Superman
Trouwens, de cel is een ideale plaats om jezelf te leren kennen, om echt en regelmatig het proces van je eigen gedachten en gevoelens na te gaan. Bij het beoordelen van onze vooruitgang als individu, hebben we de neiging om ons te concentreren op uiterlijkheden, zoals iemands sociale positie, invloed en populariteit, zijn rijkdom en opleidingsniveau. Die zijn natuurlijk belangrijk in het bepalen van iemands succes in materiële zaken en het is heel begrijpelijk als veel mensen zich vooral inspannen om daarin veel te bereiken. Maar innerlijke factoren zijn veel belangrijker voor iemands ontwikkeling als menselijk wezen. Eerlijkheid, oprechtheid, eenvoud, bescheidenheid, edelmoedigheid zonder enige bijbedoeling, niet ijdel zijn, klaarstaan om anderen een dienst te bewijzen – kwaliteiten die ieder mens zich gemakkelijk eigen kan maken – vormen het fundament van iemands geestesleven. Ontwikkeling in zaken van deze aard is onmogelijk zonder serieuze introspectie, zonder jezelf te kennen, je zwakheden en je vergissingen.
(Nelson Mandela in een brief aan Winnie Mandela in de gevangenis van Kroonstad, gedateerd 1 februari 1975)
Hoe leg je uit aan een gehersenspoelde dat hij is gehersenspoeld?
In het stenen tijdperk was politiek simpel: de sterkste had altijd gelijk. Als de man vond dat vrouwen hun mond moesten houden en als de vrouw vond dat vrouwen ook best een mening mochten hebben, dan vochten ze het uit en daarna was gewoon de mening van de winnaar de wet voor de rest.
Tussen groepen (we noemden dat 'stammen') was het al niet veel anders. Als er ergens wat te halen viel, dan zei de eerste die het ontdekt had: "Vanaf nu is dit van mij.", en als er dan later een andere stam kwam die ook wel interesse had, dan vochten ze het uit. De winnaar werd eigenaar van alles.
De Romeinen waren zo ongeveer de eerste stam die 'beschaafd' was. Ze moordden de andere stammen niet uit tot de laatste man/vrouw, maar beperkten zich tot het vernietigen van het strijdbare deel van die andere stam: het leger. Het succes van de Romeinen was gebaseerd op hun technische voorsprong (hun wapens en lichaamsbescherming waren van superieure kwaliteit) en hun organisatie, hun samenwerking. Dankzij die twee elementen waren 80.000 Romeinen tijdens de slag bij Alesia in staat een leger van 250.000 Kelten verpletterend te verslaan (150.000 Keltische doden tegen 12.800 Romeinen). Het derde element dat de Romeinen in staat stelde tot het uitbouwen van een imperium dat 25% van de destijds bekende wereld omvatte was het simpele feit dat ze na de militaire overwinning hun voorsprong deelden met de overgebleven bewoners van de veroverde gebieden. De resterende Kelten kregen onderwijs, wegen, organisatie en postbestellingen tot hun beschikking, in ruil voor de door de Romeinen geheven belastingen. Ook hier: delen van technische voorsprong en organisatie. Samenwerken voor wederzijdse vooruitgang.
Toen het Romeinse imperium na zo'n 400 jaar was ingestort gingen we weer terug naar het barbarisme uit het stenen tijdperk. De landkaart van Europa veranderde regelmatig, want oorlog voeren was de favoriete bezigheid van de heersende klasse (wat logisch was, gezien de manier waarop ze aan de macht gekomen waren). Tussen de veldslagen door begon de na-middeleeuwse mens zijn vechtcultuur ook uit te breiden naar andere werelddelen: de Zuid-Europeanen roeiden de indianen van Zuid Amerika uit, de Noord-Europeanen roeiden de indianen van Noord Amerika uit en het Afrikaanse werelddeel werd door zo'n beetje alle Europeanen buitgemaakt waarna de inwoners tot slaaf werden gepromoveerd. Europa was de heersende macht en Europa bepaalde wat goed was en wat slecht was. Uiteraard was alles alleen goed voor Europa zelf. The winner takes it all. De losers betaalden de prijs.
Door de technologische ontwikkelingen op oorlog-technisch gebied begon deze «het recht van de sterkste»-filosofie hoe langer hoe meer problemen te veroorzaken. Oorlogen werden weliswaar steeds korter, maar het aantal slachtoffers nam tegelijkertijd ook schrikbarend toe. Een musket werd een mitrailleur, de cavalerie ging van paarden over op tanks met een kanon dat met een enkel schot een compleet huis in puin kon schieten, en toen aan het einde van de Tweede Wereldoorlog de menselijke ontwikkeling op zijn hoogtepunt was, dankzij onze prestatie om met behulp van één vliegtuig en één bom in één seconde een complete stad met 80.000 inwoners van de aardbodem te laten verdwijnen, op dat moment begon het heel voorzichtig tot een klein deel van de mensheid door te dringen dat deze Jungle-cultuur weleens zijn langste tijd zou kunnen hebben gehad. Helaas horen een aantal Amerikaanse presidenten niet tot dat kleine deel van de mensheid, want tot ver in de 21e eeuw bleven zij halsstarrig vasthouden aan het voeren van oorlogen om hun zin te krijgen en hun invloed op de rest van de wereld vast te houden of zelfs te vergroten.
Maar goed, dankzij het toekomstbeeld dat de atoombom in één enorme klap aan de rest van de wereld duidelijk maakte, was men nu opeens toch wel overtuigd dat het voortaan anders moest. Slavernij was al een tijdje afgeschaft en men vond ook meer gehoor met het idee dat niet de sterkste de regels maakte maar dat de meerderheid zou moeten beslissen. En de grootste stap voorwaarts was wel dat veldslagen werden vervangen door debatten. Het was niet langer de sterkste die de dienst uitmaakte, maar degene met de grootste bek. Aristocratie en dictatuur werden vervangen door democratie.
De strategie bleef echter gelijk: men verzamelde zoveel mogelijk mensen in zijn stam, de verschillende stammen gingen elkaar te lijf en de stam van de winnaar hield alle voordelen voor zichzelf terwijl ze de losers voor de kosten op lieten draaien. Om het niet te ingewikkeld te maken: er waren twee stammen die wereldwijd de grootste aanhang hadden, Rechts en Links. Rechts vond vooral dat vrijheid het grootste ideaal was, terwijl Links er van overtuigd was dat gelijkheid het belangrijkste zou moeten zijn. Dat leidde tot een tweedeling in de maatschappij, op basis van economisch vermogen: de rijken zouden veel meer voordeel hebben als Rechts het voor het zeggen zou hebben en de armen zouden er meer op vooruit gaan als Links de baas zou zijn.
De strategie (om maar gewoon in oorlogstermen te blijven praten) was niet meer op basis van brute kracht en veldslagen, maar op basis van woorden, argumenten, debatten. De tegenstander moest niet meer worden gedood, maar moest worden overtuigd. De hersens werden niet meer ingeslagen, ze werden gespoeld. En niet zo'n beetje ook. Een bijkomend voordeel was het opkomen van nieuwe technologie, waardoor het opdringen van een mening niet alleen het niet-analfabete deel van de bevolking bereikte, nee, een heel arsenaal aan wapens – reclamefolders, kranten, radio, TV en internet – stond ons nu ter beschikking. Het slagveld was nog nooit zo groot geweest, maar, wees maar eerlijk, het economische belang om de dienst uit te maken, de beloning voor de winnaar, was ook nog nooit zo groot geweest. Het keizerschap van Julius Caesar was een bleek niemendalletje vergeleken met de vermogens van de 100 rijkste bewoners van onze huidige planeet, die meer bezitten dan goed is voor een mens en dat ook maar gelijk als de nieuwe standaard voor de rest van de mensheid projecteren.
Het was al lang geen oorlog meer tussen Links en Rechts. Het was een oorlog tussen de eerste wereld en de derde wereld, een oorlog tussen rijken en armen, tussen producenten en consumenten, tussen werkgevers en werknemers, tussen politici en belastingbetalers, tussen jongeren en ouderen, tussen mannen en vrouwen, een oorlog tussen aanhangers van Real Madrid en die van Barcelona. Overal werd gevochten, overal gold The Winner Takes It All en de scheidsrechter had niets te vertellen. De inzet was dan ook hoog: zoveel mogelijk van de tegenpartij krijgen en daar zelf zo weinig mogelijk tegenover stellen. Echt een oorlog waard, die menselijke eigenschappen van luiheid en nooit tevreden zijn met wat je hebt. Niemand denkt er aan dat het ook anders zou kunnen. Niemand zou het zelfs anders willen...
De oorlogstactiek, manipulatie, hersenspoelen, werd 24 uur per dag, 7 dagen in de week op alle fronten ingezet. Het nadeel van hersenspoelen is dat het niet direct resultaat geeft, maar het grote voordeel is dat je met wat geduld de meest volgzame groep krijgt die je je maar kunt voorstellen. Inwoners van buitgemaakte gebieden beginnen guerrilla-oorlogen. Slaven ontsnappen of werken zo weinig mogelijk. Sommige mensen stierven liever dan dat ze door de vijand gedwongen werden om voor hen te werken. Dwang levert weinig resultaat op, maar manipulatie is echt een prachtig middel. Je hoeft echt alleen een ander maar duidelijk te maken dat jouw belang ook zijn belang is, en hij gaat door het vuur voor je.
Voor ieder mens op de wereld zijn twee elementen van wezenlijk belang: werk en woning. Dat was al zo in de steentijd (jacht en grot) en dat is nog zo. Werk is niets anders dan het oplossen van andermans problemen (die daar dan geld tegenover stellen waarmee jij je eigen problemen op kunt lossen, waarmee je weer werk geeft aan anderen). Een huis is je basis, je eigen onafhankelijke republiek van je eigen vrijheid om te leven zoals je dat zelf graag wilt.
Werk was altijd vrij voor handen. Er waren altijd problemen en er was geen enkele remming om een ander niet te helpen met het oplossen van zijn problemen terwijl je daar een redelijke vergoeding voor terug kreeg, eerst in goederen en wederdiensten, later in geld. Toen ging iemand van de heersende klasse bedenken dat het wel handig zou zijn om een deel van de opbrengst van dat werk, van dat inkomen, als belasting te heffen en zo een deel van de problemen op te lossen die niet tegen de huidige marktwaarde konden worden opgelost. Onderwijs, gezondheidszorg, een pensioenregeling of een wegennetwerk wilde iedereen wel, maar niemand wilde er voor betalen. Dus verzon iemand de inkomstenbelasting en toen gebeurde het wel. Maar door afschaffing van de slavernij, door het toetreden van vrouwen op de arbeidsmarkt en door het naar achteren bijstellen van de pensioengerechtigde leeftijd kwamen er steeds meer arbeiders, terwijl de producenten juist gebruik gingen maken van arbeidsbesparende machines, automatisering en goedkope arbeid in de derde wereld, waar degene met het meeste geld nog gewoon de dienst uitmaakt.
Werkloosheid geeft aan 1) dat er in een land geen problemen meer zijn die opgelost moeten worden, of 2) dat de heersende klasse belang heeft bij een wanhopige, van arbeidsinkomen afhankelijke, arbeidersklasse om concurrentie te creëren en zo hogere productie tegen de laagste kosten af te dwingen. Als er in jouw land werkloosheid heerst, dan daag ik je uit om uit te vissen welke van die twee situaties van toepassing is. We laten ons manipuleren door egoïsten die ons overtuigen dat hun belang ook ons belang is. We betalen liever om mensen werkloos toe te laten kijken dan dat we iets verzinnen zodat ze onze gezamenlijke problemen oplossen. Als dat niet logisch klinkt, probeer dan eens 'hersenspoeling' als verklaring.
Dan het huis. De generatie 1940 kocht een huis en onthield zich van allerlei luxe om zo snel mogelijk de hypotheek af te kunnen lossen: een huis zonder hypotheek was natuurlijk het beste pensioen. De generatie 1970 kocht een huis met een aflossingsvrije hypotheek, zodat ze meer geld uit konden geven aan direct genot en in ruil daarvoor langer meer geld aan de bank mochten betalen. De generatie 2000 heeft geen enkele ontslagbescherming meer en moet accepteren dat het verlies van hun baan automatisch ook het verlies van hun huis tot gevolg heeft, waardoor het steeds onmogelijker wordt om een huis te kopen. Het is trouwens nog steeds hetzelfde huis.
De werknemer kan geen huis meer kopen. Daardoor verdient de bank niets meer aan hypotheken. De bank zit daar niet mee. Die heeft gewoon een crisis veroorzaakt, kreeg staatssteun en is er ondertussen alweer heel wat beter van geworden. De werknemer en de consument, die de Staat hebben uitgevonden om zichzelf te beschermen tegen de hebzucht van instituten met meer macht, kregen geen staatssteun, in tegendeel, ze betaalden de rekening: de werkloosheid ging omhoog, de ontslagbescherming verdween en de BTW ging naar 21%.
De Staat was niet in staat tot het verzinnen van een andere oplossing. Jammer. Ze hadden gewoon een importheffing moeten verzinnen op consumptiegoederen die in het buitenland worden geproduceerd. Dat geld hadden ze dan mooi kunnen gebruiken om de eerste 25.000 arbeidsinkomen vrij te maken van belastingen, ZVW en andere inkomensgebonden premies. De belasting-inkomsten blijven zo gelijk, dus voor de Staat maakt het niet uit. De koopkracht van de werknemers en consumenten blijft gelijk (geïmporteerde goederen worden duurder, maar in het eigen land geproduceerde goederen worden goedkoper). De winst zit hem in het goedkoper worden van arbeid, wat banen oplevert en fors bespaart op uitkeringen. De Staat was niet in staat tot het bedenken van zo'n oplossing. Ze luisterden liever naar de banken, die na 10 jaar woekerwinsten door hun eigen hebberigheid een minder jaar hadden. De banken waren te machtig geworden. Zelfs de Staat was niet in staat om zijn eigen inwoners tegen die graaicultuur te beschermen. Het knappe was dat zowel de banken als de Staat het goed wisten te verkopen. Niemand kwam in opstand, terwijl de 10e penning van Alva (verhoging van de BTW naar 10%) 450 jaar geleden nog een tachtigjarige oorlog veroorzaakte. De watergeuzen lieten zich niet hersenspoelen.
In 60 jaar tijd heeft er een cultuuromslag in onze maatschappij plaatsgevonden die de spaarzaamheid van de mensen heeft omgetoverd in een ongeremd consumptiegedrag en die onze sociale vaardigheden hebben afgebroken tot het standpunt «ik beweeg alleen als iemand me daar geld voor geeft». We hebben dat te danken aan de gestaag groeiende macht van de banken en de industrie, die ons gedurende 60 jaar TV-tijdperk non-stop van hebben overtuigd dat hun belang ook ons belang is. Onze toekomstverwachting is veranderd van «door hard te werken kan iedereen een redelijke en acceptabele mate van geluk bereiken» in «als je geluk hebt kom je niet aan de onderkant van de maatschappij terecht». Het woord 'geluk' heeft niet dezelfde betekenis in die twee zinnen, maar toch is iedereen er van overtuigd dat we er in de laatste 60 jaar op vooruit zijn gegaan, dat we nu gelukkiger zijn.
Maar voel je vooral vrij om hier een andere mening over te hebben, hoor. Ik wil je niet het gevoel geven dat ik je probeer te hersenspoelen. Ik geef alleen maar feiten, die je zelf kunt controleren.
Domme mensen zijn gemakkelijker te beïnvloeden. De beste hersenspoel-tactiek is om dezelfde boodschap zo vaak te herhalen dat we die dan automatisch als 'waarheid' gaan aanvaarden. Je kunt ook iedereen bombarderen met zoveel informatie dat ze het niet meer kunnen bevatten, dat ze zich bezig gaan houden met discussies over de islam wel of niet het land uit, in plaats van discussies over hoe de vluchtelingen op een goede manier deel uit laten maken van onze zo snel veranderende maatschappij, of om er juist voor te zorgen dat ze in hun thuisland ook zonder oorlog kunnen leven. De Links-Rechts-discussie wordt zo doorlopend gevoerd dat mensen niet stil staan bij het simpele feit dat er ook alternatieven zijn. De commercie zorgt voor een verafgoding van het consumptiegedrag tot het niveau waarop mensen het heerlijk vinden om met overgewicht rond te lopen of ten onder te gaan aan overconsumptie van alcohol, drugs of tabak. Het nietsdoen en het zo gemakkelijk mogelijk hebben is een diep in onze genen gewortelde eigenschap die op alle mogelijke manieren gestimuleerd wordt, door de producenten uiteraard, om maar zoveel mogelijk te kunnen verkopen.
Geld is het meest eenvoudige middel om macht uit te oefenen (mensen doen echt alles voor geld, ze verkopen hun lichaam voor geld, ze besteden het grootste deel van hun leven aan werken voor geld, ze roven en stelen zoveel ze kunnen, omdat je met genoeg geld aan al je problemen een einde kunt maken). Geld verkrijgen is het moderne equivalent van het historische landjepik. Oorlog is zaken doen zonder regels, en geld verdienen schijnt diezelfde strategie te voeren, want als je je aan de morele of wettelijke regels houdt wordt je nooit rijk en beroemd. Sla de krant maar open, kijk overal waar je het woord 'schandaal' of 'fraude' tegenkomt en controleer of bij elk van die gebeurtenissen er soms sprake is van het vooropstellen van het eigenbelang ten koste van anderen. Je komt dicht bij de 100%.
Vroeger was het alleen maar van belang om de baas te zijn over een stuk grond, een land of zo, maar naast die politieke macht werd economische macht veel belangrijker. Als we vroeger een ander nodig hadden, waren we afhankelijk van onze sociale vaardigheden: als jij mij helpt, help ik jou, waarbij je met vriendelijkheid meer bereikte dan met dwang. Maar tegenwoordig koop je hulp of sex voor een paar stuivers op elke straathoek, dus niemand is meer geïnteresseerd in sociaal gedrag. Hoe meer geld en macht iemand heeft, hoe asocialer hij zich kan gedragen; hij wordt toch wel geadoreerd. En macht is ook al afhankelijk geworden van geld. In een land als de Verenigde Staten kan je alleen president worden (politieke macht krijgen) als je ook genoeg economische macht achter je hebt staan. Kiezers overtuig je niet door een speech te houden, want daar bereik je maar een beperkte groep mensen mee. Kiezers overtuig je door ze constant bloot te stellen aan je boodschap, met reclamespots, op elke mogelijke manier en op elk mogelijk tijdstip. We zijn daar ondertussen zo aan gewend dat we het gewoon zijn gaan vinden dat iemand, voor zijn eigen belang, inbreekt om onze persoonlijke mening te manipuleren. 3.000 reclame-impulsen per dag, dat is waar we aan bloot staan. 3.000 herhalingen van dezelfde twee boodschappen: "Als je een probleem hebt, dan moet je geld uitgeven om het op te lossen" en "Geld uitgeven is heerlijk".
Hoe leg je uit aan een gehersenspoelde dat hij is gehersenspoeld?
Geld is je belangrijkste hulpbron als je in de problemen komt. Geld uitgeven is dus, per definitie, je eigen positie ondergraven, je eigen verzekering tegen problemen uithollen, je eigen veiligheid vernietigen. Maar de meerderheid van de mensheid heeft moeite om het einde van de maand te halen. Men heeft geen reserve om het hoofd te bieden aan de gevaren van deze samenleving, waar iedereen alleen maar is geïnteresseerd in zijn eigen belang en in het geld dat anderen wellicht onze kant op zouden kunnen schuiven. We stoppen ons zo diep mogelijk in de schulden en geven het geld zo snel mogelijk uit. Dankzij de commerciële hersenspoeling denkt niemand aan het risico van arm zijn, van geen reserve hebben, van je baan en je inkomen kwijt raken. Een nieuwe auto en nieuwe kleren en een volle boodschappenwagen zijn namelijk veel belangrijker. We sterven al lang niet meer van de honger. We sterven aan overgewicht. En ik vraag me af hoe we zover gekomen zijn, wie ons heeft wijsgemaakt dat we nu meer ontwikkeld zijn dan vroeger.
De resultaten van de Links-Rechts-politiek zijn in alle lagen van de samenleving duidelijk zichtbaar. Rijken zijn rijker dan ooit en worden elke dag rijker. Armen hoeven niet meer om te komen van de honger, maar krijgen een heel redelijk bestaan zonder dat ze daar ook maar iets voor hoeven te doen (althans: je moet wel lid zijn van een West-Europese stam, want anders mag je alsnog verrekken). En de middenklasse is de klasse die dat allemaal mogelijk maakt, door zich te barsten te werken en de vruchten van al die arbeid en productie belangeloos af te staan aan zowel de rijken als de armen. Iemand moet namelijk opdraaien voor al die luxe die de winnaars zichzelf permitteren. De middenklasse is altijd bezig geweest om alleen maar aan zichzelf te denken, zonder zich te organiseren in een eigen belangenorganisatie, waarschijnlijk omdat het ze ontbrak aan een 'kreet' als Vrijheid of Gelijkheid die voor andere sociaal-economische groepen zo herkenbaar waren, kreten die het zo gemakkelijk maakten om weldenkende mensen aan jouw kant te krijgen, om anderen te overtuigen van jouw gelijk, om ze te overtuigen dat ze jou moesten steunen in je egoïstische overtuiging om de winnaar te worden en daardoor meer aan jezelf te mogen denken dan aan anderen.
En toen kwam Superman. Nelson Mandela. Voor de lezers die nooit verder gekomen zijn dan de reclameboodschappen op de TV, even een kleine uitleg: Nelson Mandela was een zwarte man (vroeger noemden we dat 'een neger', maar dat mag niet meer sinds Sinterklaas door de FIFA voor racisme is veroordeeld). Hij woonde in Zuid Afrika, waar de (zwarte en gekleurde) meerderheid niets besliste, omdat de (blanke) minderheid nog steeds vast kon houden aan het principe dat de sterkste de regels maakt voor iedereen.
Nelson Mandela begon, zoals iedereen, met de gebruikelijke tactiek over te nemen. Hij was, samen met anderen uiteraard, ervan overtuigd dat er een revolutie moest komen en dat daar ook wapens en vechten en geweld bij hoorden. De heersende minderheid zag dat als een bedreiging en veroordeelde de hele rebelse bende, waar ook Nelson Mandela bij hoorde, tot levenslange gevangenisstraf.
Misschien was het feit dat hij 27 jaar in de gevangenis doorbracht er wel de oorzaak van dat Nelson Mandela van mening veranderde. Hij stond niet bloot aan alle herhaling die de heersende macht gebruikte om te blijven zitten waar ze zaten. Hij luisterde naar mensen, analyseerde wat hij hoorde en dacht daar over na. Hij las veel en verdiepte zich in ideeën van anderen. Hij keek naar de mensen om zich heen, merkte op dat er zowel onder de bewakers als onder de medegevangenen 'goede' en 'slechte' mensen waren, en dacht na over dat verschil.
Het hoogmoedige ijdele gedrag dat we goed kennen van machthebbers, rijken en beroemdheden, waarmee ze zo graag aangeven dat ze boven de massa staan, dat gedrag was op geen enkele manier in Nelson Mandela terug te vinden. Hij was eenvoudig, verhief nooit zijn stem, had altijd tijd en aandacht voor iedereen. Als hij sprak zat de wereld met open mond te luisteren, maar hij was geen begenadigd spreker, veel meer een aandachtig luisteraar die oprecht geïnteresseerd was in de mening van anderen, om er zijn eigen mening daarop te baseren en daaraan te toetsen, een mening waar vervolgens naar geluisterd werd omdat hij zo revolutionair en tegelijk zo eenvoudig te begrijpen was.
Nelson Mandela beloofde de mensen geen materiële rijkdom, maar hij realiseerde dat iedereen kansen kreeg om zijn eigen keuzes te maken, door goed onderwijs voor iedereen toegankelijk te maken, door medische voorzieningen voor iedereen, door bescherming van werknemers tegen uitbuiting, door gebruik te maken van de kwaliteiten van iedereen en die kwaliteiten in te zetten voor het belang van iedereen. Nelson Mandela begreep dat de blanken de scholen, bedrijven en kennis bezaten, en dat de zwarten en gekleurden zowel hun consumenten als hun werknemers waren. Beide groepen hadden elkaar nodig, de blanken om niet alles kwijt te raken, de zwarten en gekleurden om zich op te werken uit een bestaan waarin ze niets hadden, net zoals destijds de superieure Romeinen en de overwonnen Kelten begrepen dat ze elkaar nodig hadden: samenwerken levert veel meer op dan oorlog.
Na een lang en heroïsch verhaal werd Nelson Mandela uiteindelijk gekozen tot de president van zijn land. Voor het eerst bepaalde de meerderheid, en (hoe kan het ook anders als de hele historie van de mensheid als voorbeeld dient) die meerderheid wilde de minderheid gaan behandelen zoals die minderheid de meerderheid altijd had behandeld: schoppen, slaan, hun bezit afpakken, en ga zo maar door.
Maar Superman zei: "Nee." Nelson Mandela legde Zuid Afrika uit dat hij die strijd tussen de verschillende stammen zat was, dat Zuid Afrika juist dat was, een bonte mengeling van allerlei verschillende stammen, en dat al die stammen elkaar nodig hadden, dat ze maar eens op moesten houden met alleen op zoek gaan naar een winnaar die vervolgens alleen aan zijn eigen groepje kon denken, dat ze eens iets anders moesten verzinnen, iets wat goed was voor het hele land, voor alle mensen, niet gebaseerd op Links en Rechts of op Blank, Gekleurd en Zwart, maar op Wij, op Samen, op Zuid Afrika.
Geen democratie, geen dictocratie maar Mandelacratie.
Als er oorlog is tussen twee groepen, kost dat altijd geld, levens, zekerheid, vooruitgang. Alleen door die oorlog te vermijden, door samen te werken voor het belang van iedereen, kan er een stap vooruit gemaakt worden. Daar is opleiding voor nodig, onderwijs, kennis, eenvoudig te realiseren doelen dankzij onze moderne communicatiemiddelen die iedereen dagelijks gebruikt... O, nee. Die media dienen alleen maar voor vermaak, want degene die een economisch belang heeft bij dat vermaak heeft ons duidelijk uitgelegd dat zijn belang ook ons belang is.
Hoe leg je uit aan een gehersenspoelde dat hij is gehersenspoeld?
Nelson Mandela kreeg het voor elkaar in Zuid Afrika.
Met woorden, niet met geweld.
Eén man tegen de rest van de wereld.
Maar de meerderheid beslist.
De rest van de wereld wint.
Winnaars denken alleen aan zichzelf.
En uiteindelijk verliezen we zo allemaal.
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro