17. Sarah
Ik kijk Sjoerd dankbaar aan en kijk dan een andere kant op. Sjoerd lijkt te merken dat ik eigenlijk wil zeggen dat ik honger heb, maar dat durf en doe ik niet. Ik zal dat nooit vragen, niet meer. Sjoerd loopt naar de keuken en maakt daar een broodje klaar met wat te drinken. Ik geloof dat dat drinken melk was ofzoiets. Eigenlijk weet ik het niet eens meer zeker na wat er 23 jaar is gebeurd. Ik ben het gewoonweg vergeten.
'Hier,' komt hij teruglopen met een bord met daarop een broodje kaas. Het glas melk zet hij op het bijzettafeltje die voor de bank staat. Ik kijk hem dankbaar aan en neem dan een hap van het broodje. Het voelt zo gek om dit nu te eten, in plaats van kaal oud brood met niks erop. Het is wennen, maar ik weet zeker dat ik er op een gegeven moment wel gewend aan zal en kan raken. Mijn lichaam moet dit eten ook weer accepteren. Ooit zal het wel weer goedkomen, bedenk ik bij mezelf. Ooit zal ik alles wel weer vergeten wat er in die 23 jaar is gebeurd, ook al weet ik dat de kans heel klein is dat ik dit allemaal zal kunnen vergeten.
'Het komt goed Sarah,' zegt Sjoerd geruststellend en ik knik heel langzaam, maar ik weet dat het niet meer goed zal komen.
Ik heb de hoop allang opgegeven. De hoop die ik had is weg.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro