Chào các bạn! Vì nhiều lý do từ nay Truyen2U chính thức đổi tên là Truyen247.Pro. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

22






Soms heb je momenten in je leven waarbij je jezelf afvraagt wat je aan doen bent, dat je even stil bent en je afvraagt; wat ben ik aan doen? Waarom ben ik dit aan doen? En wat voor consequenties zullen mijn daden hebben? Zal ik er andere pijn meedoen?

En soms vraag je jezelf af waarom het allemaal gebeurt? Waarom gebeurt dit mij nou net? En waarom niet iemand anders? Wie beslist wat er gebeurt en waarom beslist diegene dat?

En soms leef je je leven gewoon zoals het moet, je doet je dingen, je zegt wat je wilt zeggen en je leeft. Maar soms kan je niet leven, soms vraag je je steeds af waarom het gebeurd en soms vraag je je af hoe het kan gebeuren. Hoe kon je het zover laten komen?

En dan heb je al die emoties die deze gedachten meebrengen, de verdriet, de schaamte, de spijt. Alles. Je waterbuizen lopen vol als je eraan denkt en je moet je inhouden om niet in te storten. Jennifer voelde haarzelf precies zo.

Ze vroeg haarzelf af waarom ze niet nadacht. Haar hoofd was leeg, haar ogen waren leeg, haar oren waren doof, haar been bezweek onder de pijn van de steek. Het enige wat ze voelde was de beklemmende handen van Robijn, ze hielden haar overeind en zorgde ervoor dat ze niet instortte op dit precieze moment.

Ze voelde haar vingertoppen in haar huid porren, haar adem in haar nek hijgen, haar bovenlichaam drukte tegen haar rug aan. Het leek alsof alleen Robijn in de wereld was, alleen de persoon die haar rechtop hield en haar steun gaf.

Ze zag hoe Medea op de grond viel, haar dolk kletterde op de grond, haar ogen vielen halfdicht. Maar er kwam geen geluid uit deze bewegingen, Jenn hoorde niets. Het bloed verspreidde zich over het gesteente, de sneeuw kleurde rood. Maar het kanon ging niet af.

Misschien konden ze haar nog redden, misschien was er nog hoop. Misschien viel de wond mee, misschien.....

Misschien wat?

Haar ogen huilden niet, er was geen water, haar klieren waren uitgeschakeld. Ze kon alleen maar haar pijn voelen en Robijns aanwezigheid. De rest was weg.

Ze wist niet meer hoe de beroeps weg waren gegaan, ze lieten de bloedende tribuut achter- ze verwachten dat ze dood zou gaan, en Helena had geen zin om naar een doodgaand mens te kijken. Ze verlieten de rotsgordel  en liepen de naaldbomengordel in. Al snel kwamen ze bij de loofbomen uit en Jenn werd tegen een boomstam gezet. Iemand verbond haar been en zorgde ervoor dat ze iets te drinken kreeg. Het enige wat Jenn voelde was pijn en verdoving, ze had het heet en haar nek begon te zweten.

Ze hoorde ergens in de verte een kanonshot, maar het klonk erg ver weg- fysiek en mentaal. Tijdsduur werd ook naar de hel gebracht door de vreselijke pijn en de verdoving in haar hersenen. Ze herinnerende dat ze een keer viel, ze wist niet meer hoe en wat. En ze wist ook niet meer wie haar overeind had geholpen en wie tegen haar gepraat had. Ze hadden haar verband nog verwisseld toen ze bij het oerwoud aankwamen.

Het werd alleen maar erger toen ze door het oerwoud liepen, Robijn was nog steeds bij haar zijde en ze leek soms groen te kleuren. Jenn liep mee met haar goede been, het verband was al snel bebloed en het hing door haar zweet bijna van haar wond af.

Ze wist niet hoe het kwam dat er duizenden olifanten door het regenwoud denderden en de beroeps verpletterden zonder medeleven. Ze wist niet waarom Helena op een dwerg leek, waarom Robijn geler was dan haar jurk tijdens de interviews, ze snapte niet dat Wonder op een fluit aan blazen was en vrolijk voor hen uit huppelden.

De pijn werd alleen maar erger toen ze verder en verder naar beneden liepen, alles plakten, alles bewoog, alles deed pijn. Haar nek stond na een tijdje stijf vast, haar ogen deden hun werk niet meer en haar been leek een ander leven te leidden en haar pijn te doen met elke stap.

Ze hoorde niet de woorden van Robijn en die van Helena, ze hoorde niet hoe Wonder een zucht slaakte toen ze aan het uiteinde van het bos terecht kwamen. Jenn stond er niet bij stil dat er een ruisende rivier tussen hen en hun kamp lag. Ze wilde alleen maar dat alles stopte, dat de wereld stopte en dat ze nooit meer terug kwam.

Voordat ze de rivier overstaken verschoonde iemand haar verband nog, even later werd Jenn in het ruisende water geleid. Een gil ontsnapte uit haar lippen, haar stembanden begonnen te scheuren, haar ogen draaiden weg en de pijn werd alleen maar meer.

Het voelde alsof er een stuk hout meerdere keren over haar wond streek, en na elke streek werd het plankje alleen maar harder over haar been gehaald. het hout liet allemaal splinters tegen en als snel voelde ze dat ze moest overgeven.

Iemand looste haar door de rivier heen, het maakte degene niet uit hoe hard Jenn ook schreeuwde om het te laten stoppen of hoeveel pijn ze had. Ze trok haar gewoon erdoorheen. Het waren een aantal minuten van helse pijn, mond overgeven, schreeuwen en gejank voordat ze aan de overkant waren. Ze werd op het platteland getrokken, iemand trok haar weer overeind- haar been bleef hangen en het leek alsof het van haar lichaam werd gescheurd.

Na een wandeling- dat uren leek te duren, kwamen ze aan bij de hoorn. Nu goed zichtbare Robijn duwde haar tegen een van de boxen en beval Daphne om verband te halen. Het nu natte en bloedigere verband werd van haar lichaam afgerukt. Jenn wist niet hoe diep de wond was, hoe diep had Medea wel niet gestoken?

Diep, suggereerde Jenns half werkende geweten. Ze voelde haar spieren niet meer, ze heeft haar spieren dus geraakt. Medea had Jenns spieren geraakt om haarzelf te redden van de dood. Was Medea dood? Of was het kanonschot afgegaan vanwege iemand anders? Of was er helemaal geen kanonschot en was het allemaal een hallucinatie. Net als de olifanten, de dwerg, Robijns blauwe hoofd en Wonders gefluit.

Nu hallucineerde ze niet tenminste, niemand gedroeg zich raar of zag er raar uit. Het enige wat haar dwarszat was het belemmerende zicht en de golven in de lucht. Iemand sloeg tegen haar gezicht, haar zicht werd beter en ze zag Robijn- ze zat voor haar neer gebukt, haar ogen bezorgd, ze beet op haar lip en Jenn wist zeker dat zij haar net had geslagen.

''Dit gaat even pijn doen,'' zei Robijn onduidelijk, Jenn kon nog net de woorden verstaan en haar rode lippen lezen, ''het gaat even pijn doen en ik wil dat je op dit houtje bijt.''

Robijn bukte naar voren en opende Jenns mond, ze stak er iets tussen en liet Jenns lippen weer op elkaar vallen. ''Je bijt erop als je pijn voelt en je probeert niet te schreeuwen, ok?'' Jenn knikte langzaam van ja, haar ogen flitsten naar de wond.

Het was een steek, direct in haar been. Het was met bloed besmeerd, de twee lappen vlees sloten elkaar niet af en je kon in haar been kijken. Er lag iets buiten haar been, ze kon niet registeren wat het was. Jenn wilde al schreeuwen bij het aanzicht van haar bovenbeen, maar ze deed het niet. ze beet op het houtje en wenste dat het voorbij kon zijn.

Ze wenste dat deze hele spelen voorbij was. Ze waren maar twee dagen in de arena en het was al een levende hel, wat had ze anders verwacht? Dat de tributen viool gingen spelen en bloemetjes gingen plukken. Natuurlijk niet, maar ze had niet verwacht dat juist Medea ervoor zorgde dat ze echter gewond raakte.  Ze was altijd van het ergste uitgegaan; dat een van hen elkaar vermoorden en het ten koste gingen van Finnick.

Ze zag dat Robijn met een vingers het uitlappende gedeelte van haar binnen been zachtjes oppakte, meteen ontplofte er een bom in Jenns lichaam. Ze hapte naar adem, het blokje viel uit haar mond en ze kon het niet laten om te schreeuwen. Robijn schrok op, ze liet het stuk vlees vallen, het belandde op Jenns blote been- nog een pijnscheut, erger dan de vorige. Jenn schreeuwde nog meer.

Iemand anders dan Robijn propte het stukje hout in haar mond, ze veegde Jenns bezweette voorhoofd af en zorgde dat Jenns losse plukjes uit haar zicht verdwenen. ''Hou je ogen dicht,'' commandeerde Helena, ''of anders vermoord ik je op deze precieze plek.''

Jenn kneep haar ogen dicht, maar wilde ze meteen openen. Misschien was het beter dat ze dood zou gaan, dan was ze van deze pijn verlost en kon ze vrij zijn. maar ze hield haar ogen stijf dicht, ze beet op het blokje toen er een nieuwe pijnscheut kwam.

Wat was Robijn met haar been aan doen? Ze keek niet, de enige beweging die ze maakte was het aanspannen van haar stembanden. Ze schreeuwde zo goed ze kon en zo hard ze kon, maar door het blokje leek het alleen een soort gekweld gemompel.

Jenn dacht dat door te schreeuwen de pijn minder werd, dat de pijnschokken in haar zenuwen haar lichaam verlieten wanneer ze haar mond probeerde te openen of haar stembanden aanspanden. Maar ze had het fout, het werd alleen maar meer.

Ze begon te huilen. Niet met grote teugen, maar zachtjes. Er liepen tranen over haar wangen, haar voorhoofd was bezweet en haar vlecht plakte tegen haar nek. Na de zoveelste pijnscheut rolde haar ogen naar achteren. Ze wilde het tegenhouden en wakker blijven, maar alles vertelde haar om het te laten gaan.

♚»↞

Ze droomde dat ze in een lange gang was, de muren dreunden en de gangen liepen vol met water. het kolkte tussen de muren en kwam recht op Jenn af. Ze begon te rennen. Het water veranderde in bloed en bestookte haar enkels. Haar bovenbeen begon pijn te doen, hij haakte en ze viel.

♚»↞

''Hey, kun je me horen?'' Jenn knipperde met haar ogen. Ze had koppijn, haar mond was terug, stembanden deden pijn, ogen zagen wazig en waren droog, haar hoofd voelde gloeiendheet, ze had het ook benauwd. En ze was moe, erg moe. haar oren deden het ook half. Maar ze zag ondanks dat wel dat ze in de hoorn zat, haar rug leunde tegen een grote kist aan en er was een slaapzak geplaatst bij haar hoofd zodat ze zacht lag.

''Hé, kun je me horen?'' vroeg Robijn. Jenn zag haar postuur, ze was erg dicht bij haar gezicht en leek wel op een grote alien. Jenn keek haar niet begrijpend aan, de woorden waren niet tot haar binnengedrongen.

Robijn klapte met iets tegen Jenns hoofd, hard genoeg om haar niet weer bewusteloos te krijgen. ''KUN JE ME HOREN!'' schreeuwde ze. Een scherpe pijn trok door haar hoofd.

''Ja,'' mompelde Jenn zachtjes, haar keel scheurde. ''alsjeblieft niet zo hard,'' monde ze met haar lippen. Robijn knikte en verdween uit haar wazige zicht. Jenn knipperde nog een paar keer met haar ogen, haar zicht werd al wat beter. Ze merkte dat ze schoon was, ze voelde zich schoon tenminste. Haar haren plakte niet meer erg tegen haar nek, haar been voelde niet stijf vanwege het bloed en haar hoofd was helderder en ze kon weer nadenken.

Robijn kwam terug met een fles water, ze zette het aan haar lippen en schonk het koude water in haar mond. Jenn wilde meteen meer en ze greep met al haar kracht naar de fles, ze kreeg het hierdoor nog warmer en kreeg een misselijkheidscheut door haar hoofd. ''Je moet niet meteen alles te drinken,'' zei Robijn, ze gaf Jenn nog een klein slokje. De misselijkheid ging weg.

Jenns keel was weer glad en haar hoofd voelde niet meer zo pijnig aan. ''Als je het wilt weten,'' zei Robijn, ze gaf Jenn nog een slokje, ''zijn er geen tributen gestorven de laatste twee dagen.'' Jenn wilde meteen het water uitspugen.

Ze was twee dagen weggeweest, twee dagen had ze hier gelegen en niets nuttigs gedaan. Twee dagen was Medea al dood, maar was ze wel dood? Haar hoofd begon weer pijn te doen. Tussen de momenten dat Robijn haar zachtjes eten gaf en slokjes water praatte ze Jenn bij over de twee afgelopen dagen.

Sally had de taak gekregen om over Jenn te waken en Robijn was hier gebleven als bewaking en als er iets mis ging met Jenn. De rest van de beroeps was op pad gegaan en nog steeds niet terug van hun een-dag trip. Ze hadden de vorige dag niemand gevonden en ze moesten dus kijken hoe ze dit probleem gingen oplossen. De arena zelf bracht geen grote gevaren met zich mee en het was dus te bedoeling dat de tributen elkaar vermoorden, maar hoe konden de beroeps de arena's bedoelingen verzekeren als ze geen tributen konden vinden?

Na het eten voelde Jenn haar veel beter, Robijn hielp haar overeind en zette haar buiten neer. Sally liep wacht en keek bang naar Jenn. ''Je hebt veel geschreeuwd de laatste dagen,'' legde Robijn zachtjes uit.

In de tijd dat de rest van de beroeps terugkwamen bestudeerde Jenn haar bovenbeen. Het was verbonden met verband, Robijn had haar verteld dat ze het had gehecht en de bovenste stof van haar broek opengeknipt om erbij te komen. Ze vertelde alleen niet wat het stuk vlees- dat dacht Jenn tenminste, was dat uit haar been had gelegen en wat ze er mee had gedaan. Maar al dat had geen goede uitkomst, want Jenn voelde haar alleen maar beroerder worden nadat ze opgestaan was.

Er was een vraag die op haar tong brandde als heet ijzer. Robijn zakte naast haar neer en veegde Jenns bezwete voorhoofd af, ''dit is niet echt goed,'' fluisterde ze. Jennifer reageerde er niet op, ze wilde het vragen maar ze durfde het niet.

''Medea?'' vroeg ze uiteindelijk door haar koppijn heen, ''is Medea-''

Ze zag meteen in Robijns ogen dat het niet goed was, ze stonden niet schuldig of verdrietig. Ze stonden vastberaden en moordend, ''ja,'' gaf Robijn toe, ''ze is dood.. Maar beter ook, nadat ze je—"

Jenn wilde haar een klap verkopen en haarzelf verdrinken. Medea was dood, gestorven, weg.

Hoe kon ze Finn ooit nog in zijn ogen aan kijken.





A/N

JENNS DODELIJK VERWONDING WAS IETS DAT IN EEN KEER DE HOEK OM KWAM VLIEGEN.

UPDATE:
NIEUWE INDELING BIJ "EERSTE HONGERSPELEN". CHECK HET EENS.

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen247.Pro