Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

Opgeven IV

Ik rijd weer een uurtje of twee zonder enige bestemming door de stad, het park en het dorp. Ik probeer al mijn gevoelens te laten bezinken en uit te schakelen, maar het lukt me niet. Was het leven maar zo makkelijk. Was het leven maar zo makkelijk voor mij.

De woorden van Annelie blijven ergens in mijn hoofd rondspoken. Alsof er op je laptop ergens een tabblad openstaat met muziek maar je niet weet waar het vandaan komt. Zo wordt het ook onmogelijk om die uit te schakelen. Er is maar één manier. Een laatste oplossing. Maar dat is wel de meest acute. Maar voor nu lijkt het nog maar de enige uitweg voor mij. Een hard reset.

Vastbesloten vind ik mijn weg terug naar huis. Allerlei verschillende gedachten komen in me op en ik weet niet naar welke ik moet luisteren. Zonder dat ik het door heb dwaalt mijn gedachte dan toch weer af naar de woorden van Annelie. Ze had gezegd dat ik niet de enige ben met een slechte tijd achter de rug. Ik kan er maar niet op komen wat ze daarmee bedoelde. Ook zit Vincent me niet lekker. Toch kan ik opgelucht ademhalen. Het lijkt wel alsof al mijn zorgen langzaam wegdrijven. Over een tijdje hoef ik me nergens meer zorgen over te maken.

Ik stap af voor mijn huis en kijk omhoog naar het raam van mijn moeders slaapkamer. Tot mijn verbazing is die open, wat betekend dat mijn moeder in ieder geval het bed uit is gekomen om de gordijnen open te schuiven. Tenminste krijgt ze nu wat zonlicht. Hopelijk knapt ze dan sneller op.

Een steek gaat ongewild door mijn hart. Ik denk aan mijn moeder, en hoe kapot zij hiervan zal gaan zijn. Ik hoop maar dat ik mijn ouders hiermee straks dichter bij elkaar breng. Ook al is hij de grootste lul die maar bestaat, hij is wel mijn vader. En ik weet dat mijn moeder nog van hem houdt. Anders had ik ook niet verwacht. Het is volkomen normaal. Een beetje net als ik nu nog steeds zielsveel van Annelie houd. Het is iets wat je niet zomaar zelf kan uitschakelen, hoe graag je ook zou willen.

Ik haat het om toe te moeten geven dat ik zo geobsedeerd ben in het perfecte plaatje met Annelie. Wat had ik wel niet verwacht? Dat Annelie en ik zouden trouwen, huisje boompje beestje, en ze leefden nog lang en gelukkig?

Ik ben niet haar prins op het witte paard, maar zij is zeker wel het meisje van mijn dromen. Het meisje waar ik nooit van had durven dromen. Misschien dat het daar mis ging. Ik had nóóit van haar moeten durven dromen. Het is een te grote gewoonte geworden. Maar nu is het over, voorbij.

Ik steek mijn sleutel in het slot en loop het donkere huis binnen. Het licht dat ik hier ooit leek te zien is met de jaren weggevaagd, als een kaars die langzaam opbrand totdat er enkel een verschroeid stukje lont overblijft. Je kan de kaars wel weer aan steken, maar dan brand hij een stuk minder sterk dan eerst en na een tijdje zal het je niet meer lukken. Dan is er geen lont meer over om aan te steken. Die is verdwenen. Opgebrand.

Gelijk loop ik door naar de trap en blijf ik onderaan staan. Ik verroer me niet, kijk naar boven en luister of ik enig teken van leven kan horen. Dat blijkt niet het geval. Het is muisstil boven. Stampend loop ik de trap op en bij de overloop kom ik tot stilstand. Ik zucht luid voordat ik met een ferme zwaai de slaapkamerdeur openzwaai. Mijn moeder kreunt wat en draait zich langzaam op haar andere zij. Ik loop dichter naar haar toe en merk de enorme wallen onder haar ogen op. Ze heeft haar ogen dicht geknepen voor het extra licht dat nu de kamer binnenkomt en haar mascara zit uitgeveegd onder haar wimpers. De rest van haar make up zal wel helemaal op het kussen zitten, zo te zien.

'Mam, kom op zeg,' probeer ik. Ze geeft geen kik. 'Je bent niet de enige die hier kapot van is. Ik ook. Maar zie je mij ook de hele tijd maar in bed liggen? Nee. Het leven gaat gewoon door.' Ik slik en bijt op mijn lip. Ik ben aan het liegen. Het is niet alsof ik niet van plan ben om op te geven. Hoe kan ik nog doen alsof ik niet weet wat ik van plan ben om te doen? Met zo 'n staal gezicht tegen mam liegen? Ik zal haar nog verder breken. Ik ga haar kapot maken, en het ergste is nog dat ik dat al van te voren weet. Ze geeft om me, ik weet het. Maar het is gewoon te veel voor mij, dit allemaal. Ik kan gewoon niet meer.

'Ik verwacht dat je morgen boodschappen doet. Of in ieder geval je bed eens uitkomt. Anders ga ik weg.' Shit. Ik ga sowieso al weg, zij weet het alleen nog niet. Ik voel me er zo verschrikkelijk slecht door, maar blijkbaar niet slecht genoeg. Anders had ik mijn plan allang afgeblazen natuurlijk. Ik leg mijn hand op mijn voorhoofd. Ik voel me opeens niet zo lekker.

Mijn moeder mompelt wat onverstaanbaars en ik loop maar haar kamer uit. Het ruikt er al een beetje muf. Het stinkt. Ik stap nog over een lege fles wijn heen en kan dan eindelijk verder naar mijn kamer.

Ik blijf voor mijn bed staan. Mijn ogen rusten op die ene plek. De plek waar mijn grootste vriend, maar ook mijn grootste geheim verstopt ligt. Ik zou het nu kunnen pakken. Er een einde aan maken. Toch doe ik het niet. Het feit dat ik niet genoeg puf heb om het te doen speelt maar een kleine rol. Dat ik ergens weet dat ik er de ballen niet voor heb ook maar. Er is iets. Iets wat me tegenhoud. Wat? Ik weet het niet. Maar er is iets wat ik nog moet doen. Al is het het laatste wat ik doe.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro