Hoofdstuk 26: Het Gordijnkoord
"If they say I never loved you
You know they are a liar"
The Doors (1971)
‒ ‒ ❂ ‒ ‒
'Waarom gaan we ook al weer naar Jean toe?' mompelde Joe nors. Cole zuchtte. 'Dat heb ik je toch al vertelt. Ze staat op onze verdachtenlijst.' legde hij uit. 'Danny zei haar naam.' Hij, Joe, Davy en Morris zaten in de Opel Kadett van Paul. Ze hadden de auto van hem mogen lenen, aangezien de politieauto van Morris total loss was. Ze waren op weg naar het huis van Jean om een hartig woordje met haar te spreken.
'Nee, ze staat op jouw verdachtenlijst. Ik weet zeker dat ze niets met Danny te maken heeft!' zei Joe boos. Cole haalde zijn schouders op. 'Danny moet een handlanger hebben gehad. Hoe heeft hij anders overal zo op tijd bij kunnen zijn vermomd als journalist?' zei hij op vragende toon. Joe balde zijn vuisten. 'Omdat hij ons stalkte! Hij is de moordenaar en bevond zich gewoon steeds dichtbij ons in de buurt!' riep hij hard. Davy, die naast hem zat, wreef over zijn oor. 'Au chihuahua!' Cole zuchtte. 'Jongens. Kunnen we even terug naar het onderwerp gaan?' vroeg hij. Joe en Davy zwegen. 'Oké.' zei Joe met tegenzin. 'Mooi.' mompelde Cole. Joe zuchtte. 'Ik snap gewoon niet waarom je Jean verdenkt. Ze is een prachtige, lieve vriendin!' mijmerde hij. Cole rolde met zijn ogen. 'Juist. Maar zie je dan niet dat het raar is dat toen we haar oppikte langs de kant van de weg, het volgende moment de bus onklaar was? En de moordenaar zei haar naam!' Joe wuifde Cole's verdenkingen geïrriteerd weg. 'De bus was gewoon kapot! En volgens mij heeft ze niet eens verstand van bussen onklaar maken.' voegde hij eraan toe. Cole keek hem via de achteruitkijkspiegel scherp aan. 'Hoe weet jij dat? Heb je ooit met haar gepraat. Écht gepraat bedoel ik.' vroeg hij. Joe zweeg even. 'Nou?' drong Cole aan. Joe wierp hem een boze blik toe. 'Ja. Misschien... Nou nee.' gaf Joe toe. Cole keek triomfantelijk achterom. 'Ha! Dus gaan we haar even aan de tand voelen.' zei hij en hij richtte zich weer op de weg.
'Wat bedoel je met "de moordenaar zei haar naam"?' vroeg Morris. 'Net voordat Davy Danny neer mepte, hoorde ik hem iets zeggen.' Cole dacht na. 'Hij zei iets van "Zonder Jean" of "Zonder dat Jean".' Joe rolde overdreven met zijn ogen. 'Ja "zonder Jean" wijst er toch juist op, dat ze niks heeft gedaan!' Cole schudde zijn hoofd. Hij had geen zin om deze discussie te voeren. Het kon geen kwaad om Jean een bezoekje te brengen, vond hij.
Cole was de eerste die bij de voordeur van Jean aankwam. Hij belde lang en doordringend aan. 'Ze doet wel open hoor.' mompelde Joe knorrig. Hij was nog steeds boos op Cole's vraag of hij en Jean wel eens praten. 'Misschien niet als ze Morris in politiekleding heeft gezien.' mompelde Cole terug. Op het moment dat Joe iets terug wilde zeggen, ging de deur open. Jean keek het viertal verbaasd aan. Ze wierp haar blik op Joe. 'Wat komen jullie doen?' vroeg ze. Joe kuchte. 'Eh..We komen even op de thee.' stamelde hij. Jean trok een wenkbrauw op en keek naar Morris. 'Met een politieagent?' vroeg ze wantrouwig. Cole knikte. 'Jep. Ga je ons nog binnenlaten?' vroeg hij bot. Hij stapte naar binnen en duwde Jean opzij. Davy volgde en zei vrolijk: 'Wat een leuk huis!' Jean keek verbluffend toe hoe Cole en de rest een voor een haar woonkamer binnengingen. 'Hier heb ik helemaal geen toestemming voor gegeven!' zei ze gepikeerd. Ze zuchtte en sloot de deur. Toen ze de woonkamer binnenkwam had iedereen al een plekje gevonden om te gaan zitten. Cole zat kaarsrecht op de bank, met zijn benen over elkaar heen in een geleerde houding. Joe en Davy hadden plaatsgenomen op de vensterbank. Een plant zat voor Davy's gezicht en Davy probeerde hem weg te meppen, maar de plant vocht terug en sloeg hem in het gezicht. Morris lag onderuitgezakt in een oude stoel naast de bank en keek Jean grijnzend aan. Jean schuifelde opgelaten naar ze toe en ging voor ze op de grond zitten.
'Zo Jean. Laten we maar meteen ter zake komen.' zei Cole. 'Hoe ken je Danny?' vroeg hij. Jean keek hem ijzig aan. 'Wie?' vroeg zij. 'Jeweetwel, die kleine, irritante dude.' zei Davy vaag. 'De zogenaamde verslaggever.' beaamde Cole. Jean haalde haar schouders op. Joe keek zijn vrienden geërgerd aan. 'Ik zei het toch! Ze kent hem niet!' siste hij. Hij stond abrupt op en gebaarde dat Jean hem moest volgen. 'Wat ga je doen?' vroeg Cole scherp. Joe stak hooghartig zijn kin in de lucht. 'Jean onder vier ogen spreken.' antwoordde hij en hij trok Jean met zich mee. Ze gingen de trap op en verdwenen naar boven. 'Uhm..Iemand zin in koffie?' vroeg Morris.
Joe en Jean kwamen bij de kamer van Jean. Joe ging naar binnen en plofte neer op haar bed. 'Het spijt me dat ik ze mee heb genomen.' zei Joe knorrig. Jean haalde weer haar schouders op. Ze leek geen houding te kunnen aannemen, want ze schuifelde nerveus met haar voeten en haar ogen schoten alle kanten op. 'Is er iets?' vroeg Joe bezorgd. Jean schudde snel haar hoofd. 'Ze verdenken me hé?' vroeg ze. Joe knikte. Nu was hij opgelaten. Jean zuchtte en liep naar het raam. Bordeaux rode gordijnen hingen netjes aan de rails boven het raam. Twee gouden koordjes met kwastjes aan het uiteinde hingen aan beide gordijnen. Jean pakte een van de twee koordjes en wikkelde hem losjes om haar vinger. 'Waarom verdenken ze me?' vroeg ze. Ze klonk geïnteresseerd. Joe wuifde haar vraag geïrriteerd weg. 'Oh je was gewoon op het verkeerde moment op de verkeerde plaats. Maar weet je wat ik denk? Cole kan er gewoon niet tegen dat het hele mysterie is afgerond en dat hij nu niet meer voor detective kan spelen. En Morris geen politieagent. En Davy, nou ja die is er gewoon bij betrokken.' mompelde hij. 'Werkelijk? Denk je dat echt?' vroeg Jean zacht. Joe knikte. Jean glimlachte en liet het gordijnkoord los. Ze liep naar hem toe en hield zijn hoofd in haar handen geklemd. 'Lief van je dat jij mij niet verdenkt Joe.' zei ze. Joe wierp haar een van zijn beruchte glimlachjes toe. 'Graag gedaan.' zei hij en hij streek door zijn haar. Jean omhelsde hem kort en liet toen zijn hoofd los. Ze liep naar haar kast, deed hem open en haalde er kledingstukken uit.
'Wat ga je doen?' vroeg Joe verbaasd. 'Ik denk dat ik toe ben aan een vakantie.' mompelde Jean. Joe knipperde met zijn ogen. 'Uhm wat?' zei hij en hij keek haar vragend aan. 'Ik wil even weg uit dit detectiveverhaal.' zei ze lachend. 'Aha. Nou..Dan ga ik wel mee! Waar ga je heen? Hawaii? De Bahama's? Ijsland, als je niet tegen warmte kan?' vroeg Joe gretig. Jean zei niets en pakte uit de hoek van haar kamer een knalroze koffer. Ze ritste hem open en propte al haar kleren erin. 'Eh..Geen idee. Moet ik nog bedenken.' zei ze. Joe stond op van het bed en keek haar enthousiast aan. 'Ik ga het tegen de rest zeggen. Misschien hebben zij ideeën!' riep hij en hij wilde haar kamer uitlopen. 'Joe!' riep Jean. Ze had haar koffer dicht geritst en stond weer bij het raam. 'Ja?' vroeg Joe. 'Je begrijpt het niet. Ze kunnen niet mee.' zei ze zacht. 'Waarom..?' Jean keek hem verleidelijk aan. 'Ik wil ze er niet bij hebben. Wat dacht je van een vakantie met zijn tweeën?' Joe glimlachte tevreden terug. 'Klink mij als muziek in de oren.' Jean pakte zijn hand en trok hem richting het gordijn. Joe leunde naar voren om haar een kus te geven, maar Jean ontweek hem. Joe wilde vragen waarom, maar Jean wees naar buiten. Joe strekte zijn nek om te zien naar wat ze wees.
Morris stond buiten met een kan koffie en goot de inhoud op de grond. Davy stond naast hem. 'Vreselijke koffie! Ik drink wel water.' hoorde ze hem roepen tegen Morris.
Jean keek vanuit haar ooghoeken naar Joe. 'Cole zoekt dus naar Danny's handlanger. In de veronderstelling dat Danny die inderdaad had: wel eens de gedachte gehad dat Morris een handlanger van Danny zou kunnen zijn?' vroeg ze. Het zonlicht van buiten scheen door het raam in haar haren. Haar lange golvende blonde haren. Joe was afgeleid en had de vraag gemist. Jean deed hem denken aan de godin Venus. Jean keek hem recht in de ogen aan en herhaalde haar vraag. Joe grinnikte. 'Oh je bent serieus?' vroeg Joe toen hij de blik van Jean zag. Jean knikte. 'Hij is een politieagent en zou jullie met z'n auto al gevolgd kunnen hebben vanaf de dag dat je Loyd uit de bus gooide. Het zou goed kunnen dat hij zich gewoon stom houdt om jullie vertrouwen te winnen.' zei ze met een liefelijk gezicht. Ze pakte Joe's handen vast, maar Joe had geen zin meer in het geflirt. 'Kom nou Jean, dat is wel een erg aparte beschuldiging. Je hebt absoluut geen bewijs en-' Joe's stem stokte. Hij bedacht zich iets. 'Hoe weet jij dat ik Loyd uit de bus heb gegooid?' vroeg Joe wantrouwig. Voor het eerst vertrok Jean's gezicht. 'Ik..Ik..Dat heb je me verteld.' zei Jean zenuwachtig. Maar dat was niet waar, bedacht Joe. 'Wij praten nooit serieus met elkaar! Dit is ons eerste echte gesprek!' riep hij. Jean zweeg even. Jean draaide zich om, zodat ze met haar rug naar Joe stond.
'Bij nader inzien.' zei ze zachtjes. 'Denk ik dat het beter is als jij ook niet mee gaat op vakantie.' Joe wilde protesteren, maar Jean wierp iets om zijn nek. Eerst dacht Joe dat het een ketting was, maar het voelde ruw aan, als een touw. Hij keek haar vragend aan, maar Jean trok hard aan de uiteindes. Joe voelde hoe het touw in zijn nek schuurde en langzaam zijn luchtpijpen dichtkneep. Hij probeerde adem te halen, maar het lukte hem niet. Hij hapte en hapte, maar niks werkte. Hij probeerde Jean te slaan, maar hij raakte haar niet. Hij werd licht in zijn hoofd en viel op zijn knieën op de grond. 'Help.' piepte hij. Hij probeerde te schreeuwen, maar het kwam eruit als een hees piepgeluidje. Het gordijnenkoord, flitste het door Joe's hoofd. En inderdaad, wat Jean in haar hand hield was één van de gouden gordijnen koordjes..
Davy was nog steeds nors omdat Morris geen goede koffie had kunnen zetten. 'Wat ben je nou voor koffiezetter!' riep Davy om de twee seconden. Hij, Morris en Cole zaten met z'n drieën op de bank en wachtten ongeduldig af wanneer Joe en Jean naar beneden zouden komen. 'Denk je dat Joe Jean echt aan de tand aan het voelen is?' vroeg Morris aan Cole. Cole schudde meteen zijn hoofd. 'Nope. Ik denk dat hij haar aan het versieren is ofzo.' zei Cole. Davy geeuwde. 'Als ik nou koffie had gehad was ik niet zo moe. Zometeen val ik nog in slaap!' mompelde hij. Morris wilde net een bijtend antwoord terug zeggen, maar zijn stem werd overtroffen door stommelende geluiden van de verdieping boven hun. Davy keek naar boven. 'Wat gebeurt daar?' vroeg hij. Cole gebaarde dat hij stil moest zijn. Er klonk gedempt stemgeluid en toen een soort hulpkreet. 'Joe!' riep Cole.
'Laat me los!' piepte Joe hees. Jean had hem nog steeds vast in een soort wurggreep met het koord. Joe kon bijna geen adem halen, maar doordat hij zijn hand tussen het koord en zijn nek had geworsteld, was hij nog niet gestikt. 'Wees stil!' siste Jean in zijn oor. 'Je mag me niet verraden.' Maar Joe had andere plannen. 'Help!' riep hij schor. Jean gaf een ruk aan het koord en uit Joe's keel ontsnapte een rochel. Plotseling hoorden ze iemand de trap op hollen en een tel later volgden de voetstappen van twee andere. De deur sloeg open en een hijgende Cole stond in de deuropening, met achter zich Morris en Davy. Cole's ogen scanden de situatie en hij slaakte een klein schrik kreetje toen hij zag dat Jean Joe aan het wurgen was. Hij holde op ze af en probeerde Jean's handen los te peuteren van het koord om Joe's nek. Davy en Morris stonden eerst als versteend in de deuropening naar het tafereel te kijken, maar alsof ze een steek kregen vermande ze zich en stormden op Jean, Joe en Cole af.
Morris begon Jean wanhopig te porren in de hoop dat ze het touw losliet. Davy daarentegen sjorde aan het touw om Joe's nek en probeerde de opening tussen zijn nek en het touw groter te maken. Uiteindelijk lukte het Cole met behulp van Morris om Jeans handen los te maken en haar weg te trekken van Joe. Jean krijste en schopte ze, maar Morris en Cole hielden haar armen stevig vast. Ze trapte Moris tegen zijn scheenbeen, maar hij gaf geen kik. Met haar lange nagels kraste over Cole's armen. Zijn gezicht vertrok, maar hij liet haar niet los. Davy hielp Joe om het koord van zijn nek te doen.
Joe ademde diep in en uit. Hij klonk alsof hij al weken verkouden was geweest. 'Bedankt jongens. Jullie waren net op tijd.' zei Joe met een hoge hese stem. Hij steunde op Davy's schouder en de wereld draaide om hem heen. 'Geloof je me nu wat betreft mijn gedachten over Jean?' vroeg Cole. Hij keek Joe bezorgd aan. Joe knikte. 'Ik kan het alleen niet geloven.' zei hij met overslaande stem. Davy klopte hem troostend op zijn schouder. Ze hadden Joe sinds de dood van Milton niet meer zo terneergeslagen gezien als nu. Jean probeerde zich nog steeds verwoed los te rukken. 'Je kon beter met me naar de Bahama's dan dit.' mompelde Joe. Davy knikte ook al had hij geen idee waar Joe het over had. Hij keerde zich om naar Jean en keek haar woedend aan. 'Stom wicht! Blijf nou eens van mijn vrienden af! Ik dacht nog wel dat je zo'n aardig meisje was. Sjongejonge wat had ik het mis.' zei Davy en hij vloekte. Cole en Joe snakten naar adem. Morris keek ze niet begrijpend aan. Hij leek niet te volgen wat er gebeurde. ' D-Davy.. Je vloekte!' zei Joe. Door het geluid dat uit zijn keel kwam, leek het alsof hij de baard in de keel had. Het was beter als Joe een tijdje niet zou praten, maar dat zat er niet in, Joe praatte altijd. 'Ja, wow... dat heb ik je nog nooit horen doen.' mompelde Cole. Davy glimlachte. 'Voor alles is een eerste keer. En ik had geen tijd voor schildpad-woorden.' zei hij wijs. 'Zo..En nu is het tijd dat Jean gaat vertellen waarom ze Joe wilde wurgen.' zei hij met zijn handen in zijn zij.
Ze hadden Jean vastgebonden aan haar eigen gordijnenkoord en stonden in een kringetje om haar heen. Behalve Joe, die als een zeester op haar bed lag en erg leek te balen van het feit dat zijn vriendinnetje toch niet zo lief bleek te zijn als hij gedacht had en hem had gewurgd. Iemand had hem gewurgd!
'Goed. Ik heb Danny geholpen met het vermoorden van jullie zanger. Hij kent me van een of andere schrijfcursus. Ik wilde graag in modebladen schrijven en hij voor de krant. We konden het goed vinden, maar ik vond hem altijd een beetje raar.' begon Jean. 'Waarom hielp je hem dan?' vroeg Cole. Jean haalde haar schouders op. 'Hij belde me op een ochtend op, bood me een som geld aan en liet me beloven dat ik hem zou helpen met iets. Ik wist nog niet wat. Toen ik uiteindelijk hoorde van zijn plan stemde ik onmiddellijk toe.' zei ze. Davy fronste. 'Waarom? Je vond het oké om mee te helpen aan een moord?' zei hij op een ongelovige toon. Jean dacht even na. 'Nou..Ja en nee. Eerlijk gezegd schrok ik er wel een beetje van. Wat als ik ontdekt werd en we allemaal de bak in gingen? Maar aan de andere kant maakte Danny me duidelijk dat jullie stuk voor stuk van die arrogante, ongemanierde jongens waren. En ik háát dat soort jongens. Dat wist Danny. Op onze schrijfcursus zat er ook een en die probeerde me alleen maar in te palmen voor mijn uiterlijk. Ik wil wedden dat als ik er niet zo stijlvol uit had gezien, hij me met rust zou hebben gelaten. Plus; ik heb niemand vermoord, alleen de bus onklaar gemaakt.' gromde Jean. Joe maakte een hees geluid. Cole keek hem even aan en wendde zich toen weer naar Jean. 'Dus je doet mee aan een moord omdat je arrogante jongens haat? Maar waarom begon je dan een relatie met Joe?' vroeg hij. Jean lachte schamper. 'Zie je het dan niet? Dat was onderdeel van Danny's plan. Hij vroeg of ik een van jullie wilde inpalmen, zodat jullie me niet zouden verdenken. Verder kreeg ik ook allerlei belangrijke informatie. En omdat Joe zich zo wat op me wierp was dat vrij makkelijk. Alleen jij en Loyd zag ik soms bedenkelijke blikken op me werpen.' voegde ze eraan toe. Ze keek Cole met een smeulende blik aan. Ze leek ervan te genieten dat iedereen vol spanning naar haar luisterde. Ze kon eindelijk vertellen wat ze had gedaan. 'Maar ik heb gehoord dat Loyd dood is. Danny's plan leek te slagen. Hij wreekte zich op Milton, ik op alle jongens die mij ooit probeerden te verleiden en toen was Loyd ook opeens dood. Wat spijtig dat ik net, toen ik alleen was met Joe, mijn mond voorbij praatte. Hij begon eindelijk iets door te krijgen in die arrogante kop van hem. Daarom probeerde ik hem te wurgen, zodat hij me niet zou verraden. En toen kwamen jullie. Jullie hebben alles verpest. Ik heb nooit iemand vermoord jongens. Het enige wat ik heb gedaan was snip.' Met haar middel- en wijsvinger deed ze een schaar na. 'Bus kapot, meer niet. Ik was maar een handlanger. Het schaakstuk in dit verhaal...'
Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro