inzending schrijfwedstrijd
Ik had maar besloten om dit online te posten. Dit was voor een schrijfwedstrijd van vorig jaar dat niet door ging.
Ik was weer eens mijn sleutels kwijt. Ik dacht dat ik ze in mijn tas had waar mijn zonnebril in zat? Misschien waren ze in die kamer. Ik opende de deur.
Bij de hoek van de kleine kamer bevond een houten kast. Naast het kast was een kleine tafeltje waar een computer op stond. De scherm van de computer stond aan en er gloeide blauw licht. Een vreemde geluid alsof een radio een storing had, alleen was hier nergens een radio. Het kwam vast door de pc. naast de computer stond een pak of koekjes op tafel die open stond. Er drong iets tot me door. Er klopte hier iets niet. Voor wie waren die koekjes? En waarom stond de computerscherm aan?
Ik kon nog herinneren de momenten op ballet toen ik op spitsen danste. Hoe lang geleden was het wel niet dat ik had gedanst? Ook al deden die spitsen pijn en had ik vaak wonden op mijn tenen. Het was een van de weinige keren dat ik meer van ballet ging houden. En mijn bff was er zelf ook bij die een armbandje voor me gemaakt had waar een figuur van een paard, leeuw erop zaten. Ze had vaak een lippenbalsem bij zich die ze me aanbood. Nu besefte ik dat het onhygiënisch was het delen van lippenbalsem.
Ik was weer in het hier en nu van een gekraak. Mijn nek haren gingen recht overeind van het geluid achter me. Ik draaide me met een ruk om. Hat was maar de deur die zo kraakte. Nergens om me zorgen te maken. Hij was tenminste niet hier.
Ik kon zelf niet geloven na alles dat hij... Ik slikte de brok van mijn kil weg. Het was weken geleden dat het gebeurde. Ik kon het nog goed herinneren de beelden die voor altijd op mijn netvliezen staan.
Hij die me meenam naar het park. Hij die die eekhoorntjes met nootjes voerde. Een fijne moment, dat snel om sloeg.
Er gebeurde toen iets gruwelijks. Hoe kon hij zo wreed zijn. Er kleefde bloed van de eekhoorn op de nootjes die op de grond lagen. Zijn blik was èèn en al kil en emotieloos.
Mijn hart maakte een sprongetje. Ik zag weer dezelfde blik zoals in het park. zijn rug leunde tegen de deurpost van de kamer.
'Zoek je soms naar dit?' Hij hield de sleutels tevoorschijn.
Had hij de hele tijd de sleutels?
Ik deinsde paar stappen naar achter.
Hij had een mes tevoorschijn. 'Nu is het de dag waar ik op gewacht heb.' Er verscheen een kwaadaardige grijns op zijn gezicht.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro