaag kreeg. Ik kan niet tegen bloedprikken en ik ben een keer flauwgevallen. Vandaag gelukkig niet, maar ik werd wel heel misselijk en duizelig. Verder denk ik niet dat jullie op deze informatie zitten te wachten.

xRosa

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro